A0. 1837. LEYDSCHE -MP'W 0 R A N WOENSDAG, :r i '6 DECEMBER, 3 GEW003S iG \&,(£lwP NEDERLANDEN. Leyden den 5den December. Men meldt uit 's Gravenhage van den 4den dezer: lieden hebben de afdeelingen van de Tweede Kamer der Staten-Generaal der ze! ver överwegingen over het ontwerp van wet, tot wijziging der in 1830 vastgestelde wet, "houdende transitoire bepalingen bij den overgang van de orde tot de nieuwe wetgeving voortgezet en ten einde gebragt. Voorts hebben zij onderzocht de antwoorden der Re gering, op de tegen de begrootings-wetten gemaakte bedenkingen. Binnen kort ziet men de beraadslagingen over de financiële wetten te geniöet. Morgen zal de Tweede Kamer eene openbare zitting houden. Bij de overweging van de voordragt nopens de ligting van de Nationale Militie in 1838, in de aldeelingen der Tweede Kamer, is gevraagd, of de noodzakelijkheid wel weder de ligting van dén man van de 300 zielen medebragt? E11 welke afdanking van vroegere ligtingen zoude plaats hebben Sommige leden hebben de indiensthouding van ligtingen wier vijfjarige diensttijd verstreken is, als strijdig met den geest der grondwet aange merkt, en tevens als schadelijk voor 's lands geldmiddelen. Vele leden hebben voor het minst ontslag van meerdere ligtingen verlangd. Andere leden vonden te minder bezwaar, om dat ontslag toe te staandaar toch vele der ontslagen manschappen terstond in de Schutterijen zouden vallen. Sommige leden hechtten zoo zeer aan het bezwaar, tegen het zoo lang in dienst houden van zoo vele ligtingendat zij zwarigheid maaktenom in eene nieuwe ligting der militie te stemmen. Aan de andere zijde hebben leden de nuttigheid van het besluit wedersproken0111ten gevolge van het niet ontslaan van vorige ligtingen, in de bestaande omstandigheden, tot het niet oproepen vóór de militie voor 1838 over te gaan. Tusschen bei.de bestond daartoe, huns inziens, geen genoeg zaam verband, en het laatste werd gelijkelijk door de wetten en den,goéden afloop van zaken bij dit onderwerp gevorderd. Men meende dezer zijds, dat de Regering alleen op het standpunt stagt ter beoordeeling, of de omstandigheden bij voortduring eene verdedi ging als de onderhavige vereischten en dat zij tev,éns daarvoor verantwoordelijk was. Wat de bijzóndere'bedenkingen, tegen de vooj'dragt ingeleverd, betreft, heeft men gevraagdof piet eenigc der vrijwillige corpsen konden worden ontbeendengelijk bij Vöó'rb die der Studenten aan cje Ho.ogescholenMen merkte hieromtrent aan, dat, na zoo vele jarenzij wel nimmer van eenig nut meer kunnen zijnen derzelver leden waaryau een aanzienlijk gedeelte eerst na den tiendaagse Hen veldtogt in dienst is getre dennu ontslagen zijn (zonder dat daarvoor eene billijke reden zou bestaan} van de vervulling van andere diepstpjigten, als het stellen Van eeneji. plaatsvervanger in de Mi litie ctï bij de Schutterij. Voorts werd gevraagdof vrijwilligers 15' maapden uit de 'dienst moeten zijn geweest, oin zich als reniplag'anten weder te kunnen verbindenzoo aks door een der Militieraden was verstaan; dan wel, of na eene zes maahdeljksche in woning in eene der provinciënalle ingezetenen als plaatsvervangers voor deze ligting behoorden te worden toegelaten, zonder dat daarbij liet bewijs van reeds 15 maanden geleden bekomen ontslag/kpndc worden gevtjrejerd. Hij liet onderzoek van de voordragt tot vernieuwing van de wet tegen woelingen enz. in de afdeelingen van de Tweede Kamer, hebben eériige leden gevraagd, of de omstan digheden de intrekking dier wet niet reeds zonden veroorlovenen of de ja ar lijk sche vernieuwing daaryau niet ongunstig naar buiten zou'werken? Terwijl sommige leden dcii' wènsch uitten, dat de omstandigheden, zoodanig spoedig njogtjen veranderen^at eene dergelijke wet r.ier meer behoefde vporgesicld te wordcii.doch er niéts schadelijks ih vonden, meenendc anderen, dat de ondervinding yoldocnrle bewezen had, dat geene zoodapige exceptionele wetgeving noodzakelijk was, doch, zoo aldëzdlvé inde alge- meene wijzigingen v.an de te genioet geziene strafwetgeving zoude behooren te komen. Andere' ledeii hebben daarentegen gemeend dat n.iets verhinderde o,m datgene vya,t_ do,or de ervaring gebleken was onschadelijk ,ip zijnpogipauls te do.en voortduren. Zij be schouwdenbij den aard onzer tegenwoordige verhouding tot Belgie, de bepaling van art. 1 der wer van 3 November 1830, uit eenregtskundig oogpunt, doelmatigJa 1100- dig tot aanvulling .van eene anders voor ons bestaande gaping in het lijfstraffelijk wet boek en zij zijn ren aanzien van art. 2 derzelve wet vnri oordeel, dat tegen liet uur fietwelk bfj voorkomende mogelijke gevallen uit deze bepalingen zoude kunncn resulteren gëeherlei vrees vQor misbruik of kwadep indruk paar bui ten behoeft over te staan, daar de ondervinding van zeven jaren daaromtrent voorals nog voldoende geruststelling aanbiedt. Ook nu weder is ëènte opgave gevraagd wegens hèt getal der gevallen, waarin1 deze wetsbepalingen zij.n toegepast geworden. - $ecrmris van Legatie bij Z. M Gezantschap te Washington Jkh. R. Bangeman Huygensis als zoodanig overgegaan bij de zending van ons Rijk bn bet Hof van Denemarken. Gisteren is alhier overleden G. .7. JV. Baron van LamsweerdRidder V?n de Orde van den Nederlandschen Leeuw en lid van den Raad van State. Heden waren de voormalige Predikant der Hervormde Gemeente H.P. Semitebenevens de personen van PNiezenN. Obber.7. Corsprie en Nt Obbès Davidzvoor het Hoog-GeregtshofKamer van Correctionele Appelen, geciteerd geworden, om te regt te staan wegens het houden van ongeoorloofde godsdienstige vereenigingen van meer dan twintig personen, of het daartoe leenen hunner woningen en wel in den loop van de maand September jl. te D'emme en te Amsterdam, weswege zij, den 29sten dier maand, door.de Regtbank van Eersten Aanleg te Amsterdamzijn vrijgespro- .ken. Geen dezer personen is noch in persoon, noch vertegenwoordigd, ter teregtzitting verschenen. Na deliberatie, heeft het Hof, bij defaut, drie „arresten uitgeschreven, bij alle waarvan de te Amsterdam gewezen vonnis sen te niet .gedaan en, op grond van art. 291—294 E. P.de beklaagden solidair veroorcieeld zijn tot het betalen eener geldboete van honderd gulden .en der kosten van het geding. —r B'ijikens eene aankondiging van Commissarissen-Correspondenten van '.dfi fondsen ter aanmoediging van 's lands zeediensc en ter ondersteuning van weduwen en weezen van in 's lands zeedienst gesneuvelden, opgerigt te Amsterdam en te Haarlem, in de Javasche Couranten voorkomende, zijn in Indië in den jare 1836 ingeteekend en naar Nederland overgemaakt: voor de kweekschool te Amsterdam, eene som van 1357.18 en voor het we duwen-fords te Haarlem, eene som van 1306.40. Nog meldt men uit 's Gravenhage van den 5 December: In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van heden is «.ene Koninglijke boodschap ingezonden, ten geleide van een ontwerp van [wet, tot daarstelling van wijzigingen in het tarief van in-, uit- en door voer, hetwelk aan de afdeelingen van November wordt verzonden. De heer Quirtus geeft kennis, dat hij door het overlijden van zijnen zoon, de heer van Atphen dat hij wegens ongesteldheid verhinderd wordt de zitting bij te wonen. Mevrouw Hoytick van Papendrecht geeft berigc van het over lijden van haren echtgenoot. De Commissie tot de verzoekschriften doet verder rapport, bij monde van: Den heer Rengersover een request van grondeigenaren, in het arrondis- «iment Leeuwarden, nopens de geregtelijke verdeeling des Rijks; drukken van het verslag; Den heer Fretsover een verzoekschrift van schippers uit Dordrecht, nopens hunnen aanslag in twee belastingen; Den heer Vijfhuisover een request van zich noemende afgescheidenen, vit Utrecht, Gelderland en Noord-Braband, die zich beklagen over belem meringen in de uitoefening van de Godsdienst, en over militaire inlegerin gen, strijdig, zoo de verzoekschriften meenenmet de grondwet. De Commissie, overwegende dat het voor de leden der Kamer nuttig kon zijn, zich nader bekend te maken met klagten over afwijking van de grond wet, ftelc voor dit stuk ter griffie neder te leggen; drukken van het verslag; Den heer Star Busmanover ingezetenen van Monnikendamenz. over dé geregtelijke indeeling'. Dit en de overige snikken, zul.en aile ter griffie worden nedergelegd. Niets meer aan de orde zijnde, wordt de vergadering gescheiden. In het Algemeen Handelsblad van den 4de» December leest men j Dezer dagen werd gemeld, dat hec Zijne Maj. behaagd bad de doodstraf, waartoe Pieter Breurden 2 Augustus jl. door het Hof van Assises der pio- vincie Holland, Zuider-Kwartier, ter zake van moedwilligen manslag, na reeds vroeger wegens misdaad gestraft ce zijn geweesc, was veroordeeld, (zie A. H. B. van 10 Augustus jl.) in geesseling, brandmerk en 20 jaren confinement te veranderen. Thans verneemt mee, dat deze persoon zich bij requeste andermaal tot Z. M. heeft gewend, op verschillende gronden ver. zoekende, dac Hoogscdezelve goedvinden moge, daar nij zich bereids tor zijn einde had voorbereid, de oorspronkelijke straf in stand ce houden en de. zelve ten uitvoer te doen leggen. O O S T - I N D I E. Bijzondere berigten uit Batavia melden het volgende, omtrent de inneming van de sterke vesting Bonjol op Sumatra: Ofschoon de aanvallingswerken van onze troepen tot onder de borstwe ring van Bonjol gevorderd waren, had de Generaal-Majoor Commissaris op den 8 Julij nog tot geene decisieve affaire kunnen overgaan. Zoo wel door de bestaande hinderpalen in het aanleggen eener mijn, als om het te vrezen menschen verlies, door het nog bezetten door den vijand van de domine. rende versterkingen. Den pden had de onderwerping plaats van de Kampong Jamba, dat gevolgd werd door die van de Kampongs Talang, Aliè, Kotta en antieren, waardoor Bonjol zoodanig in het naauw gebragt werd, dat Toeanko Jctnan, 'hoofd van Bonjol en van den geheeien opstand, drie dagen stilstand van wapenen op den ïoden verzocht, om zich tot onderwerping te bedenken. Zulks hem geweigerd zijnde, zijn zijne zendelingen teruggekeerd naar Bonjol, en op den uden datum der laatste tijding was de vijand bezig deszeifs aver aver (versterking van levende bamboes) en andere verdedi gingswerken te slechten, zoodat de onderwerping van Jeman met der daaad gevolgd is. Hem zal worden toegestaan als vrije Maieyer in de valei van 'Bonjol te blijven wonen, doch de verdere maatregelen met het land door ons pestuur te nemen, zijn nog niet bekend. Ter reede van Passaroeang is het schip DiligenceKapitein "Bosch, reeds een groot gedeelte van zijne lading inhebbende, verbrand. PORTUGAL. Mjen heeft den apsten te Londen berigten uit Lissabon ontvangen, welke de in onze vorige medegedeelde tijdingen bevestigen. In het noorden van Portugal Organiseert zich zegt men, eene groote Chartistische troepenmagr, en vele soldaten van het Gouvernement zijn gedeserteerd en verzamelen zich In Spanje onder de bevelen van Jen Baron de Leiria. Er is aan het Spaan sche Gouvernement eene ernstige voorstelling gezonden, om de afwering der Purti.gcschf uitgewekenen op de grenzen aan te vragen. De post-bol den van Spanje op Lissabon waren door Carlistische benden opgeligt, die Estramadura atloopen. Zij vvordon begroot op 3000 man sterktemeest rui. teiii. Een brief van Lissabon zegt, dat te Londen eene leening voor de Chartisten gesloten was; aldaar echter hoorde men van zulk eene leening niet spreken. SPANJE. Berigten over Parijs van den 3 December. Don Carlos zon; volgens berigten van Bayonne van 28 November te Amu- rip z.iek .liegen. I',r.was door hem wederom een bevel uitgevaardigd, waarbij aile mannen tusschen d.e 17 en 40 jaren voor zi'ne dienst worden opgeroepen. Uit MauriH schrijft men van 25 November, dat het Bestuur aldaar eenen gematigden gang houdt. In de Kamer viel tot nog niets belangrijks voor. 6e oneeiiighedeo tusschen Spanje en Sardinië zijn bijgelegd. De Ge- puesciie kooplieden hebben bij Koning Karei Albert bewerktdat de eischen der Spaansche Regering ten aanzien van Sardinië werden ingewilligd. DUITS CHLAND. In het Koningrijk Pruissen is den 3osten November de volgende bekend making geschied: „Ten vervolge van mijne bekendmaking v,an den eisten dezer maand, breng ik hierdoor ter kennisse van het algemeen, dat door de den agsten plaats gehad hebbende eenstemmige keuze van het hoogwaardige domkapittel der hoofdkerk de Domdeken Doctor Johann Husgen tot waarnemend Bestuur der van het Aartsbisdom Keulen beroepen is, en dat deze keuze heden de goedkeuring tier Staatsregering erlangd heeft. Koblenzden 29 November 1837. De Opper voorzit ter der Rsijnprovincie Von Bödelschwingh." Uit Frankfort wordt nog gemeld: Men gelooft hier dat de Pruissische Regering nimmer tot ecnen 7.00 be- droevenden slap ais de wegvoering van den Aartsbisschop van Keulen zou zijn overgegaan indien zij niet de overtuiging liadde beltomen dat die Praelaac niet vreemd was geweest aan de op alle straathoeken te Keulen des nachts aangeplakte biljetten, waarin de burgers te wapen geroepen werden omdac de Regering hen van hunne godsdienst berooven wilde." Hier trad oe strijd tusschen de Kerk en den Staat buiten alle grenzenen ging tot een werke lijk hoog verraad over. Het spel der Belgische Geestelijkheid mag in Pruissen niet nagebootst wordenhiervoor staat ons de kracht der Regering en de verlichte denkwijze der natie borg. Uit Göttingen wordt van 27 November gemeld, dat de beide Engel, scbe Hertogen van Sussex en Cambridge, als sgnaten geprotesteerd hadden tegen de afschaffing van de Ilanoversche Staatsregeling van 1833. Verder, dat de Curatoren der Hoogeschool re kénnen hadden gegeven, dat zii zich met het protest van die 7 Hoogleeraren niet konden vereenigen. Uit Frankfort meldde men, dat die Hooglepraren reeds van hunne ambtsbediening ontzet wa ren, Het standbeeld van IKelltam IK, die de invoerder der staatsregeling van 1833 is, is des nachts door onbekenden met bloemkransen versierd geworden. Of Hoofd-Redacteur van 'nes Journal de Frankfort, C. Durand, is door den Hertog van Nassau met het Nassansche burgerregt begiftigd. Het is aan het Engelsch fregat Castor gelukt eenen zeeroover, die de wateren van den Griekschen Archipel verontrustte, in de haven van Pa lermo te nemen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1837 | | pagina 1