a*. ''33. leydsche courant. N'. 47* v R JJ D A C DEN !9 APRIL. o&\ ALTERATIE der AMPLIATIE, 1 van Jen 24 November 1831, van Art. 10 van het eerste deel der Brandkeurein dat» 24 Maart-1808. Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden, op de daartegen Ingebragte betwaren, eD wiileude, zoo veel mogelijk, de Ingezetenen in de uitoefening hunner neringen en bedrijven te gemoei komen, hebben, „i overwegn g en met bewilliging van den Edei-Achtharen Raad dezer Stad, bij Alteratie v«n het eerite Ud dar Amoliatie van den 24 Novemoer 1831Att, io van bet eerstr deel der Brandkeurein dato den 24 Maart 1808, goedgevonden te bepslen, zoo als bepaa'd wordt bij dezen: D«t voortaan het bra; deo van «offijboomen in onbewoonde gebouwen, van den 1. April tot den 30 September wordt vrijgelaten, van *s morgens 2es tot 'j avonds zes ure." Blijvende voir de wintermaanden van den I. October tot den 31 Maart, dé bij die Ampliatie daarvoor gestelden tqd, benevens de overige bepaling deizvlve, onveranderd in hair geheel. Afschrift oezer zaï worden gezonden aan H. H. Gedeputeerde Staten van Zuid.Ho land. Aldus gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Burgemeester en Wethou. aers dei St«d Leyden, op den 15. April 1833. G. DE M et. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du Pui, K E U R E. Burcemeester en Wethouders der Stad Leqden, in aanmerking nemende, oat, in weerw.l oer daartegen bestaande Keure en Renovatien van dien, de Tapperijen en soortgelijken *s nachts niet worden gesloten, en dat. door de ge en, we'ke aldaar te zamen komen, niet zelden straatge weld en andete ongeregeldheden worden veroorzaakt. Gezien ce Wet van den 6 Maart 1818 Staatsblad N°. 12). Hebben, na deliberatie met den Edel.ACntbaren Raad dezer Stad, goed gevonden, bij Alteiatie der Keure van den 29 April 1830, op nieuw te bepalen, zoo alt bepaald wordt bjj dezen: Dat, zoodia "t nachts de «lok in den toren van het Raadhuis elf uren ral geslagen hebben, alle Tapperijen, Koffijhuizeo en soortgelijken, iade. lijk moeten worden gesloten, en geene gelagen meer mogen worden gezet; 1 sniede dat niemand, onder welk voorwendsel ook, aldaar zal mogen ver- blijven, maar dezelve terstond moeten verlaten. De overtreders, waardoor degenen, welke zch in zoodanig buit bevin. den, evenzeer worden vetstaan, als de Koffijhuithouders en Tappers zelve, lullen w ilden gestraft met eene geldboete van één tot vier Guldens, en bij onvermogen, met eene gevangenis van één tot drie dagen. Ingeval van hernaal, zal de straf van gevangenis van één tot drie dagen altijd plaats hebbenen bovendleo eene geldboete van vier tot twaalf Gul dens kunnen worden opgelegd. De voortchrevene bepalingen zullen ingaan met den i. Mei aanstaande. Den Beamoten van Pollcie wordt bij dezen opgedragen, de overtreders ten strengste te vervolgen; terwijl den Commissaris en de Overlieden der Nachtwacht worden gelast, dezelve, zonder eenige toegevenheidte be keuren en de nakoming dézer te verzekeren. Afschrift dezer zal worden gezonden aan H. H. Gedeputeerde Staten van Zu d-Holland. Aldnt gedaan en gepubliceerd, bij H. H. Borgemeester en Wethou ders der Stad LeydeB, op den 15 April 1833. J. G. de Met. Ter ordonnantie van dezelve, P. A. du Pui. EGYPTE. Ook volgens brieven ok Alexandrie, over Trieste, den 6 April te Weemen ontvangen, leed het geen twijfel, dat Mehemed-Ali de voorstellen vsn den admiraal Rous in verworpen heeft, hü gevoelde Zich bijzonder gekrenkt over den eisch die hem gedaan werd om zijne vloot over te geven; men voegde er by, dat hij eene tweede vloot ile haveo van Alexandrie had doen verlaten en aan Ibrahim bevel afgaan om voorwairta te rukken. Op deze tijding had de Suitan van nieuw Mehemed-Ali en Ibrahim.Pacha weerspannig (rebellen) verklaard, en de Rossische vloot zich in beweging gesteld. Eenige personen vleiden zich, vetlligt voor barlgdat het eikader zich stond te vereenigen met eene Fransche vloot, en deze vereenigde magi naar Alexandrie te atevenen om den Pacha van Egypte tot den vrede te noodzaken. Of men er nog aan twijfelen wilde, boe bthendigHjk de admiraal Rtussin door de ooodlottige Fransche tanmatiging, die de bemiddeling der weste- lijke aangelegenheden zoo jammerhartig vermoeijelljktede Ooatersche onderhandelingen, welke op den weg des vrede waren, weder te verbrod delen, zou men zich daarvan overtuigen knnnen nlt her navolgend eigen, handig antwoord van Mehemed-Aliaan den gemelden vaardigen voerder van den Franschen naam: Mijnheer de Gezant, Ik heb de depeche van den 19 February ontvingen, welke gjj mij door uwen elde-de.camp toezondt. Deze depeche geeft te kennendat ik geen regt heb eenlg ander ge. hied te e'schen dan dat van St. Jean d'AcreJeruzalemNabolos (Sichem) ee Syrisch Tripoli, dat ik onverwjjlt mijne troepen moet terugtrekken en dat ik myin geval van weigeringaan de ernstigste gevolgen bloot siel. Uw aide-de-camp heeft er, overeenkomstig de hem door u gegevene instructien, mondeling bqgevoegd, dat, bijaldien ik in my'ne eischen vol- haidde, de gecombineerde Fransche en Engelsche vloten, onverwjjlt Daar de Egyptische kust stonden onder zeil te gaan. Ei lieve, mynheer de gezant, zeg my toch, wie n het regt geeft te t.schendat ik mq dusdanig zon opofferen. Ik heb in rnqo voordeel de geheele bevolking. My blyft nog slechts over, Romelie en Anatolie tot opstand te doen overslaan. Met mijne natie eenstemmig, vermag ik veel. Heer en meester zynde van zoo veie landstreken verwinnend overal, door de publieke meening mij het bezit van gacich Syrië ziende toekennennaakte ik den marsch mqner tioepeu geheel alleen om nutteloos bloedvergieten voor te komen 'en de geneted. heid der Europesche staatkunde raad te plegen. Ter belooning van dat gedrag en der door mij betoonde gematigdheid, en na zoo vele opoffe ringen voor eene natie, die mij geroepen heeft, die zich uit eigen bewe- gmg met mij vereenigden mij in staat ge<celd heeft om zoo vele over winningen te behalen, thana van mij te vorderen, dat ik het bezette land zon ontruimen en mijn leger terug trekken binnen een kleint gewest van vier distrikten, welke gij Pachaliks noemt, ia dit niet tegen my een «iaat. kundig doodvonnis uitspieken Dan ik vertrouw, dat Frankrijk en Engeland mij geene regtvaardigbeid zullen weigeren, zq zul'en myne regten erkennen; de eer verbiedt hun anders te doen. Indien ik mq evenwel ongelukkiglijk in deze verwachiinv geheel vond teleur gesteld, zal ik mij te zulke omstandigheid aan Godea wil onderwerpen, en, eenen vereerenden dood boven schande verkiezen de, zal ik mq bemoedig opofferen voor de zaak van mijn volk en miï gelukkig achten hetzelve mijnen laat.ten ademtogt te kunnen toewijden Hiertoe ben ik vanelijk besloteD en de Geschiedenis levert meer dan ttn dergelijk voorbeeld op. ca I». d"« verwachting is het, mynheer de gezant, dat ik u minzaam dezen brief achtyf, en u toezend bij banden van uwen aide-de-camp Zegel van Mehemed-Ali, Poeha van Egjpte. Aan Z. Exc. den baton Roussingezant van Frankrijk bij de Verhr vene Porte." c TÜRKVE. Den 30 Maart trokken twee koeriers, van Konstantinopel naar Weenen gaande, door Belgrade, gewigtige tüdingen zullende overbrengen Er wa ren onlusten in die hoofdstad uitgebarsten, maar zq werden dadelijk ge smoord. Ibrahim.Pocm had Thans weder Smyrna bezet en terzelver tiid liet een Egyptisch esvader te de haven bet anker vallen. Men had te Konstantinopel het antwoord ontvangen van Mehemed-Ali op de vredes voorslagen van den admiraal Roussin. De Onaeikoniog nam dezelve niet aan maar wilde slechts onder bemiddeling der vier groote Mogendheden onderhandelen, en deze hadden reeds ten dien einde hunne aglnten naar Alexandrie afgezonden. Al deze berigten vereischten nog beveiliging Van Jamna schrijft men, dat de Europesche eskaders, by den Griel- sehen Archipel gestationeerd, bevel ontvangen hadden, om naar de Dir- daneilen onder zeil te gaan, OOSTENRIJK. Den 6 April daalden de fondsen ter beurze van Weenen aanmerkelijk ten gevolge van een getocht algemeen in omloop, dat naar luid de briel ven bq een aanzienlijk bankiershuis uit Parijs ontvangen, de Russische gezant graaf Pozso dt Borgo zijne paspoorten gevraagd en Parijs werkeiyic verlaten had, als hebbende geen bevredigend antwoord omvangen op zijne ingeleverde bezwaren over het gedrag door den admiraal Roussin te Kon. stantinopel gehouden. Hoezeer evenwel deze tyding nog geenszina was bevestgd, vreesde men niet te nun, dat de Oostersche aangelegenheden meer en meer ingewikkelder zouden wordenen voedde daarbij aller hande sooit van andere bezorgdheid waarvan degenen die op het dalen der fond. sen speculeerden partij trokken. Indien altoos het zich bevestigde dac de graaf Pozzo di Borgoom bovengewaagde redenen, Parijs verliet 'zou dit allezins eenigermate oezorgd doen zijn voor bet behoud van den vrede Ook was er een gerucht ter beurs in omloop dat er te Parqs onlusten uitge barsten waren. 6 Uit Presiuro schrijft men, den 2 April: Ofschoon de beraadslaeinnen van dén Hongaarschen Landdag ijverig worden voortgezet, betreurt men evenwel, dat zij tot dua veire zoo weinig opleverden betrekketek het wel zijn van het land. Het gouvernement van den eenen kant en de Staten van den anderen beramen verbeteringen dieofschoon allen in eenen vriizinni gen geestnogiana veel van eikanderen verschillen door dien het gouverne" ment zien met de materiele belangen van het koningrijk bezig houdt* terwijl de S'aten zich met nieuwe formulen afgeven, zoo als de Koning er bezwaarlijk in zal knnnen treden. De Koning b. v. wenicht het loc der landlieden te verbeteren door het uitgeven van gronden eenen bete ren omslag der belastingen, meerdere eenvoudigheid en snelheid in de wer" king der jnatiile enz. Zaken die allen het wezenlqk geluk van het land ten doel hebben. Maar wat willen de Staten De Hongaarsche taal altoos de Hongaarsche taal! Als of van het gebruik dezer taal het'be. houd afhing van den Staat, Wqders dat de Landdag voortaan te Pe'sth zonde zamen komen. Deze stad won daarbq alleenmaar meo vraagt wat zon er het land bij winnen. De gemeentes zaken urbarialej zijn nog niet geschikt, en men ga. looitdat de grondige verbeteringen, welke het gouvernement ten behoeve der ongelukkige boeren bedoelt, niet dan met moeite zullen kunnen wor. den verwezenlqkt." POLEN. De kotnmi.iie voor de Inkwartiering te Warschau heeft bekend gemaak. dit bij aldien de eigendom bezitters ie Warschau te hon verzuim vol harden omongeacht de herhaalde aanmaningen daartoegeen lokaal ter inkwartiering der militairen van boogeren song in te rigten deze op der zeiver kosten dergelqke kwartieren zullen hnren, wordende tevens zii" die dergelqke kwartieren te verhuren hebben, verzocht zich in haar bare.» te melden. RUSLAND. Codex Nicolaus. In bet nieuw Corpus Juris van het Russische Rijk, zijn de wetten ver zameld, welke in den jate 1649 tot 1831 verschenen, in systematische orde gerangschikt, en op eene dmaelijke beknopte en volledige wijze uit elkander gezet. Het onderscheidt zich inderdaad van de meeste hedendaagsche wet gevingen die allen meer of min op het Ronaeinache Regt r.qu gegrond, dewql het, gelqk het Corpus Juris Justinianeum het kort begrip oplevert vau zuiver inlandsche verordeningen. Alies van hetzelve is Russisch. De redactie van Bic Russisch wetboek Schwodgeschiedde volgender 'wyze Vooraf we'den al de sedert Czar Atexei Michailowitseh tot op onze dagen verschenen wetten opgezocht, verzameld, naar de naauwk.nngste teksten hersteld en in chronologische orde gedrukt. Daarna werd ieder deel bisio. 'risch ontwikkeld, de oorsprong voortgangen toestand van eiken tak der wet. geving voorgedragen. Na deze voorbereidende werkzaamheden, gmg men

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1833 | | pagina 1