A'- '»34> LEYDSCHE N'. »6j COURANT; \3W,V Dyk via ma, e^l' V R IJ D A G i D iV is JU L ij. gg/ f? A /CJ»/ >W T' 30f, Vül dei va vil Vfl|| Carl "13 iiri, obi» lorA d, «n| At ecU Gbl. 66j 4 35| 18 SCHUTTER IJ. PUBLICATIE. Burgemeester in Wethouders der Stad Leyden, brengen, bi) deze, ter kennisse v«» de belanghebbenden, dat de Commissie, volgen i'i. 15 gef wet op de Schutterij, van den n Aorll 1827, benoemd tot h c onler. zoeken van en bealtssen omtrent de redenen van vrijstelling en uitsluiting, zal vaceren op het Raadhuis dezer Stad, op Dingsdag den 22 Jultj aan. (taande, dei namiddags ten vijf ure. En worden diensvolgem opgeroepen 1*. Al de zoodanigen, welke aan de loting van dit jaar deel genomen hebben. Degenen, die sedert de vorige inschrijving alhier zijn kotnen wo. nen, en geboren zijn in de jaren 1800 tot 1808 ingesloten. 3', Zij. die ambtshalve zijn ingeschreven, en eenige redenen tot vrij stelling vermeenen te heboen. a*. Degenen, die na hunne indienststelling bij de Schutterijregt >p vrijstelling hebben verkregenalsmede die bij het Veld.Bataillon om lichaamsgebreken zijn ontslagen. Om zich voor gemelde Commissie, op bovengemelden dag en unr, te llsieren, ten einde over derzelver reclame uitspraak worde gedaan; terwijl lij. die alsdan niet compareren, geacht zullen worden geene redenen tot vrijstelling te hebbes, en mitsdien, overeenkomstig art. 16 van Zijner Majs. bs luit van den a8 Jnnij 1828, voor zoo verre zij dienstpligtige Nommers beöben geirobkeo, oü de Schntterij zollen worden ingelijfd. Aldus gedaan en gearresteerd, bij H. H. Burgemeester en Wethou. öers dér Stad Leyden, op den ro July 1834. G. de M e y. Ter ordonnantie van dezelve, P, A. du Pui. 91', ie ze e vaa| irisg, Is vaa| st in. enoo. Huil, 1831 iis vit eiit1 jtljet li [lil! ie bul 1834,| din zeivej ordal aards; n a, dd serfl ireed: N. ten, zegt hij, hebben eene soort van barricade op mijnen grond opgewor pen, en alle gemeenschap gestremd. Dit rekwest werd, eveD als de vo. rigen, aan bet ministerie verzonden. Her lid Li,'dis sp"lt van evne klagte over betzelfde onderwerp van den beer Poeder lid:e f 3000 voor zijn land had gevraagd; doch men had hem niets gegeven. De spreker beweerde, da: de minister art. 11 der consti. tntie had geschonden. De minister Regier poogde zich ie verdedigen, en zeide, dat van 390 grondeigenaars, over wier grond de weg loopt, 27 nog niet hadden toegestemd, en 8 onbekend waren. Leopold en zijne vrouw zijn te Brussel' wedergekeerd. Uit Belgie wordt geschreven, dat de Belgen, die op Hollandschen boden werkende, gearresteerd waren, los zijn gelaten, en daatom ook de Hollanders, die door de Belgen waren opgenomen. kenij g 2»1 dat i| m verlui nakei| >ij di dgs gen «ril. EIDtll >0. ;o. >0. 30. >0. ;en, oarant T U R K Y E, Konstantinopel den 17 Junij. Volgens tijdingen van Samos, was de gevolmagtigde van den prins Fogorides, welke door de Porte tot bevel hebber van Samos benoemd is, den nösten aan wal gegaan, en zich naar Vathy begeven, onder het geleide van een deel krijgsvolk: op het raadhui» aldaar moest hij de verklaring van onderwerping van de voornaamste inge zetenen van Vathy aannemen. Den volgenden dag werden vier nienwe districts.opzieners benoemd, en een deel der Turksche troepen van de vloot aan wal gezet, ter bescherming van de bevolking van Vathy, de eenige plaats op het eilanddie zich tot nog toe onderworpen heeft. Logotheti die met zijnen aannang alle krachten inspantom den tegenstand tegen de Porte te verlengenheelt zijn gezin in zijne sterkte achtergela. ten en zich naar Meghali Panaghia begeven. Tot den 3den Junij had, behalve Vathy, zich nog geen dorp op het eiland onderworpen en men vreesde, dat deze volharding der ingezetenen den Turltscheo bevelhebber zonde noodzaken om geweld te gebruiken. NEDERLANDEN. Leyden den 17 Julij. Den I5<ien dezer Is er te 's Gravenhage bij Zijne Mal. den Koning ten hove gala-diner geweest, waarbij Hare Ma|. de Koningin vsn Beijeren benevens HH. KK. HH. Prins en Prinses Fredcrik, als ookHH, DD. HH. de Hertog en Hertogin van Saksen-lFeimar, tegenwoordig waren. Daar het uit de rapporten der onlangs over de depots der corpsen vin bet leger gebonden inspectiën gebleken is, dat. bij eenige dier corp- len de officier, administrateur van kleeding en wapening in het officiers, nitnboek van het corps is Ingeschreven, terwijl zulks bij andere geene plaats heeft, en dat, dienvolgen», in dit opzigt geene eenvormigheid be- uiat, zoo heeft de Directenr-Generasl van oorlog, bij dispositie van den 30 Jnnij, naar men te *s Hage verneemt, bepaald, dar de administrateurs vaa kleeding en wapening bij de corpsen van het leger niet moeten wor. den ingeschreven in de stamboeken der officieren van die corpsen, en dat mitsdien daar, waar znlks beeft plaats gehad, de namen van die officieren zullen worden doorgeslagen. Deze dispositie ia daarop gegrond, dat de 8dmir.i(tr«teori van kleeding en wapening gekozen worden uit gepensioneerde of op inhere wijze buiten activiteit gestelde officieren; dat, bij Koning» besluiten, boiten activiteit gestelde officieren, van dat tijdstip af, niet meer behooren tot het kader der officieren van het leger, en niet weder daarin kBimen worden opgenomen, d»n bij een beslnit Zijner Majesteit, en dat de voornoemde administrateurs, die door Z. K. H. den Admiraal en Kolonel Generaal worden benoemd en ontslagen, ten onregte in de stamboeken der officieren van de corpsen zijn Ingeschreven, daar dat register alleen zoo danige officieren moet bevatten, welke bij bet corps in activiteit zijn. Naar men verneemt, z(jn de verschillende houtvesters onzes rijks dezer dagen weder herinnerd san de bestaande bepalingen, volgens welke, ter vermeerdering van het verlecnen van premien aan onbevoegde personen en de daaruit ontstane nadeelen voor *s rijks schatkist, er behoort te wor den gelet: l°. dat de vermelding van permisiien, om in geregistreerde jag. ten te jagen en van extraordinaire permissien, kennelijk aantoont, dat de uitdrukking 1 akte tot de jagt, in den engsten zin moet genomen worden, en gevolgeljjk permissien, om ganzen, eenden en watersnippen te schieten en andere, geen regt geven, om premien te vord«ren; 2°. dat het scha. deljjk gedierte moet zijn geschoten of gedood op eigen of gehuurden grond 3°. dat de premien niet kunnen worden betaald dan aan houders van akten tot de jsgt of vao bovengemelde permissien, en gevolgelijk niet aanjagers; l\ dat de mandaten moeten worden afgegeven op de vertooitlng van het schadelijke gedierte en niet collectief; in welk laatste geval, of het voor. schrift der wet niet wordt gevolgd, of, door Bet slechts laten vertoonen van neuzen, pooten cf klaaowen, tegen de wet wordt gezondigd. In het laatste dezer maand zullen te Alkmaar worden aanbesteed de werken, welke gevorderd worden, om de zoogenaamde koopvaarders-bin. nenhaveo van het groot NocrdhollandsChe kanaal, bij het Nienwe Diep, 101 eene ligplaats voor zeeschepen bekwaam te maken; ten einde te voor komen dergelijke rampen, ais aldaar in den jongst verloopen'winter, op den liatstsn dag des jasrs, onderscheidene koopvaardijschepen getroffen hebben. Uit Middelburg schrijft men van den 15 Julij: Onlangs gaven wij berigt, dat de Belgische tolbedienden aan de zijde van Koewacht, in het vijfde district, zekeren advokaat Talboom, op ons grondgebied hadden ge grepen, met geweld op Belgischen grond gevoerd en gevangen gezec, en hst daarop van onze zijde verscheidene landbouwers, te St. Nicolaas te hois behoorende, waren gearresteerd. Wij kunnen hieromtrent nader en Heilig bertgten, dat het eerstgemelde werkelijk heeft plaats gehad, en wel «p eene zeer gruwzame wijze, (welker omstandige vermelding wij achter, vrege laten); doch hierop gevolgde arrestatien van onzen kant zqn er niet geschied, In de zitting van de kamer der Belgische afgevaardigden van den 11 J»H) is wederom over bet willekeorlg gedrag des Belgischen bestours ge handeld, ten opzigte van het wegnemen van het land voor den ijzeren weg. Het lid de Reuesse bragt een nieuw verzoekschrift te berde, en zeide, dat hetzelve bevestigde, dat de constitutie geschonden was. Het kwam van den heer Ferhasseltole zich beklaagt, dat de agenten van het ministerie zich jegens hem ten schandelijkrte hadden schuldig gemaakt aan scnending Opr constitutie, door zich grond toe te eigenen, zonder eenige schadever goeding te geven, zelfs zonder hem eetige» voorslag te doen. De sgco. GRIEKENLAND. In dagbladen van Munchen leest mens Volgens berigten uit Nanplla van den I3den Junij, welke een officieel karakter hebben, zijD de troepen onder bevel van den oversten v, Ott in Mainazoo als te verwachten was, zonder hindernis geland en ontscheept geworden. De Mainoten, welke tot hunne eigene tegenwoordige zekerheid slechts het verschijnen van eene groote gewapende magt te gemoet zagenhebben hunne ver. sterkte torens deels ontwapend deels in gewone woonhuizen veranderd en hunne wapeDen afgeleverd, zoodat de troepen die naar Maina waren afgezonden, op dezelfde schepen, welke ben daarheen gebragt hadden, spoedig in hunne bestemde garnizoeui-plaatsen NavarinoModina enz. zullen cerugkeeren. De aanzienlijkste famielje van Mania, die van Mauro michalis, had hare versterkingen reeds vroeger gedemolieetd en een Grieksch officier, welke tegenwoordig hier is, was ooggetuige, hoe 18 stokken kanon, welke zij ingeleverd had, in het arsenaal te Nauplia aan kwamen. Dit dient tot bekrachtiging der waarheid, en tot wederlegging van de onderscheidene praatjes van den dag. Omtrent deze berigten, merkt de Allg. Zeitunguit welke dezelve genomen zijnnog opDeze lijdingen schijnen betrekking te hebben op de westelijke streek van Maina, waar de magtigire famielje der Mainoten, uamenlijk Mauremichaliswelke met de regering naauw verbonden is, hare torens reeds vroeger afgebroken en hare wapenen ingeleverd heeft. De eigenlijke strijd zou echter ia het oostelijk landschap moeten plaats gehad hebbenwaar de majoor IVinter van Nauplia komende werk zaam geweest is. Want dat aldaar inderdaad gevochten in gewordendaarin stemmen alle berigten overeen, en daarvan getuigt ook de diepe rouw, 10 welken eene zeer achtbare famielje alhier verkeert, die eeoen zoonals officier dienende, in dien strijd verloren heeft: het gevecht echter zon door de tusschenkomst van aodere troepen ten voordeele van de koning, lijke soldaten zijn uitgeloopen. Wat echter later in dat oord geschied zij, daarover ontbreken nog de tijdingen hoewel de zaak bjj het bekend ka rakter der Mainotenwelke buiten hunne gebergten van weinig belang zijn, en bij de rust van bet overige Griekenland, wel in geen geval ern stig kan worden, Uit Ancona wordt van den aden geschreven Eene stoomboot van de Ionische eilanden heefc ons het berigt aangebragt, dat het staatkundige tegtsgedlng tegen Kolocotroni en de zijnen ten einde was geloopen; Ko/o- cotroni en Koliopulo zijn tot de doodstraf veroordeeld doen Kening Ot/to heeft die straf in cwintig.jartge gevangenzetting veraoderd, POLEN. Van den 30 Jnnij wordt van de Pool che grenzen geschreven, dat, hoe. wei inderdaad een voorstel door Vorst Paskewitsch aan den Keizer gedaan was, tot het herstellen van een nationaal Poolsch leger waarvan vooreerst 6000 man in dienst zoude gesteld worden en bij welk voorstel ook eene lijst der officieren gevoegd wa»echter netzelve door den tegenwoordtgen toestand der financiën was ter zijde gelegd: men vleide zich echter, dat wanneer de aangeknoopte onderhandelingen'met Frankrijk over de schuld, vorderingen die nog ten laste van dac rijk bestaanmet eenen goeden uit. slag bekroond werden, er veel kans was, dat het zou doorgaan, PORTUGAL. De staat van Don Pedro's gezondheid wordt als zeer verontrustend opge. geven; hij had eene aandoening op de longen, hem veroorzaakt door eenen val van het paard, toen hij nog in Brazilië was, doca die sedert echter aanmeikelijk was toegenomen. Zijne krachten namen meer en tneer af. Men meende dat de Hertog v«» Palmella reeds verscheidene bijeenkomsrea hield mee Silva Larvalht om In de moetjelijkheid te voorzien van een regent, schap te verkiezen, ingeval Don Pedro door zijne ziekte buiten «iaat tnogt gerakenhet roer van den staat te besturen. SPANJE. Bayonne den 7 Jniij. Er is tijding gekomen, dat de generaal Rodil-. den 2 dezer te Vtttoria is aangekomen. Gisteren is zijne geheele aiv.ste er binnen getrokken, sterk 11,000 mante weten: 7,500 infanterie 1,500 ar. liberie en kavaliette, 2000 koumglyke karabtniets van Kastilte. Vóór net

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1834 | | pagina 1