A'. IS3Y,
LEYDSCHE
C O U R A N T.
VRIJDAG,
,8 AUGUSTUS.
NEDERLANDER
T U R K Y E.
v ..VVOO'
r's' T.£
v",-
-.".V
Leyden den i^den Augustus.
Men meldt uit 's Gravenhage van heden den i/den dezer:
Zijne Maj. de Koning wordt tegen het einde der maand in deze Residen-
tie terug verwacht.
Er worden in het Bosch bereids vele 'toebereidselen tot vrolijke vie-
ting van 's Konings geboortedag, op den 24sten dezer, gemaakt. Naar men
Verzekert, zal er dit jaar, te dier gelegenheid, een waar volksfeest worden
gehouden. Er zullen mastbeklimmingen plaats hebben, vuurwerk afgesto
ken, luchtballons opgelaten worden, enz.
Naar men verneemt, heeft het Zijne Maj. dezer dagen behaagd, den
heer .7. N. Baron de Constant de Rebecque, opper-Intendant over de opvoe
ding van de Koninglijke Kleinzonen, eervol uit die betrekking te ontslaan,
en denzelven tevens, onder toekenning van pensioen, den titulairen rang van
Luitenant-Generaal te verleenen.
Gisteren heeft Z. K. H. Prins Frederik der Nederlanden zich naar den
Helder begeven. Na Hoogstdeszelfs terugkomst van daar, zullen HH. KK.
HH. Prins en Prinses Frederik naar het Loo vertrekken, ten einde de viering
van 's Konings geboortedag aldaar bij te wonen.
Zijne Exc. de Luitenant-Generaal, Minister van Koloniën, is den i3den
van zijne reis alhier terug gekomen en heeft den volgenden dag zijne ambts
bezigheden weder hervat.
Even als in vorige jaren is van Regeringswege weder eene geldelijke
subsidie van ij;,ööo toegestaan aan het Stedelijk Bestuur der stad Araster
dam, ten behoeve van den Hollandschen schouwburg aldaar.
Bij het corps marechaussée is benoemd, tot isten Luitenant, .7. H.
Blom, thans tweede, en in zijne plaats P. lÊtlfert, Adjudant onder-officier
bij gemeld corps.
Het non-activiteits-tractemenc is verleend aan de iste Luitenants C. J,
von Steinhouser van de ,5de en D. Stande van de 9de afdeeling.
Men verneemt, dat aan een Russisch genie-officier is vergund om de
vestingwerken, enz., van den Staat in oogenschouw te nemen.
De kapitale zeebeer van de vesting Neuzen, welke achtereenvolgens
tweemalen was aanbesteed, doch welke publieke aanbesteding door de ge
nerale Directie der genie was geimprobeerdis den 7 Augustus in die ves.
ting, in tegenwoordigheid van den Kolonel der genie ÏÏinaber, ten derden-
male, met eenige wijzigingen in het bestek, publiek aanbesteed, en door
de heeren van der Maden en Fisser aangenomenvoor eene som van f 268,0005
op het laatst dezer maand zal in dezelfde vesting eene aanzienlijke aanbe
steding van metselwerk plaats hebben.
In den nacht van den 8 Augustus, is in de gemeente Besoyen brand
ontstaan in den graan- en schorsmoleh van de heeren Kloek en de Leyer,
bemalen wordende door den molenaar Peter IFinkenswaardoor die molen
binnen korten tijd in de asch is gelegd, terwijl de nabijgelegen huizen,
wier rieten daken reeds vlam hadden gevat, door de hulpvaardigheid der inge
zetenen en van die van het nabijgelegen Waalwijk, behouden zijn gebleven»
Men meldt uit Dinxperlo van den 14 Augustus:
Gisteren middag omstreeks één ure, barstte een hevig onweder, uit het
zuidwesten opgekomen, boven deze plaats los; sterke bliksem en donder
volgden elkander herhaaldelijk opde toren van het dorp werd daarbij van
het spits af, tot aan het muitrwëtk aan de buitenzijde getroffen, zoodat vele
leijen afgeslingerd en een balk boven het muurwerk verbrijzeld werd; ge
lijktijdig sloeg de bliksem digt aan het huis van den geneesheer van het dorp,
meer dan 300 passen afstands van den toren verwijderd, langs den stam van
een vruchtboom, die zijne takken deels boven het huis had verspreid, ter
neder, en waardoor een varken, in deszelfs onmiddelijke nabijheid gelegen,
werd gedood, zonder dat er overigens aan het huis, of in den omtrek eenige
schade hierdoor te weeg gebragt werd.
Uit de beide Vlaanderen wordt zeer geroemd op 'de gewassen des
Velds. Het olijzaad had eenen zeer rijkelijken oogst opgeleverd. Dit laat
ste was in Henegouwen geheel mislukt,
KonstantinopeL den 25 Julij, Het smaldeel, hetwelk gereed was uit te
loopen, is onder zeil gegaan. De Groot-Admiraal en de Vice-Admiraal
hebben over dit smaldeel het bevel, hetgeen uit 14 grootere of kleinere
oorlogschepen bestaat, en de rlgting naar de zee'van Marmora genomen
had, om naar de Middellandsche zee te stevenen. Er heerscht nog altijd
een diep geheim over de bestemming van deze expeditie. Eenigen meenen,
dat er een staatkundig doet mede verbonden is, en dat het voor Tripoli
zou bestemd wezen; anderen daarentegen denken, dat het eenige doel is
de manschap in groote evolutien te oefenen; hetgeen misschien wel het
meest bij de waarheid komt.
De Sultan schijnt zijn voornemen, om Europesche beschaving in zijn
Rijk in te voeren, te laten varen. Dezer dagen is alhier eene belangrijke
bekendmaking afgekondigd, welke vooral tegen de vrouwen gesteld is en
het oogmerk heeft, om onschuldige vermaken en handelingen haar te ont
nemen. Sedert eenigen tijd namenlijk, was het in zwang gekomen, dat de
vrouwen des namiddags uit wandelen gingen en dan wel tot zonnen-onder-
gang, of na dien tijd terug kwamen, en in haar gezelschap zich heeren be
vonden, welke gezamenlijk de wandeling mede deden, hetgeen tot gezellig
verkeer Zeer aangenaam was en tot beschaving kon mede werken. De
Sultan heeft in eens dit onschuldig vermaak den bodem ingeslagen, beve
lende, dat de vrouwen voortaan geheel alleen zullen wandelen, en ten min
ste anderhalf tiur voor zonnen-ondergang binnen 's huis moeten zijn; ook
zullen zij geene harem-koetsiers, die los gekleed zijn, in hare dienst mogen
houden, maar slechts deftige en afgeleefde mannen.
Verder waren de vrouwen thans gewoon om in galanterie en andere winkels
te gaan, zeiven de waren te bezigtigen en met den eigenaar van den winkel
of zijne bedienden te handelen en natuurlijk dus ook te spreken.De Sultan
vindt dit te onzedig. Voortaan zullen de vrouwen geene winkels meer rrto.
gen binnentredenmaar slechts, aan de deur staande, vragen Wat ze verlan-
gen. De winkelhouder zal daarenboven alle jonge manspersonen uit zijn huis
moeten verwijderen, hetzij die Armeniërs, Grieken, Katholijken, Joden of
van andere natiën en gezindheden zijn. Zij zullen ook voortaan geen
koffijhuis mogen bezoekenom ijs te etendat is al te onfatzoenlijk.
RUSLAND.
Tn brieven uit Kor.stantinopel worden eenige bijzonderheden omtrent den
de Pussen en Tscherkessen opgegeven, voor wier echtheid
de'schrijver zegt in Te staan. Een Russisch corps van achtduizend man, dat
den Kuban was overgetrokken, zou zich den 26 Me. met oen ander van
den K-Uoau 5 Generaal miltamtneff, dat over zee naar Ghe.
lcrgik vervoerd 'was, vereenigd hebben. In de stad Adhecum hadden de
Enaelsche kooplieden Bell en Longmrth die door het afzenden van schepen
naar de Tscherltessische kust, in spijt der bepa ingen van de Russische Re
gering bekend zijn, met de hoofden dier volksstammen beraadslaagd, en
zouden beloofd hebben, dat Engeland hun bijstand zal verschaffen. De En.
epische Gezant te Konstantinopel had hun, van zijne zijde, doen aanraden,
onderhandelingen met het Russisch Gouvernement aan te knoopen, en te
rrachten een verdrag te sluiten, waarbij de onschendbaarheid van het weder-
ziidsch grondgebied op den voorgrond stond, doch de Generaal JFiltiaminef
zou alleen op voorwaarde van onbepaalde onderwerping van onderhandelen
hebben willen hooren, en nadat dit geweigerd was, den 29 Mei de bergpas
van Verdave hebben willen forceren, wat hem echter mislukt was.
SPANJE.
Berigten over Parijs van den 14 Augustus.
Het Journal des Débats bevat wederom een overzigt over de krijgsverrig-
tinaen 'in Spanje, waarin hij aantoont, dat de middelstand in Spanje voor dé
Koningin-Regentes en de onder haar bestuur ingevoerde staatsregeling gestemd
is doch dat de lagere volksklassen Don Carlos aanhangen en naar eene gele.
eenheid haken, om hunne wraak aan de grondwetsgezindendie zij als vijan
den der godsdienst beschouwente koelen. De Fransche ministeriele schrij
ver ontveinst echter niet, dat de ijver voor de zaak der grondwet in vele
steden door eene treurige onverschilligheid en moedeloosheid is vervangen
die vooral ook uit de moeijelijkheidwelke het Spaansche Ministerie bij het
doen van geldheffingen ondervindt, blijkbaar is. Volgens hem is de slechte
verzorging van het leger der Koningin veeleer aan den onwil tot het opbren.
een van geld, dan aan de verkeerde maatregelen der Ministers, die toch
leene andere hulpbronnen bezittente wijten, Het gebrekwaaraan de
Spaansche soldaten ten prooi zijnis zoo grootdat nog in de eerste dagen
van Augustus de Colonel van het regiment van Toledo te Lerida zijne paar
den heeft moeten beleenen, om zijne soldaten te ondersteunen die drie dagen
achtereen niet anders dan beschuit en water te eten hadden gehad. Ook de
krijgstucht is, volgens het Journal des Débats, in de laatste tijden wel eenig-
zins verbeterd, doch nog geenszins, wat zij wezen moesr. Terwijl de offi-
eieren der Carlisten de vermoeijenissen en ontberingen hunner soldaten dee-
len geven die der Cliristinos zich niet zelden aan eene soort van weelda
over houden het voor eene volstrekte behoefteom er een paard en twee
muildieren op na te houden, welke laatsten hunhe pakgoederen en kenkenge.
reedschappen dragenen denken bij hunne aankomst in eene stad er meer
aan om zich bij gegoede ingezetenen te inkwartieren en daar de gerijfelijk-
hedèn des levens te genieten, dan om hunne soldaten, die meestal op de
opene straat gelegerd zijn en slechts zeer spaarzaam uitdeelingen van levens,
middelen erlangen, te verzorgen.
In dat stuk treft men nog deze zinsnede aan
Don Carlos heeft, in weerwil Zijner laatste tegenspoedeh, blijkbaar een
groot pnnt gewonnendat is van het oorlogstooneelhetwelk vroeger aan
den voet der Pyreneën was beperktten zuiden der Ebro te hebben overgebragt
het is niet meer in Navarre, maar in het hart van Spanje te zoeken en heelt
eene overgroote uitgestrektheid bekomen. Vroeger trachtte men, door eene
soort van blokkade de opstandelingen in Guipuzcoa ingesloten te houden;
thans zou men zich gelukkig mogen achten, indien men hen daarheen kon
terugdrijven» Nog moet men de pijnlijke opmerking maken, dat de Baski.
sChe provinciën, ofschoon ook door Don Carlos en andere kolonnes, ter
gezamenlijke sterkte van 15 of 20,000 man verlaten, evenzeer als vroeger
zich in eenen staat van opstand bevindenzoo zelfsdat de grondswetge-
zinde troepen aldaar geene enkele schrede zijn vooruitgegaan. Integendeel
was de CarlistisChe Generaal Uranga laatstelijk bezig, om PenaCerrada, niet
verre van Vittoria, met grof geschut te belegeren. Daar de in Navarre
achtergeblevene troepen niet sterk genoeg waren, om hem het beleg te doen
opbreken, heeft de Bevelhebber van NavarreGeneraal Escalera, die de
kolonne van Zariateguy vervolgde, in allerijl naar de Ebro terug moeten
keerèn om Penacerraga te redden. Daardoor werd de colonne Carlisten
sterker'dan de haar op eerbiedigen afstand vervolgende troepen, en heeft zij
zich van Sagovia en het kasteel dier stad kunnen meester maken.1'
Terwijl jiet aldus eindigt:
Wij echter bezweren hen van goed toe te zien. Indien zij zich herinne
ren' wat de opstand in zijne beginselen vier jaren geleden wastoen kleine
benden van de eene valei naar de andere rondzwiervenhoe de Carlisten
vervolgens meester van het grootste gedeelte der vier provinciën zijn ge
wordenen hoe thans uit diezelfde valleijen, die de wieg van den oorlog
waren leger-afdeelingen van 10 of 15,000 man te voorschijn komen, die
Arrago'nCastilie en Valencia teisteren; dan moeten de grond wetsgezindërt
ook inzien, waartoe zulk een gestadige voortgang binnen drie of vier jarert
leiden zou. Wij bezweren Spanje, om daaraan indachtig te zijn, en voor
het aangezigt van Europa, hetwelk dat land met geene mindere belangstel
ling, dan angst gadeslaat, niet aan zich zelve te ontvallen."
Uit Madrid meldt men van den 5den:
Overal heerscht bij de verkiezing-verrigtingen eene groote werkzaamheid J
de kiezers vertoonen zichmeer dan ooit te voren, ijverig om aan de stem
ming deel te nemen, en alles doet getooven, dat indien niet de geinagtigde
partij een beslissend voordeel in de nieuwe zamenstelling der Kamer ver
krijgt, die partij althans met veel bekwaamheid en met volkomen behartiging
zal worden vertegenwoordigd.
Een brief van Saragossa van den 6 Julij meldt, dat de Pretendent zijne
cantonnementen van Caiitavieja niet verlaten heeft. De Generaal Ëspartero
heeft zich met de andere troepen van de Koningin den 4den verwijderd; Mj
bevindt' zicti te CalamoCha. Deze beweging is zonder twijfel vereenigd
met het doel om de punten te bezetten, waarheeh de factie zou kunnen
""Het^geriicht beeft hier gisteren geloopen, zonder dat men weer waarom
dat de Generaal Espartero geheime onderhandelingen met den Pretendent
gehad heeft, welke ten doel hadden, den vrede en de vaststelling van dert