S LEYDSCHE N*. 48, COURANT. n A0. 1833* neg, «ond eland Pan. MAANDAG DEN na APRIL. *"lu 71 ec* w; K E U R E. Burgemeester en Wethouders der Stad Leaden, In aanmerking temendedat, in weerwil der daartegen bestaande (Ce ure en Renovatien van dien, de Tapperijen en soortgelijken '1 nachts niet worden geeloienen dn, door de genen, welke aldaar te zameu komen, niet zelden straatge ld en andere ongeregeldheden worden veroorzaakt. Gezien de Wet van den 6 Maart 1818 {Staatsblad N°. 12). Rebben, na deliberatie met den Edel.Achtbaren Raad dezer Stad, goed- gtvonden, bjj Alteratie der Keure van den 29 April 1830, op nienw te bepalen, zoo als bepaald wordt bij dezen: Dat, zoodra '1 nachts de klok in den toren van het Raadhuis elf uren zal geslagen hebben, alle Tapperijen, Koffijhuizen en soortgelijkeniade- jjlc moeten worden gesloten, en geene gelagen meer mogen worden gezet; aismede dat niemand, onder welk voorwendsel ook, aldaar zal mogen ver blijven, maar dezelve terstond moeten verlaten. De overtreders, waardoor degenen, welke zich in zoodanig huis bevin. den, evenzeer worden verstaan, als de Koffijhuishonders en Tappers zelve, zullen worden gestraft met eene geldboete van één tot vier Guldensen by onvermogenmet eene gevangenis van één tot irie dagen. Ingeval van bemaal, zal de straf van gevangenis van één tot drie dagen sliijd plaats hebben, en bovendien eene geldboete van vier tot twaalf Gul- Jcns kannen worden opgelegd. De voorschrevene bepalingen zullen ingaan mee den 1. Mei aanstaande. Den Beamoten van Policie wordt bij dezen opgedragen, de overtreders ten strengste te vervolgen; terwijl den Commisssris en de Overlieden der Nachtwacht worden gelast, dezelve, zonder eenige toegevenheidte be keuren en de nakoming dezer te verzekeren. Afschrift dezer zal worden gezandeD aan H. H. Gedeputeerde Staten van ^U'd-Holland. - ;-l Aldus g daan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethou ders der Stad Lejde», op den 15 April 1833. J. G. de Met. Ter ordonnantie .van dezelve., P. A. du Poli. NOTIFICATIE. Burgemeester en Wethouders der Stad Levden, gezien heb. bende de missive van den Heer Ontvanger voor de directe belastingen dezer Stadvan den 16. dezer maand geven b(j dezen kennis aan de Ingezetenen derzelve Stad, dat bet eerste aanvullings Kehier voor de belas ting op het Personeel, voor het jaar 1833, bevattende de aanslagen op dat middelvolgens den uitslag der gevraagde taxatiën opnemingen en tellin gen, alsmede het Kohier Patenregt voor de vier eerste maanden van 1833, opgemaakt ingevolge Art 13 der Wet van den 16. Jnnlj 1833, f Staats, bind N°. 30)en berekend tot een derde gedeelte van het bedrag volgena de Kohieren van 183a, bij besluiten van Z. E. den Heer Staatsraad Gon. vernenr dezer Provincie, van den 5den en 13.dezer maandzijn executoir verklaard en ter invordering aan den Ontvanger overgegeven. Dat een iegelijk, na bekomene opgave van zjjnen aanslag, verpligt zal zijn, om de belasting op het Personeel In 12 maandelijksche termijnen, en die op het patentregt voor den gehcelen aanslag over de vier eerste masa- den van 1833, zoo als die op de Kennisgevingen staat uitgedrukt, ten ten Kantore van gemelden Ontvanger, te betalen, en wel vóór net einde 'der loopende maand, de reeds verschenen termijnen; en dat, hoezeer de aanslagen in het Personeel voor een vol jaar zjjn berekendechterdoor de Invoering eener nienwe wet met den 1. Mei aanstaande, waardoor er welligt verandering in den aanslag voor dé acht laatste maanden van dit jaar zal omstaan alleen voor *s handa de kwijting van één derde gedeelte van den aanslag in dat middel, of vier maanden, van January tot April ingesloten, kan te pas komen. Dat de zuodanigen die bnn aanslag-biljet niet mogten hebben ontvangen zich van een dubbel van hetzelve, kosteloos, ten Kantore van gemelden Ontvanger zullen kunnen voorzien. Dat voorts diegenen, welke zich thee hunnen aanslag mogten bezwaard rekeneB binnen den tijd van ééne maand na de bekendmaking van het executoir verklaren van het genoemd kohier, deswegens hunne bezwaren bij den Controleur voor de Directe Belastingen binnen deze Stad kunnen indienenzullende de zoodantgenwelke zich dezen tijd niet hebben een nutte gemaaktzichzelven de daaruit ontstane ichsde te wijten hebben. En opdat niemand biervan onweeenheid zonde knnnen voorwenden, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt alomme waar znlks te doen ge bruikelijk is. Aldus gedaan en gepubliceerdby H. H. Burgemeester en Wethou. ders dec Stad Leyden, op den 18. April 1833. J. G. DE MET. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du Pul GRIEKENLAND. Uit Modon verneemt mendat te KaLamata en te Nnsi ongeveer 300 man Beijersche troepen in bezeiting gekomen waren, en de 8 tot 900 man Franschen, die zich nog te Modon en Navarlno bevonden, zich gereed maakten om te vertrekken. Brieven uit Naupua, die tot den 14 Maart loopen, melden, dat het stoomschip, dienen zulleada om eene geregelde gemeenschap met Trieste te onderhonden, gereed lag en nog slechts op depeches der regering wachtte, om te beginnen. Naoplia zon, volgens dezelve, thans een merkwaardig schouwspel opleveren, dewijl zich aldaar al de Grieksche bevelhebbers vereenigd vonden; trouwens Colecotrotii en Zavellas verheugden zich Konings vertronwen te bezit- ten, en bidden dagelijks gehoor bij Zijne Msjesteit. Colocotroni zon een maal toe den Koning hebben gezegt: Sirel zoo lang graaf Capo d1 Istrias leefde, herkreeg Griekenland nieuwen bloei; na zijnen dood verscheurden ce partijen het land op nienw. Ik hield drie maanden vol; nagr tk ech. ter alles zag te grond gaan, riep ik de natie ce wapen, om ze, ware hec mogelijk, te redden; toen mij hec Londener tractast werd voorgelegd hetwelk Uwe Majesteit tot den troon van Griekenland riep, heesch ik den standaard in Hoogstderzelver doorluchtigen naam. Hadde Uwe Majesteit nog eenigen tijd te komen gedraald, zoo zonden,ook zelfs ue muien v?n Naoplia niet zijn staan gebleven." Het Regentschap hield z'Ch than» bê* zig met het verledeDe te onderzoeken en eischte rekenschap wegens het bestier. "n T U R K Y E. -1 Lolde berigten Olc Konstantinopel van den 24 Augustus, met buiten gewone gelegenheid ontvangen, was de Fransche oorlogskorvet la Messange, aan welker boord de heer Oliver, adjudant van den admiraal Reussinzich bevond, den dag te voren de Dardanellen binnengeloopen, met het berigt, dat de door den admiraal Reussin dee Pacha van Egypte voorgelegde voor waarden deszeifs toestemming niet hadden verkregen. Met hetzelfde schip was Atttedschi-Effenilde kabinets-secretaris van den Reii.Effendi, die HWtV-Pacba op zijne zending naar Alexandrie vergezelde, insgelijks té Kon.- Itantinopel teruggekeerd. Dadelijk Da zijne aankomst werd hij door den Grooten Heer ontvangen, bij wien hij den geheelen avond tot zeer laat in den nacht vertoefde. In den vroegen morgen van den 24iten veree- nigden zich de gezamenlijke ministers, en des middags te 1 nnr, toen de koerier vertrok, bevond de Divan zich nog in raadsvergadering. De Kei. zerlüke Russische vloot lag steeds te Bojukdere te anker. Regtstreekiche brieven nit Alexandrie van den ao Maart, bevestigden de weigering van Mehemei-Ali om zich aan de voorwaarden van den admiraal Roussis1 te onderwerpen en voegen er de verklaring bij van den Onderkoning, dat bij geene andere voorwaarden zoude aannemen, dan welke hy zelf aan Halil- Pacha had opgegeven. Wanneer het koopvaardyscbip, hetwelk gemelden handelsbrief overbragt, Alexandria verliet, lag de Egyptische vloot nog aldaar ten anker. Toen de Fransche gekant deze slechts te zeer aller wegen bevestigde tijding ontving, begaf by zich, van xynen tolk vergezeld, denzelfden avond nog by den Reis-Effendi, met wien hij verscheidene uren confe reerde. In den nacht werd de Divan zeamgeroependie, geUjk reed» bleek, tot in den morgen van den 24«en vergaderd bleef. By al de tak ken van het krijgsbestunr heerschte vervolgena de grootste drnkte, en op de gezigten der hooge ambtenaren teekende zich verslagenheiddewijl naar men zelde, Mthemed-Ali thans wilde, in het geheel niet meer van onderhandeling hooren gpreken, maar zelf in de hoofdstad, den vrede voor schrijven. Hy zou zich niuerst gebelgd hebben gevoeld over de voorwaar den der Fransche conventie, over verrsad beklaagd en mitsdien aan zijnen zoon bevel gegeven hebben, om voorwaarts te rukken, de kasteelen det Dardanellen te vermeesteren, en aldaar naar Europa over te trekken. Hij zelf zou voornemens tyn geweest, om te Alexandrie aan boord van een linieschip te gaan en met 6 fregatten, 8 brikken en meer dan 30 kanonneer boten zich met de Egyptische vloot in de Wateren van Rhodus te veree nigen, waarschijnlijk ten einde den overtogt zyner landtroepen by de Dar danellen te beschermen, of, indien hij deze van de noodige middelen daar- toe vood voorzien, alzoo reed» een gedeelte der Egyptische vloot bij Smirn* geststioneerd is, de eilanden te bemagtigen, die nog aan de Torksche opper, heerschappij dienstbaar zyn. De spanning was te Konstantinopsl ten top punt gestegen, het beslissend tijdstip nsderdede Russische vloot alleen, welke nog steeds bij Bujnkdere lag, was veelligt in staat om het te ver- wijderen en een trenreinde voor te komenhetwelk het aanwezen vao den Snltan bedreigde. De admiraal Reussin moet zich in de bitterste ver legenheid bevinden verzond koeriers ia alle rigtingenen scheen reikhal zend de aankomst van een Fransch eskader ie verwachten, dit, volgen* zy»e verzekering,'reeds sedert lang Toolon verliet. De contre-admiraal Hugo hid vier schepen onder zyn bevel, en was daarmede bij Smy-na ge. siattoneerd. De admiraal Roussin had hem geschreven en verzocht daarmede de zeeëngte der Dardanellen te naderen; maar de vraag was, of men aan dezen wensch zon voldoen; alzoo, sedert de verwijder lag van den graaf Guilkminitde Frinsche gezant aan de eskaders zijner natie geene bevelen meer geven kan. De zoo kunsiigiyk behouden vrede van Europa waa weder in gevaar, eu niemand kon voorspellen, werwaartseen vredebreok zon kun nen voeren, al kwame zy ook uit het vetafgelegendste gedeelte der wereld. De Fransche diplomaten waren nog te zeer ingenomen met de oude Napo leontische school, en konden zich san de zachtere vormen niet gewennen, die voorwaar niet zoo gemakkeiyk zijn maar de buiteniandsche staatkunda minder krenkend toeschijnen. De admiraal Roussin wilde door eene coup do main weg nemen hetwel slechts op den langen geregelden weg t'apa. gewijze te verkrijgen wasen tag z'ch gevoelig te leur gesteld. De vraag was thans slechtshoe de Fransche Regering ln dezen hagcbeiyken toestand zich gedragen er de veelvuldig verwarde knoop ontwikkelen zou." Le Journal des Debars, hetwelk aanvankelijk zoo zeer ingenomen wis met hei krachtig gedrag van den admiraal Roussin, die, indien by, bij bet nabootsen van Napoleon, de les van Boileau wilde nit bet oog vetliezent Si' h certair.es gens Ron pretend rossembier, Cest par le bon cl:é qu'ii faut kt imiter altoos wel zonde gedaan hebben, zich zynes meesters gnlden-ipreok voor oogen te stellen Du sublime an ridicule, il ne fant qu un pas levert than» uit den Eelaireur de la Mediterranéevan den 3 Aprileeneo brief gedagteekendAlexandrie den n Maart. Volgens denzelven. zou Mehemed-Ali op de voorslagen van den admiraal Roussin hebben gezegd» Mijn leven is roemrijk, mijn dood zal het ook zijn. Ik ben ond maar "k heb nog kracht genoeg om met de wapenen In de hand te iterven en leest men daarin verder: Haiti-Pacha, welken de Sultan aan Meht. med met volmagc gezonden hadom over eeoen vrede te onderhandelen had vóór de aankomst dér Mesangede door Mehemed aangebodene voor waarden aangenomen. Men had eeoen koerier naar Kor.stantinopel afge vaardigd, ten einde den Sultan die traktaat ter bewilliging voor te leggen, en twijfelde hier nietof de vrede zon bepaaldelijk tot stand komentoen Op eenmaal de aankomst der Messatsgedie zich met den koerier van Mehemed kruiste de aangelegenheden van nienwa verwarde. Zoodra ijalik Pacha, die zich te Cairo bevond, waar hij in afwachting van des Sultans antwoord op de overgezondene voorslagen Mehemeiseen der paleizen van den onder-Koning bewoonde, hiervan berigt kreeg, keerde hij naar Alexan dre terug. Hy bad Mehemed dringend geen wanhoperd besluit te nemen, niet de verzekering^dat nog niet alles verloren was, da: hy eenen zy .er secretarissen naar Konstantlnopel stond te zendenen zich veel van deze» stsp voorstelde. Men gelooft hier, dat de gezant eenigzinta voorbarig is té werk gegaan en zich omtrent de Porte tot iets verbonden heefthet welk hü niet zal kuDuen nakomen. Hy bedroog nch In het bejotdeoiea

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1833 | | pagina 1