#ctH$ «ec Groot «Brtrawle verbomleu, opzien* de weldaSen «n BHfeiitftsse «1st en eenigheid aal genieten, Ik lieb last gegeven, dat U het traetaat zal worden medegedeeld, dat »k met de Koningin van Spanje, tot wering van den slaven-handel, heb gesloten. Mijne Heeren van het Huis' der Gemeenten I Ik heb last gegeven, dat de budgets van het jaar U onmiddellijk wor den voorgelegd. Alle mogelijke bezuinigingen zijn daarbij in acht genomen. De noodzakelijkheid, om de zeemagt van den Staat op eenen ontzag- wekkenden voet te onderhouden, en den uitgebreiden handel mijner onder danen behoorlijk te beschermen, heeft eene vermeerdering van uitgaven bij bet betrokken Departement ten gevolge. Mylords en Mijne Heeren! „De staat van handel en nijverheid in het vereenigd Koningrijk is zeer voldoende. Het doet mij leeddat eene klasse mijner onderdanen nog onder tegenspoed gebukt gaatde bezwaren die bij voortduring in de belangrijkste takken van den landbouw ondervonden worden, zullen het onderwerp uwer overwegingen uitmaken, opdat gij beslissen zoudt, of het mogelijk is dat het Parlement maatregelen neme om die ongelegenheid uit den weg te ruimen. „Ik heb het nader rapport der Commissie, die benoemd is om den staat der velschillende Bisdommen in Engeland en Wallis te onderzoeken, nog niet ontvangen; doch ik heb reden te gelooven, dat haar werk omtrent de meeste belangrijke kwestien, die haar zijn opgedragenis teu einde gebragt. Het zal U weldra worden voorgelegd, en gij zult de,'zaken der gevestigde Kerk met schroomvallige aandacht overwegen, ten einde het heilig doel barer instelling nuttiger te maken. „Eene andere kwestie, die natuurlijkerwijze het onderwerp uwer beraad, slagingen zal zijn, betreft den staat der tienden in Engeland en Wallis; er zal U een ontwerp worden voorgelegd, ten doel hebbende de inkomsten der geestelijkheid te bestendigen en de onzekerheid en kiagten te doen ophouden, waartoe die aanleiding hebben gegeven. „De beginselen van verdraagzaamheid die mij steeds hebben geleid, doen mij wenschen, dat alle aanleiding van stoornis of bekommering voor de ge voelens van alle mijne onderdanen moge worden weggenomen, en ik wenscli dus., dat gij in overweging neemt, of het niet mogelijk is, maatregelen te nemen, die te gelijk in de kiagten voorzien dergenen die de leer der geves tigde Kerk niet aankleven, en tevens aan het geheele ligchaam der gemeen schap voordeel aanbrengen. „Het geregeld en spoedig bedeeien van regt is de heiligste pligt van een Vorst, en ik beveel U dringend aan, te onderzoeken, of daarbij niet eenige verbetering was in te voeren, vooral in dat gedeelte der wetgeving dat de kanselarij betreft. „Ik hoop dat gij i» staat zult zijn de kwestie over de tienden in Ierland tot eene billijke beslissing te brengen, opdat aldaar vrede en eensgezindheid worden hersteld. Gij zijt reeds in het bezit van het rapport der Commissiebenoemd om den staat der Municipale Corporaiien in Ierland te onderzoekeu; ik vlei mij dat het in uwe magt zal zijn, de misbruiken en gebreken, die daarbij be. staan, te verhelpen, naar dezelfde beginselen, die daaromtrent reeds voor Engeland en Schotland zijn aangenomen. „Een nader rapport der Commissie, die den toestand der armen in Ierland zonde onderzoeken, zal U. weldra worden voorgelegd; gij zult U met die kwestie bezig houden, de voorzigtigheid gebruiken, die door haar gewigt en hare moeijelijkheid wordt vereischt.; en de ondervinding van de heilzame uitwerking der wet, die de voorschriften omtrent de armen in Engeland en Wallis gewijzigd heeft., zal U dikwerf in uwe beiaadslagingen dienstig kun- nen zijn. „Ik. verlaat mij op uwe voorzigtigheid, uwe wijsheid en uw vast besluit, 0111 de wetten en instellingen van het Rijk', in stand te houden en te verbe teren;; ik beveel U die kwestien van inwendige staatkunde aan, waarop ik mij verpligt geacht heb uwe aandacht te vestigen, overtuigd zijnde dat gij dezelve op zoodanige wijze zult behandelen, ais meest geschikt is, om den welstand en den voorspoed van mijn voik te vermeerderendoor de gods. dienst en de openbare zeden te bevorderen." Z. M. heeft de aanspraak wecens de duisterheid bij het licht moeten lezen. Volgens gewoonte is in de beide Huizen dadelijk over het adres van ant woord beraadslaagd. In het Hooger-Huij is een amendement van Lord Wel lington aangenomen, bevattende, dat het Huis, zonder van Engeland of Schotland melding te maken, alleen zoude te kennen geven, dat het de ge breken, die in de Municipale Corporatien van Ierland mogten zijn ingeslo pen, zou trachten te herstellen. Een dergelijk amendement, door Sir Peel in hetLagerHuis voorgesteld, is verworpen. De vermeerdering van zee magt, (een Ministerieel blad zegt, dat dezelve met 8 10,000 man zal vermeerderd worden), heeft eenig opzien gebaard. Genoemd Ministerieel blad meldt, dat dezelve vereischt wordtwegens de demenstratien van Rusland en andere vreemde Mogendheden F R A N K R IJ K. Parijs den 5 Febrnarij. In de zitting van de Kamer van Afgevaardigden van den 4de» heeft nog de heer Passy eene lange redevoering gehouden waarin hij trachtte te bewerendat de maatregel tot conversie der renten in regten gegrond, nuttig, onvermijdelijkmaar al te hard was. Na het eindigen van zijne redevoering is de lieer Oouin nog beginnen te spreken, doch niet kunnen voortgaan, omdat de Kamer de zitting wilde sluiten. Het voorstel in de Kamer der Afgevaardigden door den heer Bossière voor gedragen, komt hierop neder, dat, van dén dag der promulgatie van de tegenwoordige wet, de Minister van Financiën gemagtigd zal zijn, aan de houders der 5 pCts. in plaats van deze schuldbrieven, 4 pCt. of 3 pCt. ren ten te geven, welke dadelijk op het grootboek der openbare schuld zullen ingeschreven worden. Die conversie zal alleen op de volgende voorwaarden kunnen plaats hebben. De houder eener 5 pCts. rente ontvangt voor elke 5 franken rente, naar verkiezing, twee inschrijvingen, waarvan de eene eene lijfrente zal zijn. Verkiest hij de 4 pCts. rente, dan ontvangt hij 4 fr. renten tegen pari; bovendien krijgt hij 1 fr. lijfrente. Wil hij 3 pCt. dan be komt hij 3 fr. rente tegen pari en 2 fr. lijfrenté. Den houder der lijfrente zal slechts een jaar tot die conversie gegeven worden, na welk tijdsverloop de Minister van Finantien de niet geconverteerde 5 pCt. in serien zal ver- deelen, welke naar het lot zullen uitbetaald worden. Terwijl thans de zaak van Eieschi voor is, heeft hier veel indruk ge maakt een berigt, heden door het Ministeriële Ochtendblad medegedeeld. Hetzelve verhaalt, dat er, voor een' der krijgsraden dezer hoofdstad, de in structie geschiedt van een regtsgeding van acht onder-officieren van het 14de regiment van linie, die beschuldigd zijn, van deel genomen te hebben aan eeti geheim genootschap en aan een' aanslag tegen de veiligheid van den Staat, de omverwerping van 's Konings Regering ten doel hebbende. Deze jonge lieden zijn reeds twee maanden buiten toegang. Meer dan tachtig ge tuigen zijn reeds verhoord. In het vervolg van de zitting van het Hof der Pairs van den 4den 111 de zaak van Fieschi, zijn nóg verscheiden getuigen gehoord, die zeer ten bezware van Morey hebben gesproken. De.zitting is ten half zes ure op geheven. Den 6 Febrnarij. In de zitting van den ;den van de Kamer van Afge vaardigden heeft de heer Lamartine tegende heer Humann voor het ont werp gesproken, ook anderen, hebben het woord gevoerd. Bij het einde der zitting wordt er gestemd of het voorstel van den heer Couin zal verschoven wordeSk; met I-94 tegen 19; trordt -besloten hetzelve, die* uit te stellen. De Kamer gaat te midden van eene groote gisting uiteen. De zitting van den 6den is eene der onstuimigste geweest, welke ooit heb ben plaats gehad. De Voorzitter kan ter naauwernood stilte bewerken. Men hoort niets anders dan verward geschreeuw van Neen, Neen, Ja, Ja, wan neer een lid van de tribune wil spreken, Eindelijk komt de heer Bot/in aan het woord en stelt voor om tot de orde van den dag over te gaan. Door den heer Lafitte wordt het voorafgaand onderzoek voorgesteld en niet eene groote meerderheid aangenomen. Ten slotte is bij eene stemming, waarvan de Mi nisters zich onthouden hebben, met eene meerderheid van 60 stemmen be- sloten, om het vraagstuk in overweging te nemen. Alle deze handelingen van' de Kamer tegen de bedoelingen van het Minis- terie nitloopendehebben ten gevolge gehaddat het Ministerie weder ont bonden is. Het Journal de Paris bevat hierover: Toen de Kamer der Afgevaardigden uiteen was gegaanhebben al de Minis ters zich naar de Tuileritn begeven, waar zij hun ontslag in de handen van Z. M. hebben uedcrgelegd. Men voegt hier bijdat de Koning het ontslag zou hebben aangenomenen de heeren Humann en Molè brj zich zou ontbo den hebben, ten einde een nieuw Ministerie daar te stellen, doch dat de heer Humann bedankt had. In de zitting van het Hof der Pairs van den sden, heeft de beschul digde Boireauuie tot nogtoe ontkénd had iets van den aanslag te hebben geweten, en wien ook door Fieschi niets was ten laste gelegd, uit eigen beweging bekem, dat hij van Pepin daags voor den aansiag vernomen had, dat een veertigtal personen op den Koning moesten schietenen dat aan hun hoofd een galeijsiaaf was. Hij was wel niet te paard voorbij het buis gere den, waaruit de aanslag .moest gebeuren-, maar had dit, op verzoek van Pepin, aan Fieschi gezegd, die hem in den avond van den ï/stenmeenende dat Pepin hem mee de geheele zaak had bekend gemaakt, nog meer heeft toevertrouwd. Bij een nader verhoor van Pepin over deze daadzaken 011c- kent die beschuldigde alles. Boireau was zeer aangedaan zijne woorden werden tekens door tranen en snikken afgebroken. Er zijn ten laatste nog eenige getuigen gehoord.- p De berigten uit Spanje over Parijs van den 5 en óden zijn van geen belang. \Z E.E -TIlDiN G. Het schip dc Vrouw Bertha, Kapt. H. J. Kreukel",5nit-L stukgoederen, van Rotterdam naar Danrzig, laatst van Cuxhaven (bevorens gemeld)., is, volgens een brief van Ton- ningeu van den gi Jan., met verlies van een anker en touw, hetwelk echter weder ge- vischc is geworden, aldaar bimiengeloopeiidc Kapt. daciit het schip in goeden staal te zijn en met de eerste gunstige gelegenheid de reis voort te zetten. Het schip AgathaKapt. li. J. Potjcwijdzou, volgens een brief van Caphalonia van den eerste |an.den 3den dito van daar naar Rotterdam vertrekken. P1UJS-COURANT der EFFECTEN. Amsterdam den 8. Februarij 1836. Gebl. 55 ïl Nederlanden. Werkel. Schuld 2jpCt. 55^ 55J Dito 5 1°3 SI03ï Uitg. ii» i,V Kans-Biljetten24'a 25 Amort.Syndic. 4f 95'a 96,- 3r79ï» 80 Hand.-Maats. 4I 128 ai29 Nieuwe dico4i io25aio3 Frankrijk. Inschr. Grb. 3 pCt. 8o[a 81 5 Rusland. Gb.//.&C\i798 5pCi. io4jaio5j l?ïs 5104^105; Ins. en Certif. 669{a 69; 18*3.5963a 97 Pruissen. Geldl. te Land. gpCt. a Aandeelen van dito ioSjaioö', 106 VI Nieuwei835-Ê85 .5901.48^49 si Dito onbep. st.48^48 i 3-i ITirn nastivp irhit i 2+r 96 79 1284 102-J 80; i°5 I05 69 96Ï Spanje. Dito passiveI5'»ió Dito uitgest18^19 Oostenrijk. Obl. Go//C°. 5 pCt. Certificaten.2} Neg. MetalieK2j- Idem 5 Dito in Lond. 5 Bank Aktien..3 - Napels. Certificaten.5 pCt. Dito in Napels. 5 Griekenland. Obl. 11. gr. sr. 5 pvt. - Gebl. 49,'s 48i- 15' a a 99jaioo a 93 99 924 167ste KONINGLIJKE NEDERLANDSCHE LOTERIJ. Trekking der Derde Klasse. iste Lijst. N®. 8848 een prijs van 1500. ode N°. 9847 een prijs van 2500. N®s. 5104 en 12726 ieder een prijs van ioco. LEYDSCHE SCHOUWBURG. OpMorgen Donderdag den n Februarij-, De ONECHTE ZOON, Tooneelspcl, in 5 Bedrijven, naar het Hoogduitsch van A. von Kotzebue. Na hetzelve: De HONDERDJARIGE MAN. Blijspel, mee Zang, Vaudevillein één Bedrijf, naar het Fransch van Francis,Théaulon en Dartoisdoor J. H. Grave. Halve Loten worden eerst na half negen ure afgegeven. (De aanvang ten zes ure.") Mijne geliefde Echtgenoote M. J. J. van DFNTER, beviel heden in den vroegen morgen van eenen welgeschapenen ZOON. I eyden den 5 Februarij 1836. C. W. TIMMERMANS Wz. VERKOOP1NG op R.EGTEHLJ/K CEZAG. Men is van meening op Zaturdag den 13-Februairi 1836, des voormiddags ten elf ure, aan het iVekelijksch Ferkoop'ntis van Meubelen, op de Hooigracht te Leyden, Wijk 7 N3. 770, aan de meestbiedende, 0111 Contant Veld, te VerkoopenEenige ROERENDE GOEDEREN, bestaande in: Eene Piano- Forte, gemaakt door Reinke Meijer en Pieter Meijer, te Amsterdam. Een Mahoniiboucen Schrijf-Cachetteeen Schilderij met vergulde Lijst, een Bal lon-Lamoeen Koperen Lamp, eene Tafel met daarop zijnde Lessenaar, twee Boekenkasten, differente Potten met Zalf, mitsgaders eenige Kruiden, en hetgeen verder ter Koop zal worden aangeboden. Alles gearresteerd ter requisitie van de Heeren J. J. THYSSENS en ZOON, Boekverlooperswonende te Leyden, ten lasten van den Wel-Edelen Heer IOHANNES FERDINANDUS RECKMANN, Medicinae Doctor, wonende te Noordwijk-binnen. ZEGT HET VOORT. Men presenteert UIT de HAND te KOOP: Een, op een der fat soenlijkste en volkrijkste grachten binnen deze Stad staande HUIS, met vijf behangen Kamers, waarvan er vier met Stookplaatsen zijn voorzien, Keuken, Kelder, Droogzolder, verder al wat tot eene fatsoenlijke Woning behoort. Nadere informatie bij de Boekhandelaars J. J. THYSSENS en ZOON, in de Maarsemansteeg, te Leyden. HEDEN den 10 Febrnarij worden bij den Boekhandelaar C. C. van der HOEK te Leyden, Verkocht: Theologische, PhilosophischeRegtsge- leerde en Staatkundige WERKEN, a's ook Historische, Reis- en Levens beschrijvingen. MORGEN den 11 Februarij het Vervolg der Historische Werken, die betrekkelijk Kunsten en Wetenschappen, Geneeskunde en Na tuurlijke Historie. Op den ïóden dezer en volgende dagen zullen de Boekhandelaars J. J. THYSSENS en ZOON en C. G. MENZEL, in de Kloksteeg, Wijk 4 N°. 814, te Leyden, Verkoopen: Eene aanzienlijke Verzameling BOEKEN in onderscheidene Talen en Wetenschappen; benevens eenige Rariteiten en Boekenkasten, waarvan de Catalogus bij bovengenoemde verkrijgbaar is. Bij de Wed. ANTHONY de KLOPPER en ZOON, te Leyden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1836 | | pagina 2