A*. 1835.
LEYÖSCHE
N\ isi
CÖÜBiJiï.
r 0mll js*
Vrijdag
deii 25 December.
NEDERLANDEN.
Leyden den zjsten December.
tn de avöndzitting van dé Tweede Kamer der Staten-Generaal van den
jasten dezer, hebben de heeren Star-Busman en Boddaert het ontwerp van
wet verdedigd, eti de noodzakelijkheid daarvan, uit het oogpunt van den
kwijnenden toestand van den landbouw, betoogd. Zij vonden den maatregel
geenszins strijdig met den handel, aan welke, ten gevolge der daarstelling
van dé entrepóts, alle mogelijke Descherming verleend werd. Zij wezen op
het voorbeeld van andere Stareu, welke hunnen landbouw beschermden, en
Nederland behooide geene uitzondering Op den algemeeneh regel dienaangaan
de te maken. De lage graanprijzen werdén door hen alleen aan den buiten-
gewonen aanvoer van buiten 's lands toegeschreven.
De heeren van Wickevoort Crotnwe/inCorver Hooft, op den Hoof en Backer
hebben de voordiagt bestreden. Zij beschouwden haar als een eersten stap
op het voetspoor van verbodstelsels, hetwelk zij als verderfelijk voor'sLands
wezenlijk welzijii beschouwden. Zij bestreden het denkbeeld, dat de land
bouw, ten gevolge der bepalingen van de aanhangige wet, zou worden
opgebeurd, en waren tevens van oordeel, dat de maatregel Ook geenszins
dringend noodzakelijk was, dat men dien onstaatkundig kon noemen; dat
daaruit eene noodlottige speculatie-geest zou voortspruiten, dat de maatre
gel ook den achteruitgang van fabrijken zou ten gevolge hebben; dat men
piet voorzien kon, welke gevolge daaruit verder zouden ontstaan; dat de
handel in het algemeen daardoor zou lijden; dat het stelsel van entrepóts
dien geenszins zou te gemoet komen; dat de grensbewoners aan een on
grondwettig toezigt zullen worden onderworpen; dat desniettegenstaande de
sluikhandel in de hand zou worden gewerkt; dat deze zoogenaamde be
schermende regten belemmerende bepalingen van de zijde van andere Mo
gendheden, en in het bijzonder van Prtiissenten gevolge zouden hebben;
in een woordzij voorzagen van de aanneming van dit ontwerp het bederf
van den nuitenlandschen korenhandel en de belemmering van den koophan
del in het "algemeen, zonder dat daardoor het doel der wet, bescherming
van den landbouw, zou worden bereikt; terwijl tevens door hen betwijfeld
werd, of men daarvan dat nut zou trekken, hetwelk men meent dat de
landbouw behoeft. Zeker scheen het hun toe, dat de maatregel tot groot
nadeel van velen strekken zon.
Het vervolg der beraadslagingen werd bepaald op morgen, ten half tien ure.
In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van den 23sten
dezer, welke door Z. Èxc. den Minister van Financien weder is bijgewoond
is aan de Kamer weder hulde gedaan van een deel van de Geschiedenis van
het Nederlandsch Zeewezendoor Jhr. .7. C. de Jongeen van een werk van
den Kolonel Nahuyi over den, in 18251830, gevoerden oorlog op Java.
Door de Commissie tot de verzoekschriften isbij monde van den heer
Kommè,"verslag gedaan op een verzoekschrift, ten voordeel van het ontwerp
van wettot bescherming van den landbouwhetwelk ter griffie in nedergelegd.
De beraadslagingen over dat ontwerp zijn vervolgens voortgèzet. Ten
vooidcvie van hetzelve heefc de heer van Sijtzama het woord gevoerd, die
ziine reede, ten 4 ure, heeft gestaakt, om dezelve heden avond ten zeven
ure te hervatten. Hij meende dat het te alle tijde onze wetgeving begrepen
heeft, om, hoezeer viijen handel voorstaande, echter eene uitzondering tot
beperking voor den graanhandel te maken. Alle andere, zoo wel inlandsche
als vreemde„schrijvers hebben steeds begrepen dat het noodzakelijk was den
inlandsclien graanteelt, door beperking van buitenlandsch graan, të bescher
men. Het ligt ook in den aard der zake, dat men zorge, dat men ten aan
zien der eerste levensbehoefte niet van den buitenlander afhange. Zelfs Say
en van Hogendorphoe groote voorstanders zij ook van vrijen handel zijn,
hebben de noodzakelijkheid hiervan erkend.
Aan den anderen kant hebben de heéren BeelaertsFretsLuzac en Druj.
vestcyn het ontwerp besneden. Zij geloofden niet dat daardoor de landbouw
zou worden beschermd, en zij gaven ook geenszins roe, dat, zoo lang de
toestand van denzelven niet was onderzocht, het zou moeten worden"erkend,
dat de landbouw zich in eenen zoo kwijnenden staat bevond. In alle gevalle
was die kwijning aan buitengewone oorzaken of tijdelijke omstandigheden
toe te schrijven. Men behoorde den landbouw deszelfs natuurliiken loop te
laten. In plaats eener ramp, vvaren de lage graanprijzen als een geluk te
beschouwen, daar hierdoor de eerste levensbehoefte dés volks niet boven
matig behoefde te worden gedrukt. Elke kunstmatige opdrijving der prijzen
zal de schadelijkste gevolgen naar zïch slepen. Trouwens, indien de wet
eenige verbetering van den tóestand van den landbouw zou opleverendan
zonden niet de landbouwersmaar de landeigenaren daarvan hét voordeel
genieten. De graanhandel bloeide, huns inziens altijd bij lage graanprijzen
meer dan bij opdrijving derzelve. De lusteloosheid van den graanhandel zal
en moet zich Zonder kunstmiddelen verbeteren. Die handel is geenszins on-
beteekend, maar kan, zonden beletselen, zeer aanzienlijk worden. De maat
regel zal belemmerende maatregelen van de vreemde Mogendheden ten ge-
vólge hebben, onze branderijen benadeelen, de scheepvaart doen lijden,
tot sluikerij en kwade practijken aanleiding geven, en de grensbewoners
aan een noodeloos toezigt onderwerpen. Al die onregtvaardighedendie
ongrondwettigheid, zou bovendiennaar Zij verwachtengeenszins die goede
■uitkomsten doen verwerven, welke sommigen, ten nadeelé'van zoo velé
andere takken van bestaandaarvan verWaéhten.
Dé zitting zal heden avond worden voortgezet.
In de avondzitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van den
23sten dezer, heeft de heer van Sytzama zijne redevoering vervolgd en ver
der trachten te betoogen, dat ten allen ti'de aan onze eigene producten in
•ons land, bescherming is verleend; dat, de vrije handel steeds beperkt is
moeten worden; dat vrije handel en bloei van den graanbouw eene onmoge
lijkheid is; dat een van beide zwichten moet; dat de landbouw zwaar ge
drukt is; dat dezelve ondersteuning behoeft; dat door de aanneming der wét
aan deszelfs bezwaren zal worden të gemoet gekomen; dat zware' lasten door
denzelven gedragen moeten worden; dat het tarief, bij de wet voorgesteld
slechts eene assurantie-premie is ter verhoeding van het geheele bederf des
graanbouws; en dat hetzelve zoo wel vóór dén binnériïandschen als voor
den buitenlandschen handel zeer voordéelig zal zijn. Breedvoerig heeft j,'jj
de noodzakelijkheid van den voorgestelden maatregel geschetst; vooral is hjj
voor denzelven, omdat daardoor een einde zal worden gemaakt aan het m0.
nopolie, hetwelk Polen, Polakken en hnnne knechten van den graanhanije[
in ons Rijk maken. Zijn gevoelen, ten aanzien van de kwijning des lansi-
bouws,.de noodzakelijkheid en het doeltreffende van den voorgesteiden maat
regel is ondersteund geworden door de heéren van der Gronden en Hi:ii0pf„
die uit innige overtuiging; verklaarden voor het ontwerp te zullen stemmen;
Hun gevoelen is bestreden geworden door de heeren van HemeltRepeiaer en
de Jonge, die geenszins instemden, dat de voorgedragen maatregel aan het
doel bescherming van den landbouw, zoude beantwoorden, en ook geens
zins konden goedkeuren, dat als middel, om die bescherming te vetleenen,
.een eerste stap tot invoering van verbodstelsels zoude worden aangewend.
Zij konden dit te minder doen, omdat daardoor de handel zoude worden be
nadeeld, zoo wel ten gevolge der belemmeringen, waaraan men denzelven
hier te lande onderwierp, ais doordat de buiienlandsche jVlogendheden tót het
nemen van retorsie-maatregelen werden aangespoord. Verder zou, huns oor-
deelsjv'de wet den sluikhandel begunstigen, het begaan van kwade praktij
ken aanmoedigen; terwijl ook'aan de wet eene terugwerkende kracht ver
leend woriit, welke strijdig is met de billijkheid en regtvaardigheid.
De voortzetting der beraadslagingen is vervolgens op den vólgenden dag,
morgens ten half tien iirë, bepaald.
In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van den 24sten
dezer, zijn de beraadslagingen voortgezet geworden over het ontwerp van
wet betrekkelijk de graanwet. Ten voordeele van hetzelve hebben het woord
gevoerd de heeren: Snouck-HurgronjeSandberg, van Asch van Wijck, Lem-
ker, LuybenenvanDamvanlsselt, cfie allen den kwijnenden toestand desland-
bbüws deden uitkomen, en de noodzakelijkheid van de aanneming des voor
gestelden maatregels daaruit afleidden. Ten nadeele van het ontwerp hebben
het woord gevoerd de heeren Kniphorstde Bordes, Donker CurtiusVerwey-
Mejan, die het onbillijke, het onregtvaardige van de voorgestelde wet aan
toonden. Bij liét sluiten dezes, was de heer Vcrwey-Mcjan aan het woord!
Uit Amsterdam meldt men van den 23 Decembër:
Zijne Maj. de Koning heeft, bij kabinetschrijven van den 7 December 11.,
N°. 61goedgekeurd de verkiezingen, gedaan door de vierde klasse van het
Koningiijke Nederlandsche Instituut .van Wetenschappen, Letterkunde eii
schoone Kunsten, van de heeren .7. D. ZocherArchitect, te Haarlem, tot
lid, en A. Thorwaldsente Rome, tot geassocieerde.
Gemelde klasse heeft nog tot hare correspondenten benoemd, de heeren;
P. Anderloni, Professor en Directeur aan de Keizerlijke en Koningiijke Aca
demie van schoone Kunsten, te Milaan; P. Cornelius, Professor en Directeur
aan de Academie van beeldende Kunsten, te IVJunchen; B. C. Koekkoek, te
Kleve; C. Kram, te Utrecht; ,7. 77. Lubeck, Directeur der Hof-Kapel, ih
's Gravenhage, en C. Muhlenfcld, te Rotterdam.
De vorst, welke hier ter stede eerst sedert een paar dagen aangevan
gen heeft, is evenwel zoo streng geweest, dat reeds in morgen van den
aesten dezer eenige. boeren, met hunne met melkvateó beladen sleden, vati
den overkant, over het ijs van het toegevroren Y herwaarts zijn overgekomen.'
T U R K Y E.
Belgrado tien 7 December. Men verwacht hier in de aanstaande week
Vorst Milosch, tot wiens eer verscheidene feesten plaats zullen hebben. Voer
het overige schijnt hét zeer zeker, dat Yorst Milosch in den loop van het
jaar 1836 Weenen bezoeken zal.
De courant van Zira houdt eèn berigt uit Scutari van den 8 December,
volgens welk het leger van den Grooten Heer door gebrek aan fouragé ge
noodzaakt was zich in uitgestrekte kautormementen te verspreidenalleen
6000 man, onder Schender-Vxehv.zouden in de Albaneschè hoofdstad en ha
ren omtrek verblijven. Het zeggen te Scutari wasdat hét Tnrksch legér
in het volgend voorjaar zich weder concentreren zou, om in Albanië het
nieuw jbeheer van zaken, inzonderheid de conscriptie in te voeren, waar
mede mén dan later ook in Bosnië één begin zou maken.
Volgens de jongste berigten uit Samosvan den 11 November, heeft
zich eindelijk ook de hoofdsrad van dat eiland, Bathi, bij de insurgencen
gevoegd. De Kapudan-Pichti was in allerijl derwaarts vertrokken,' om, zoo
mogelijk, de rust te herstéllen.
S P A N J E.
Berigten over Parijs van den 19 December,
Men, schrijft van St., Jean de Luz. dat het getal Spanjaarden uit San-
Sébastian in Frankrijk aangekomen zich tot 2.500 verheft.
Van eenen anderen kant wordt geschreven dat de Municipaliteit van Bar
celona zich grondende op den behoéftigen toestand, waarin zich een groot
getal werklieden bevindendie in de nationale garde zijn ingeschrevenen
op de onmogelijkheid, om hen op eene andere wijze bij gebrek aan hulp
middelen te onderhouden besloten heeft tot de oprigting van een bataljon
vrijwilligerswaarin zij hen uitnoodigt zich te laten inschrijven,
Men verwacht nog te Barcelona 1,700 Portugezen, die met hun, die,reefis
aangekomen zijn een corps van 2,200 man, ónder hét bevel van den Gene
raal Dougi.sszuilen uitmaken. v
Den sden heeft Mina door een detachement, onder bevel van zijnen Aidé-
de-Canip, Cardero, dé leden van eene éarlistische. Juntadie te St. Pador
vergaderd waslaten opligten en dadelijk doodschieten.
Volgens een officiéél rapport heeft de Luitenant-Kolonel Pabataan het
hoofd van eene colonne van 500 man, den 4den, de bende van Buja, sterk,
1,500 man en 30 paarden, ontmoet, en haar verslagen. Bujb zou gewond zijn
geworden en de Carlisten zouden 30 man aan dooden eri een groot getal
gewonden hebben.
Men schrijft van Gironne van den 8sten, dat de aanbieding van vergiffenis
door de proclamatie van Mina bekend gemaakt, goede gevolgen heeft te
weeg gebragt e'n dat een zeker getal factieusen zich aangeboden heeft
óm er in deze stad even als in eenige anderen1 gebruik van te maken.
De Messnger des Chambres deelt het volgende artrkel.mede:
De neiging tot tegenstand, die zich in de Kamer der Proceres bij de dis-
enssien over bet adres-antwoord scheen te openbarenheeft den heer Men-
dizabal genoopt om een zeker aantal nieuwe Pairs te benoemen. Hij wil by
voorbaat eeneil hinderpaal verbreken, welken hij vooruitziet, en reeds be
reidt bij eene ordonnantie, krachtejis welke de waardigheid van Procer gege1-
yen zal worden aan een aantal personen, op wier getrouwheid hij meent te
kunnen staat maken.
Berigten over Parijs van den 20 December.
B.aIjonne den 16 December. De wapenstilstand, gesloten tusschen dé
Carlisten en de belegerden van San Sebastian, heeft aan de berde partijen
gelegenheid gegeven om de middelen van aanval en,verdediging te vermenig
vuldigen, men heeft van den eenen en andéren kart zwaar gearbeid. Destra.,
tén van San-'Sebastian zijn géheel van steenen ontblootbatricadea véflieffeti
zich van alle kantentie tegenstand zal zeef groot wezea.