leydsche
n°.
s-i-i
cour. an t,
i'llpr"
"ir"
"go
43.
00 «-
tl
u
A9- 1831.
MAANDAG
NOTIFICATIE.
IJK..
Burgemeester en Wethouders der Stad Leyden,
gezien hebbende de Notificatie van Hnn Ed. Gr. Achtb.
de Heeren Gedeputeerde Staten van Zuid.Holland in
dato den 18. Februarij II., betreffende den herijk der
maten en gewigten in Zuid-Hollanden gelet op de
voordragt van den Arrondissements-IJker alhier, van
heden geven mits dezen den Ingezetenen dezer Stad
hunne verpiigting te kennen tot het doen herijken der
reeds ingevoerde Nederiandsche gewigten, lengte- en
inhonds-maten. En worden zijlieden ten dien einde
opgeroepen ter bezorging der gemelde maten en ge
wigten wel schoon gemaakt en gezuiverdaan het
lokaal van den ijk in de Schoolsteeg aan het Latijnsche
SchoolZullende daartoe dagelijks worden gevaceerd,
van Maandag den 18. April eerstkomende tot en met
Vrijdag den 27. Mei daaraanvolgendedes voormiddags
van 9 tot 12, en des namiddags van 3 tot 6 uren, de
Zaturdag, benevens de Zon- en Feestdagen uitgezonderd.
En waarschuwen Burgemeester en Wethouders voor
noemd allen en een iegelijk wien het aangaat, met
herinnering tevens aan art. 2 van Zijner Majesteits be
sluit, in dato 30 Maart 1827, StaatsbladN°. 13.
om aan hunne verpiigting omtrent dezen herijk stipte-
lijk te voldoen, ten einde buiten bekeuring te blijven.
Wordende tevens, door deze, ter kennis van de be
langhebbende gebragtdat tot jaarletter, gedurende
1831 voor den ijk der Maten en Gewigten, bepaald
is de letter M.
Aldus gedaan en gepubliceerd bij H. H. Burge-
meester en Wethouders der Scad Leydenop
den 31. Maart 1831.
J. G. de Met.
Ter ordonnantie van dezelve,
P. A. du PUI.
F R A N K R IJ K.
Parijs den 3 April. De Moniteur van dezen dag
bevat het navolgende artikel:
Sedert twee dagen zijn er, mee eenen misdadigen
ijver, onrustverwekkende geruchten verspreid gewor
den, en bij belanghebbenden, die dior de openhartige
verklaring van het ministerie voor alle verrassing had
den behooren op hunne hoeden te zijnmet te veel
vertrouwen voor waar aangenomen. Men houdt niec
®p te herhalen en te gelooven, dat er te Parijs nog
andere tijdingen zijn aangekomen, dan degene, welke
het gouvernement mededeelde, en dat de kansen, om
den vrede te behouden, verminderd zijn. Het gouver
nement heeft niets verzwegen. In cene zulke gewig.
tige aangelegenheid, acht het gouvernement zich ver-
piigt zonder achterhouding te spreken. Niets is ver
anderd in den staat van zaken, sedert de verklaringen
door hetzelve van het spreekgestoelte gedaanzij ge
ven genoegzaam te kennendat mén inlichting beeft
moeten vragen, hetwelk noodwendig antwoord en we
derantwoord medebrengt. De natie weet dns op dit
oogenbjik even zoo veel als bet gouvernement, en wij
kunnen het publiek niet genoeg waarschuwen, tegen
al het verontrustende, hetwelk de kwaadwilligheid of
de speculerende geldzucht verstrooit. Men kan ver
zekerd zijn, dat, indien eenige gebeurtenis eenige
■wezenlijke verandering in dien toestand moge veroor
zaken, bet gouvernement zicb haasten zonde dezelve
bekend te maken. Zijn stilzwijgen kan steeds worden
aangemerkt als een waarborg van gerustheid. De al-
gemeene belangen zijn te dikwijls de speelballen van
ijdele aangejaagde vreee, en wij zien mee leedwezen,
dat zij er ook de slagtoffere van worden."
Men verneemt met genoegen, dat hec ministerie
krachtdadig besloten heeft, om regtmatig het gouver
nement te doen eerbiedigen door degenen, van welke
hec den eed ontving. De heer Laborde is als aide-de-
comp van Zijne Maj. ontslagen, en even zoo de heer
Odil/on Barrot als staatsraadmitsgaders de genersai
Lamarqueals bevelhebber in de westelijke departe
menten. Hetzelfde, verzekert men, beeft plaats gehad
omtrent den generaal Semelé, als bevelhebber van eene
der militaire divisien.
Men meldt, dat het leger der Alpen tot 60,000
man zal worden gebragt, en dac de generaal Gérard
bestemd is tot opperbevelhebber over hetzelve.
De kamer der Afgevaarnigden heeft gisteren aan
genomen: met 257 tegen 24 stemmen, het ontwerp van
wet tegen de zamenscholingen met 208 tegen 15 stem
men het, door de kamer der Pairs eenigermate nader
geamendeerd, ontwerp van wet, omtrent de pleitgedin
gen over de misdrijven der drukpers; en nader het ont-
werp van wet, betreffende de dagbladen en tijdschrif
ten, waarmede de beide kamers zich reeds hadden ver-
eenigd maar waarin, bij.het afschrijven, eene feil in was
geslopen. In deze zitting heefc de president van den
raad, als minister van binnenlandsche zaken, aan het
vertrouwen der kamer ter beraadslaging aangeboden,
een ontwerp van wet,- bestaande uit dit ééne artikel:
Aan het ministerie van binnenlandsche zaken, wordt
een crediet geopend van 4,500,000 fr. ter aanvulling
tier geheime uitgaven voor bet jaar 1831, en voor oa-
DEN 11 APRIL.
'fc* 6
w te r: m -n -n B
CO
O
B 01 -73
OJ
O. C
i a
G c X B
g
Sf
e -u 01
w w>
J* i~ - c
O
'Z
-p
4> hjo O
bfl <i> X tafj.E b*
Z e.S o Nbf
o r --
voorziene en dringende bcnoodigdheden." De minister
voor den koophandel bood vervolgens een ontwerp van
wet aan, strekkende om 2 millioenen öoo.ooo fr. tbr
beschikking te stellen van de stad Parys, ten einde
arbeid aan de werklieden te verschaflen. Beide ont
werpen zullen worden gedrukc en in de bureaux ver
zonden.
NEDERLANDE N.
's Gravenhage den 9 April.
Tweede kamer der Staten-generaal.
Zitting van Zaturdag den 9 April,
Omstreeks elf uren neemt deze zitcing een' aanvang.
Na de resumtie der notulen van de vorige zitting,
zegt de president, dat de discorsien geopend zijn over
hec op heden aan de orde van den dag zijnde oDtwerp
van wee, omtrent eene vrijwillige geldleening, en be
paaldelijk over de nadere redactie, welke op gisteren
aan de leden is rondgedeeld, en die behoorlijk gewaar
merkt is geworden. Deze nadere redactie en de dien
volgens in de wet gemaakte verandering, bepaalt zich
voornamelijk daarbijdat er in plaats van halve en
vierde aandeelen, vijf tiende en een tiende aandeelen
zullen worden aangenomen, waarvoor schuldbrieven
van 500, of twee van 200 en een van f 100, en
voor een tiende aandeel, een schuldbrief van ioo
zullen worden afgegeven, mede onder verschillende
letters, en tot volle aandeelen, onder een nommer, te
vereenigen.
Behalve Zijne Exc. den minister van financiënheb.
ben negentien leden achtereenvolgens het woord ge
voerd, en wel de heeren: Hoynck van Papendrecht
Hofstedevan Nes van Meerkerkvan Hemertde Jonge
Op den Hoofvan de KasteeleBoddaertLuzacCerver
Hooft, fVariH, CatsLycklamavan SytzamaDonker
Curtius, van Asch van tVijck, Frets, Byleveld en Bee
laerts van Blokland. Hoewel een aantal bedenkingen
tegen de wet in het midden zijn gebragt, hebbeD verre
het grootste gedeelte tot de aanneming derzelve gecon
cludeerd. Die bedenkingen bepaalden zich voorname
lijk omtrent het aangewezen onderpand der negotiatie
op een deel der hoofdsom van de grondbelastingwaar
door de rentheffers van den staat een deel zouden ver
liezen van bet hypotheek, hetwelk zij op die grondlas-
ten hebben; tot de uitgifte van renversalen in blanco,
om, zoo als in artikel 13 is bepaald, te strekken als
gereed geld in aile buitengewone belasting of gedwon
gene geldleening, welke de behoeften van het Rijk,
in den loop van 1831, zonden noodzakelijk maken,
en welke renversalen men vermeende, dat op naam
moesten worden uitgegeven, ten einde door de in
schrijvers alleen tot voldoening van hun aandeel te
kunnen worden gebruikt, om dat welligt, zulks bij het
mislukken der vrijwillige negotiatie, tot speculatien
van vermogende lieden, tot nadeel van den lande aan
leiding zal kunnen geven; dat de negotiatie geen voort
gang behoort te hebben, indien de inschrijving minder
dan 25 millioenen bedraagt; en eindelijk, dat de nego
tiatie niet hooger behoorde te loopen, dan tot de vol.
strekte eerste behoefte van 25 millioenen. De heer
Donker Curtius zeide deswegens, dac alle hoop op het
behond van den vrede nog niet vervlogen was. en dit
men in dat geval, geld tot minder bezwarende voor
waarden zou kunnen opnemen. De staatkundige toe
stand van hec land is bij deze discussie ook niec onaan
geroerd gebleven. De heer van Sytzatha wilde de re
gering ernstig verzocht hebben, om, zoo spoedig mo
gelijk, een einde aan den tegenwoordigen toestand van
zaken te makenal zou zulks zijn met opoffering van eeni
ge millioenen schats, hetgeen bij verkieselijker vond,
dan millioenen schats tot de voortduring van den tegen
woordigen toestand van zaken uit t» gevenom dac
men, in het eerste geval, tot den vrede terug kon
ketren. Andere hoöge staacs-aaogelegenheden, zoo als
eene spoedige herziening der gfondwet, en de te ma-
kene veranderingen in dezelve, naar de behoefte der
natie, opdat de publieke geest de maatregelen van het
gouvernement blijve ondersteunen en het nationaal ge
voel niet langer worde gekrenktde invoering van
wezenlijke bezuinigingen; de organisatie van de regeer-
lijke magt; de scheiding van Belgié, waaromtreoc de
minister van buitenlandsche zaken gezegd heeft, dat
thans den grond der onderhandelingen uitmaakte, enz.
zijn mede by deze belangrijke discussie aangeroerd.
Het advies, dat de heer Luzac heeft nitgebragt, mag
onder de belangrijkste gerangschikt wotden. Z. Edele
begon met aan te merken, dat hij, zoo lang hij lid
der vergadering geweest ishij zich nog in geen moel-
jelijker toestand heeft gezien dan in de laatste dagen
het geval is geweest, ten gevolge van vele uiteenloo-
pende deliberatlen. Geroepen, om zijne stem over de
onderhavige voordragt uit te brengen, kon hij dit niec
bepaaldelijk op den voorgestelden maatregel doen maar
moest zich tevens afvragenwat bij eene mogelijke
verwerping van denzelven zou moeten geschieden t Met
andere woorden hier stond te kiezentusschen een
der schatkist bezwarende vrijwillige negotiatie of eene
den ingezetenen meer bijzonder drukkende gedwongene
heffing. Wanneer men deze middelen tegen elkandet
[Vervolg op den kant van deze biadz.J
COM O J--
*J w cc 5 2 S O Cl
0 8-5 I in g
JE X GJ 1> Q
•- r 1 c Q tkObfiO-, S v. 41
•„O .12 E E-gS.£
«- Q- - cr "XI
"g f
-O
•EP-o E
é-
w o Jü
ai a
m 5 -e
Z» 2
2 B
e - 3
C3 O L
w
<u
u. E
O
-P Ut)
"3
a> <u
- C "r-^S S
S S n S S
8s
c. <u u S
a oJ n ex--, o r-
s -S?BJ s S Sïl
s si
T.
uo rt
c
- N c «J
<D <L>
2ci .«lij o o „13 - dij™
ug<JMc.SfSS'Sj.-o«>'0l5g
GC^i-t3T3hi) 0Wan 3BO
6 S o g t SJ? S S
■X3 O. g X X O.
t. -r, 2 -• a o. t, <u o>
•gsbeo a>2^r5 c w n c «J 2 -u
n o c rf 9
C <u 'TT bflKv- Ï5
So"«c°N"n -0«BoSa
ucb "c?0 .MgS
*0 --C'5cn "E--®»!!*10..
S O "g g S? 3 .5 O
wt M-3 5 R-a M
<Z
O N
01
S 05
o
E
c t
c w s73
•i SP s
u N HJ ui c"H N u O 01C
g 2 S -"O a
a hD 2 X C ki es
v aj -2 S^x oi <u o»
W c m a *a ai o :apx o
«|4IQO'-«JJII.4)BO
-e 13 O X B T3 N a.X U x
ffi-O
1 H
s>
0
W bf
T3 «U tZï
c -BS
"•H «v
S-A
«I
5 J»
-e O
o o O
O O 5Ê
"CM
«o oj-O a
7.
QJ
-.Ü •-
g
s I 8 1 e
Sf ïBss E o
01 w - 3»
SJÖi 41 S^gÜ
n n -a 1 v
aï 2
O M
2
5 G.E 23*2
>22 g 8 2
X s.2 .2 2J o s I ^-S -O
J g o y - v -
o O 2 00
-S-aSoSji®»" fc-cCj
b o-v
So g c-
c e o be w o
- - «I g u
2 a '5 c .2 a>
S2 CH2SQ- O -E
CL—
c E
01
20 0
Jt'C
r -o c o o S
l~
m 1 rt as w U U ul._ n fli dl
•si c.s s.s g^-ss g
Bt'sSsl 2 i:5z s 5
:o«
o
bc 1-
O "O
7
O C
S g
ISs'g
a as o o -
I-SCS -JS* si-sla
S.l'Si Sot- SE
„«i^-c-oölSrtrpo O
gU
- S
=5 53 -
S> SC 1
S*X
o tJjX
c
ïr *u tx «3 - 01 63 ÏJ
c 0j T3 be U .2 Z 41
s -2 s no _SsS
■3 g'3slï
i SA U)
ÏS«
k c h
«s^ütiic»
nSSuMÏSSS -««oï-a
4?n°j=SW|"s;B!'n=.. vï-
.3--~z s
;-z g g s s u.2-0
w -
x B
- o. c B X
-o B c
u<«
x
5 u 4i 4"r"
3 s
JUT3 S SS-O
:c
S-O
OÏ»:a
.5 a
'-Ó
N g bs
ca O Q O ai
£-3
C3
r"
•a 01 a
liPSM
01 o 01
-o x