Het Gouvernement der Koningin was in staat gesteld om de zaken tot de opening der Kamers aan den gang te houden. Aan hetzelve waren aanmerke lijke voorschotten gedaan. Men had goede tijding van Espartero ontvangen. Hij was van de Carlis- ten niet ver meer af. Men hoopte, dat hij in zijn voornemen goed zou slagen. Uit Bayonne meldt men van den pden: Men heeft op de linie van Val'carlus den aden dezer levendig gestreden. Nadat de Carlistische artillerie twee versterkte landhoeven op de hoogte van Zubiri verwoesten 150 man, die er het garnizoen van uitmaakten, hadden gevangen genomen, is een corps van 500 man, waarvan het vreenide legioen een deel uitmaakte, komen opdagen, en toen is het gevecht zeer warm ge. worden. Nadat een ioootal manschappen buiten gevecht gesteld waren, hebben beide partijen zich teruggetrokken. Het dagblad la Sentinetle de Bayonnehetwelk anders gewoon is voor de zaak der Koningin-Regentes te ijveren, beklaagt zich, in zijn nommer van den 7 Julij, zeer sterk over de oneenigheid, die onder de Bevelhebbers van haar leger heerschc. Volgens dit blad, ligt de Opperbevelhebber Cordova te gelijk met de Generaals Evans en BerneUe en met zijn eigen onderbevel hebber^Espartero over hoop. Aan den Generaal Evans moet hij reeds schrif telijk ten laste hebben gelegd, dat deze uitsluitend over zijn legioen bevel wil voeren en daardoor de eenheid in de krijgsbewegingen verbreekt; dat onder de manschappen daarvan schier geene krijgscuchc heerschc, en dacdezc EtigeisChen, die r.iminer tevreden zijn, ofschoon thans naauwelijk 6000man onder de wapenen tellendedagelijks meer dan 10,000 rantsoenen verslinden. Bij het vreemden legioen van Generaal BerneUe klaagt meii zeer over wan. betaling van soldij. De officieren daarvan hebben in drie maanden geen pen ning ontvangen. De manschappen van dit legioen moeten dan ook zoo ont moedigd zijn,dat men hetzelve van de Fransche grenzen naar den omtrek van Pampeluna heeft moeten verleggen, omdat zoo vele soldaten naar Frankrijk deserteelden. Eindelijk moet Cordova den Generaal Espartero, in tegenwoor digheid van verscheidene officieren, openlijk van verregaande onbekwaam heid hebben beschuldigd. Berigten over Parijs van den 14 Julij De Eco del Commercio meldt uit Madrid van 6 Julijdat Merino eene nieuwe expeditie ondernomen heeft, welke den schrik onder de bewoners van Sierra en de oevers van den Dourp verspreid heeft. Het is een bewijs van de waakzaamheid en stoutmoedigheid van onze onverzoenlijke vijandenzegt het blad, welke gebruik hebben gemaakt van de zwakte van ons reserve- leger om in Castilie door te dringen en hunne plans van aanval te ontwikkelen. Het Gouvernement had 'als voorschot reeds 5 millioen realen ontvan gen het wachtte nog andere 40 millioenmen was nu goed bij kas. Volgens de laatste tijdingen was Espartero vab de bende van Gomez slechts 6 uren gescheiden; men twijfelde niet of de wapenen.van de Koningin zou den over hem zegevieren. Uit Bayonne melde men van 10Julij, dat de toestand van Gomez voor de Carlisten niet zeer geruststellend was, indien men namenlijk berigten uit Santander moest gelooven. Hij zoude door den Generaal MensoKapitein- Generaal van Oud-Castilie aan den eenen en door Espartero aan den anderen kant ingesloten zijnterwijl verwacht wordende troepen uit Bilbao deze blokkade nog zonden versterken. Men zag dus nietwelke eene uitkomst voor Gomez mogelijk wasals dat hij zich door verhaaste marschen aan de geheele insluiting onttrok. Ook de gezindheid van de bewoners der streken welke hij doortrokken heeft, en op wie hij gehoopt had, moet niet zeer voor het Carlismns zijn. Voor het overige wordt in die berigten Vellareal, als krijgsmanten hoog ste geprezen. D U I T S C H L A N D. Frankfort «jen 10 Julii. De Conferentien van de Afgevaardigden der tot de Duitschg taivereeniging behoorende Stalen, zijn te Munchen reeds be gonnen- Naar men verneemt zal voornamelijk gehandeld worden: i°. over Wijzigingen in het toltarief; 2'. over het invoeren van meer gelijkvormigheid in de wets-bepalingen cmtient het tolwezen, welke thans nog in de onder scheidene Staten der vereeniging bestaan; 30. over de invoering van een gelijk stelsel van munten, maten en gewigten. .Het is niet onwaarschijnlijk, dat ook gesproken zal worden, over het toestaan van meerdere handels-con- cessien aan Zwitserland. Of ook gehandeld zal worden over een handels verdrag met Oostenrijk, hiervan verneemt men niets. De Pruissische Opper- Financie-Raad Kü'sne (welke thans ook te Munchen aan de bovenvermelde beraadslaging deel neemt}, is onlangs te Weenen belast geweest niet.eené zending, omtrent handetv.imigelegeÏ'heden. maar aangaande den uitslag dier zending is niets me: eenige zekerheid bekend geworden; tot dusver is Oos- tenrijkhetwelk zelfs in het binnenste van zijne Monarchie tolgrenzen heeft, ten uiterste ongemakkelijk geweest in het toestaan van concessien aan den vreemden handel. Naar men uit Wisbsden verneemt, is de Hertogin van Nassau op den jiden dezer van eene Dochter bevallen. Te Hamburg heeft in de menagerie des heeren van eiken eene Spitsber gen wolvin den loden dezer zes jongen ter wereld gebragc, waarvan zij oogenblikkelijk drie in stukken scheurde; de overige, die geheel zwart van kleur zijn, werden door krachtdadige tusschenkomst des eigenaars in het le ven gehouden. Voor eenige jaren had eene leeuwin dier zelfde menagerie te Hamburg vier jongen geworpen. In Beiieren wordt thans ijverig gearbeid aan de aardwerken voor het kanaal, ter verbinding van den Donau met den Main, eh eerlang zal men op verscheidene punten tegelijk met dien arbeid bezig zijn, waardoor een groot aantal arbeidslieden aan den kost zal geholpen worden. De stad Groot-Wardeinin Hongarije, heeft tien 19 Junij 11. eene groote ramp getroffen. Op dien dag, des namiddags ten 4 ure, werden de bewo ners der stad door de alarmklok op het bestaan van brand opmerkzaam ge maakt. Dien dag heersc'hte een geweldige storm, die het gevaarenden schrik vermeerderde. De brand wordt gezegd ontstaan te zijn in het huis van eenen geestelijke, en wel door kinderen, die met vuur speeldenspoedig was de nabij staande kerk aangetast en voorts de hooge torenvan welken de vonken en vlammen door den hevigen wind over de gansche stad werden verspreid. De brand duurde tot den volgenden dag, als wanneer ongeveer 100 huizen in de asch lagen. Dienzeifden dag tegen den avond blies de wind den vuurgloed op nieuw aan en vernielde nog acht huizen. Eindelijk ge loofde men van verder onheil bevrijd te zullen blijven, doch de geleden schade was slechts de voorbode van grooter kwaad. Dingsdag achtermiddag tegen 2 ure verhief zich de vlam met vernieuwde onweerstaanbare kracht, rol 1!e zich golvend en bruischend naar alle rigtingen en vernielde alleswat Zij op haren weg aantrofzelfs tot binnen de vesting drong het vuur door en verteerde daar alle gebouwen, met uitzondering van eenige magazijnen. Met juistheid kan het getal dar afgebrande huizen niet worden opgegeven, intus- Schen schat men het op meer dan 1500; daarenboven werden vier kerken en verscheiden publieke gebouwen de prooi der vuurvvoede. Het zoude onbe. grijpeliik schijnen hoe de brand zich derwijze heeft kunnen uitbreiden, daar tóch de rivier Körösch midden door de stad stroomt en er dus geen gebrek aan water tot blussching was; maar de hevige storm, die vele dwarhvinden vertoonde, dfeef de vlam met onbegrijpelijke snelheid dan hier datj daar heen, zoodat de menschen slechts moesten zorgen voor het behoud van hun leven, en evenwel verloren velen hetzelve op de deerlijkste wijze; het is nog niet te berekenen hoe groot derzeiver getal is, dewijl bij de heerschende verwar- uiig. en sclirik een ieder wijd en zijd is weggevlugt. GROOT-BRIT ANNIE. Londen den 13 Juljj. Volgens de Londensche bladen, heeft li. Jf.de Prils rjn Oranje, na het besluit te kennen te hebben gegeven, 0111 zijn ver blijf in Engeland nog'eenige dagen te verlengen, den itden, met de beide jonge Prinseneen gastmaal bijgewoond, hetwelk door den Koning en de Koningin op bet oude kasteel van Kew gegeven werd. Verscheidene leden van het Kuninglijk geslacht van Engeiand en andere Vorstelijke personen wa ren daarbij tegenwoordig. In den avond van den itden zijn de drie Neiier- landiche Prinsen "van Kew naar Londen teruggekeerd. Den i3den zou de Koning in die hoofdstad een lever honden. Het ontwerp tot het aanleggen van eenen ijzeren spoorweg van Man chester na de zuidelijke streken van het Graafschap Durham is in de zitting van het IIooger-Huis van den iiden, met eene meerderheid van 32 stemmen verworpen. Lord Londonderry heeft zich vooral tegen het ontwerp verzet. De tweede lezing van de wet op de gevangenis voor schulden, is, op voorstel van Lord Wellingtondrie weken verschoven. De tweede lezing van de wet op de inschrijving der geboorten en huwlij ken der dissenters, is doorgegaan. De Aartsbisschop van Canterbury had er zich zeer tegen verzet. Terwijl in Engeland hier en daar vereenigingen in den geest der Tories plaats hebben, is te Dublin reeds eene vergadering van De zoogenaamde nationale associatie gehouden, waarin een nieuive brief van den heer O'Coirril aan het Iersche volk met veel ophef is gelezenen waarin voorts reeds ee»ise inschrijvingen, voor de dus geheete Iersche regcvaardiglieids-rente zijn ge daan. Die inschrijvingen zijn tot dus verre genoegzaam alleen geschied door leden van het geslacht O'Conneil, van welke op eene lijst nice minder dan vijf en twintig, mei Daniël aan het hoofd, voorkomen. Het bedrag dier in schrijvingen is trouwens slechts 38 De Times berekentdat deze bijdrage omstreeks het drie duizendste gedeelte is van hetgeen O'Conneil, als loon „voor zijne staatkundige woelingen, in de laatste jaren van zijne landgenoo. „ten heeft afgedwongen," Een corps sappeurs en mineurs heeft last bekomen om zich naar het noorden van Spanje in te schepen, ten einde aldaar de zaak der Koningin te dienen. Velen maken de aanmerking, dat van een dergelijke» bijstand in de bepalingen van het viervoudig tractaat geen gewag wordt gemaakt. De vreesselijke hagel- en donderstorm, welke gisteren acht dagen voor enkele deelen dezer hoofdstad zoo vernielend geweesc is, heeft, lnidens ingekomen berigten uit andere Engelsche Graafschappen, ook in meer andere plaatsen aan de te veld staande gewassen eene onberekenbare schade ver oorzaakt. F R A N K R IJ K. Parijs den 12 Julij. Heden is het bevel tot sluiting van de zitting van 1836 in de twee Kamers voorgelezen. Voor deze lezing heeft in de Kamer der Afgevaardigden de Generaal Jacqueminot op het bureau het rapport ne- dergelegJ van de Commissie, belast met het ontwerp van wet op de natio nale garde van Parijs. Voor eenige dagen is er in de Medische school te Parijs eene groote opschudding onder de kvveekelingen geweest, bij gelegenheid, dat een nieuwe Professor voor het eerst zijne lessen begon; deze schijnt aan de keus der jongelieden niet bevallen te zijn, en met gevaar van zijn leven heeft hij het spreekgestoelte verlaten. Thans is er afgekondigd, dat de lessen tot nader order geheel zullen ophouden. Sommige meenen, dat tot die ongeregeldheden nog eene andere oorzaak voorhanden was; namenlijk, dat het bestuur van deze school de som voor het kostgeld zoo aanzienlijk wiide vermeerderen, dat het voor burger kinderen ondoenlijk zou zijn op dezelve te komen; en daar er bij openval lende plaatsen van Professoren een examen der kweekelingen plaats heeft, en de bekwaamste tot die bediening verkozen wordt, door alzoo te handelen, alleen rijke personen het professorale ambt zonden bekleeden. Berigten van Tanger hebben eenige bijzonderheden medegedeeld om trent den staat van de Fransche zaken te Marokko. Het Marokkeesch Gou vernement, 11a voorgegeven te hebben, dat het niet verantwoordelijk was voor de invallen vati zijne schatpligtigen op het grondgebied van Oran, heeft vervolgens verklaard, dat het alle mogelijke maatregelen genomen had, om het overschreiden van het Marokkeesch grondgebied voortaan te beletten. Het geeft voor, diegenen, die soldaten en krijgstuig aan Abdel-liader gele verd hebbenverbannen of gestraft te hebben. Óndertusschen meent men weinig op dat getuigenis te kunnen aangaan, daar gedurende den oorlog mee den Dey van Algiers, Marokko zeer sterk deze expeditie scheen voor te staan en toch onder de hand versterkingen aan den Dey toezond. Door een dagblaci wprdc onder dagteekening van den nden het volgen de medegedeeld: Gisteren (den dag voor de strafuitoefening aan AUbaucT) heeft zich de heer Ledru, op uitnóodiging van den heer Gasparinbij Alibaud vervoegd 0111 hem aan te. sporen gratie te vragen. „Mijnheer Ledru heeft de veroordeelde geantwoord, „Ik begrijp het gevoel dat 11 aanspoort om mij een dergelijk voorstel te doenmaar ik heb het volle besef van mijnen pligt, en ik zal dien niet verzaken." £>e heer. Ledru zond toch naar Nemlly eene aanvrage om gratie op; en gisteren avond begaf hij zich naar den heer Saüzet, om deswegens bescheid fê vernemen. „Mijnheer," heefc de Groot-Zegilbewaarder den lieer Ledru geantvvoord: „In weerwil van 'sKonings edelmoedig hart, heeft Z. M. zich verpligc gezien, in te stemmen met het eenparig advies van zijnen raad. Er is niets te hopen." Uit Agen, in het Zuiden van Frankrijk, schrijft men van den 5 Julij, dat toen aldaar de thermometer, drie dagen achtereen, naar de schaal van Fahrenheit, op 95 graden had gestaan. De oogst verschroeide tengevolge van deze buitengewone hitte. Hier en daar waren daardoor paarden en koeijen gestorven, en sommige menschen, die zich te veel hadden vermoeid waren plotseling dood. gebleven. Den 13 Julij. Al de Souvereinen van Eurppa, die van den aanslag van den 25sten Junij kennis hebben gedragenhebben reeds brieven van geluk- wensching aan den Koning doen overhandigen. Een dergelijke brief van den Koning van Sardinië, is daardoor merkwaar digomdat die Vorst, welke zich langen tijd aan het Koningschap van 8 Augustus vijandig getoond heeft, zooveel te levendiger den aanslag be treurt daar dezelve de Prinsen belet heefc een langer verblijf in zijne Staten te honden en te Turin te vertoeven. De Koning van Sardinië meldt tevens, zoo als men er bij voegt, dat hij in het begin van December te Parijs zal komen, om aldaar een 14 daag door te brengén. Geen der brieven is in meer beschaafde en hartelijke w.oprden beyatdan die van den Groot-Hertog van Baden. Dezë Vorst schrijft, onder anderen: „Dat hij zooveel te meer gebeefd heeft op het denkbeeld van bet gevaar, dat Z. M. geloopen heeft, daar hij Z. M. niec ontveins.cn kan, dat tn,et de bewaring van het leven van Lodewyk Philips, de veiligheid van zijne kroon en die van zijne Staten zeer naauw verbonden is." Het verzoekschrift, hetwelk de Advokaat Ledru den 10 Julij, den dag voor de ceregcstelling van Alibaudaan den Koning heeft aangeboden, was van den volgenden inhoud: „Siré! „Alibaud, besloten hebbende te sterven, heeft aan mij de zorg opgedra gen, om zijnen ouden vader te vertroosten. Ik kwijt mij thans van dezen geheiligden pligt, door 11 te smeeken van eenen blik van goedertierenheid te werpen op eeuen veroordeelde, wiens onveranderlijk besluit de genade, die

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1836 | | pagina 3