LEYDSCHE COURANT, A*. 1833. N\ 75 MAANDAG DEN 24 JU N IJ, ■lax, piooo. rIOOO, ARIA RENNISGEVIN'G, SCHUTTER. IJ. Burgemeester, en Wethouders der Stad Leyden, brengen bij deze ter kennis van de belanghebbendendat de alphabetische naamlijst van alle de personen, die overeenkomstig de wee, van den n. April 1827, aan de loting voor den dienst der Schutterij moeten deel nemen ter visie van een iegelijk zal liggen ter Secretarie dezer Stad, van den 17. tot den 14. Jonij aanstaande (de Zondag uitgezonderd) 's morgens van ;o tot 's na. middags ten 1 ure; eri dac de lotiDg zal plaats hebben op de Groote Pers tan 'het Raadhuis en wel Op Dingsdag den 25. Junij 1833, ''s Morgens ten 10 ure. Wordende de zoodanigen, welke na de laatst voorgaande inschrijving zich hier ter Stede met de woon hebben gevestigdtot eene na- loting opgeroepenmede Op Dingsdag den 25. Junij aanstaande 's Namiddags ten 1 ure. Zullende ieder ingeschrevene bij een biljet worden opgeroepen, om tot de loting ter voorachrevene plaatse op te komen, op den dag ea het nnr in dezeKennisgeving uitgedruktterwijl dezoodanigen die verhinderd mogten worden zelve tot.öê.Jpting op te komen, zich door een gemagtig. den- kpnnen doen vertegenwoordigen; of geen gemagrigde comparerende, zal,de loting geschieden door een der Leden van de Commissie uit het Plaatselijk Bestuur. Wordende de belanghebbende tevens verwittigd, dat bij'de genoemde loting santeekening zal worden gehouden vaa de redenen tot vrijstellingdie de ingeschrevenen vermoeten krachtens het 3e. art. der wet, te kunnen aanvoeren; waarom het voor hen, die zoodanige rede- jen tot vrijstelling meénen te hebben, van belang is, door personele op- 'komsC of bij volstrekte beletselen door hét zenden van een met hunne omstandigheden wel bekenden gemagtigden d'e loting niet te verzuimen. En worden eindelijk de belanghebbenden' kennelijk gemaakt, dat de vrij. Hellingen, bij de wet.toegekend, zijn de navolgende: i°. Die met ziekte of gebreken zijn behebt, welke hen tot den Wapen handel voor het tegenwoordig oogenblik, of wel geheel ongeschikt maken. a*. Die kleiner zijn dan eene Nederlandscbe el en vijf honderd zeventig itreepen. 3?. De Geestelijkenvan alle Gezindhedenzoo lang zij niet van stand veranderen. 4.0. De Professoren en Lectoren aan de Hoogescholenaan de Athenaea en de Seminsrien. 5'. De Studenten in de. Godgeleerdheid. 6'. Die den rang van Officieren in dienst van den Staat, te lande of iet zee hebben bekleeden noor eervol ontslag die dienst verlaten bebbeu of, gepensioneerd zijn, zoo lang zij niet in eene gelijken of hoogeren rang bij de Schutterijen kunnen worden aangesteld. 7°, Diewegens veraidering van woonplaatseervol nlt de Schutterjj ïijn ontslagen in den aang van Officier, voor zoo verre zij in hunnen vo. rlgen of in eenen hoogeren rang niet weder kutmen worden aangesteld. 8°. Die in Milicairen dienst ter zee of te lande zijn; waardoor alleen worden bedoeldzijdie na de. inschrijving in militairen dienst zijn getre den»Is rustende op militairen, zoo lang zij tn dienst zijn, en dua niet vóór ingezetenen eener bepaalde Gemeente knunen gehouden worden, de verpligting niet, om zich te doen inschrijven.. o°. De broeder van hem, die in persoon voor zich zeivenjbij de Schnc- Ittg'dient, met dien veratande dat van een gelijk getal broeders altijd de helft en van een ongelijk getal slechts de kleinste helft tot den dienst zal worden geroepenstrekkende deze bepalbg zich echter »iet uit tot zoo danige broeders, die, om welke reden ook, niet meer bij hunnen oudere inwonen. Terwijl voorts in tijd van vrede van den activen dienst tevens worden vriigeateldmet.de bepaling nogtani dit zjj tot den werkelijken dienst da delijk kunnen worden opgeroepenindien de redenen van vrgstellmg op houdenwiarotn zij op de algemeene en bijzondere rol tevens geplaatst, doch bii de reserve zoo lang in dienst gesteld worden: io°. Zij, die tot den dienst der nacht, of brandwachtenen tot die der brandspuiten zijn aangesteld zoo lang zij met die werkzaamheden zijn belast. It*. Lfjf- en huisbedienden, voor welke, als dienstboden, de personele belasting wordt betaaldwaaronder echter niet zullen worden verstaan werkbodeo of zoodanige bedienden, die ter uitoefening van iemands beroep of bedrijf zijn benoodigd en is". Zij, die voortdurend uit artnen-kassen bedeeld, of in de armen- gestichten opgevoed of onderhonden worden. En zullen dien ten gevolge, degenen, welke op vrijstelling, uit hoofde eener der bovengemelde redenenaanspraak mogten vermeenen te kunnen maken, of wel door vijfjarigen volbragten dienst of betaling van verhoogde contributie, aanspraak hebben, om by de reserve te worden geplaatst, zoo wel als zij, die zich in den dienst willen doen vervangen, de bewijzen ésartoe vereischtmoeten overleggen en in het laatste gevalde personen toet welke zij van Nummer willen verwisselen kenbaar moeten maken aan de Commissie, op Vrijdag den 5 Jnlij aanstaande, des morgens tusschen 10 en 1 ure, op het Raadhuis, te doen, voor zoo veel zulks bij de loting niei mogt zijn geschiedzullende op de reclames zoo wel als over de goed- of afkeuring der personen door welke men zich verlangt te doen ver» vangen nader door de Commissie van Onderzoek uitspraak worden gedaan. Aldus gedaan en gepubliceerd, by H. H. Burgemeester en Wethou ders der Stad Leyden, op den 13 Junij 1833. J. G. de ME IJ. Ter ordonnantie van dezelve, P. A, du Pui. KENNISGEVING. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, noodigen bijiefe, ten gevolge eeuer ontvangene Circulaire missive van Mijnheer den Staatsraad, Gouverneur van Zuid-Holland, van den 18. Mei jongstleden, n°. jjfjj d. b. de Ingezetenen dezer Stad uit, om te,kens, wanneer door hen temge vaste goederen worden gekocht of verkregen, de eigendoms veranderingen ten spoedigste op te geven, waartoe'-voomamelijk de roëdewerking vandeHee- teu Notarissen veel kan bijdragenwelke aizco in het bijzonder worden verzocht, om eene spoedige en geregelde aangifte desweee'telkens te doen, en welke aangifte alsno te meer dringend wordt, vermits alle tot den 31. Julij dezes jaars voorgevallen of voor te vsllene eigendoms.veranderin. gen op de, aan den Heer Gouverneur voornoemd, in het begin der maand Augustus in te zendene staten zullen moeten worden gebragtten einde die op de Kadastrale registers te doen overschrijven; kunnende tevens gelijke opgaven geschieden van zoodanige verkeerde te naamstellingenals, hetzij door nalatigheid van eigenaren zérv'e,- hetzij door-min duidelijke op gave in de nu onlangs invorderbaar verklaarde kohieren van de grondbe lasting over bet loopende jaar mogten voorkomen.' Burgemeester en Wethouders verzoeken wijders de belanghebbenden, om, indien sedert de opmaking der Kadastrale kaarten, ten aanzien hunner percelen eenige belangrijke veranderingen hebben plaats gehad, welke eene uitmeting ot hermeting van enkele percelen zonden vorderen, deze mede kenbaar te maken. Zullende,' tot de ontvang en overneming dezer aapgif ten ter Rekenkamer dezer Stad, dagelijks (Zon- en Feestdagen uitgezon derd) worden gevaceerd. Aldus gedaan eu gepubliceerd op den 17 Junij 1833. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. G. DE M EY. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. DU PUK NEDERLANDEN. Leyden den 23 Junij. Onder hec voorzitterschap van; den haron IV. F. L. Rengers, A. ven Panhuis, als penningmeesters, en IV. J. Mturs Wickers, als secretaris» benevens 9 andere leden, is te Groningen eene .commissie opgerigt, om gelden te ontvangen, die hun, welke in die omstreken door den uitge- breiden tnrfbrand of geheel of gedeeltelijk zonder bestaan of inwoning zijn geraakt, ter ondersteuning zullen gegeven worden. De Staats.Courant van Viijdag laatstleden bevat van gemelde commissie eene oproeping aan Stad- en Landgenooten, om hun deelnemend hart te openen en weldadig, heid te bewijzeD. De rampen zelve worden daarin kort herrinnerd, en men besluit met deze woorden: Nederlanders! zoude het mogelijk zijn, dat wij nwen bijstand vruch. telooa inriepen? Voorzeker, neeo! en het zal wel voldoende wezen, ulie- den te wjjzen op eene schare van ongelukkigen, die ter naauwernood hun leven, maar met dat leven ook volstrekt niets anders, behouden hebbent Er moet geholpen worden, en wij weten het immers: het is zaliger te ge ven dan te ontvangen Wanueer ook onze Stadgenooten feta wilden bijdragen om de smarten van zoo velen welke in dezen tijd vooral zwaar moeten drukkente leni- gen, doch misschien er tegen opzien om hunne liefdegaven naar die pro. vincien, waar de brand ia voorgevallen, over te maken, wil de Redactie der Leydsche Courant zich gaarne belasten, om die penningen of kleeding- stnkken te ontvangen, en met het doel der Gevers, aan de comtuiaaie te bezorgen. Op morgenMaandag avondzal de Heer Mayrhoeer zijne laatste voorstelling van zijn Thiatre Pittoresque geven. De nieuwheid der voor werpen ktn weder iedereen uitnoodigen, om dit waarlyk kunstmatig too- neel te aanschouwen. Zijn Edele vertrekt dan naar Haarlem. Wanneer die Kunstenaar iD een ander salzoen, zich alhier had kunnen bevinden, zouden zeker zijne kunststukken door meer menschen aanschouwd en be wonderd zijn geworden. Dit is echter zeker, dat allen, die het zagen, met goedkeuring niet alleen, maar ook zelfs met lof van de vertooning gesproken bebben. Hoewel men uit Berlijn gemeld had, dat Prins Frederik der Neder landen uit die stad naar Petersburg zou vertrekken, lezen wjj echter in een berigt uit 's Gravenhage van den ao Jnnij, dat Z. K. H. den I9den in die residentie ia teruggekeerd. Vóór het vertrek van den generaal Chassi nit Dninkerken, heeft hij zich met den kolonel de Boer bij den heer Mozer, consul van Zijne Maj, den Koning der Nederlanden, vervoegd, en hem met eigen hand, het kruis der orde van den Nederlandschen leenw, hem door ZijDe Maj. toe gewezen, op de borat gehecht. Deze blijk van KoDinglijke goedkeuring wordt door Duinkerkens inwooera geprezen. Blijkens echte berigten, zegt het Handelsblad, heeft het Griekschs gouvernement de verzekering gegeven, van alle mogelijke beacherming tfl verleenen aan den handel van Nederland, en aan deszelfa onderdanen. Men leest in de Emancipation de volgende opmerking: Men rekent dat 35,000 man van het Hollandsche leger aan de nijver heid wordt wedergegeven; in Belgie berekent'men dat getal op 50,000, Frankrijk gaat 120,000 man afdankenen Pruissen 70000, te zamen 275,000 man, die ieder dagelijks bijna 75 centimen verteerden; er moest dus door de vier landen omstreeks 209,250 frankeD opgebrsgt worden. Deze 275,000 man stellen nu deze som beschikbaar, zoodat ieder schatpligtige, oie het zyoe hiertoe bijbragt, dit kan besparen. Wanneer zij nn werken, zullen zij dagelijks een franc verdienen, en daarenboven de geheele nationale op brengst vermeerderenmet hec verschil dat er bescaac tusschen 75 centi men en I franc." Weder een nieuw voorbeeld van slecht geordende tucht der aoldaten in Belgie is laatstelijk in Bmssel gegeven. De heer van Alstein, inspec teur van de directe belastingen, keerde met zijne vrouw in een cabriolet in de stad terug. Met zijn rijtnig voor de kazerne gekomen, riep hij verscheidene keeren aan vier militairen, die voornit glDgen, om uit den weg te gaan. De soldaten gingen werkelijk op zfjde, maar barstten 01c in scheidwoorden, en vielen hem met den sabel aan; hij keerde verschei dene stooten met zijne zweep af, doch ontving echter eene diepe wond in de zyde. De gewonde heeft zich beklaagd, maar het gerucht wil, dat men de zaak zal smoren, De heer van Alstein heeft echter eenen brief aan den Messager geschreven, om hem met zekerheid te melden, dat die persoon, welke hem gewond heeft, gevat is, en dat hij voor eenea krijgsraad zal te regc staan. De groote of monster-mortier, die in de belegering der Antwerpsche citadel is gebezigd geworden, is in het kamp van Brescaec, bij gelegenheid van proefnemingen, gesprongen. De laatste, bij welke zij sprong, was om eene bom van 1000 pond op 1000 ellen afstands te werpen. Niemand is echter daarbij gekwetst geworden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1833 | | pagina 1