V» 'ip I A". 1836» LËYDSCHE COURANT» MAANDAG VS.-» -«M W» w DEN 29Sten FEBRUARI]. NOTIFICATIE. t) e Gedeputeerde Staten van Z uid-H ólland, ln aünnlcfkiniJ! genomen hebbende', dat, teil gevolge van de door Zijne Majesteit den Konin., ter dezer zake genomen besluiten,- er jaarlijks ccne algemceneHer-ijking der bij de Handel- en Neringdoende lieden in gebruik zijnde lengte- en inhoudsmaten van dropge -en natte waren en gewigten- moei.plitats hebben, en het alzoo noodig isom, voor dit .jaar, tot iicc vaststellen der tijdsbepaling, ter verrigting van dien Her-ijk, door de Ar rondissement s- en Adjunct-ijkers 'ïh Zuid-llóilandover te gaan; jlcuben goedgevonden te bepalen, gelijk geschiedt bij deze: Ar., i. De ier-ijk van alle te voren bereids geijkte kngte- en inhoudsmaten van droo ec cn natte waren en gewigceuzal, voor dit jaar, in de steden en gemeenten van Zuid Holland, cciien aanvang nemen op den 13 April Cn geëindigd moeten zijn op den j7 .7/'- d.iai'a:»i!V'ol code. Art. 2. ..Met uitzondering der hierboven voorkomende bepalingen, en van die, vervat in are. 19, van liet door G-txlepu teerde -Staten voornoemd, op den 18 [anuarij 1822, pre- arresteerde ilejemeut op de ller-ijkin der Maten en Ge wig ten in Zuid-Holland, blijft over'; ens hetzelve Reglement in volle kracht. Art. 3. L>c I landcl-en Neriii doende Ingezetenen van Zuid-Holland worden aangemaand, om, ter voorkoming van meerdere kosten, cn ten einde, bij verder verzuim, buiten be- k curing te blijven, zich de hierboven vermelde tijdsbepaling, omtrent den Her-ijk hunner lengte- en inhoudsmaten van drooge en natte waren en "cwiatcn, ten nutte te maken. Wordende tevens, door deze, ter kennisse van de belanghebbenden gebrast, dat tot jaarle.ter, cdureude 1836, voor den |k der Maten eii Gewiutcnbepaald is de letter R. En ten einde niemand hiervan ceni. onwet'enheid voorwende, zal deze Worden afgë- ikond" d cn aan cplakc, alom, waar zulks te doen gebruikelijk is. *j -Gravenhageden y Febr ar ij 1836. De Gedeputeerde Staten voornoemd van der Düyn, Ter ordonnantie van dezelve, L. R. Gevaerts, l. G. KENNISGEVING VAN DE DAGEN DER LOTING, VOOR DE NATIONALE M 1 L I T I E. Burgemeester en- Wethouders der Stad Ley den, ontvangen hebbende de Alpha- hetisclie Naamlijst van alle de personen, die aan de ligting der Nationale Militie, van 'dezen Jare 1836deel móeten nemen, brengen bij deze, ter kennis van de belangheb benden, dat voornoemden Naamlijst ter visie van elk c.i een iegelijk zal liggen, in één der vertrekken van bet Raadhuis j van Maandag den 22 Februcrj tor Dingsdag den isten Maart aanstaande'j morgens van 10, tot s namiddag3 ten een ure y ten" einde een ieder in staat zoude zijn, 0111, in eval herii oji dié lijst eenige personen of omstandig heden mogien voorkom-n, die op dezelve nog zouden behooren te worden aan etcckend of daarvan moeten worden weggelaten, hiervan aan den Heer Militie Commissaris kennis te gevenalsmede dat de Loting zal plaats hebben op de groote pers van liet Raad- 'huis, en wel: Op Woensdag y den 2 Maart 183Ades morgens ten 9 ure voor de Ingeschrevenen, wier Familie-naam begint met de letters: A, B, C, D, E, F, G, H, I, J, K en L. E11 op Donderdagden 3 Maart 1836des morgens ten 10 ure voor de Ingeschrevenen, wier Familie-naam begint 'met de letters: M, N, O, P, Q, R, S, T, U, V, W, X; Y en Z. Zullende ieder opgeschrevene bij een] Biljet worden opgeroepen, 0111 tot de Loting 'ter voorschreve plaatse op te komen, op den dag cn liet uur, in deze Kennisgeving uirnedrukr: rerwijl door l«mwier woning, wegens onraaitwkeurige opgave niet ïs tC ontdekken, en welke uit dien hóófde zoodanig Biljet niet hebben'ontvan enhetzelve twee dagen vóór den dag der Loting, tér «ccrctaric kan worden afgehaald. Hebbende alle de Lotelingen het regt, om-bij de opfolling van de Loting-Nommersop den iden Maart 1836, des morgens ten 9 urezich te komen overtuigen, dat al de Nommers, fwelke daartoe vereischt worden, werkelijk zijn opgerold. En vermanen Burgemeester eii Wethouders voornoemd, alle degeiicn, wien zulks zoude mogen aangaan, om tot de Loting op te ko'mfen op de plaats, don dag cn het uur, in, iiet Oproeping*-Biljet vermeld; en reden van vrijstelling hebbende, d'czclve alsdan aait den Heer Militie-Commissaris on te geven. Aldus gedaan en gepubliceerd bij H. H. Burgemeester en Wethouders der Stad. Leyden, op den 18 February 1836. J. G. de M e y. Ter ordonnantie'vaii dezelve, P. A. du Pui; NEDERLANDEN. Leyden den aSsten Febmarij. Heden is alhier de 39ste verjaardag vgn Z. K. H. Prins Willem Frede- 'rik Karei, der Nederlanden, mee het uitsteken der vlaggen en het houden -eener parade gevierd geworden. Wij vernemen, dat onze Stadgenoot, de Luitenant-Kolonel bij de staf der Artillerie W. A. Bake, te voren,Commissaris des Konings bij de Ijzer- Smederij en Macliine-Fabrijk van John Cocherell en Comp., nabij Luik, het plan heeft ontworpen, om hier ter stede eene Smederij op te rigten tot het verarbeiden van liet oude ijzer, hetwelk thans ter versmeding naar buiten 's lands wordt verzonden. Het is eene erkende waarheid, dat het uit oud ijzer gemaakte Staf-ijzer, bij eene goede bewerking, beter is als liet gewone üzer, en daar wij 's jaars 13 a 14 millioen Nederl. ponden Staf—ijzer van buiten 's lands ontvangen, lijdt het geen twijfel, of men zal vopr de 600,000 Nederl, ponden ijzer, "welke men in zulk een Etablissement 's jaars wil maken, een genoegzaam debiet vinden. De .berekening der fabricatie-onkostenop welke die der verkoopprijs is gebaseerd, berust op de gedurende eenige jaren gehouden aanteekeningen in het -Etablissement van John Cocherell en Comp.op welke men onze prijzen der brandstoffen heeft toegepast. De ontwerper rekent voor den aanleg der fabrijk en het aan de gang hou den dezer Industrie een kapitaal van 150,000 noodig te zullen hebben ;doch om ingeval van nnodzake'ijkbeid ook over meer fondsen te kunnen beschik ken, zoo stelt hij het kapitaal op f 100,000, verdeeld in actiën van 1000, doch op welke siren vooreerst niet meer als_ 75 pCt, zal kunnen opeischen. liet plan der onderneming is ontwikkeld in eene kleine memorie over die onderwerp, en ;in deze zegt de steller onder anderen, na de voordeeien, welke de positie v-an Leyden voor zulk eene fabrijk aanbiedt, het volgende: Deze te voren zoo bloeijende Fabrijk-Stad was haren voorspoed groo. tendeels aan deze hare gunstige ligging verschuldigd en wij zien, dank de .„meer en meer ontluikende nijverheid, de levendigheid in hare luchtige stra ften en ruime grachten terugkeeren; zoo men in weerwil vah dat alles nog 700 vele behoeftige inwoners telt, zoo de liefderijke mildadighéid van een gioot gedeelte der bevolking de knellende armoede van zoo velen vermin- i'ert, dat men toch niet uit het oog verlieze, dat ééne gulden, welke men „door arbeiden laat verdienen, eene grootere weldaad is, dan eene dubbele „som aan aalmoezen uitgedeeld tan menschenf welke werken kunnen." De grondtrekken eener naamlooze Maatschappij liggen bij de H. II. Ls- ■zwyn en Eigeman ter inzage voor een ieder, welke genegen zoude zijlij het ioffeliike voornemen van den Heer W. A. Bake, door het nemen van Aandeden, te willen ondersteunenmet weike pogingen tot vermindering van armoede in onze stad en uitbreiding van derzelver bloei, wij ook ho pen en verwachten, dat vooral onze Stadgenooten zich zullen vereenigen, opdat nog eens Leyden worde, hetgeen het geweest is en zijnen rang on. der de Fabrijlt-steden herkrijge. Gisteren was in onze stad algemeen het gerucht verspreid, dat de Kor ning van'Fiankrijk zou vermoord wezen. Dit berigt zou met de telegraaf Vrijdag in 's Gravenhage aangebragt zijn en in den nacht daarop volgende zouden onderscheiden renboden onze stad doorgetrokken wezen. Dit laatste nu is geheel en al onwaar; of de telegraaf in 's Gravenhage gespeeld heeft, weten wij niet; maar zoo veel is zeker, dat onze berigten uit Parijs van Donderdag den 25Sten dezer, en die uit Brussel van Zatnrdag den 27sten dezer, met niet dén enkel woord van dien moord, of iets, hetgeen tot dat gerucht zou hebben kunnen aanleiding geven, melding maken. Misschien heeft de in Brussel door particuliere berigten ontvangen tijding van eene ernstige ziekte van Zijne Maj. den Koning van Pruissen, tot hetzelve aan- leiding gegeven. Zie beneden onder DuitsChland. In de berigten uit Batavia vindt men nog het volgende: Het is bekend, dat in het jaar 1826 eene der door den Engeischen zee reiziger Cook, op zijnen togt van 1770, bespeurde openingen op de zuidwest kust van Nieuw-Gnineadcor den Luitenant der iste klasse bij de koloniale marine D. H. Kolf onderzochten geloofd werd eene rivier te zijn, aan welke hij den naam gaf van Dourga-rivier, naar het vaartuig waarover hij toen het bevel voerde. Eene zending in den jare 1828 van 'aKonings corvet Triton deed vermoe den, dat deze rivier eéne zee-ëngté was; dë westelijke hoek dei monding werd toen bevonden te liggen op 70 26' zuider breedte en op 138° 44' lengte beoosten Greenwich; Het belang, uit een aardrijkskundig oogpunt, om dit opgehelderd te zien, en vooral de hoop, dat daardoor een doortogt zoude gevonden worden, die de gevaarvolle Torres-straat geheel of gedeeltelijk zoude kunnen vervangen, noopte het Gouvernement 0111 een nader onderzoek derwege op te dragen aan den Luitenant ter zee der iste klasse 'Langenberg Kooldie daartoe in de maand Maart jl. van Socrabaij» vertrok met de schooner Postillonen in de maand April de kust van Nieuw-Guinea bereikte, vergezeld van Zr. Ms. schooner Sireen, onder het bevel van den Luitenant ter zee der iste klasse Banse, welk vaartuig zich te Amboina bij hem gevoegd had. Uit de nasporingen van den Luitenant Langenberg Kool is gebleken, dat de Dourga-riviet werkelijk eene zee-engte isen dat dus de hoek, Kaap Val- sche genoemd, niét behoort tot de vaste kunst van Nieuw Guinea, maar tot een eiland door de gevonden zee-engte gevormd. Voor de zeevaart is deze ontdekking geene groote aanwinst, daar de straat naauw is, de stroomen in denzelven hevig zijn en deszelfs ligging te weste lijk is 0111 aan den zeeman eenig gedeelte van Torres-straat te kunnen bespa ren. Maar de Aardrijkskunde heeft door deze reize de bepaling van eenige nieuwe punten gewonnen. De volgende namen zijn aan de ontdekte punten gegeven: Aan de zee- ëngte Prinses Marianne's Straat, als zijnde de doortogt volbragt geworden op den geboortedag van H. K. H.; aan bet eiland Fredrik Hendrik's Eiland ter eere van dengenen van 's Konings kieinzonen, die zich aan het zeewezen ge wijd heeft; aan den noordelijken hoek van het eiland (waarvan hierboven de aardrijkskundige ligging is opgegeven) Kolffs-Hoek ter eere van den ontdek ker der Dourga-rivier, en aan den zuid-oostenlijken boek van het eiland Kaap Koolter eere van den Luitenant ter zee Langenberg Kool. Uit 's Gravenhage iheldt men van'den 2Östen dezer: Bij de loting, welke voor de ligting der Nationale Militie, van 1836, gis. teren en heden beeft plaats gehad, heeft, onder anderen, de Wel Edelacht bare heer Burgemeester dezer stad, vertegenwoordigende Z. K. H. den Erf. prins van Oranje, die dit jaar iii.de loting gevallen isten behoeve van Ho'ógstdenzelvên getrokken Na. 748. Men wil weten, dat de togt van het fregat Bellona naar de Ocistzee, Welke door Z. K. H. Prins Willem Frede'rik Hendrikin April aanstaande, zal worden medegemaakt, in verband staat tot de toerusting van een exercitie eskader, hetwelk men wil, dat op dat tijdstip, zoo men zegt, onder bevel van den Scnont-bii-Nacht Ziervogel, zich naar gemelde zee begeven zon. Men verhaalt-wijders, dat tot dit eskader waarschijnlijk zouden bestemd worden de fregatten gr Maas en Bellona, de corvetten.'Gas/or en Hippöme- nes, de brikken de Kalk, de Windhond, de Snelheid' en de Pellikaan, waarbij zich mogelijk ook voegen zou de stoomboot de Cerberus. Volgens de lóo- pende geruchten, zoude er geen tijd bepaald zijn, waarop dit exercitie eskader in het Vaderland 7.011 terugkeeren. Alleen voegt men er bij, dac de Bellona en de Castor in Julij aanstaande naar de Oost, en de 'Hippomenes naar de West vertrekken zouden, en dat welligt deze schepen alsdan door anderen zonden worden vervangen. Gelijk bekend is, is de corvet Castor thans op reis naar Tanger* van waar dezelve tegen April aanstaande zoude 'svofden teraggewacht. Den 15 Maart aanstaande zal door den Schout-bij-Nacht, Directeur en Commandant der Marine, in het Hoofd Departejheiit van de Zuider-Zee, worden aanbesteed het maken van eene geschutvverf op een gedeelte van de gewezen Oost-Indische Compagnie-werf te Amsterdam, met het uitdiepen der daarbij geiegen vaart en de leverantie van al dè daartoe benoodïgde ma terialen, gereedschappen, transporten, enz., enz. Naar men thans verneemt, zal het vonnis j hetwelk tegen de personen, die zich aan de ongeregelheden te Amsterdam, in Julij jl., hebben schuldig gemaakt, gewezen is, morgen over acht dagen, 'smogens ten tien ure, voor het Hof van Cassatie alhier dienen. Uit Amsterdam meldt men van den 25sten dezer het volgende: ln den afgeloopen nacht, omstreeks 4 ure, is er plotseling een felle brand uitgebarsten ten huize van Cs. Gressink, winkelier in katoenen, enz., in de Stilsteeg. Dezelve is voortgekomen uit een achtervertrekwaarin een kag- chel was geplaatst, en is dadelijk zoodanig toegenomen, dat de bewoners ter naamvernood de vlammen hebben kunnen ontwijken. Eenige winkelgoe. deren en kostbaarheden zijn geborgen; doch het geheele huis is van binnen door de vlammen verteerd. Onderscheidene spuiten zijn werkzaam geweest en ten half 7 ure in den morgen was de brand genoegzaam gebluscht. Nig-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1836 | | pagina 1