NEDERLANDEN.
Leyden den <5 October.
Met Handelsblad bevat bet navolgend uittreksel van een particulieren
brief nit 's Gravenhage:
De komst van den Graaf Clamtn was door de Hoven van Rusland,
Oostenrijk en Pruissen aan deii Heer van Zuilen van Nyevelt aangekondigd
alt met eene personele missie aan Ziine Maj. belast. Maandag morgen,
zoo ik meen, is er bier tijding aangekomen, dat bij voor die opdragt be
dankt heeft en dat Mi zelf ongesteld is. Die zending is nu opgedragen
aan den Prins Felix von Schwarzenbergeen jeugdig diplomaat, die echter
ook reeds in de diplomatische wereld gunstig bekend is. Laatstleden; Zon
dag is een lid zijner familie en van zijn naam (een neef) in den Haag
gearriveerd, en daaraan zijn de geruchten over de aankomst van Clamm
toe te schrijven. Die Prins is echter reeds weder vertrokken, of is op
het punt om naar Engeland te vertrekken. Er is op dit oogenblik een
volslagen stilstard en werkeloosheid in onze zaak, en ons Ministerie zou
gaarne de onderhandelingent te Londen weder aangeknoopt zien, alvorens
eenige démarche bij de Bondsvergadering te doen. Men spreekt van ver.
anderingen in het Ministerie, maar dat spreken is nog niet zeer bepaal
delijk. De Couranten-tijding, dat Potemkin in den Haag zon zijn aange
komen, is geheel grondeloos. Die Minister beviDdt zicb nog te Frank
fort, en men gelooft niet, dat hij hier zal komen, daar de drie Mogend
heden in den persoon van von Schwarzenberg gecombineerd zuilen spreken.
Nopens Het weder vertrekken jnaar Londen van den Heer Verstolk hoort
men niets,"
Wet. Journal de la Haje bevat het volgende s Sedert de Bnitenlandsche
dagbladen zich genoodzaakt zien hunne fabel van het vertrek van Zijne
Koninglijke Hoogheid na-r Münchengratz op te geven, hebben zij een
nienw middel nitgevonden om de nieuwsgierigen te bevredigen. Dit mid
del Is de reis van den luitenant-kolonel Omphal, adjudant des Konlngs, die
men de straatwegen van Bohemen Iaat bereizen, belast met een memorie,
hetwelk de dagbladschrijvers van Londen en Parijs reeds van buiten kennen
alvorens de doorluchtige personaadjesvoor welke hetzelve bestemd was
daarvan kennis hebben kunnen nemen. Intusschen heeft de beer Omphal
's Gravenhage geen oogenblik veriaten.
Het gaat hiermede als met de aankomst te 's Hage van'eene zoogenaamde
deputatie van Belgische Orangisten. Ieder spreekt er van maar niemand
heeft er van gezien. Zulks verwondert ons niet.
Uit Utrecht wordt geschreven: Uit Soestdijk verneemt mendat daags
na den brand, welke den I7den II., bet huis van de pompenmakers Hart-
smg te Soest in den asch heeft gelegd, H. K. K. H. de Prinses van Oranje
zich naar de plaats van den brand heeft begeven, en na zich eeD' gerui.
inen tijd met de vrouw des huizes over het ongeluk onderhouden te heb
ben haar eene niet onbelangrijke somme heeft geschonken. De vrouw
was over het verlies van huis en goed zeer ter neder geslagen en schreide:
de omstanders zagen de bemiDde Vorstin met de bedroefde weenenhaar
tevens moed insprekende en geruststellende, gelijk dan ook vele gegoede
bewoners van Baarn en Soest het voorbeeld van de Prinses hebben gevolgd
en alzoo deze lieden in staat gesteld, zich van dit ongeluk te herstellen.
De bekende Morre, die op de citadel van Antwerpen zijn eenen arm
en de andere hand verloren heeft en in Amersfoort woonachtig Isis voor
eenige dagen, terwijl Z. K- H. de Prins van Oranje zich op Soestdijk
bevond, op het paleis ter maaltijd genoodigd, bij welke gelegenheid de
Prins en Prinses zich met hem dikwijls onderhonden hebben.
Ook wordt uit die stad nog vermeld: Wij v rnemen, dat onze'stad.
genoot de Luitenant Markies de Thouars, van Zijne Maj. den Koning van
Pruissen, voor de bewerking van deszelfs groot Heroïsch Treurspel, Zriny
of de dood voor vrijheid en Vaderland, dat aan Hoogstdenzelven was opge
dragen, eene buitengewone fraaije kostbare gonden Medaille, van eene
zeldzame groote eo zwaarte, met de volgende eigenhandige brief-regelen
heeft ontvangen:
Ik heb nwe uitmuntende dichterlijke navolging van Theodoor Kirners
Treurspel Zrinj in de Nederduitsche taal, waarvan ik vroeger de opdragt
had aangenomen, met bijzonder genoegen ontvangen, waarvoor ik u Hoog
Geb. bij de betniging van mijnen opregten dank, nevensgaande gouden
Medaille met mijn borstbeeld versierd aanbiede.
Berlijn den 16 September 1833.
'Get.Frederik Wilhelm.
Aan den Hoog Oei. Heer Marquis de thouars
Luitenant in Koninkl, Neder/, dienst te Utrecht
De Belgische Senaat te Brussel heeft den a October de algemeene
beraadslagingen begonnen over het bndget der openbare schuld en der do-
tatien. Door deö heer Pilain XUII ter dier gelegenheid eenige inlichtingeo
omtrent onzen diplomatischen toestand gevraagd zijDde, gaf de heer Not-
hembsecretaris-generaal bij het ministerie van buicenlandsche zaken, en
tevens commissaris des Konings, ten antwoord: dat de Conferentie, alvo
rens verder te gaan, gemeend had, aan de Hollandsche Gevolmagtigden
eenige pnnten voor te leggen, van derzelver beantwoording, den voort
gang der onderhandelingen afhankelijk makende. Deze poging zonder ge
volg gebleven zijnde, was eene schorsing der onderhandelingen noodzake
lijk geworden. Eene werkelijke ontbinding, zoo als men verondersteld
bad, bestond er nier. Het gouvernement wachtte de terugkomst af van
een van deszelfs gevolmagtigden, en zou, naar de mededeeling door de
zen gedaan, beoordeelen, tot in hoeverre bet aan de beide kamers de om.
standigste mededeelingen kon doen, zonder 's lands belang en den uitslag
der verdere onderhandelingen in de waagschaal te stellen. De schorsing
der onderhandelingen was derhalve de eenige nieuwe daadzaak. Deze
schorsing had voor Belgie niets verontrustendszij ging de berekenin
gen niet te buiteD, welke ieder der bewindsleden zich gevormd bad, bij
de nltiluiting van het voorloopig traktaat van den 21 Mei. Zij liet Belgie
in het statu quo, welke tegenwoordig door elk een genoegzaam gewaar
deerd werden hetwelk het land tot op zeker puDt kan blijven volhouden.
De heer Goblet is van LondeB te Brussel aangekomen.
De Messager de Gand vermeldtdat eene commissiedie echter niet
genoemd werdzich naar het tuchthuis te Gent begeven had en aan de
veroordeelden die nog langer dan tien jaren in de ijzers moesten zitten
had aangeboden om zicb voor de dienst van Don Pedro te laten opschrij
ven: 73 van dezelven hadden het aanbod aangenomen en de stedelijke rege
ring van Gent had, naar men zeide, bevel gekregen, om zoowel aan deze
pesornen als aan anderen, die voor Don Pedro hadden dienst genomen, in-
kwartietings-billetten af te geven,
Een eer vermoedelijke aanranders van den Engelschen kolonel l.jster
zijnde een jager te paard van het 3de eskadron te Mechelen in garnizoen,
wiens degenpnnt men gebroken bevonden heeftis gearresteerd geworden.
Den 22sten der vorige maand zijn in de gemeente Lanakennabij
Maastricht, zware ongeregeldheden voorgevallen, ter oorzake van het ver
plaatsen van den vicaris van het dorphetwelk de inwoners aan plaatsheb
bend misverstand tusschen den vicaris en den pastoor wilden geweten heb
ben. Hierover vergramd werd door de ingezetenen de pastorij bestormd,
de deuren opengeschoten, en moest de pastoor zijne veiligheid in devlugt
zoeken. Op het hooren der geweerschoten was eene verkenning uit Maas
tricht getrokken, om naar de oorzaak onderzoek te doen.
's Gravenhage den 2 October. Bij besluit van Zijne Majesteit zijn be
noemd Tot tsten luitenant bij de 2de afdeeling mobiele Zuid-Hollandsche
schutterij, Pieter BaeldeTot 2den luitenant bjj de gemelde afdeeling,
Martinus van Wjnoxlerge»Tor aden luitenant-kwartiermeester b(j het
2de hataillon der 2de afdeeling mobiele Vriessche schutterij06e Jelgert
Schelfsma,
Ook zijn door Zijne Maj, nog verscheidene benoemingen bij het krijgs
wezen gedaan, als bij de afdeeling Kuraisiers N®. 1, bij de afdeeling Ku. I
rassiers N°. 3, bij het regement ligte Dragonders N®. 4, bij het regement
ligte Dragonders N®. 5, bij het regemeot Hnzaren N'. 6, bjj de afdeeling
Kurassiers N°. 9, en bij het regement Lanciers.
Men wil, dat ons bestuur nit het fonds der nationale nijverheid eene
som beschikbaar zal stellen tot aankoop van onderscheidene schilderstokken
op de thans in deze Residentie plaats hebbende tentoonstelling voorkomen,
de, hetgeen voorzeker tot aanmoediging van de kunstenaars zal strekken, i
wier stukken op dezelve prijken.
Ook schijnt het, dat netbestuur steeds, bedacht ii op eene verwisseling
der bezetting van Maastricht.
Part. Corresp. 's Gravenhage den 5 October. Z, K. H. de Prins
Veldmaarschalk is gisteren namiddag, uit het leger, in deze Residentie
aangekomen,
Groningen den 27 September. Heden had alhier de Iplegtige akademi-
sche begrafenis plaats van wijlen den hoogleeraar ia de facolteie der regis,
geleerdheid, Mr. G. de Wal. Te elf uren 's voormiddags begaven zich de
heeren curatoren en professoren in koetsen van de area naar het sterfhuis
en vergezelden op dezelfde wijze het lijk van daar naar de begraafplaats,
buiten de Heerepoortbij welken optogt vier der heeren professoren
dekens of plaatsvervangende dekens hnnner faculteiten, als sleepdragers te
voet naast de lijkkoets gingen. Aan de begraafplaats droegen eenige der
daar verzamelde heeren studenten het stoffelijke overschot des ontslapenen
uit de lijkkoets ten grave, bij welk graf, Dadat de kist in hetzelve neder,
gelaten wasde achtenswaardige grijze hoogleeraar Gratamaambtgenoot
des overledenen in de regtsgeleerde faculteit, en vroeger deszelfs leer
meester, eene Iflkrede hield, waarin hij de verdiensten van den gestorven'
hoogleeraar met hoogen lof vermeldde, en, onder anderen, op eene zeer
roerende wijze, deszelfs naaste betrekkingen aansprak. Nadat de heer Gra»
tama zijne aandoenlijke taak verrigt had drukten de heeren studenten de
Balblan van Doorn en Oudemande eerste in prozade andere in dicht,
maat, hnnne en hunner medeleerlingen smart over het verlies niet ongepast
uit, waarna, als gebruikelijk, de studenten de eerste schoppen aarde op
de kist in het graf nederwierpen. Treurmnzijk en een groote toevloed van
aanschouwen vermeerderden het plegtige der begrafenis en der geheele lijk»
staatsie, bij welke aan iedereen' het broze des menschelijke levens aller,
treffendst herinnerd werd. Gelijk het, voor het overige, der akademische
jeugdbij deze laatste buide aan haren waardigen leermeesterhad goed-
gedacht zich afzonderlijk naar de begraafplaats te begeven, keerde zjj af
zonderlijk naar de stad terng.
Breda den 3 October. Gisteren is alhier aangekomen een detachement
koloniale troepen, van Harderwijk naar Vlissingen bestemd. Na hier nacht
kwartier te hebben gehonden, is hetzelve heden morgen vertrokken om
'zich naar Bergen-op-Zoom te begeven en,van daar te scheep zjjne reis te
vervolgen.
Den 28 September is het, sedert den 11 Augustus tevoren, te Goes
in bezetting gelegen hebbende detachement troepen van daar vertrokken,
slechts met achterlating van 1 officier en 23 manschappen.
A E G Y P T E.
Een brief van Cairoin de maand van Jonlj 1.1, geschrevenen ingei
voegd in de Litterarj Gazettemeldt dat Mchemed-Ali bevel gegeven heeft
dat de Spaansche dollard welke 20J piasters gold voor niet meer dan
tegen 15 piasters zou ontvangen worden en dat ieder die zich veroorloofde
om dat stuk geld boven of beneden deze zetting (aan te nemen of uit te
betalen, de neus zou afgesneden, en bovendien gedwongen worden om het
door te slikken. Men zag reeds vele menschen zonder neos.
De verbeteringen welke de Pacha invoerthebben slechts op het
krijgswezen betrekkingde bevolking is verarmd en ongelukkig. Om sol.
daten of matrozen te maken, behandelt men de ellendige Inwoners als de
wilde dieren; en wanneer zij eenmaal in een regiment zijn ingelijfd, wachten
zij zich wel om zich te beklagen. Eene nieowe papieren munt, welke
40 pCt. verliest, is in omloop gebragt, en meo noodzaakt iedereen om
dezelve voor hare volle waarde te nemen.
T U R K Y E.
Konstantinopel den 4 September. Een naauwkenf|g berlgt omtrent den
brand die den 30 Augustus in die stad had plaats gehad, wordt nit Londen
medegedeeld. Uit dit berigt blijkt, dat omstreeks een vierde dier hoofd
stad door de vlammen verteerd Is, De brand ontstond in een gebouw, de
geweertabrijk genaamd, tegen over het tuighuis van Galatatoen de Muzel
mannen hunne gewone gebeden verrigtten. Het tooneeel der verwoesting
besloeg ten laatste eene uitgestrektheid vao drie Engelsche mijlen. Toen
de vlam den top der zeven heuvels bereik', had waarop Konstantinopel
gebouwd is, scheen zij tie geheele stad te zullen verteeren. Eenige hon.
derde hnizen van gegoede liedenen eenige duizenden van behoeftigen
zijn verbrand. Algemeen houdt men het er voor dat de ontevredenheid
van het volk met de regering de oorzaak der brandstichting geweest Is.
Te voren waren de Muzelmannen gewoon, dat de Sultan zich vertoonde,
als er brand wasdoch sedert de uitroeiing der Janizaren Is Z. H. van die
gewoonte afgestapt.
RUSLAND.
Petersburg den 4 September. Eenige vreemde dagbladen gaan voort
om op eene onvermoeide wlis hunne gewaagde {mededeelingen van en over
Polen bekend te maken. Volgens dezelven, zonden de Inwoners van dat
land, ongelukkig geworden door den opstand van29 November 1830, ten
prooi zijo van nieuwe vervolgingen. Wij knnneD stellige verzekeringen
geven van het tegendeel. Alle maatregelendoor het gouvernement geno.
men hebben niets anders ten doel dan de menigvnldige wonden welke dat
land ontvangen heeft, te genezen: en Indien van den eeneD kant de bewer
kers van nienwe onrusten aan de regtvaardige straf niet ontkomen, ziet
men aan de andere zijde de gematigdheid van de overheden zich bij elke
gelegenheid openbaren.
Een Duitsch blad geeft de verzekering, dat het geen Polen waren die
den Keizer hebben willen vermoordenen hierbij dringt het dat verhaal
aan met de verzekering, dat een Russisch officier van de garde Semenowski
genoemd, bjj gelegenheid van eene revue te Petersburgeen piatool op den
Keizer zou gelost hebben, en dat hjj door zjjne kamaraden nedergezabeld
was. Deze laatste bijzonderheid zon ten minsten toonenop welke wijs.
een aanslag tegen bet leven van den Keizer door de meerderheid van zijne
getrouwe onderdanen was opgevatmaar gelukkig dat de officiers van de
Russische garde, niet noodig gehad hebben met het bloed van een verrader
die bij hen behoorde, hunne wapenen, toegebelligd aan de verdediging van
hunnen Monarch en van het vaderland, te bezoedelen, want er is niet
een enkel woord van dat verbaal waarheid.
Men verhaaltdat bij de pogiDg welke Z. M. de Keizer aanwendde
om over zee tot Stettin te gaan, hij, hoewel omringd van het grootste
gevaar, echter eene koelbloedigheid behield, welke verwonderlijk was.
Gedrongen door alle personen die in zjjn gevolg warenom bevel te geven