mee d-;n meesten ijver werkzaam geweest; omstreek» half negen ure was de biand geheel geblusciu. De goederen zijn geborgen. Ongelukken hebben niet plaats gehad. De oorzaak is tot dusvetre onbekend. Wij vernemen, dat het verzoek tot gratie van Elias Koster, die door een vroeger Hof van Assises alhier wegens vadermoord is ter dood veroor deeld, door Zijne Maj. is gewezen van de hand. Den roden November is door her Hof van Assises van Noord-Holland Nicolaas van Doorn, schuldig verklaard aan het verduisteren of aan hunne bestemming ontrekken van geiden, aan hem als Gemeente-Ontvanger toever trouwd, welke de waarde van den ten zijnen behoeve gestelden borgtogt te boven gaan, eerloos verklaard en veroordeeld tot vijf jaren gevangenis en f 50 boete. in de U.trechtsche Courant van den 10 November leest men: Vonden wij in een der Handelsbladen der vorige maand, als eeue bijzon derheid aangeteekend, de behandeling van beenbreuken te Parijs, waarbij de lijders, weinige dagen na de zetting, op de been waren, zoomoeten wij berigtendat dit geene vreemdigheid is, dewijl ook deze geneeswijze, voor ruim twee maanden, door onzen stadgenoot, den Heelmeester /I.C. van /Koer den, bij twee lijders in het ziekenhuis alhier is uitgeoefend. Hebbende de een eené armbreuk, en de andere eene breuk van het scheen- en kniebeeli welke laatste reeds den vijfden dag na het ongeluk door de zaal van gemeld gesticht wandelde. Beiden zijn zeer gelukkig hersteld. Wij zien ook hier uit, dat de heelkunde in ons vaderland, in vele opzigten, voor die der bui tenlanders niet behoeft onder te doen. Te Rhenen heelt zekere vrouw Pineda, in den avond van den jdeu November, den persoon van Teunis van Dijkwelke aan een barer onechte kinderen eenen slag schijnt toegeb;agt te hebben, met een mes in de ziide gestoken, ten gevolge waarvan hij den volgenden morgen is oveileden. Men verzekert, dat zij, in heentenis genomen, het feit heeft bekend. Uit Breda meldt men van den 10 November: Heden heeft ter stadhuize alhier plaats gehad de verloting voor liet uitvoerig schilderstuk, voorstellende: een gezigt op de stad Antwerpen, den dag na het bombardementop den 28 October 1830, door den lieer,/. Schou- tnanisten leeraaf in de handteekenkumle aan de Koninglijke Militaire Aita- demievervaardigd. De prijs is gevallen op N°. 323, zegge: driehonderd drié en twintig, en getrokken door den jonker J. A. IK. van Hasselt, kweekeling aan gezegde Akademie. 1 De plaat, welke als tweede prijs voor ieder deelnemer in deze verloting bestemd is, is door den liber B. Waanden te Dordrecht reeds op steen ge- bragt, en zal ter steendrukkerije van den heer H. J. Bakker aldaar dezer dagen worden gedrukt. De ondernemer hoopt alzoo ieder deelnemer, zoo spoedig hem zulks mogelijk zal zijn, in het bezit dezer plaat te stellen. (Jij Brussel wordt gemeld, dat de jongste zoon van Leopold ernstig ongesteld was er was een renbode naar Parijs gezonden. T U R K y E. Uit KOiistaminopel schrijft men, van 18 October, dat de Aartshertog van Oostenrijk, Jan, na vporaf den harem bezigtigd te hebben, waaruit echter alle vrouwelijke, wpzeiis verwijderd waren, en een afscheids-gehoor bij den Suitaii te hebben gemidnaar Griekenland vertrokken is. De Sultan gaf hem, trlj dat gehoor, eene zinspreuk over in de Arabische taal in eene gou den lijst gevat: De ware mildheid is die, welke geeft, wat zij heeft. Hij heeft hem daaVenhoven drie rijpaarden, drie sabels en drie shawls ten geschenk gezonden. D'e'PruiSsische Prinsen zijn met hem afgereisd. Van den Hertog van Scikïeh IP'eimar en zijnen zoon wordt geen gewag gemaakt. ZWEDEN. Op de reis van Z. M-, welke Hoogstderzelver dit jaar door zijne Staten gedaan heeft, heeft hij zich ook eenigen tijd in de Akademie-stad Upsal op. gehouden, op eene toespraak van Prof. Atterbom heeft Z. M. onder anderen het volgende geantwoord: Mijne Heeren! Bij mijne aankomsc in Zweden, nu zeven en twintig jaren geleden, er. weinige dagen na mijnen intogt in deszelfs hoofdstad, ontving ik van uwe Universiteit de verblijdendste betuiging voor de toekomst vaii het landdat mij geroepen had om deszelfs miskende regcen te verdedig'en en deszelfs nationale waardigheid te handhaven. Het tijdsgewricht was meer dan moeijelijk. Europa's grootste gedeelte volgde eene eenige vaan; één zegewagen doorsneed deszelfs grond, en Zweden gevoelde zich ongelukkig, zonder daar om alle hoop te hebben opgegeven. De herdenking aan het besluit van den grooten Guftaaf Adolfom het Rijk der gedachten te verdedigen, door aan de roepstem der Duitsche volken te beantwoordenverhief mijnen geest en ik had het voorgevoel dat de wouden en bergen van den Poolkring wel nog eenmaal aan het onderdrukce Duitschlanilniet allen verdedigers, maar ook gloeijende vrienden van de regten der natiën zouden kunnen brengen. Wat gebeurd is, weet gij.. De Voorzienigheid heeft Zwedens wapenen en die van deszelfs Bondgenooten gezegend. Omkeeringen, welke de nakome lingschap met moeite begrijpen zal, hebben aan tijdgenoocen de onweder- sprekelijkste bewijzen geleverd, dat de staatsmaatschappijen slechts door er kenning der waarheid, geregtigheid en liefde der menscliheid bevestigd kun nen worden. Een onzer eerste denkers heeft, over zijn vaderland schrijven de, gezegd: dat Zwedens geschiedenis die zijner Koningen was. Ik deel in zijne meening, en voeg er bij: Gelukkig de Koningen die, a/s ik, hunnen steun vinden in de natie, welke hun hare aangelegenheden toebetrouwr. Dit vertrouwen is het, dat mij, in mijnen reeds gevorderden ouderdom, als het ware een nieuw leven geeft; dat, gesterkt door de bescherming der Godde lijke Voorzienigheid, mij onder de volksscharen gevoerd heeft, welke mij te gemoet stroomden, om mij niet alleen voor het goede te danken, hecwelk ik gelukkig genoeg geweest ben te doen, maar ook voor dat gene, hetwelk ik nog ten voordeeie des Vaderlands bedoel. Dit vertrouwen, eindelijk, is het ook, dat mijne besluiten verder blijft besturen. PORTUGAL. Lissabon den isten November. De laatste tijdingen, over Engeland aan. gebragt, berigten, dat er nog geen nieuw Ministerie gevormd is. De Burg graaf, da Bandeira had geweigerd het Voorzitterschap te bekleeden, zoo niet aile tegenwoordige Ministers, met uitzondering van die van Binnenland- scire Zaken en Findncién" hun afscheid zouden nemen. De zamenstelling van een nieuw Ministerie is toen opgedragen aan den Baron de Bomfinidie ook zijne pogingen daartoe zeer spoedig heeft moeten opgeven. De Burggraaf fa da Bandeira, wérd toen wederom, in het laatst van October ten hove geroepen, om een nieuw Ministerie te vormen. Men verwachtte, dat thans een Minjsterié tot stand zon komen hetwelk bestaan zou uit Bandeira als Voorzitter, Bomfim van Marine, Vasconcclles van Oorlogen dat Campos, S'atickes eii OHveira hunne portefeuilles zouden behouden. De Migu'ellisten beginnen zichsedert de nederlaag der Chartisten, weder om te vertoonen. Het guerilla's—hoofd Remechido beweegt zich wederom in het zuiden, en er wordt thans nog van een ander hoofd, zekeren Colonel Roboclto gesproken die talrijke benden oifder zich zou hebben. De laatste is echter reeds met, de Koninglijke troepen slaags geweest en heeft het on. derspic gedolven. De Baron das Autas is eindelijk van Oporto te Lissabon aangekomen. De BurJd-af Sa da Bandeira is de'nazaat van eer Anyer te Safllarem. die tot grooten rijkdom geraakte, dewijl hij, tijdens de verdrijving van de jezniten uit Portugal, onder Pombal, een azijnvat op eene verkooping kocht waarin de Jezniten van het klooster te Santarem hunne kostbaarste kleinoo. dien van goud en edelgesteenten verstoken en hetwelk zij in den kelder ge worpen hadden, in de hoop om het daar uit te redden. Door dezen vond zag dé gelukkige kuiper zich in staat aanzienlijke goederen te koopenetf werd alzoo de stamvader van een bloeijend geslacht. SPANJE. Berigten over Parijs van den 8 November. Het Journal des Débats bevat over het terugkeeren van bijna het geheel Canistisch leger over den Ebro de volgende redeneringen: Het gelieele expeditionnaire legercorps der Carlisten is stellig in de Bas. kisclie provinciën teruggekeerd. De aanhangers van Don Carlos hebben zicll beijverd 0111 de openbare meening in dwaling te houden nopens den terugkeef van den Precendent zeiven, en verscheiden dagen achtereen verzekerd, dat die Prins met de helft zijner armee in Castilie bleef. Thans kan zijn aftogt niet verder in twijfel worden getrokken, want men weet dat hij zich detl 26 October te Dnrango in Biskaye bevondvan alle kanten wordt dit berigt bevestigd. De Carlisten komen zich reorganiseren in deze gewesten, werwaarts zij uitgeput, gesmaideeld en in ellendigen staat zijn teruggekomen, hetgeen hun evenwel misschien niet zat belecten om eenen onverhoedschen aanval tegen Bilbao oi eénige andere ongedekte stad te ondernemen, indien niet Espartero zich haast 0111 de Carlisten in Navarre te volgen. Binnen weinig tijds zul len zij denkelijk eene expeditie over den Ebro uitzendenom den oorlog in het gebergte tusschen Burgos en Soria gaande te houden, waar zij voor het oogenblik slechts zeer weinig manschap hebben acntergelateu. Maar deze vrij waarschijnlijke expeditie is verre van de nieuwe invasie-plannen te veri vullen, welke door Don Sebastian in eene proclamatie worden aangekondigd, en waarin hij onder raadselachtige grootspraak de harde noodwendigheid van den aftogt der insnrgenten tracht te verbergen. Maar de vijand, hoe uitge put hij wezen moge, is niet overwonnen; noch verstrooid. Hij herstelt zich en werft volk aan, te midden der landstreken, welke hem sints drie of vier jaren in ongestoord bezit worden gelaten. Wil men hem, even als tot dus verre, ook in het vervolg daar in rust laten? Is dan het gebergte van Gui. puscoa ontoegankelijker dan dat van Burgos, te midden van hetwelk nu on langs tegen de Carlisten verscheiden gevechten zijn geleverd en zij uit de door hen gekozen sterke stellingen zijn verdreven? Kan dan Estella, die notendopniet belegerd en bemagtigd worden en kan men niet eindelijk den grooten weg tiaar Bayonne openen en de vallei van Bastan bezetten Wanneer deze taak niet door de constitutionnele Generaals wordt onderno men op het oogenblikdat de vijand nog in de wanorde van den aftogt ver keert wanneer men eene onderneming van zoo veel gewigt als onmogelijk blijft beschouwen om de eenige reden, dat daarbij volk zoude verloren gaan; wanneer eindelijk de kontonnementen der insurrectie steeds voor onaantast baar worden verklaard, alsdan zal men zich het denkbeeld moeten eigen maken nog vijf, ja tien jaren eenen oorlog te zien durendie welras de laat. ste hulpbronnen van Spanje zal hebben opgedroogd. Berigten over Parijs van den 9 November. Don Carlos heeft de volgende proclamatie uitgevaardigd, gedagteekend den 27 October: De Koning, wiens wapenen altijd door de overwinning zijn bekroond, keert tijdelijk in zijne getrouwe provinciën terug, ten gevolge van gebeur tenissen, die maatregelen van regtvaardigheid en gewigt vorderen, waardoor het einde van de overweldiging der omwentelingsgezinden wordt voorbereid. Vijf maanden, vol ongehoorde vermoeienissen en ontberingen, maar te gelijk door menig roemrijk wapenfeit gekenmerkthebben het grootmoedig hare des Konings niet doen nederbuigen, die om zijne geheiligde regten van sou- vereiniteit te verwezenlijken, een besluit heeft genomen, hetwelk geluk kige gevolgen moet hebben. De provinciën zulten geenerlei nienwen Use behoeven te dragen maar ieder zal zich ongetwijfeld beijveren, om mee spoed het onderhoud van een leger te verzekeren, welks dapperheid nieuwe overwinningen aan het vaderland zal verschaffen. Z. Maj. wenscht, dat dit niet alleen het doel der pogingen van de provinciale Overheden zijmaar rekent ook op derzelver medewerking, om alle ongegronde geruchten en nadeelige veronderstellingen tegen te gaan, die de mannen der omwenteling, door eene arglistige uitlegging der laatste krijgsverrigtingen niet zullen nala. ten te verspreiden. Uit Bayonne schrijft men van den 4deti dezer: Het hoofdkwartier van Don Carlos was den 31 October te Omurio en Dnn Sebastian bevond zich laai stel ijk te los Arcos; voor de soldaten, die in den ellendigen toestand verkeeren, werden met den meesten spoed kleederen vervaardigd. Don Carlos heeft den Luitenant-Generaal VUlareal en den Ge neraal Simon Torre te Estella doen in hechtenis zetten, en den in ongenade gevallen Generaal Moreno als Chef van den staf vervangen door den Gene raal Zariateguy. De Christino-Chcfs Espartero en Lorenzo bevonden zien te Logrono en Vittoria. Berigten over Parijs van den 10 November. TelegraphisChe Depeche. Bordeaux, 4 November. De Generaal Espartero was den 2Östen te Bnviesca vanwaar hij meldt dat Don Carlos over de vallei van Mena, in de Baskisehe provinciën was teruggekeerd. Hij voegt er bijdat hij de gemeenschap met het noorder- leger herstellen, en zijn maatregelen nemen zal, om den goeden uitslag van den wimerveldtogt te verzekeren. De Fransche dagbladendie de partij der Carlisten trekkenkomen er ook thans vooruit, dat Don Carlos in Navarre teruggekeerd is; doch zij voe gen er bij, dat hij aldaar slechts zoolang zal vertoeven als noodig is om zijner troepen goed uit te rusten en dan wederom aanvallenderwijze zal gaan handelen. Ook zou Don Carlos talrijke recruten uit de binnengewesten ge. ligt hebben, die thans in Navarre gedresseerd en geëquipeerd zullen wórden. ITALIË. Onlangs hebben wij uit een Duitsch blad eenige staaltjes medegedeeld van de onverdraagzaamheid der Sardinische Regering tegen de Protestanten; in eenen brief uit Turin van 28 October, leest men thans het volgende: De klagten over die onverdraagzaamheid zijn niet geheel gegrond. Voor zeker ;s het te bejammeren, dat ten opzigte van de Protestanten en derzel ver regten, oude, in onbruik geraakte en harde bepalingen weder vernieuwd zijn; dezelve hadden geheel afgeschaft en door nieuwe naar den geest des tijds vervangen moeten worden. Men zeggeniet, dat ons volk daarvoornog niet rijp is, want ook de Piemontezen, Genuezen en Savoijers zijn vooruit gegaan, en alleen in het duistere Sardinië zouden welligt vrijzinniger bep». lingen ten aanzien der Protestanten nog ontijdig zijn. Intusschen is toch, ook volgers die oude 11U vernieuwde wetsbepalingen de toestand der Pro testanten niet erger dan die der Joden; zij worden niet als getuigen geweerd,, en geene nieuwe verordening verbiedt aan de Notarissen, om contracten te- hunnen voordeeie op te maken. Het nieuwe burgerlijke wetboek is overi gens grootendeels uit het Code Napoleon overgenomen, met verandering van die artikelen, waarin de ondervinding eene wijziging als wenschelijk heeft doen voorkomen, en die men ten deele ook iu Frankrijk zelve afgeschaft of andere in de plaats gesteld heeft.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1837 | | pagina 2