[ff'fffO liet financiële en huishoude'ijfc gedeeltezoodat de afgevaardigden
van hec kancon Fri'borg ten ionddage eene gunstige .«m r-a voordeele
v«n bet geheele ontwerp zullen uitbrengen en hetzelve kanion gerekend
kan worden order degene, die' da nieuwe bondgenootschappelijke akie
willen, voorbehosdens de veranderingen, door den toestand der geldelijke
hilpbf&nnen noodzakelijk.
duitschland.
Den 15 Maart, des namiddags te half zes uren, heeft Z. K. H. de
Kenrprins mede-*egenc van Hessen, de bezending der Stendcn ontvangen
belast om Z. H. derzelver antwoord op de redevoering van den troon aan
ie bieden in de navolgende bewoordingen:
Doorluchtig Kroonprins cn mede-Regentzeer genadig Korst en Heer,
Met de eerbiedigsie gevoelens van erkentelijkniiu om den troon van
V. H. vcreenigdhebben wij met uwe edele woorden vernomen de air.
drukking uwer weldoende inzigten tot welker vervulling gij op de deel.
neming uwer getrouwe Sienden tekent.
Wii hopen, met vol vertrouwen, dat voor nwen inderdaad vaderlijken
wil, welke zich in die woordeD verklaarden, de beletselen verdwijnen
zullen, die tot nu coe den hetlzamen gang der openbare zaken van ons
vaderland verhinderdèn, beletselen, die laatstelijk uog de verrigtingen der
Ster,den op eene betreurenswaardige wijze onderbrakeo.
Ook wij weten de uitgestrektheid en bet gewigt te waarderen van de
taak aan de eerste vergadering der Stenden opgelegd geweesttijdens
het laatste reces. Wij zullen er des te ijveri,«r door worden aangevuurd
om de gewigtige werkzaamheden te voltooijetii die op het punt stonden
van door de laatste .vergadering te woroen ten einde geb'ragttoen zij
eensklaps werden ocderbtoken.
Terwijl Wij de afwez iu'eid betreuren van verscheidene ledendie er
blijken in gaven van hunne kunde, en der prijzenswaardige, werkte van
he nen operbrren teest, en die sedert nog den kring hunner, kenru nour
eene lange hebbelijkheid dezer soort van werkzaamheid, uitbreidden, zin
wij n!ac°te min hér id-.aardig om ons onvermoeid bezig .te ncadeu met
aires «va: soeorfengen kan ter volmaking van den constitutionelen staat, en
te* bevordering van het tveUgn der natie alsmede om bij voorkeur onze
«andaent en onze werkzaamheid toe te wijden aan da voorwerpen, die
ten doel hebben 0111 gewigtige beloften te vervullen eo m de dringende
behoeften van het land te voorzien.
Daar de verzekering, welke U. H. ons heeft gelieven te geven van
onverwijlt zijne getrouwe onderdanen de voordeelen vaD onderscheidene
wetten te doen genieten, waarop de algetneene aandachc gevestigd is, en
die algemeeoe belangen regelen en bevestigen gedeeltelijke verbeteringen
invoeren of eenige bezwaren uit den weg mimen moetenhec ons ten
pljgt maakt om onze meest mogelijke pogmgen in dien zin te vereenigeu,
durven wij in alle geval hopen van ze weldra de gewenschte uitkomst te
zullen zien bereiken.
Bij .de verrigtingen, betrekkelijk de openbare huishouding, die ons
gebieden, om ze op het zorgvuldigsc met omzigtigheid te regelen, zullen
wjj uiet ophouden wijze en billijke bezuinigingen in hec oog te honden,
en wij moeten thans reeds bedanken wegens al de genomene beschikkin
gen ter. einde de onkosten van hec werkelijk leger tot eene som te ver.
minderen, die niet slechts geëvénredigd zij met de verpligtingen jegens
het Puitsche Bondgenootschap, maar tevens met de krachten van den scaat.
De begeerte door U. H. uitgedrukt om op eene duurzame wijze toe
het wezenlijke geluk zijner getrouwe onderdanen mede te werken, is eenen
wijzen regent waardig, en de onderdanen zijn aller vergenoegds!, dewgi
zij dus hunne hoop zien versterken. Zij zijn van vreugde vervuld geweest,
toen zij U. H. den vasten wil hoorden uitdrukken van naauwgezec te zien
uitvoeren alles wat de staatsregeling van het land voorschrijft, dewnl zij
er weder het geruststellend veiuouwen in geschept hebbenhetwelk de
nieuwe maatregelen van het Duicjche Bondgenootschap verstoord hadden.
U. H. kan op onze erkentelijke en ijverige medewerking rekenen, zoo
dikwijls het de vervulling dezer begeerte en de bevestiging der staatsrege
ling betreft, welke aan de volgende eeuwen den roem z-' overbrengen
van Z. K. H. den Keurvorst;, derzelver doorlnciltigen stichter,
Moge deze vergadering die heropend is, het tafereel, opleveren van
•eue onscoorbare eendragt tusschen hec gouvernement van U. hl. en de Scen-
denen deze eendragc blijken door uitkomsten die beantwoorden aaD de
bedoelingen vao U. H.aan de règcmacige verwachting vau het land en
aan onze vurigste wenschen.
Wij verblijven met diepen eerbiedvan U. H. de onderdanige, en ge.
boorzame vergadering der Scenden."
Z. K. H. heeft in welwillende bewoordingen,raijn genoegen gelleven uit
ie drukken over den inhoud van hec adresen den wensch welke zij
vormde voor het onafgebroken behouden eener gemeenschappelijke over
eenstemming. .j -
r- In de zitting van den 15 Maart, heeft de minister van financiën bnc
budget aangeboden voor de diensc van 1833. De kamer begon vervolgen»
de beraadslaging over de wectiging van oen hoogleeraar Jordan en nam
met so tegen 9 stemmen aan, het eerste gedeelte van het amendement des
heeren Schomburgvoorstellende om de beschikkingev in 71 van hec
constitutioneel charter niet toepasielijk te verklaren op den afgevaardigde
der universiteit, In de volgende zitting zou men over het tweede gedeelte
stemmenvoorstellende om derhalve te verklaren dat volgens de staats
regeling zich niets cegens de toelating van dien afgevaardigde aankantte.
Bjj die aangekondigde openlijke zitting, zagen eene menigte pereo en
de opening der deuren met ongeduld te gemoecmaar de Voorzitter kon
digde aan, dac het publiek eerst na verloop van een half uur zon kunnen
worden toegelaten, omdat er eene geheime zitting voorafging maar dar
alsdan de uitkomst der verhandelingen over de toelating van den boog.
leeraar Jordan openlijk zou worden bekend gemaakc. Dan eerrigen tijd
daarna, werd aangezegd, dac de openlijke zitting dien dag geene plaats koD
hebben. Naar men vernamzonden de Scenden en de Regering het over
de toelating van den hoogleeraar Jordan niet hebben kunnen eens worden.
De laatscgemelde zou blijven volharden op deszeifs uitsluiting aan te dringen.
Den 16 MaartIs de vergadering der Stenden van het Hertogdom Nas
sau te Wiesbaden, door den dirigerenden staats-ministerdaartoe opzet
telijk door den Hertog benoemd geopend met de navolgende aanspraak
Z. D. de. Hertog heeft mij wel gelieven te belasten, dit jasr de
opening der jaarlijksche zitting van hec Hertogdom te doen. Bg de staats-
regeling is stellig bedongen, gelp gij weet. dst de directe en indirecte
belasting, van het land slechts voor het tijdrnim van eeu j'aar kunnen wor
den toegestemd dat de berekeningen der benoodigdheden van het aan
staande jaar, en die der waarschijnlijke opbrengsten der te heffen belastin.
gen den Stenden moeten worden voorgelegd, en hun een naauwbeurig en
a olledig overzigc gegeven worden dier zaken i terwij! hun daarenboven
moet worden ingediend een staat der aanwending der vroeger toegestemde
belastingenmet de rekeningen en justificacoire stukken daartoe betrekkelijk:
Deze bedingen der staatsregeling kuonen niet vervuld worden dan door
eene der jaaripsche zittingen der Steoden, en ten dien einde heeft deze
staatsregeling bijzonder bevolen, dat de Stenden, tusschen den men ]»-
nuarfl en den isten April zouden zamen komen, hetwelk onveraDderlnk
sedert 16 («ren heeft plaats gehad. Gelijk in de voorgaande zittingen
zult gij aPes tot deze vinden voorbereid, ten einde gö uwe staatsrege-
cede teak volledig zoudt kunnen vervullen. Z. D, H. de Hertog rekent
thansgelijk vroeger, op owe stsstsregelcnde medewerking ot» den gers.
eeider. gang van her bestuur te har.dhavenen niet vertrouwen verwacht
Z. D. H. van u, dat gij zijne vaderlijke pogingen, welker- bedoeling|hst
wel2ijn_des vaderlands is, zult ondersteunen, etf'ki» gij getrouwelijk nuts
last vervullen 2ulcdie medebrengt om den wezenlijken voorspoed van het
land te bevestigen en meer en meer duurzamer te maken, Ik verklaar de
zitting van dit jaar geopend."
Na deze redevoering, nebben tfe leden voor de eerste maal in de ver,
gadertDg toegelaten den eed afgelegd. Daarna werd dengenen; die reedt
in de provinciale Ster.den den eed deden, al het gewigt hunner verphg,
tir.gen plegtig herinnerd.
Eerdrags zon, volgens gerusten, een buitengewone ambassadeur olt
Dresde naar Munchen vertrekken,' ten einde plegtiglp de hand te vrs.
gen van H. K. H. Prinses Maria van Begeren, "s Koning! zuster, voor
Z, K. H. den Pri»s Mede.Regenc van Saksen.
Te Berlijn werden de aanmerkelijke verminderingen in het legér voor ee«
begin van algenieene ontwapening gehouden, te eerder omdat z(J troora
nameigk bij de infanterie plaats hadden.
SPANJE.
In verscheidene dagblsdeu vindt men den navolgenden brief uit Barceloni
dtn ni Februatij: Volgeos de depeche, welke onze kapitein - generaal,
sedert eenige dagen van de hooge ambtenaren" der Staten der provincie
ontvangen heeft, zou bijna de geheele grens zijn opgestaan. Sterke benden
Karlisteu hadden te gelfiker tijd de wapenen opgevat, en doorkrnlaten de
provincie Raussilion, onder het aanheffen der kreet: tere Don Karlost
Dooi aan ae KoninginJ Deze opstand schijnt geheel naar die van i8»7 tel
gelijken, en even zoo door de mooniken te worden beicuord. Het oproer j
is in de stad Figuiras begonnen, waar eenige zamenzweerders gevangen
genomen zijn. Reeds hebben verscheidene gevechten tusschen dé zameD-
zweerders en dc koninklpe kars'niniers plaatsgehad, en tot mijn leedwezen
mtoet ik u zeggen, dat men bij Girona tamelijk ernstig handgemeen was,
waarbij de zamenzweerders de overhand behielden. Hier volgen de nidere
berigteu, die deswegens binnen onze stad in omloop zijn. in den avond
van den 57. verscheen eene bende van ongeveer 30 man in de omsireek
vin Girona, en wilde met geweld de poort binnen dringeo. Eene afdeeling
troepen rnkce naar buitenan daar de bevelhebber het getal der vrinden
niet kenden, detacheerde hij ongeveer so man, die totaal geslagen werden.
Toen viel het overige der afdeeling de verdere zamenzweerders aan en
dwong ze in de bergen te vlugtec. Hier werden zij door een tamelgk
groot aantal koninklijke vrijwilligers en boeren versterkt; zij hielden hec
vuur mee groote hardnekkigheid vol, en de linie-troepen werden genood,
zaakc in de stad terug te trekken. Verscheidene koninklijke vrgwilligers
werden gevargen; onze dappere soldaten hadden het verlies van drie hunner
makkers te betrenren, die sneuveldenen negen gewonden. De bevelhebber
van Girona vroeg snellen onderstand van onzen kapitein generaalen gisteren
hebben twee linieregemenien eo twee stukken geschat Barcelona verlaten,
om de opstandelingen met versnelde mxtschen te vervolgeo. De hèer
Leander octe kapitein - generaalverliet dezen morgen onze stad om zich
naar Girpha te begeven. Het hoofddoel zgner reis is om staande voetsde
koninklijke vrgwilligers te ontwapenen. Waarscngnlgk zal het veerkrachtig
gedrag van onzen kapiceiD.generaalde misdadige pogiogen onzer «gaoden
vergdelen. Sedert eergisteren hadden binnen onze stad verscheidene gevan
gennemingen plaats, en de policie zet hare navorschingen voort.
NEDERLANDEN.
'sGravenhage den 23 Maart.
De Eerste Kamer der Scaien-Geoeraal is beden vergaderd geweest.
Aan de leden van de Tweede Kamer der Staten.Generaal is thans toege.
zonden of rondgedeeld eene nieuwe redactie vao het omwerp van wet,
houdende een accijns op de suiker.
Omtrent het afleggen van den eed door de officieren, die bfl de
reierve-schutterg zijn of worden geplaatstis door den Directeur-Generaal
van Oorlog bepaald:
1°. Dat de kommandanten der bttaiiions, voor zoo veel z|j niet vau net
leger of van dc mobiele scbucterü afkomstig zijn, den, bg besluit van den
26 Februarij 1814, voorgeschreven eed, zoodra zg door den Koning als
zoodanig zijn beooemdzullen afleggen In handen van de heeren komman.
dar"*n der provinciën, in welke de staven der batatllons zga gevestigd.
i*. Dat de officieren yan de schutterijen, in de gemeenten, die aldaar
tot Dldef Older verbHjvën', vpotmelden eed zullen afleggen iu handen va»
derzeiver bacaillons-kbmmandanteD zoodra de baiaillonsop last van Z. M.,
ingevolge" art. 8 van *s Rollings "besluit van den 17 November 1832, zul.
leD zijn vereenigd.
3°. Dat de onder-officieren of vrgwilligers van het stsande leger en van
de mobiele schutterg 'die tot officieren bg de reserve-ichutterg worden
benoemd, den voorschreven eed in handen van de kommandanten der ba.
taillorrstot weike zg behooren, zull»D afleggen, onverschillig ot zij. al
dan niet van de vérgnnning aes Konings, tot het terugkeeren naar hunnt
gemeenten, gebruik maken.
Volgens een brief van Smirna, in dato 20 Februarg, geschreven door
een handelhuis aldaar san zijns vaste correspondenten te Rotterdamen
aangebragc over Triest hebben de Egyptenaren deo dag te vorenden
I9den zich van Smirna' meester gemaakt, zoo als de .uitdrukking luidt,
met ioestcm1ning"yau" hét algemeen, zoo dat de rust en veiligheid geen
oogehbllk warén gêitoörd en wel ongestoord zouaen bléveneven zoo
goed als in al de. andere, stedenwelke door die natie gijn bezet geworden.
Litden, oen 24 Maart,
Bij her ter perse gaan dezer', vernemen jvé" met genoegendac de be
roeping van den- Heer H. Fangman, Predikant te Middelburg tot Bedie.
naar des Goddelilkèu Woords bg de'Nederdnitsehe Hejwormde Gemeente
alhierdoor Z. Wel Eerw. ia aangenomen.
MENGELINGEN.
Dt 1
ARABISCHE PAARDEN.
Arable, Pergielutncjje ep Egypte moeten, zoo ver men kan nagaan, het
vaderland van een en hetzelfde raa. paarden geweest zijn. De Arabieren
der woestiïDen, trotsch ep de afkomst hunner paarden, gelooven, dac
hunne ,véf beroemdste, pairde-familieqdie ieder onder eene eigeoe bena
nnng bekend zgn, van de vijf lieveiings-paarden dea grooten Profeet! af
atammen. V A <o 1
De Arabieren en Perzianea komen, in huqoe yroegate oorlogen reeda ïla
bekwame ruiters voor, en hielden, even als ieder volk, dat zich in den
ktijg voornameigk van paarden bediqnc, dejelse 10 groote waarde. On
der de oude Perzianen was het paard zelf een voorwerp van GoddeiQk*
vereering} zg wgddea dezelve de zon, en aan hethinnikken v»q gén paard,
was Darius de Perzische kroon eerachulüigd. Het woord art of ash
dat paard beteekendvinden wé als de eind-lettergreep van vele oade
Perzische namen, als Thamurash, KnrohasbHokrasbHijdasb enz. Men