zullen daarstellen tot den 29 Februari] van liet tegenwoordig jaar, en 2/3 der ii:els bevattende voortgesproten van de eerste, de tweede en de helft van ''W Om de conversie met den noodzakelijken spoed te bewerkstelligen en'dê nieuwe titelswelke voor een derde in nationale goederen zullen be taald worden, zoo spoedig mogelijk in omloop te brengen, zoo zal men op «opCt. de wisseling bepalen, waarvan in mijn besluit van 28 February net 17 artikel gesproken wordt, voor de tegenwoordige consolidatie, in plaats van te wachten tot de verschillende coursen van de maandjnnij bekend zijn. 3°. De conversie zal den 15 Junij dezes jaars beginnen. Dit besluit heeft de fondsen doen rijzen. ITALIË. Uit een te Napels verschenen werk over de geldmiddelen van de beide Sicilien, blijkt, dat, niettegenstaande de moeijelijkheden, welke Ferdinand 11 bij deszelfs troonsbeklimming, in 1830, ondervond, en hoe achterlijk des tijds de toestand der schatkist was, de geldmiddelen des Rijks nu zoo gunstig staan, dat de uitgaven geheel door de inkomsten, ten bedragd van26,100,107 dukaten, gedekt worden. ZWITSERLAND. Het Zwitsersch Voorzittend Kanton zou van voornemen zijn, om van al de in Zwitserland zich ophoudende vreemde vlugtelingen, eene naamlijst op te maken, waarop hunne namen, signalement, geboorteplaats enz. stond uit gedrukt. Deze lijst zou aan de overige kantons worden medegedeeld, met- last om de daarop voorkomende vreemdelingen van het Zwitsersch grond gebied te verwijderen. Men hoopte echter niet, dat die maatregel op alle zich in Zwitserland bevindende vreemdelingen mogt toegepast worden vooral op hun niet, die zich met ter woon daar gevestigd hadden en zeer rustig leefden. D U I T S C II L A N D. Weeken den 8 Junij. Volgens brieven uit die stad, was het vertrek der Hertogen van Orleans en van Nemours uit die hoofdstad steeds op den nden bepaald. Zij waren voornemens, om voor hun vertrek, nog een uitstapje naar het slagveld van Asperen en Wagram te doen. Een der brieven zegt, dat de vrolijke stemming der beide Prinsen genoegzaam bewees, hoe goed liet hun te Weenen beviel, en dat de Hertog van Orleansweinige dagen te voren, een onderhoud van anderhalf uur lang met den Vorst von Mettemich had gehouden, ten gevolge waarvan die groote Staatsman de veelomvattende kundigheden van den Franschen Koningszoon hoogelijk geroemd had. De Koning van Napels werd steeds tegen den i8den dezer te Weenen verwacht, zoodat liet niet waar schijnt te zijn, dat deze Vorst regtstreeks uit Italië naar Marseille vertrokken is, Berlijn den 11 Junij. Heden gaf de Nederlandsche Gezant aan dit Hof, de Luitenant-Generaal Graaf van Perponcher'ter viering van het verblijf al hier van H. M. de Koningin der Nederlandeneen luisterrijk diner, hetwelk behalve door genoemde Vorstinook door den Koning en al de leden van het Koninglijke Huis werd bijgewoond. De jonge Koning van Griekenland, onder den naam van Graaf van Missolunghi reizende, is den 13 junij te Stuttgart aangekomen, alwaar hij een bezoek bij den Koning en de Koningin van Wiirtenberg komt afleggen. Men schrijft uit Dresden van den 9 Junij, dat liet van Pilnits derwaarts •overgebragte lijk van Koning Antondien dag van 11 tot 6 ure in de kruis- kapel in parade is ten toon gelegd en de toegang tot hetzelve aan een ieder is vrijgelaten geweest, waarna het ten 8 ure met de gebruikelijke plegtighe- den in het familiegraf is bijgezet. GROOT-BRITANNIE. Londen den 14 Junij. Den nden dezer heeft op het kasteel van Windsor de plegtige inhuldiging van den Landgraaf van Hessen-Homburg als Ridder van de Bathorde plaats gehad. De Prins van Oranje, die sedert verscheidene jaren het grootkruis dier orde bezit, de Prins Ernst van Hessen-Philipstal en een aantal andere Ridders grootkruisen waren daarbijin hun orde-gewaad gekleed, tegenwoordig. De Koning, door zijne voornaamste Staatsdienaren, alsmede door den Hertog van Brunswijkde beide Nederlandsche Prinsen Zonen van den Prins van Oranjeen Prins Karei van Solms Braunfcls om- ringd, heeft in persoon het lint der orde aan den Landgraaf omgehangen. Vervolgens heeft de Koning op het kasteel een prachtig gastmaal aan de Rid ders der Bathorde, de Nederlandsche Prinsen en andere aanzienlijken gege ven. Daarop is, behalve ter eere van den nieuwen Ridder, ook een toast ter eere van den Prins van Oranje uitgebragt, gedurende het drinken waar. van eereschoten van het terras van het kasteel zijn gelost. Den iaden heeft Zijne Maj. de Koning van Engeland, door den Prins van Oranje en anderen zijner Doorluchtige gasten vergezeld, te Windsor eene wapenschouwing over de aldaar aanwezige garde-regimenten gehouden. Onder de üitnoodlgin- gen, die de drie Nederlandsche Prinsen te Londen hebben aangenomen, be. hoort, naar men verzekert, ook die tot een feest bij den Pruissischen Ge. zant, Baron Bulowhetwelk den 25Sten dezer maand zou worden gegeven en wel ter gelegenheid der doopplegtigheid van den Zoon des Barons. Me' voegt er bijdat de Prins van Oranje er in heeft toegestemdom bij deze plegtigheid doopgetuige te zijn. In het Hooger-Huis heeft men Maandag avond beraadslaagd over de wet van het Hof van Kanselarijbij dewelke de betrekking in het reg- terlijke en burgerlijke van de bediening van den Lord Kanselier Zoude wor den afgescheidenen een Lord-Opperregter verzoken worden. Deze wet echter is met 94 tegen 29 stemmen verworpen. In het Lager-Huis is eene Commissie benoemd tot het opmaken van een rapport aan het Hooger-Huis, om den Lords te kennen te geven, waar om de door hun voorgeslagen amendementen niet zijn aangenomen. F R A N K R IJ K. Parijs den 14 Junij. Er zijn geene bijzondere berigten. Het volgende kan van eenig belang gerekend worden: Eene telegraphische depeche van Tonlon meldt, dat de Nestor den 3den aan den mond van de Tafna is aangekomen. Den 4den, ten 9 ure des mor gens, waren de troepen ontscheept en hadden zich naar het kamp begeven. Het leger is van het noodige wel voorzien, de gezondheids-toestand is uitnemend. Den 6den heeft de Nestor in zee vaartuigen ontmoet, welke gemeend wer den tot die van den Contre-Admiraal Hugon te behooren. In dit geval zou deze tweede versterking onscheept zijn en zich den 7den naar het kamp begeven hebben. Een dagblad van Nantes, THermine, is dezer dagen tweemaal veroor deeld, eens tot 3 maanden gevangenis en 3000 fr. boete, en de tweede keer tot 11 maanden gevangenis en 4000 fr. boete. Het proces in de zaak van de echttelieden Maes, in hunne woning voorleden jaar vermoord, is eindelijk uitgewezen en zachter voor de beschul digden uitgevallen, dan men gemeend had. Zes en twintig vragen waren aan de Jury voorgesteld. Dezelve heeft Logerot niet schuldig verklaard en Petrus de knecht alleen schuldig aan diefstal, en hem verwezen tot 10 jaren gevangenis. Zoodat volgens dat vonnis de moordenaars nog onbekend zijn. Het Memorial Bordelais bevat: Men verhaalt, hoewel wij het niet durven waarborgen, dat het bankiers huis van den lieer Mendizabal te Londen, zich in staat van faillissement heeft verklaard. Het moeten voornamelijk de speculatien zijn in Spaanschc en Portugesche fondsen, wanrdf'or dit ongelukkig voorval is te weeg rebfagK Het is de heer Carboune.l, die de zaken van het huis gedurende des luieren Meoditor.br.lt afwezigheid beheerde. Den 15 Junij. De Prinsen worden den nssten of josten terugverwacht. Over iie; algemeen zouden zij door de Grooten van Oostenrijk niet zoo goed als d or die van Fruissen onthaald zijn. De Duitsche berigten hieromtrent boven medegedeeld geven er niets van te kennen. Gisteren is in de Kamer der Afgevaardigden de beraadslaging over het budget van Financien geopend. Eerst heeft ce heer Lafitte het woord ge. vuc.d. tegen uien zich de Minister Thiers heden verzet heeft. Men sprak gisterew van eene aanstaande ontbinding van de Kamer der Afgevaardigden. De uitslag van twee verkiezingen dezer laatste dagen ge. schied, had aan het Ministerie doen denken, dat de val van de üoctrinairen bepaald wasen dat het zonder gevaar voor het Ministerie washerkiezin gen te gebieden. Uit Bona meldt men, dat de Fransche bezetting aldaar onlangs var, uic hare legerplaats eene verkenning tot aan gene zijde van de bouwvallen van Achkoua gedaan heeft. Nog nooit waren de Franschen op dat punt zoo ver doorgedrongen. De bedoelde bouwvallen hadden voor den oudheidkenner veel belangrijks. Men nad aldaar de overblijfselen van eenen Romeinschen tempel en belangrijke opschriften gevonden. Aan gene zijde van Achkoua had de kolonne haren togt voortgezet langs eenen Romeiuscheu wegdie 16 meters breed was, en zich zeer verre, midden door het gebergte heen, uitstrekcc. Indien men denMessager moet geioovenverzekert mendat de Keizer van Rusland op liet einde van Julij te Bade moet komen0111 er de baden te gebruiken. Men gaat zoo ver van te zeggen, dat. deze tijding zoo zeker is, dat een Aide-de-Camp van den Koning, om den Autocraat te gaan com plimenteren, reeds benoemd is. Den 16 Junij. Gedurende hun verblijf te Weenen, zijn de Hertogen van Orleans en Nemours door eenen eigenhandigen brief van Z. M. den Ko. ning van Beijeren uitgenoodigd geworden, ceuige dagen te Munchen te ko men doorbrengen. Het aanbod is met genoegen aangenomen én de Prinsen moeten thans in die hoofdstad zijn. De regerende Hertog van Saksen-Koburg en zijne zoons zijn eergisteren te Parijs aangekomen. De Afgevaardigden zijn door eene circulaire aan hunne woningen ver zocht geworden, om Parijs niet voor de bepaalde stemming van het budgec te verlaten. MENGELINGEN. DE CLUBS TE LONDEN. Vóór honderd jaren beteekende het woord club eene uitverkorene veree- niging van personen, die zich regelmatig alle avonden of alle weken veree- nigden om te praten, te drinken en te rooken; en het hoofd eens huisgezins ging des avonds naar zijne club even zoo regelmatig als des Zondags naar de kerk. Men vindt thans uog in de eetzaal van de herberg van Dolly de rekeningen van een zoodanig gezelschap, wiens bestaan tot meer dan eene eeuw op- klimc, cn dat met die regelmatigheid werd gehouden; met vindt er opge- teekend de boeten wegens afwezigheid, en het beloop der verteringen van eiken nacht. Eene der bijzonderheden van deze club is, dat, waarschijn lijk ten gevolge van het axioma, dat twee personen van hetzelfde beroep zich nimmer goed kunnen verstaan, elk beroep door slechts een lid werd vertegenwoordigd. Alzoo was er één schilder, één hoedenmaker, één schoenmaker, enz., en de Rector van het kerspel was, zoo het schijnt, blijvend Voorzitter. Het is ten gevolge van een diergelijk systema, dat de voor de werkende klassen zoo nuttige clubs, welke thans in alle groote steden des Rijks be staan, werden ingesteld. Maar met uitzondering van deze laatste gezel schappen, bragt, tot liet einde der vorige eeuw, het woord club, het denk beeld mede van een regelmatig lekkerbekken-gezelschap, wiens leden bij afwezigneid aan eene boete waren onderworpen. Verscheidene dezer ge zelschappen bestaan nog onder meer of min vreemdsoortige benamingen en in het wester gedeelte der stad bloeit de Bcef-steak-club onder de bescher ming van eenen edelen Hertog. Deze vergadering onderscheidt zich door verschillende ceremonien, en door liet aannemen van vreemde kleedingen en wetten, welke hare oudheid en theatralen oorsprong aanduiden. De bcef-steak-club werd in het jaar 1736 gesticht door LambertDécorateur van Covent-Garden. Deze kunstenaar had de gewoonte zijn vleesch te roosteren in zijne werkplaats, waarheen zijn kunstvermogen en aangename hoedanigheden alle kunstminnaren van dien ti.id trokken. Somtijds deelde hij zijnen maaltijd met hen, tot dat er zich eene club vormde, wier leden zich alle Zatnrdagen vereenigden, en binnen den schouwburg het middagmaal hielden. Dit tJüurde tot de vernietiging van den scnouvburg Covent-Garden in 1807. Vervolgens vergaderde de club in de zaal van het Liccum, tot dat ook dit gebouw door het vuur verteerd werd. Dit gezelschap, dat geen ander vleesch dan beef-steak eet en alleen Port wijn of punsch drinkt, is het laatste overschot van de lekkerbekken-school, welke een der grootste genoegens van de Londenaren der vorige eeuw uit maakte. Er bestaat eene soort van mededingster der beef-steak-clubwelke in den schouwburg Drury Lene wordt gehouden, maar dezelve bestaat nog niet lang en heeft met hare oudere zuster niets gemeens dan den naam. De drie Londensche clubs, welke zich het eerst opdeden in den vorm, Sedert door zoo vele andere aangenomen, waren die vanIVhitte, Brookes en Boola'e. De eerste bestond reeds ten tijde van Hogarth, onder den naam van het chocolade-debiet van IVhitte. De tweede werd in 1747 gesticht, om tot vereeniging te dienen aan mannen van eene bekende staatkundige denkwijze onder de bescherming van Fox, terwijl dezelve tevens als het hoofdkwartier van de tory-partij werd, en dit gedurende eene reeks van jaren bleef. Ze kere omstandigheden hebben in deze laatste tijden dezelve haar staatkundig karakter ontnomen, en zijMs thans veeleer bekend als de beste club van Londen, om er een uur daags door te brengen, dan wel als vereeniginspufic van een uitsluitend staatkundig denkbeeld. De club van Boolde, de derde van bet oude stelsel, werd altijd aangezien als het juiste midden vertegen woordigende: zonder tory te zijn gelijk die van IVhitte, noch whig gelijk die van Brookes; dezelve bestaat grootendeels uit gentlemen van de provin ciën. Deze ciub heeft tot nu toe eene welverdiende vermaardheid behpu- den; de rang, het. aanzien en de talenten van hen, die dezelve uitmaken, de gemakken van allerlei aard, welke men daar vereenigd vindt, alles, in een woord, brengt er aan toe, om er, zoo niet voor de oudheid, dan toch voor de waarde, de eerste der bestaande clubs van te maken. Nevens deze drie clubs, moeten wij er eene andere vermelden, welke ook hare luisterrijke dagen heeft gehad, maar thans zeer verminderd is; net is die van den kokosboom. Hier was de geliefkoosde uitspanning van den laatsten Koning, toen dezelve nog Prins van Wallis was, en het is voorna melijk tot zijn gebruik, dat de ronde zaal aan het achterste gedeelte van het huis gebouwd is. In het begin dezer eeuwwerd de club the Union op eenen rijken voec ingesteld: dezelve werd eerst te Pall-Mall gehouden, vervolgens op St. James-squarealwaar zij een duister einde had. Daarna kwam de Albior,die nog in St. James-streetbij die van Graham bestaat, eene club zonder veel uiterlijk, maar zeer vefmaard voor de kaarten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1836 | | pagina 3