A*- 1834- LEYDSCHE N'- '31- COUR A N T. V R IJ D A a DEN 31 OCTOBER. f&'n\ c* SI PUBLICATIE. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, geven bii deze kennis aan de Ingezetenen derzelve Siad, dat op den isten October II., door de Kiezers-vergadering, ter vervalling der openstaande Raadsplaats, tot lid van den Ed. Achtb. Raaa dezer Stad is verkozen, de Heer Samuel Jacob le Poole; en dat gemelde Heer, op heden, in de vergadering van den Raad, den vereischten eed heeft afgelegd en geïnstalleerd is. Aldus gedaan en gepnoliceerdop den 27 October 1834. j. G. de Met. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. DU Pui. MOBIELE SCHUTTER IJ. Oproeping der P er lofgangen van het iste Bataillon der 3 de Ifdeeling Mobiele Zuid-Hollandsche Schutterijtot het bijwonen der Inspectie, Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, gehad hebbende de voordrag: van den Luitenant-KolonelKommanderende de 3de Afdeeling Mobiele Zuid-Hollandsche Schutterij, toe het houden der maandelijksche inspectie, bepsald bij Zijner Majesteits besluit, van den 25. Juljj 1834, N". 88; roepen bij deze op, alle de zich met verlof bevindende Onder officieren en Manschappen van opgemeld Bataillon als ook de zoodani- gen welke tegen bet ontslag van huniieder plaatsvervangers bij hetzelve zijn ingedeeld om te compareren op Dingsdag en Woensdag den 4 en 5 No vember aanstaande's morgens ten 10 ore en wel 's Dingsdags de man schappen van de isce en 2de Compagnie, en 's Woensdags die van de 3de, 4de, 5de en 6de Compagnie, op bet Plein van den Doelen, teneinde door den Chef der Afdeeling te worden geïnspecteerd gekleed in groot tenue, en alzoo voorzien van de Wapening, het Ledergoed, als ook de groote en kleine cquipementstukkenwelke zij van het Korpsmet verlof gaande, hebben mede genomen, terwijl degenen die bij de Inspectie ont. bleken, of zich gedurende dezelve niet behoorlijk gedragenof wel hunne bleeding en wapening hebben verwaarloosd bij het Korps diciplinair zul len worden gestrafcin zoo verre er geene termen zijn om hen san den Krijgsraad over te geven. Én infotmeren Burgemeester en Wethouders wijders deD belaDghebben- deu dat geenen der Verlofgangers van deze Inspectie knnnen terug blij ven, dan de zoodanigen welke van het Bataillon bij andere Korpsen zijn gedetacheerdals ook die, welke van woonplaats zijn veranderd, ingeval hun nieuw domicilie meer dan vijf uren van deze Gemeente is verwijderd en eindelijk degenenwelke door ziekte buiten staat zijo zicb naar de plaats der Inspectie te begeven, in welk laatste geval van wege dezelve eene schrifielijke geneeskundige verklaring, vóór den aanvang der Inspec tie zal bebooren te worden overgelegd. Veiroanende wijders alle Verlofgangers, door eene getrouwe opkomst, stlptelhit aan deze oproeping te voldoenen zich alzoo voor de nadeelige gevolgen welke uit nalatigheid zonden ontstaan te vrij waren. Aldus gedaan en gepubliceerd bij H. H. Burgemeester en Wethon. ders der Staa Leyden, op den 27 October. 1834. J. G. de Mey. Ter ordonnantie van dezelve, P- A. du Pui, NEDERLANDEN. Leyden den 30 October. F Uit Gravenhage meldt men van den 2p«ten dezer, liet volgende: Heden morgen is de Eerste Kamer der Staten-Generaal vergaderd geweest, en heef: zicb, len twaalf nre, de commissie tot aanbieding van bet adres der Staten-Generaal, in antwoord der troonrede, naar den Koning begeven. Dezelve bestond uit de leden der beide Kamers, en wel, wat de Tweede Kamer aangaat, nit de commissie, die het adres had opgesteld, Denevens den heer ven Meeuwen, Het adres is aan den Koning voorgelezen door den voorzitter der Eerste Kamer, Baron Röell, Zijne Maj. heeft daarop een antwoord gegeven, heiwellt morgen bekend zal worden, wanneer bo vengemelde commissie der Tweede Kamer derzelyer verslag zal uitbrengen. Te dien einde zr: er ten twee ure eene zitting der Tweede Kamer wor den gehouden. Middelerwijl zijn de afdeelingen der Tweede Kamer bijeen- gekoen en hebben dezelve met bet onderzoek der financiële wetten een aanvaog gemaakt. Het adres is van den navolgenden inhoud: Sire, eerbiedig tredeD bij de hervatting hunner werkzaamheden, de Vertegenwoordigers der getrouwe Nederlandsche Natie voor Uwe Ma jesteit, om aan Hoogstdenzelve, bij hernieuwinghunne nulde aan te bieden. Niet zonder gemengde gewaarwordingen ontvingen wjj de mededeelin. gen, door Uwe Majesteit aan ons gedaan, betreffende onze buitenlandsche aangelegenheden, ons verheugende over het geruststellende in onze betrek kingen met de vreemde Mogendheden en de door Uwe Majesteit ontvan. gen blijken eener opregte vriendschap. Van velen hunner hadden w(j tevens billijk mogen verwachten, dat, ten gevolge dier vriendschappelijke geziod- heid, onze belangen en regten tot eene elndelijke regeling zouden gena derd ziin en leleorstellecd zijn voor ons de onvoorziene belemmeringen welke zich in den loop der daartoe strekkende onderhandelingen op. doen. Bij de regtmatigheid echter onzer zaak, op de bescherming des Allerhoogsten en het beleid Uwer Majesteit steunende, blijven wij de op ruiming dier belemmeringen, ooor cas zoo vurig verlangd hopend en met vertrouwen verbeiden terwijl de Staten-Generaal eerbiedig wenschen van Uwe Majesteit eenige staatkundige mededeeliogen te mogen erlangen. Wij juichen inmiddels alle die maatregelen toe, welke ae bezwaren van zoodanigen buitengewonen toestand, voor de Natie, kunnen veriigen. Uit dat oogpunt beschouwen wij het uitgestrekt verlof van de schutte, rijen en de vrijwilligers bij de zeemagt verleend Elke verdere en daarmede in verband staande, en met de zekerheid dea lands veteenigbare bezuiniging inde kosten onzer krijg,magtwaaruit eene vermindering van lasten voor het Nederlandsche Volk zou kunnen ont staan zien wij met verlangen te gemoeten zullen wjj met dankoare erkentenis ontwaren. Heeft Uwe Majesteit hen, die van da schuttetlijke dienst zich met zoo veei fjver kwetengrotendeels tot hunne haarsteden en betrekkingen tij- deliilt doen wederkeeren en hun 'eene heilzame rost doen genieten zij b'ü«en niettemin des bonden wij ons verzekerd met dezelfde zucht t ic orde en krijgstucht, met denzelfden moed, met dezelfde liefde voor Va. derlaud en Koning bezield, welke zij zoo schittereod hebben aan den dag gelegd, en tullen steeds, de nood dit vorderende, met vernieuwde geest drift de veiligheid en onafhankelijkheid des lands krachtdadig handhaven. Met levendig genoegen zien wij op de voldoende gesteldheid van vele onzer binnenlandsche aangelegenhedenop den regelmatigen gang van het air-meen beheer, door gewestelijke en plaatselijke besturen loffelijk onder steund de nuttige vruchten der zorg aan het openbaar onderwijs besteed, en de voortdurende zucht tot beoefeong van knnsten en wetenschappen. Wii erkennen met dankbaarheid de bewaring voor de gevreesde gevol gen der rampen in den voorgaanden winter aan onze belangrijke zeawe. ringen en waterwerken geleden en hopen dat de hevige stormeo welke thans weder hebben gewoed en reeds belangrijke schaden veroorzaakt, geenszins tot voorboden zullen «trekken van grootere rampenbjj het naderen van een jaargetijdehetwelk steeds bedenkelijk is voor den vader, landschen grond. Een bemoedigend uitzigt, daarentegen, vinden wij in den algemeen gunstl- gen staat van vele onzer inwendige middelen van bestaanin den voort, gang van onde en nieowe takken van nijverheidde instandhouding ouzer visserijen en de uitbreiding van handel en scheepvaart, die voorname zenu. wen van ons volksbestaan. Dat de landbouw, deze niet miuder aangelegen tak oazer welvaart, bij zware lasten den ongunstigen invloed ondervindt der zeer lage prijzen zijner voortbrengselen, en daardoor in een kwijnenden toestand verkeert, betreuren wij diep. Het waa ons daarom vertroostend te vernemendat de zoo noodige opbeuring van den landman en grondbezitter bet onder werp uitmaakte vaü Uwer Majesteiti opzettelijke overwegingen. Wij koes teren den wenschdat de voorzieningen hiertoe in overeenstemming mee andere belangen zoo spoedig mogelijk zullen worden tot stand gebragc. Wij verblijden ons zoo wel over de verzekering van Uwe Majesteit, dat rnst en orde in achler alle onze koloniën beerschen, als over de vol doende uitkomstenwelke de maatregelen in de Oost-Indische bezittingen genomen, opleveren. De vermeerdering van derzelver voortbrengselen, waardoor de kwijting barer geldelijke verpligcingen aan bet Moederland thans mogelijk isen deszelfs scheepvaart en handel worden verlevendigd, konden door ons niet dan met de grootste belangstelling vernomen worden, terwijl de voortduring en bevestiging van rust, orde en tevredenheid onder de talrijke bevolking onzer overzeesche bezittingen en derzelver gunstige gesteldheid tot onze vurige wenschen blijven nehooren, Aangenaam was ons de ontvangene mededeeling, dat de inkomsten des Rijks over het algemeen aan de ramingen beantwoorden; en dat, bij de inachtneming van al wat, overeenkomstig de Nederlandsche trouw, hec openbaar crediet kan bewaren, eD bjj eenige verligting tevens der belas, ticgschuldigende begrooting der uirgaven van den Staat voor het volgend jaar met de inkomsteD aanvankelijk is overeengebragt. Dat bij verligting van lasten in volgende jarea gelijke uitkomsten zullea knnnen verkregen worden is de ernstige wensch der Staten-Generaal. Reeds zijn ons de ontwerpen, welke de geldelijke aangelegenheden be treffen, van wege Uwe Majesteit aangeboden, Zij zullen het onderwerp onzer meest naauwgezete overweging uitmaken. Niet minder zullen wij ons beijveren om door het vlijtig onderzoek van al wat tot de nationale wetgeving behoort, met Uwe Majesteit mede te werken tot het doen geboren worden van het heilzame ea la g gaweaschte tijdstip waarop aan dat zoo gewlgtig werk de laatste hand zal kunnen worden gelegd, en Nederland zjjne regterlijke instellingen op vaste grond slagen zal gevestigd zien. Wij zien dan ook met verlangen de ontwerpen betrekkelijk de orga nisatie van de regterlijke magt en het beleid der justitie te gemoet, en vleijen ons, dat de dienaangaande door Uwe Majesteit gekoesterde noop zal verwezenlijkt worden. Met kalmte op hunnen weg steeds voortgaande, zullen de Staten.Gene raal als Vertegenwoordigen eens Volksdoor echte liefde voor Vorst en Vaderland, en standvastige gehechtheid aan grondwettige instellingen gekenmerkt, naar hun vermogen mede werkzaam blijven om, .overeen komstig de behoeften en den aard der Natie hare belangen te regelen, hare maatschappelijke inrigtingen te verbeteren en te volmaken, en hare ware vrijheid te bevestigen." Eene commissie van de bestuurders der maatschappij van toonkunst bij Z. M. ter audiëntie toegelaten heeft Z. M. bedankt voor de eer van zijne tegenwoordigheid, bij het laatst gehondeo muzgkfeesten Hoogst, denzelven het protectoraat over de maatschappij aaugeboden hetgeen door Z. M. aangenomen is, H, K. K. H. de Prinses van Oranje wordt io het begin der volgende maand, van Soestdijk in de residentie terug verwacht, Uit Amsterdam wordt berigt, dat de geruchten, weike er geloopea hebben, als of de waterkeeringeD dier stad door de laatste stormen gele- den haddenongegrond zijn. De vrouw van Jacobus de Pauw, wier bevalling?} van vier levende kinderen te Vlissingen, wij in oaze vorige berigt heooen, is runn vijf jaren gehuwd, en heeft In die jaren, dertien kindeteu ter wereld georagi, waaronder tweemaal drielingen. ZWEDEN. Men vindt het opmerkenswaa-dig dat Zweden, heigeea gewoonlijk alt een der armste landen van Europa bescniouwd worde in. zijne schatkist, het zoogenaamde acaacs-kantooraan het einde des jiars ae middelen tot dekking van de uitgaven van de vier eerste maanden van net aanstaande jaar vindt, terwijl Engeland, Frankrijk eD veie andere tanden genood zaakt zijn van de maand December af op de inkomsten van January ea February voorschotten te doen. SPANJE. In de zitting van den isden van de Kamer der Afgevaardigden, heeft men over de toelating van een lid gehandeld, welke slechts door de mild heid van zijne kiezers in siaat gesteld isom zich ais afgevaardigde voor te doen, daar hij niets in-de grondbelasting betaalde. De minister Marti nez de Rosa heett zich openlyk tegen de toelating verzetzyn amotge.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1834 | | pagina 1