LEYDSC N*. i' Xr.5~- C O U R A N X» '.I* !83 'e V R IJ D A G .'AST,' »WI gekï m rs w™ DSW 5 DECEMBER, NEDERLANDEN* Leyden den 4. December. h.h. k.k. h. h. de Prins vis» Oranje en Hcogstdeszelfs tweede Zoon zijn gisteren nacht Hit Berlijn te Graveiihage tern'gekeerd. 7, K. H. prins Alexander heeft van Zijne Maj. den Koning vsn Praissende orde van den Zwarten Adelaar ontvangen. In de zitting van de Tweede Katner der Staten.Generanl van gisteren waren 50 leden tegenwoordig. Na de lezing en goedkeuring der notulen werd een ingekomen ontwerp van wet met memorie van toelichting, no- pens de landmilitienaar de sectsen van November gezonden. Hierop werden geopend de beraadslagingen over het ontwerp ter volle betaling der renten, verschijnende ultimo December. De heeren Luyben, Schimmelpenninck van der Oyevan Dam van hielt en van Nes, bestreden de voordragt. Zij konden niet goedkeuren, dat het trouw gebleven gedeelte der natie met een jaarlijkschen last van millioenen bezwaard werd, ten behoeve van het afvallige gedeelte. Zij achtten het verkeerd met die betaling eene instelling te belasten, welke bemoeijingen sis met eenen slnijer zijn bedekt. Zij drongen aan op de beëindiging onzer geschillen metBelgie, als den eenigen geschikten weg, om van dezen jaar. jijkschen last ontheven te worden; en begrepen, dat men kon volstaan met voor het Belgisch aandeel der schuld thans eenvoudig bons of bewijzen ter nadere verrekening, af te geven. Zij ontveinsden niet, dat dit nadeeiig op 's lands crediet kon werken, maar meenden, dat men tnsschen twee kwaden het minste moestjkiezenen moest vermijden, het brave volk nog langer ongehouden voor anderen te laten betalen. De heer Lubben spreekt tegen de hereeniging metBelgie, welke hg vroeger als eene zeer wensche- liike zaak had beschouwd, maar die hij, na vier jaren scheiding en 200 vele smartelijke gebeurtenissen, als nadeeiig, althaas niet verkiesselijk voor ons oordeelt. De heer Schimmelpenninck vond het zeer bezwaarlijk, om de aangevraagde gelden te blijven toestaan; de Belgen verkondigen nu reeds, dat zij ongehouden zijn, het ontwerp.traktaathetwelk de verdeeling on zer en der Belgische schnld bevat, na te komen, vermits het dezerzijds is afgeslagen. De heer van Dam zeide, dat men, wel is waar, moest let ten op het staacs.crediet, maar dat het belang van het Nederlandsche volk op den voorgrond stond, en vooral het belang van den reeds zoo zwaar belasten middenstand moest worden overgenomen, die door vroegere-finan- tiele maatregelen geleden heeft ten voordeele der rijke kapitalisten. Wij behoeven ons niet, onverpligt, nit te putten ten gunste van den vreem deling, want ruim 200 millioenen schnld bevonden zich thans in handen van buitenlanders, vooral niet, daar geen nitzigt bestaat, waar deze bui tengewone uitgaven zal ophouden. Want wat onzen staatkundigen toestand betreft, gestadig spreekt men ons van teleurstelling, en de bnitenlandsche Mogendheden zijn ons allen even min gezind. Bij de statendie in Po len en de Dnitsche kleinere rijken alle grondwettige vrijheid onderdrukt hebbenen dit ook bfl ons trachten te doenhebben wij geen heil gevonden en naastdenkelijlc zullen de bepleiting onzer belangen door den hercozva;» W/rttineten slecht» een middei v«u uien staatsman zijn geweesc, om aan het Voer van zaken te komen. De heer van Nes betreurt, dat men na den oostacd van Belgie tot deze betaling van rente is overgegaan; had men zulks niet gedaanbet zou nu minder aanstootelgk en minder bezwarend ztjn om van dat, zijns inziens, verkeerde spoor terug te komen. Van eene andere meening waren de heeren Lustacvan Rappardvan A r Gr enden Beeiaertsvan Asch van Wyckvan Alphen en van Reenen. Ook zij verlangden niets vuriger dan dat de Natie van den buitengewonen op baar drukkenden last zou worden ontslagen. Ook zij wenschten, dat eene - indschikking met Belgie paal en perk mogt stellen aan onze zeer groote "ns nnlng van krachten. Maar zij beschouwden aan de andere zijde, de 'taking der aangevangen volle betaling der renten als hoogs: bedenkelijk, *1« noodlottig voor 's lands crediet. Zij zagen niet in, op welke wijze o worden daargesteid de schifting der schuld. Zij deden vooral de ge volgen uitkomendie, buns oordeel», zoodanige staking meest hebben de waarde der bezittingen, op de fondsen van duizende medeburger», weezengodshuizen enz.zoodat mendoor den schuldige te winen «rVaffen inderdaad geheel onverdiend den landgenoot zou treffen. Bovenal krachtig sprak in dezen zin de heer Luzacwiens rede eenen zigtbaren ndrok op de Kamer maakte. Hij betoogde dat het ophouden van de be. 'taling der renteen bet uitgeven van zoogenaamde bons gelijk zon staan althans gehouden zou worden voor een nationaal bankroet. Hij deed op- merken dat men de zoo onveroordeeld verlangde eindschikkmg daardoor von vertragen, dewijl de Belgen de bons voor een spotprijs zouden in. Ito open en ()as als het ware belang zonden hebben den onzekeren staod vsn zaken te bestendigen. De meening van geheel Europa zou zich door dézen gewaagden stap tegen ons verklaren; de buitenlandsche Mogendhe den die langzamerhand van dwaalbegrippen jegens ons terugkomen, zou- den'een spoorslag meer hebben om onze belangen in ons voordeel te schikken de stap zon wezen de doodsteek voor ons crediet, de eerste aanleiding tot .looping onzer grondwettige instellingen. De Regering toch zon met rege de verantwoordelijkheid daarvan op de representatie doen nederkomenen deze alzoo in minachting geraken. De schok zou te geweldig wezen, dan dat wii die zonde kunnen doorstaan. De heer van Reenen toonde inzonderheid aan dat in de wet van geen Bel. ■<ch aandeel gesproken werdmaar alleed van Nederlandsche schuld. De heer ^Beeiaerts meende dat, daar in de getrouwe gewescen nog voikomen het koning, riik der Nederlanden in wezen was, dit, hoe moeijelijk het aan hetzelve moet vallen aan zijne verbiedtenissen diende gestand te doenen dat de reetvaardigheid dit ten aanzien der onderhavige zaak vorderde. De heer van Rappard schilderde de schoone gevolgen, welke de een. dragt billijkheid en braafheid van het Volk gehad hadden voor de hand having van het crediet en het geluk onzes vaderlands. Z. Exc. de minister van financiën, zegt het stilzwijgen te hebben wil. len 'in acht nemendaar het onderwerp genoegzaamzijns inziensis Kehandelden hetzelve zoo wel ten voordeele als ten nadeele van het voorstel is overwogen. Uit eerbied en achting, aan de kamer verschul digd acht Z. Exc. zich verpligc aan te merken: wat aangaat het ont werp' zelf, dat hetzelve is eene aanvulling der dienst voor 1834, en dat het' vreemd zon klinken, indien men voor de dienst van hetzelfde jaar tweederlei gevoelens aan den dag legde2°. wat betreft de bedenking U3t men voor Belgie schulden opbragt, joist de dwaling daaromtrent voort vloeit uit den naam dien men daaraan geeft dai er geene Belgische schuld bestaat, en er wordt gehandeld over een gedeelte der Nederlandse- schuld hetwelk men tracht eens tot eene Belgische schuld te doen woi- rii ien dat ook eene zoodanige schnld zal worden indien slechts de eendrsg' en het vertrouwen de regering ondersteunen in hare pogingen, daartoe te geraken 3", opzigtelijk het bezwaar om de rentebetaling om aap het Syndicaat op te dragen dac hoe Z. Exc. ook persoonlijk over oe instelling van het Amortisatie-Syndicaat dacht, da minister zeer stellig ver. klaarde, dat voor het belang van Nederland eene verhaasten ontbinding van de.re instelling niet raadzaam te oordeelen was; dac Z. Exc. dn syadicr.it wï.raan niets geheimzinnigs verbonden was, vergeleek met eene schoone dame waarvan tnen met ongednld den slnijer wenschte opgeligt te zien en wanneer men daartoe, al ware het maar voor een ongenblikoverging, dan bekeek men baar van alle zijdenen deed men hare gebreken kennenzonder hare goede zijden in hec oog te hondendat Z. Exc. de toekomst niec wenscht vooruit ce looped en derhalve niet kon voorspellen hoe lang het syndicaat de rentebetaling zou kunnen volhoudenmaar slat no reeds kon verzekerd wordendat het syndicaat veel langer deze ren. tebetaling zal kunnen volhouden, dan Z. Exc. wenscht, dacdaarcoe nood zakelijkheid zal bestaan. Eindelijk wat becreft het staatkundige gedeelte dezer zaak, dezelve is nog met eenen slnijer omhuld, dien men niet be- hoort op te tillenen waaromtrent men den wijzen regel volgen moe: dac er een tfid is van te sprekenmaar ook van te zwijgen. Die laatste tijd is thans gebillijkt, en de Kamer zal de stilzwijgendheid billijkenwan neer zij hec oog vestigt op de gebeurtenissen in de scaatkntidige wereld gedurende de laatste wekenwaarvan de gevolgen nog niet kannen worden gegist. Z. Exc. beschouwt de rentebetaling regtvaardig en verpligtend. Zoo laDg zijnj ministerie zal aanbonden, zoo laDg de natie zijne pogin- gen zal ondersteunen, zal Z. Exc. bestendig voordragten doen tot voor. ziening in de volle rentebetalingmee ter zijde stelling van de regtsknndige zijde der zaak, vordert het belang, gelijk de wet luidt, de voorziening ia de volle rentebetaling staande eene niec-betaling gelijk aan eene oncbin- ding van den Staat. Regtvaardig en noodzakelijk is die rente-betaling wii men niet komen toe een nationaal bankroet. Mee leedwezen heeft de minister die woorden hier gehoord. Z. Exc. gelooft daarop te mogen verklaren, dat dit bankroet nog niet zoo ce vreezen is,-zoo lang wij hec vertrouwen weten te behoudenhetwelk inlsnder en vreemdeling ia ons stelt. Dac vertrouwen moeten wij in de toekomst weten ce regevaardigen. Besluitende de miniscer mee de sprenk, dat geregcigheid het volk verhoogt, maar onregc het bederf en de schande der volken na zich sleept,) Niemand meer het woord vragende, worden de beraadslagingen geslo ten Men ging ter stemming over en bet ontwerp wordt met eene meer derheid van 43 tegen 7 stemmen aangenomen; zullende hetzelve aan de Eerste Kamer worden gezonden. Tegen hebben gesremd de heereu SchimmelpenninckLuyben van Sytzama van Nes, litmtseIngenhavs en van Dam van Issele Waarna de ZÏIiing rnr a«no»»ndw V» y-.lag is gwóCRttlü&U» Uit Dordreciit worde gemeld, dac aldaar hec gedeelte der divisie pontonniers, dat bij het leger te velde gestaan heefc, zanteDgesteid nit 3 officieren, 160 manschappen en 260 paardenteruggewacht wordt, Uit 's Hertogenbosch meldt men), dat het verbod om ia Noord-Bra- band kermissen te houden, met 1®. Januarjj 1835 zal opgeheven worden. T U R K Y E, Zooais wij in ons vorig nommer vermoedden bevat de A'.lg. Zeitang nu weder eene correspondentie uit Weenenwaarin gemeid wordtüac de vrede zon bewaard blijven. De onderhandelingen met Griekenland over een handelsverdrag wer den onafgebroken vooregezet en men had veel hoop, dezelve binnenkort te zien sluiten. Men sprak veel van eene leening, welke de Porte voor nemens was te doendoch men vreesde dac dezelve niec tot stand zon komen door gebrek aan deelnemers. SPANJE. Omtrent de leening, meldt men, dat er 14 voorstellen bij de Kamers ingekomen waren welke echter allen onaannemelijk waren eene welke he: beste nog was, stelde voor, de leening van 400 miilioea realen ie aanvaarden op de voorwaarden, in deze twee artikelen vervat: Art. 1. De geldschieter zal de bedoelde leening op de volgende wijze aannemen! 200 millioen realen zuilen kontant aan het gonvernernec worden gestorttegen den prijs van 62 pCc. met 5 pCt. commissie. 2. De 200 andere millioenen zullen binnen den tijdjvaa een jaar, tegen den prijs van 66 pCt. met 5 pCc. commissie, worden gestort. Men verzekett dac deze voorslag van de heeren Rtthsehild, Ricardo en anderen komt. De Parflsche Moniteur bevat van den 29 November hec volgende: Eene depêche uit Bayonne van den 24 November berigt, aat Linares hec 9de bataillon van Navarra in de vallei van Ahescoa heeft verrastslechts 300 man hebben weten, te ontsnappen het overige is gedood gevangen genomen, of heef: zich onderworpen. Het opperhoofd Manche is ge. fosilleerd. De buskruidfabrijk der insnrgenten te Burgecce 13 vernield en verscheiden werklieden zijn gefusilleerd geworden. Andere bladen deelen veel gunstiger berigten mede: meiden niets vaa deze nederlaagmaar zeggen in tegendeeldat do Cariisten overal voor deel behalen. In Madrid zonden oproerige tooneelen voorgevaileD zijn: hoewel de laatste berigten deze geruchcen tegenspreken. De krijgsmagt van Zumaia.Carreguy nam steeds door het bijkomen van vrijwilligers toe. De Cariisten schenen wederom van de vallei van Bastan meester te zijn. ITALIË, Rome den 18 November. De marquis Los Llanos, is van de Koningin regentes van Spanje gezonden gewordenom onderhandelingen wegens de erkenning van zijne regering bij de verschillende boven van Italië aan te knoopen. Ke: hoofddoel van zijne reis is Napels, waarheen hem echter tot hiertoe de toegang ontzegd is gewordendewijl men aldaar geene ge zanten van eenig hof ontvangen wil, wiens regering nog niec van d.-j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1834 | | pagina 1