thpü er toestand dan te voren, wat men ook te Parijs of te Brussel ons tracht anders diets te maken. Ten gevolge der stelling welke de Hollanders nemen, knnnen zij, naar verkiezing, de Vlaamsche provinciën binnen dringen, en, in geval van u, verlies, zich binnen hnnne verschanste kampementen terng trekken. Deze beweging zal iö her land bet verschil van publieke mee«ing versterkeni hetwelk maar reeds al te veel voortgang beeft gemaakt, en hetwelk, ioge- val de algemeene oorlog uitbarst, aldaar de tegenwoordigheid van een tal rijk leger zal noodzakelijk makenhetwelk allerwege elders beter zal kun. nen worden gebezigd," Paiicutiere Correiptndentie. Antwerpen, den at December. Het gevecht tusschen de bezetting en de belegeraars duurt onafgebroken voort. Giste, ren avond en dezen nacht heeft men allerhevigst gestreden. De Franschen hebben in den laatstvorigen nacht eenen nienwen aanva! op de halve maan ondernomen, doch werden met groot verlies terug geslagen; de Hollanders deden eenen uitval vaa de lunette Kiel en lokten de Franschen buiten hunne tranchées, waarop het vuur der citadel eene groote slagting onder hen aan- rigtte, en de Franschen genoodzaakt waren, met achterlating van veel vo'<k binnen hnnne weiken terng te trekken. Behalve St. Laurent hebben de belegeraars nog van niets anders kunBen meester worden, eo van de bres. batterijen ziin nog slechts twee stukken in werking kunnen gebragt wor. den mei de overige zal men misschien eerst Maandag in gereedheid «omen. Men wil weten, dat de ontploffing, welke men gisteren avond heeft ge. hoord; ontstaan is door het springen eener mijn, die onder een bedekten j weg tusschen de hulppoort en het St. Laurentsfort was aangelegddoch I hieromtrent >s nog niets met zekerheid bekend. liet weder bi'ufc voor de Franskhen uitermate ongunstig en belet dat zij in hunne werken eeiiige be- Imgrijke vordering maken. De laatste Belgische berigten wegens het beleg van de citadel, zoo op het oogenolik omvamen, gaan tot den 2isten dezer, 4 uren namiddags. De bres - batterij oiet 6 vier-en twintig .ponders en de contra - batterijen hadden dien dag 's morgens te 11 uren, hun vuur, te zamen met 24 stuk ken gewapend, geopend, en onophoudelijk bluven veren; voornaamelbk tegen de linker face van net bastion Toledo. Men berekende, dac,tedere kogel twee steenen deed losspringen en de bres-batterij alleen 6000 kogela per dag zou afschiepenmet hei groote mortier had men twee bommen geworpen, waarvan de eerste midden in het bastion N°. 1 van de citadel gevallen eu de tweede in de incht gesprongen is, slecnts een derde ge deelte van haren boog bereikt hebbende. Men scheen er geen gebruik meer van ta zullen maken omdat het minder nodig werdc, nu men bres schoot, waarschijnlijker eenter is het niet aan de verwachting beantwoord of door ceszelfs zwaarte in de slikkerige grond wegza,:.. Van hec bestormen der halvemaan voorde huippoort, w;.s afgezien omdat dit onnoodtg volk zoude kosten, en men vermeende dezelve in genoegzaam oedwang te hebben, doeree opgerigte batterijen. Volgens deze berigten zoude veie Hollandsche soldaten zich in deze halve maan bevinden en afgesneden zjjn van de citadel zelvé door het vernielen van de brug voor de huippoort. Onze troepen bleven zich dapper verdedigen en -deden bij voortduring deu Franschen veel verlies ondervinden; men geeft onder de dooden op den Franschen kapitein der artillerie Corbin en den kommandant der bresbattery den kap,teii. Brunei, als gekwetst. Het Antwerpsch Journal de Commerce, zegt ook, dat de Franschen onze Voor de citadel leggende kanonueerbooten zouden beschoten hebben, en I dat zij ook van de overzijde der rivier over Burcht vuur gaven, zonder II dal de kanönneerbooten dit vuur beautwoorden. MENGELINGEN. HISTORISCH FRAGMENT OVER HET zoogenaamd M J S QUE D E F E R. r: ,v- Qlervolg van Maandag den 12 November.') Ëenige dagen na die voorgewende ziekte, zoude men zeggen dat hij ge storven was. Terwijl men voor het oog van het leger eene lijkplegtlgheid over hem zoude vieren, en hem inmiddels persoonlijk bjj Dacht zou ydrvoeren naar een versterkt afgelegen Kasteel, om hen aldaar zijne dagen te doen emdigec. Deze raad werd met algemeene stemmen goedgekeurd, en vooral door den getrouwen Koaing. Men zocht onder de Gouver. neurs der twintig Staatsgevangenissen of Bastilles van het Koningrijk, naar d'en genen oneer hen, aan wieo men dezen aanzienlijken gevangenen best kon vertrouwen. De heer de Saint Marebevelhebber op het kasteel p,au Fignerol, een man op wien men a'le vertrouwen vestigen kon, ontling bevél om eenen gevangenen te komen afnalen, uit het leger tu Vlaan- deren, en wiens leveu men hem belaste levenslang geheim te houden; op straffe des doods voor hem zeiven. Twee dagen na den hoon aan den Dauphin aangedaan, werd de Graaf van 1 er mam oil bij Ledemjk XIF ge- toepen, die hem beval, om zich dadelijk van bet bofte verwijderen en naar het leger te begeven'hij vertrok zonder tegenspraakzijn gevolg vertoonde eene prac t overeenkomstig aan zijDe geouorteter nauwer- nood voor Kortrük aangekomen, strooide men het gerucht uit van zijne gewaande ziekte, du verkreeg geloof, eo toen kort daarop in het leger bekend gemaakt werd, dat de Graaf aan die ziekte overleden was, werd deze tijding zonder de allerminste bedenking bjj het geheele leger voor waarheid aangenomen; hij werd betreurd, tranen van opregte droefheid, "vloeiden uit aiier oogen op het vernemen van bet verlies van een Prins Wiens gebreken genoegzame verschooning in zijne jonge jaren vonden. Om eindelijk het laatste zegel te hechten aan de uitvoering van dit ont werp, deed een rouw-siatieaan welke de tegenwoordigheid des ganschen legert niet min geioofsdan luisiers bijzettede, het aanwezen en den naam van dezen ooorlucbtigen Franschen schier geheel vergeten; hij tverd in .de Hoofdkerk van Arraa of Auecht op den 25 November 1683, begraven. 1 Ondertüsscheu had men aan den jongen Graaf van Fcrmandois het ge streng bevel van den Koning zijnen vader verklaarden de noodzakelijk heid van zich zonder eenige tegenkanting en onder de straffe des doods, daaraan te onderwerpen. Wat zoude hij gedaan hebben, tegen de die- jtiaars der verborgenheidin welker banden hij zich bevond Zijne ^tegenstand zoude tot niets anders gediend hebben, dan om het oogen- .blik van zijnen dood te verhaasten. Hij was dus genoodzaakt, 0111 te ge hoorzamen eu middelerwijl een pragtige rouwstatie to schijn den Prioa naar het graf bragt, voerde een sterk geleide hem, in volle gezondheia, I langs ongewone wegen, Daar de ballingschap, -velke voor hem geschikt was. Dewijl het. noodig was, om het bestsan van dezen dootluchtigeu gevangenen, met een ondoordringbaar deksel bedekc te houden, weid het bepaald, dat men hem het aangezigt met een ijzeren mom zoude be. dekken, en dat de kinband en de veeren van staal zouden zijn, opdat hfj zonder hinder zoude kunnen eten en drinken. Hij speelde op de cijther, 'en zong* aangenaam. Maar men 'liet hem geen ander vermaak toe, dan 11e hairen uit zijn baaid uit te plukken, met een nijptangetje van zeer fijn en gepolijst staal. H'i bragt vijftien jareo door op dat ltasreel, zoo onbekend i»ii u uïe.i- sclien, als óf hij in der d.iaJ niet uier in het leven .ware g "veest. De volaende bijzonderhied. die bijna een tweede skgttdiaf her eue-u gekost had, bevestigde den Slotvoogd In zyn besluit) óm te verzoeten, dat hij overgevoerd zoude worden naar de Bascielje', Deze doorlucntige onbekenden sneed eens op zekeren tijd, met een mes, op een zilveren bord. deze opmerkzame woorden: t.odeivyk van Bourbon, Graaf van Fer- mandois, eigen zoon van Lodeuiyk XIF, 23 Juni} 1698; en wierp h_; bord uit tiet venster naar een schuit, die digt aan strand eu bijna aan den voer van bet kasteel was. Een visscher, aan wien die sctiuit toebehoorde, vischte dat bord op, en bragt het aaD den Slotvoogddie geheel ontsteld den visscher vraagde: hebt gij gelezen, datgene, hetwelk op dat bord geschreven, staat, en heefc iemand het in n ve handen gezien?" „Ik kan uiet lezen," antwoordde de visscher zeer eenvoudig, en niemand heefc het gezien." De boer werd vastgehouden, tot dat de Heer van Saint- Mark wel verzekerd wasdat niemand het in zijne handen gezien hsu. Ga," zeide bjj (hem teffens eene vergelding gevende)), I5Ü zït wel gelukkig dat gij .niet kunt lezen." Na deze nieawe onvoorzigtigheid hersteld te hebben, verzocht de Heer van Saint Mark, bevel om zijnen gevangenen over te voeren naar de Bas- tielje dat ondoordringelijk graf voor hetgezigt der menschen hij bekwam bet bevel daartoeen werd tor deszelfs bestierder oenoeuid: en opdat hier van niets zonde ontdekt worden, werd de nacht gek-zen voor deze nieuwe overvoering. De gevangene liet zich over tien ganschen we niet eene klagte ontglippen wegens zijn lot, en sprak toe zijnen geleider niet» ar,tiers dan deze woorden Begeert de KoniDg mijn leven Nee,' mijn prins antwoordde de Heer vaa Saint Mark: „Uw leven i-- in zekerheid, ei! hebt Diets anders te doen, dan u nier te laten geleiden." De Heer van Saint- Matk had een Landgoed te Paheau bij Videneuve le R01, hij wilue mar doortrekken, en aldaar met zijn gevangen vernachten; cieze kwam aan ia een rosbaar, /vlak voor die van Heer van Saint - Marken zij weiden verzeld van verscheiden lieden ie paard; de boeren van d:e plaats g gen hunnen Heer begroeten, en namen den gemaskeiden man zeer wel in acn. insgelijks zagen zijdat bij met den Heer van Saint - ik/ark aan tafel zic- tentie, de gevangen met ziin Vug zat na de glazen vau de eetz.al, die hec gezigt had op het voorpleindac de Gouverneur regc over hem gezeten eu twee pistolen naast zijn bord hadzij hadden uieuaud anders om hun ce dienen, dan één kamerdienaardie, wanneer hij de schocels, welke hem in de zijkamer aangebragc werdengiag halende deur van de eetzaal zorgvuldig.achter zich toesloot. De Heer van Saint - Mark «liep onderweg altoos op een bed, naast dac van de Graaf van Fermandtis. DoDderdagden 13 September 1698, kwamen zij aan de Bascielje, en uit de rosbaar stap. pende, weed de gemaskerde man gebragt in den toren van de Bassinière, oen nacht afwachtende. De Heer Dujoncetde koninglijke onder-Regent v?» de Bastielje ge leide hem, verzeld van den Gouverneur, des avonds de klokke 9 uren, in de derde kamer van de toren, genaamd de Bertrandiire welken hij be zorgd bad, dat nee en sierlijk gemeubileerd was, voor hunne aankomst, als daartoe bevel van den Heer van Saint - Mark gehad hebbende. De ge maskerde manwerd in zijn nieuw verblijf' met nog meer oplettendheid behandeld, eD men volgde alle zijne zinnelijkheid op alhier maakte nij goeden sier, eo de Heeren van Saint - Mark spraken altijd tegen hem met de grootste eerbiedigheiden giDgen nooic bij hem zitten. De geneesmeester van de Bastielje, die nera in alle zijne ziekcens bezocht, zag nooic zijn aangezigtschoon hij dikwijls zijn tong bezag. Hii was ongemeen welge maakt, zeide de geneesheerenzijn vel was een weinig: 01 urn en bij be koorde een ieder allien mee zijn stem, zich nooit beklagende over zijn lot, en liet niet bemerken wie hii koDde zijn. In het begin.vau November 1703 vond de gemaskerde man zich ongesteld; men geloofde, dac het van geen belang was, maar zijn staat werd erger en hij stierf den ipden van dezelfde maand, om 10 ureD 'sraorgens. De Heer Geraudbiegtvaaer van net kasteel bediende de laatste Kerkgeregcen aan hem. Hy weid begraven Dmgsdag ao fclnvember om 4. uren dea namiddags op bei kerkhof van de Sc. Paülu» Kerk onder den naam van Marchiolien zija begrafenis kostte 40 livres. Een persoon van--aanzien--faad den" doodgraver door heel veel geid over gehaald, om het lijjc weder op te graven, en aan hem te laten zien, zij vonden een groocen keisteenin plaats van het boofd. Kort na zijn dood kwam bevel om alles te verbranden, wat in zijn gebruik was geweest, als kleederenmatrassendekens enz. Men liet de kamer waar hij gewoond bad afbikken en op nieuw pleisterenmen gebruikte zelfs die voorzorg om de kussens los ce maken, uic vrees dac daar eenig schrift in verborgen mogce zijn, of dat er eenige ceeken gemaakt was, waardoor men ce weten zoude kunnen komen wie by" was. ZoodaDig was het uiteinde van dezen onbekendeu en doorluchugen persoon; alle de voorzorg die men gebruikt had, om zijn staat en geboorte te verbergen, waren te vergeetscn. Hec geheim is uitgekomen. Voorwaar de oplettendheid en de zorgwelke men had voor den gemaskerden man het d*kke deksel waaronder men zijn bestaan bedekt wilde houden, en dac zijn lot aan uiemand anders dan aan den Heer van Saint - Mark betrouwd werd, alles loopc zamen om te doen gelooven dat deze onbekende de Graaf van Vermandoi%natuurlijke zoon van Ledewyk XIF, was. Maar wie ziet ook r-ec, dat eene beleediging aan den Dauphin gedaan, en welke inen wilde begraven in de vergetelheid, een zeer groot gerucht zoude gemaakt hebben, ibdien raeu dezelve open baar had wiilen straffen! Wie net met, d;«c men de moeder en de zu#ter van dien jongen Prins in de diepste droefheid zou gestort hebben; hep 1» wel waardat de eene niet meer aah het Hof verscheenmaar de andere werd altoos geliefkoosd van den Koning, die in haar alle de bevalligheden vaD de moeder wedervond Welke tijding aau haar bekenu ce maken we gens een eeuwige gevangenisse van ee» zoon en broedervoor zijn ganscne leven opgesloten en welke omzigcigheden moest men niet gebruiken dac deze schrikkelijke straf haar nimmer bekend wierd 1 De reden die men had om zijn naam bedekt te houden gedurende zijn levenbestond nog na zyn dood. Kon men aan de moeder en aan de zusterdie hem overleefd heb bensen zoo treurig einde van dien jongen Pnus bekend maken, zonder haar te dompelen in de uiterste droefheid, welke haar nacuurhik moeit treffendoch welke men haar niet wilde aandoen. De Heer van Chamillard is de laatste Staatsdienaar geweest die dit vreemd geheim wistde tweede Maarschalk de la Feuillade bezwoer hemop zijoe kniejen om hem bekend te maken wie of de man wasdie meu niet anders kenae dan oader oen naam van den Man met hst ijzeren mom-aangezigu De Heer van Chamiuard antwoordde hemdat hec een staatsgeheim was eo dat hij een eed gedaan had van het nooit te zullen ontdekken. Den Abt Langlet Dufrenoji over leed in het jaar 1757 in den ouderdom van 8a jaar had dikwy»» het Ijzeren Mom - aaogezigc gezien in zijne reize naar de Bastielje; hij zeide ïu hec jaar 1754 aan dcD Heer bnquetil bijna al hetgeen dat meu van dien persoon gezegd heeft, en toen de andere hem drong om zijn gevoelens daaro/erte zeggenantwoordde de Adi Langlet hem Wilt gy my dan voor de negende maal naar de Bastielje doen gaan Z E E - T Ij D I N G. In Tessel binnengekomen S. K. de Vries, van R10 de Janairo, R. M. Fernald, van Baltimore, C. de Jong, van SmirnaA. K. Braam, D. G. Ballehrvan Londen, alle na visitatie van de quarantaine ontslagen. Uitgezeild J. Clarksonnaar Granpara. A. j H->gen, naa, Lo oen,' N. Ktogh cu G, Hauseu, naai Kopenhagen, NE. Fio»t, naar ue üo»uéü„

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1832 | | pagina 3