a'. 1835. leydsche n'. 11, M i nan'r he: I*. Klash til. Woensdag biedt e en -•? .7 iS F SOK 0-^4 aan- chil. OI\T ON, K. JAN in. hoop lijkt ;fden ijnen t zij R., ir. 1 zp Drden beta- ornd, NEDERLANDEN. Leyden den 21 sten April, jj onze vorige hebben wij met een enkel woord melding gemaakt orn aat eenige veranderingen, welke in het ontwerp van wet, strekkende tot herziening der wet van den 18 April 1827, door de Regering gemaakt zijn. Omtrent de bedenkingen door de leden van de Tweede Kamer der Staten- Generaal ingebragt, deelen wij nog het volgende mede: Wat het hoodbeginsel der wet aangaat, namelijk het vestigen van een hof m elk gewest, deswege waren de gevoelens der leden nog even uiteenloo- te«it. De tegenstanders daarvan hebben, onder anderen, betoogd, dat de jrondwet op dit oogenblik de Regering niet kon noch moest binden, om in dt nieuwe regterlijke organisatie die gebreken daar te stellen of in td voe ren, welke door de ondervinding gewraakt werden, daar men, wel is waar, in 1827 verpligt was hieraan de hand te houden, doch dat het thans, nu, door opgevolgde gebeurtenissen, de grondwet behoort te worden gewijzigd, jene dwaasheid zou zijn, dat men bepalingen op het stuk der regterlijke ligt, welke door de invoering vast en onherroepelijk zouden worden, alleen urom zou aannemen, omdat zij voorkomen in eene grondwet, op welke [Regering, om andere staatkundige redenen, voor alsnog niet meent te neten terugkomen. Uit dien hoofde was men van begrip, dat, indien de sndwet belette eene doelmatige organisatie der regterlijke magt daar te ellenzij, vóór dat men verder ging, behoorde te worden gewijzigd; dat len eene regterlijke organisatie, zoo als die was voorgesteld, strijdig achtte et de ware belangen van de ingezetenen dezes Rijks, en dat het beste ijn zou, dat als conciliatoir middel slechts vier of vijf hoven in Oud-Ne- ttland werden gevestigd; beschouwende men het oprigten van een hof in Ik gewest als strijdig met eene goede staatkunde, omdat daardoor de oude rovinciale ongelegenheden weder zouden kunnen ontstaan. Wat de bijzondere aanmerkingen tegen het ontwerp aangaat, deze komen lierop neder: men is blijven aandringen op het oprigten van twee hoven in le provincie Holland, of het splitsen van het hof aldaar in twee kamers, in vond de instelling van eene criminele regtbank strijdig met de grondwet; liet alle leden waren van de noodzakelijkheid doordrongen om in Drenthe >en hof daar te stellen; men heeft den wensch genit, dat de indeeling des lijks in geregtelijke kantons en arrondissementen werd gewijzigd; men heeft jtvraagd, of er eene requestkamer bij den hoogen raad zou worden geplaatst; men stemde nog niet in, dat het goed ware de kooplieden uit te sluiten, om bij de regtbanken te adsisteren; men heeft de noodzakelijkheid doen inzien, Dra voor de regterlijke ambtenaren pensioenenmet hunne waardigheid over- tenkomende, daar te stellen, enz. Eindelijk heeft men de aandacht der Re- lering ook gevestigd op het dringende, om wetgevende bepalingen te maken letrekkelijk de conflicten en de regtsmagt van dijks-collegien, hoog-heem- raadschappen en polder-besturen. Ten slotte der in onze vorige opgegeven veranderingen is door de Re- 01™' kering te kennen gegeven, dat niettegenstaande het herstel van vijftien ar- Fondissements-regtbanken, de uitgave voor de regterlijke magt slechts on- ..val1 |eveer f 20,000 meer zal bedragen dan volgens de wet van den 18 April ijven was uitgetrokken. Bij de veranderingen is gevoegd geworden een lelaar ^jjjt van cjvüe en correctionele appellen, mitsgaders van criminele zaken, over een tijdvak van tien jaren gemiddeld, waaruit blijkt, dat er elk jaar, oisel.tie tien jaren door elkander gerekend, 147 civile en commerciële appellen ia-en 193 correctionele appellen in ons Rijk hebben plaats gehad; voorts 588 lqties criminele zaken bij de ka_mer van beschuldiging zijn afgedaan535 crimi >u en jeie zaken aan de assises\zijn verzonden, terwijl 50 civile aresten gewe ien zijn, welke niet, provinciesgewijze, zijn opgegeven, evenmin als 1034 IKS-interlocutoire en préparatoire arresten,'te zamen 2547 appellen en zaken. IER- Van de 1463 appellen en zaken, naar elke provincie opgegeven, hebben nco), in Noord-Braband plaats gehad, 197 in Gelderland, 328 in Noord-Hol» land, 250 in Zuid-Holland, 108 in Zeeland, 75 in Utrecht, 135 in Vriesland, an dt.'Éj in Overijssel, 115 in Groningen en 32 in Drenthe. In Zuid-Holland heb- 1 Vij-Ten de civile en commerciële appellen een getal van 23 beloopen, de cor- ver-jectionele appellen 37; voorts zijn aldaar 100 criminele zaken bij de kamer VIar- vau beschuldiging afgedaanen 90 criminele zaken aan de assises verzonden. In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van heden, is ontvangen eene Koninglijke boodschap, ten geleide van een met het Groot-Hertogdom gesloten verdrag, wegens het aftogtsregt. De Eerste Jamer heeft kennis gegeven zich met de twee bij haar aanhangige finan- on(je tlele wetten te hebben vereenigd. De centrale afdeeling heeft verslag pdaan op het voorstel van den heer van Dam van Isseltalsmede op het ontweip van wet, bétrekkelijk de zamenstelling der regterlijke magt. De beraadslagingen over het voorstel van den heer van Dam zullen aanstaanden ïonderdag worden gehouden; de tijd, waarop die over de regterlijke orga nisatie zal plaats hebben, zal nader worden bepaald. Eenige ingekomene - 1 petitiën, betrekkelijk den landbouw, de regterlijke magt en de ontginning rj van woéste grondenzullen aan de Commissie tot de verzoeksdhriften wor- gC011'"den gezonden, die, bij monde der heeren HooftTromp, van der Gronden p. 'en van den Mortel verslag doet op een aantal in hare handen gestelde stuk- crrl-i' ken, meerendeels betrekking hebbende tot de indeeling des Rijks in ge- n_! regtelijke arrondissementen en kantons, welke alle ter grieffie zullen worden nedergelegd en de verslagen gedrukt, eveneens als eene petitite uit Amster- fT 'dam, welke eene voordragttot verandering der bestaande belastingen, in- houdt; en die ook ter griffie zal worden nedergêlegd. De zitting is daarna eiIJ «ot Donderdag ten half twaalf ure gescheiden. Naar men verzekert is de reis van het Koninglijk gezin naar Amster dam, die heden, gelijk men verwachtte, zoude plaats hebben, tot heden (ver acht dagen uitgesteld. Uit Utrecht schrijft men van den 20 April Met genoegen verneemt men, dat onze Hóogleeraar in de wis- en na tuurkundige wetenschappen, G. Mollonlangs door den Senaat der Akade- mie te Edinburg, honoris causais bevorderd tot Juris utriusque Doctor De gemalin van Leopold schijnt ernstig ziek te zijn geweest, doch is onder "weder aan de beter hand- irmid-1 De Belgische Afgevaarden Gendebien en Robaulx, binnen kort moe- rme d. t€Tlde af*creden» hebben brieven aan de kiezers in hunne districten gezonden, daarin zij verzoeken, niet weder te mogen verkozen worden, omdat, daar Ut Bestuur geheel andere wegen inslaat, dan met-hunne wijze van zien den. OVfiieenkomt, zij verder van geen nujt voor het land zouden kunnen zijn. n ten n bij- reau, ast je extn e Ta- i met it- en te Heer staan- thvaar iddags Jouw. COURANT. den 22 ApriL T R K Y E. Konstantinopel den 25 Maart. De oudste dochter van den Sultan, Sa. lihawier huwelijk met den Muchir van Tophana, Halil-Vzchiin de vorige lente gevierd geworden is, is eergisteren van eenen zoon verlost, welke Abdul-Hamid genoemd en reeds in de wieg tot den rang van een Vezier en Pacha van drie Paardenstaarten verheven is. Dit is nu het eerst, voorbeeld in de geschiedenis van het Turksche Rijkdat een mannelijk kind, uit het huwelijk van eene Osmannische Prinses met een hoog Staats, beambte gesproten, in het leven behouden is. Dit sprekend bewijs van den voortgang, welke de beschaving in dit Rijk gemaakt heeft, heeft op alle inwoners der hoofdstad eenen gunstigen indruk gemaakt. Dadelijk na de verlossing van de Prinses begaf zich de Sultan in begeleiding van zijne beide zonen tot haar, om haar zijne gelukwenschingen te brengen. De Porte heeft onlangs aan den Keizerlijken Russischen Gezant, den heer von Buteneffde som van 5,000,00o Turksche piasters, in vermindering van de contributie van 500,000 dukatenwelke den isten Meidezes jaars verscheenlaten bezorgen. Het grootste deel der Aegyptische vloot was volgens brieven uit Candia, wegens de voortdurend in Alexandrie heerschen- de pestin de haven van Luda ingeloopen. GRIEKENLAND. Uit Triest wordt van den 4den April geschreven: Ontvangen tijdingen uit Griekenland over Corfu en Patrasloopen tot aan den i3den Maart, het land is geheel stil. De opstand in het bin nenste van den Peloponnesus, welke te voren was aangekondigd, is niet uitgebarsten. Men wist niet of de onvergenoegden het oor aan betere raadgevers geleend hadden, of zij hun plan opgegeven, of dat de stel lingen, welke de Koninglijke troepen innemen, indruk op hun gemaakt hebben. De koophandel gaat te Patras voortreffelijk en van hier doet men groote zaken op Athene en vooral in bouw-materialen. Men verwacht met het grootste ongeduld het tijdperk van den isten Junij; men meent algemeen, dat geen der leden van de Regering in dienst van den Koning zal blij ven. Ondertusschen kan men niets stelligs zeggenten aanzien van dit onderwerp, aangezien de jonge Monarch niets laat openbaar worden van zijne plannen, die, dit is zeker, reeds gemaakt zijn. Men schrijft, dat de Graaf Saportahoewel op eene voldoende wijze door Z. M. ontvangenniet een eenige der afkeerighedenwelke hij zou ontmoet hebben, heeft kunnen overwinnen: de grootste koelheid ontstaat altijd tusschen Koletti en de Graaf Armannspergde Staatsraad Kobell leed altijd aan de waterzugt en Greiner was altijd zeer bezig aan het Depar tement van Financien, die van eene onvermijdelijke noodzakelijkheid zijn, RUSLAND. Petersburg den 8 April. Volgens een bevel van Z. M. den Keizer, medegedeeld door den Generaal-Adjudant Benkendorf, aan den Minister van Financienzullen voortaan geene buitenlanders van geringen stand over de grenzen van Rusland worden toegelaten, indien zij niet ten min sten 10 Rijksdaalders bij zich hebben. Het handels-tractaat tusschen Rusland en Zweden, Is wederom voor den tijd van drie jaren vernieuwd geworden. Te Odessa was de tijding uit Aegypte aangebragt, dat het een Mal tezer was geweestwelke een baal zijde uit Syrië had gesmokkeld door welke de pest in Alexandrie was aangebragt. Hij zelf was, na het ontdekken, doodgeschoten en zijn huis verbrand geworden. SPANJE. Uit Madrid schrijft men van den 9 April het volgende: De Minister van Oorlog zal Zatnrdag naar het leger van het noorden ver trekken. De Generaal Rodil zal zoo lang het Ministerie besturen. Heden heeft men de tijding ontvangen, dat het beruchte opperhoofd der opstandelingen Carnicer, op het oogenblik, dat hij de brug van Miranda overtrok, gevangen is genomen. Hij had bij zich 100 oneen goud. Het is waarschijnlijk, dat hij reeds gefusilleerd is. Uit Bayönne heeft men tijdingen van den ji Aprij, welke gewag ma ken van twee gevechten, die den sden en den jiden dezer, in de omstre ken van Ciraugui en Bastan hebben plaats gehad. In het eerste gevecht zouden 14 baraillons Carlisten, onder bevel van Zumala, na eenen hevigen wederstand, het slagtveld hebben ontruimd. In hetzelfde berigt wordt ge zegd, dat de Carlisten steeds sterker worden, waardoor de burgeroorlog meer en meer zal toenemen. Men ziet nadere berigten nopens gemelde ge vechten te gemoe't. Volgens berigten van de grenzen tot den uden April, bleef Mina nog-altijd werkeloos te Painpeluna; volgens sommigen, zou hij spoedig zijn ontslag als Opperbevelhebber ontvangen, volgens anderen was hem dezelve reeds geworden; de tegenwoordige Minister van Oorlog, Faidez, zou hem opvolgen. Van den 8sten April wordt in brieven uit Madrid de toestand van Spanje, als zeer bedroevend en uiterst verontrustend opgegeven. Te Mal- laga was de bevolking in opstand geraakt en had de staatsregeling van 1820 uitgeroepen. Daar er geene troepen in de stad of in de nabijheid warenhad deze beweging niet kunnen te keer gegaan zijn. Er was een voorloopig bestuur daargesteld, en het volk barricadeerde de straten. Zelfs in Madrid heerschte de grootste gisting en men was er voor oproe rige tooneelen bevreesd. Ook de gematigden begonnen te vreezendat het bestuur van Martinez de la Rosa zich niet langer zou kunnen staan de houden. ITALIË. Rome den 7 April. In een gisteren gehouden geheim consistorie gaf de Paus aan de verzamelde Cardinalen, in eene Latijnsche redevoering, den dood van Zijne Apostolische Maj. Keizer Frans 1. van Oostenrijk te kennen. Hij prees de deugden en den godsdienstigen zin van den hoogen afgestor ven, eenen steun van den Heiligen Stoel, die in de oogenblikken van nood aan dezelve zoo bereidwillig hulp verleend had. Vervolgens beval de Paus voor den afgestorvene eene feestelijke doodmisse, en trooste de verzameling door de verzekering, dat de nieuwe Keizer met den troon de deugden van zijn vader geërfd had. Den a8sten Maart had Bologna groot gevaar geloopen, om geheel l

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1835 | | pagina 1