2elfs welwillendheid gebruik maken. Ik beinin Engeland en zal hec.alcons toi rigtsnocr nemen. Zoo zijn mijne opregie gevoelens" voegde de koning hierbij, de hand van den heer ƒ,310// drukkende, „en hij, die liec tegendeel •beweert, belcedigc Engeland en mij. Doe mg de vriendschaphetgeen ik 11 gezegd heb, aan het Engelsche Gouvernement en aan Sir LawryCole mede te deelen.'V De heer Lyall den vvensch aan Z. M. geuit hebbende, om zijne geregel de troepen te zien manoeuvrerenrukte eene compagnie grenadiers met hare miizijk het voorhof binnen, en schaarde zich onder het geroep van: leve Ra da mavoor on?. Dezelve voerde onder de bevelen van den Colonel Rayvadie beurtelings in het Engelsch en MadagasCörsch commandeerde, verschillende evolutien uic, waarvan de juistheid mij verraste. Bij onze terugkomst vonden wij, aan boord van de Erineene iiitnoodi- ging tot een diner ten hove. Een uur daarna bragt ons Zijne Madagascar- sche Majesieic eene contra-visite, vergezeld door zijne lijfwacht, zijnen generalen staf en een twintigtal vrouwen, belast om door hare zangen de tegenwoordigheid van haren meester te vervrolijken, van welken last zij zich kweten op eene wijze om ons gehoorvlies ie doen barscent, Het gezel schap bleef een half uur aan boord en vertrok nietdan na eenige flesschen Champagne geledigd te hebben. „Dit is een bezoek, dat mij bevalt," zeidc de Koning ons verlatende: „het zal niet het laatste zijn." Den 31 October, dag van het feestmaal van Z. M., kwam een zijner Mi nisters bij ons, en liet, al sprekende over andere zaken» met ee-ïiigte woor den het doel van zijne komst verstaan. „Madagascar," zeide hij ons, „heelt even als andere landen deszelfs bijzondere georiuken. Daar gij nedên', mee den Koning het middagmaal gebruikt, zal ik er u een van doen kennen, dac gij weten moet. Aan de tafel van Z. M. is de eereplaats o'vér defi" Vorst maar de -genoodigde die hij aan zijne regter zijde plaatst, bekleedt den hoog- sten rang; hij wordt als vriend behandeld." Op het uur, dat voor het maal bepaald was, begaven wjj ons naar de bat terij, alwaar wij dezelfde eerbewijzen als den vorigen dag ontvingen. De heer Lyall nam aan de regter zijde van den Vorst plaats. De tafel, mee smaak versierd, was met glad zilver en kristal bezet, en werd beurtelings niet eene bovenmatige hoeveelheid vleeschvisch en wild bedekc. Tusschen de twee geregten stond de Koning op, en stelde de gezondheid van GeotgelP in. De lieer Lyall droeg op zijne beurt eene toast op den Vorst van Mada. gascar voor; deze toast werd, even als de eerste door een driedubbel vivat vergezeld, en gevolgd door het nacionaal lied: Rule Britannia, Bij het dessert zongen de Heeren Robin en Lyallde eerste eene Fransche aria met orkest, en de tweede eene Schotsche ballade. Men bleef tot elf ure aan tafel, waarnade Champagne zijne werking beginnende te doenmen begon te dansen, hetgeen tot laat in den nacht voortduurde, toen wij waggelende weder te paard stegen. Zoo eindigde onzen vierden dag. In den avond vaii den derden daarop volgenden dag vergezelde ik den Agent naar het paleis van Z. M. In de zaal bevonden zich de Generaal en de Prinses Rafarlah, Men regtte eene collation aan, bestaande in roomkaas en beschuit, besproeid met zeer goede aledaarna verzamelde zich het gezelschap inden voorhof 0111 de Madagascarsche dansen bij te wonen, welke door ineer dan twee honderd personen van beide geslachcen werden uitgevoerd. Deze dan sen waren even zoo bclagchelijk als onkuisch, en de muzijk was zoo onwel luidend mogelijk. Het orkest bestond uit vijf intizijkanten: de eerste bliei met de volle kracht zijner longen, op eene soorc van kleinfluitjeen de vier andere sloegen inet alle geweld op eenen trommel en op tinnen en ko peren platen. De dans geëindigd zijndeverzocht de heer Lyall mij mijne fluit te nemen, en aan de Madagascarsche ooren te doen opmerken het ver schil dat er bestond tusschen de Europesche melodij en het geweld dat wij gehoord hadden. Ik speelde eenige Engelsche en Schotsche liederenen eindigde met eene contredans, welke onze dansers op nieuw in beweging bragt, met Z. M. aan het hoofd. Eindelijk ging de vergadering onder een algemeen vivat uiteen. De Koning vergezelde ons nog een eind weegs, terwijl eene aanzienlijke menigte de lucht van haar geschreeuw deed weer galmen. Op eenigen afstand van het paleis gekomen zijnde, deed de Koning eenen cirkel beschrijven, en verschafte ons het genoegen van eenen worstel strijd tusschen zijne beste boxers. Den 4 November nam de Koning het middagmaal bij den heer Lyall, Hij kwam ten 6 ure aan het hotel, vergezeld door den Groot-Maarschalk, den Generaal, de Prinses Rafarlah en den Prins Ratafeen omringd door zijne wacht met muzijk. Ik ontving Z. M. aan den deur: de heer Lyall wachtte hem aan den ingang van zijn vertrek af. De gasten waren ten getale van tien: alles ging even zoo als bij den Koning toe. Ten negen ure kondigde een artillerie-salvo de koffij aan. „Ik vertrek over een uur naar mijne hoofdstad," zeide ons toen Z. M. Zijne officieren die hier niets van wisten en verwonderd stonden te kijken, vertrokken dadelijk, maar de Koning bleef nog eenigen tijd bij ons. Aan de batterij gekomen, tot welke plaats wij hem vergezelden, nam hij afscheid, en zeide ons: zoo- dra ik een ander gewaad zal hebben aangetrokken zal ik op weg zijn naar Tananarivon. Vaarwel," voegde hij er bij, ons de hand drukkende, „tot we- derzienstot de maand Junij." Een half uur daarna wilde ik mij verzeke- ren of de Koning werkelijk vertrokken was: ik zag zijn paleis verlaten, alleen waren eenige slaven van de achterhoede bezig de bagaadje te pakken. Het onverwacht afreizen van Z. M. maakte ons langer verblijk te Tama- tave nutteloos, ons vertrek naar het eiland Mauritius werd dug beslocen en den 7 November waren wij zeilvaardig. Alvorens te eindigen moet ik nog eenen trek aanhalen, welke toont, hoe veel Radatna aan de stipte uitvoering der wet op de afschaffing van den slavenhandel hecht. Hij belastte onlangs een zijner onderdanen, om zich naar eene provincie van het zuiden te begeven, een einde er gade te slaan, hoedanig deze wet werd nagekomen, en beval hem in het bijzonder aan, geene overtreding hoegenaamd te dulden. Deze ongelukkige jongeling, door eenige goudstukken verleid, verkocht eenen slaaf, die in zijne dienst stond. Zoodra de Koning dit vernam deed hij hem gevangen nemen en nadat hij door den grooten raad was veroordeeld onder Zijne oogen ter dood brengen. Z E E - T 1J D 1 N G. In Tcssel binnengekomen W. H. Smit en W. Cammings, van Londen VV. Burn, van Sunderland, T. Brun, van Bergen, O. Olscn, van Libaii, B. Nielsen, van Riga, J, II. Jonker, van Oudsoen, E. K. Egberts-, van Cuxhaven, B. P. BaarscnS. Meisom 'O. H. Sein, L. GjcrsöeR. C. Agcrup, T. A. Waerncr, H. B. Ellcgers, A. A. Ha- raldsenJ. L. JaeobsenL. Bakker,. C. Stibolt, C. Them, T. E. With, A. Kru- geH. j. Hesse]bergL. TimeS. Backman en O. H. Ohristensen, van DVanïméiV. In het Vlie binnengekomen E. H. de Gr'oothvan Riga, A. W. Lundvan \Vhi- dati, D. J. de Groot, van CarlshnmnJ. D. Blaauw euB. J. JaskivanMemelJ. Abra hams en 'G. G. Bakker, van Koningsbergen, E. J. Visser, van Stettin, C. J. Ohlsen, van Rostok en J. Jensen,-van Bergen D. K. de Groot, van Christiaansancf, G. T..Hit* ting, H. D. dc Groot, van Arendahl, D. D. dc Jong, van Breinen. Te Tersch. niets gepasseerd. Het schip de Goede VcrwagtingKapt. F. F. Lieflyn, van Hamburg naaf Amsterdam, is den 4 Junij wegens tegenwind te Cuxhaven binuêngeloopen'. D'e schepen Havana PacketKapt. J. Visser van Amsterdam naar Havanaen Anna Jdelhetd, Kapt. G. J. Wesseling'van Eindenwaren den 4 Junij op dc hoogte van Portsmouth. Het schip NapoleonKapt. Storey, van Matarizas, te Cowes binnen, is, op bekomen order, naar Rotterdam of Antwerpen verzeild'. Het schip the SurpriceKapt. Pironet, van Paraiba naar Amsterdam, is den 2 Junij te |erscy binnengeloopen. ArrivcmentcnTc Marseille Kapt. P. P. Muntendam en A. P. Lind, en te Oléron' sipkes Feyker Zn., allen van Amsterdam; te Guernsey J. Lnnfcsly en P. 1c Page, van Rotterdam; te Gravcsend Kapt. Gascoyne, van Groningen; te Hull J. C. Ludders, van Rotterdam, K. Ellens en Kapt. dc Jong, van Groningen, C. H. Craansruivcrvan Amsterdam; Scatnn sluice, en te Gnivrmomh J. L. Duncan, beide van Rotterdam; te Brcincrhaven J. 11. Bruus, van Auistci'dmh. L,F.FmvAr.DF.N den 7 Junij. Door het bedanken van den F.cï'w. Heer Ilaydecopcr Prcdikahr ie Zutphenis alhier op heden het onderstaand twaalftal, en dadelijk danró/ het daaronder vermeld zestal van Predikanten geformeerd: Twaalftal: DD. Muurlingie Siictis; Ilugticninte TjaIberd de Voogd, te Nijme. gen de Goeiete Dronrijp; Molenkampte Rijswijk; Vroomte Almelo; rinspach te Deventer; van IlasJ'eltte Woramels; Bibente Edam; Scltukkincte Zuidw'olde' Hi nlopente Beek; 1 lolling, te Helder. Zestal: DD. Muur ling, de VoogdAftspdchdc Godie, Ilugucnin en Biben, De Prijs_ van de BOTER Aan de Waag binnen Leyden. Zaturdag den 10. Junij 1837. Van 29 tot 34 gulden. PRIJS-COURANT dei; EFFECTEN. Amsterdam den 10. Junij 1837. Nederlanden. Werke!.Schuld 2 JpCt.51J Ja 52 Dito 5 93jja Uitg.a Kans-Biljetten22 Ja - Am0rt.Syndic.4j - 92Ja, 3ï75V Hand.-Maats. 4J 174^3176^ Nieuwe dito..4Ja - Frankrijk. Inschr. Gfb. 3 pCt. a - Rusland. Gb.//.&C°.i798 5pCt. a - i8j-5 5a - Ins. en Certif. 6 a - 18 jj 53 PruiSsen. Geld!, te Lond. 4pCt. a - Aandeelen van ditoa - Gebl. "74 Spanje. Nieuwe 1835 855 pCt. 22^823 Dito onbep. sc...a Dito passivea Dito uitgest7f5„a— Coupons 1 Nov...a Oostenrijk. Obl. OollC°. 5 pCt. a Certificaten.2 Ja Neg. Metaliek 2 j-a - idem5 99ja - Dito in Lond. 5 a - Bank-Aktien.3 a Napels. Certificaten..5 pCt. a Dito in Napels. 5 a Griekenland. Obl. 1 l.gr.sT.spCt. a Gebl =3 Het stuk uit Amsterdam is ons geworden en van hetzelve zal worden ge. hruik gemaakt, indien de Schrijver zijnen naam te kennen geeft. Bij' vonnis van de Regtbank van Eersten Aanleg te Leyden, aldaar waarnemende de zaken van Koophandel, in dato den 9 Junij 1837, ijl GERR1T WILLEM GRUNDEMANN, iVinkelier, wonende te Leyden, aan de Vischmarkt, in staat van Faillissement verklaard, en de opening van hetzelve provisioneel, en tot nader rapport, bepaald op den vorigen dag. Tot Regter-Commissaris is benoemdMr. J. N. van PUTTKAMMERplaatv vervangend Regter bij gemelde Regtbank, en als Agenten zijn aangesteld: Mr. W. A. GOEDKOOP, Advocaat, en J. J. HANNAART, Fabrikeur, beide wonende te Leyden. Voor extract conform, J. F. C. MOLTZER, Griffier. Heden overleed tot onze bittere droefheid, onze veelgeliefde Moe der, ALIDA SOPHIA COSTER, Weduwe van Gijsbert Salomon van der Spruyt, aan de gevolgen eener kortstondige, doch hevige ziekte, in den ouderdom van omtrent 52 jaren. Leyden, G. W. van dek SPRUYT. 8 Junij 1837. Mede uit Naam van mijn Broeder, Zuster en verdere Betrekkingen. NEDERLANDSCHE H AND E L-M A AT S CIIA PPIJ. De Directie maakt, ingevolge het 94ste der Arcikelen van Overeenkomt bekend, dat, door den Raad, in deszelfs zitting van heden, in overeenstem, ming met de bepalingen van het 9de en 92ste der evengemelde Artikelen, is besloten tot de Uitkeering van een DIVIDEND over het Boekjaar 1836, ten bedrage van Zeventig Guldens, over elk Aandeel, groot looo, staande op Naamen verwittigt dien ten gevolge de Houders van Aandeelen op Naam, dat, overeenkomstig den inhoud der bij die Aandeelen afgegeven Nieuwe Dividend-Bewijzen, tot de BETALING, tegen intrekking van het tweeih derzelve, zal worden gevaceerd bij de Nedtrlandsche Bank te Amsterdam en wel te beginnen met Dingsdag den eersten Augustus aanstaande. Amsterdam, den 9 Junij 1837. Van der HOUVEN, President. KOOY, Directeur fungerend Secretaris, OPROEPING van CREDITEUREN. De Crediteuren in den Boedel van den gef'ailleerden G. W. GRUNDE' MANN, wonende te Leyden, worden bij deze opgeroepen, om op Donder, dag den 22 Junij 1837, des voormiddags te elf ure, te compareeren vont den Heer Regter-Commissaris in den voorschreven Boedel, op het Raadhui! te Leyden, ter Kamer, waar de Regtbank derzelvcr gewone zittingen houdt, ten einde aldaar werkzaam te zijn, ingevolge de bepalingen van de iste Sectie, 6de Hoofdstuk, iste Titel, 3de Boek van het Wetboek van Koophandel. De Agenten in denzelven Boedel, W. GOEDKOOP. J. J. HANNAART. Op Zaturdag den 24 Junij 1837, <*es avonds ten zes ure. zal men ii het Heeren-Logement aan den Burg binnen Leyden, (op RF.GTF.RL1/Kl AUTORISATIE), publiek Veilen en Verkoopen, de navolgende BLOKKEN TIENDEN van LANDEN, behnorende tot de nog onverdeelde Bezittingei van'Wijle Vrouwe IDA AGATHA DEUTZ, in leven Weduwe van dei Wel Edel Geboren Heer Mr. Pieter Jan Marcus, gewoond hebbende tt Leyden en aldaar overleden, als: N°. t. Veertien BLOKKEN TIENDEN van LANDEN, gelegen in de polder Numansdorp, onder Numansdorp, be ginnende met het tode en eindigende met het 23ste Biok, bevattende on. geveer 228 Bunders, hebbende over de laatste vijf jaren door een gerekend jaarlijks ruim npgebragt 1040. N°. 2. Veertien BLOKKEN TIENDEN vau LANDEN, gelegen in de polder Numansdorp, onder Numansdorp, be ginnende met het 42ste en eindigende met het 55ste Blok, bevattende on geveer 171 Bunders, hebbende over de laatste vijf jaren door een gerekend jaarlijks ruim opgebragt 890. N°. 3. Zeven |BLOKKEN TIENDEN van LANDEN, gelegen in de polder Numansdorp, onder Numansdorp, be ginnende met het 70ste en eindigende met het 76ste Blok, bevattende on geveer 84 Bunders, hebbende over de laatste vijf jaren door een gerekend jaarliiks ruim opgebragt 374. 60. N°. 4. De TIENDEN van alle de LANDEN, gelegen in de polder Klein Cromstriien, onder Klaaswaal, be vattende Twaalf BLOKKEN, zijnde die polder bekend ter grootte val 015 Bunders, hebbende over de laatste vijf jaren door een gerekend jaar lijks ruim opgebragt 1235. 25- Zijnde inmiddels nadere Informacien te bekomen ten Kantore van de No tarissen A. B. BARKEY Nz-, te Leyden, en J. C. van ANDEL, tc Klaaswaal, alwaar to dagen vóór de Verkooping, de Conditiën van Ver- koop ter lezing zullen liggen. Bij de Wed. ANTHONY de KLOPPER en ZOON, te Leyden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1837 | | pagina 4