*"I o i 8|«:tflise-a si-al --s as Sf0 "11-SSS9 ondervinding overgelaten, zoo iis meer andere zaken welke zij noch geboden noch verboden heeft. Men mae zeggen dat deze zaak tot eene behoorlijke rijp heid is gevorderd en dat er een openbaar gevoelen daaromtrent bestaat: daarom kan ik ook niet van mij verkrijgen om het gemis der verantwoordelijkheid aan te teekenen onder de gebreken Oer grondwet. Her is niet noodig dat zij dezelve uitdrukkelijk voor. schrijve, cmdat zij in haren geest isomdat zij strookt met de verdere instellingen der grondweten omdat zij derhalve door eene wet kan ingevoerd worden." ]k ben van het eerst oogenblik af, dat ik onze grondwet met aandacht neb gelezen, van gevoelen ge weest en door opvolgend onderzoek meer en meer in de opinie bevestigd gewordendat hasr geest overal medebrengt dat het Hoofd van den Staat niet kan niet mag aangesproken worden zelfs niet persoonlijk mag gegispt of 'bedild worden, wanrfeer soms door het een of ander van Hem afkomstig besluit, of door eeni- gen anderen maatregel van het algemeen bestuur aan dazen of genen onregt word aangedaan dat in der gelijke gevallen de gispingen, klagten en beschuldigin gen moeten komen ten lasten van dat Hoofd van eenig ministerieel departementhetwelk 'de zaak heeft aange raden op wiens rapport de beslissing genomen is. Het Hoofd van den Slaat heb ik in den geest der grondwet altoos ais inviolabel be-chouwt, en ik 'noude mij nog aan den regel dat de Vorst geen kwaad doen kan traar dit brengt dan ook allernoodzakelijkst met zich dat iemand anders wegens de soms veikeerd bevolene daden aansprakelijk zijn moeten op Wien kan 'zulks dan regtmatiger vallen dan op hendie de zaken voordragen die de besluiten op hunne voórdragt ge nomen ter executie leggen t Het is bij de onschend baarheid van het Hoold desStaats, naar mijne opinie, een volstrekt vereischte dat ieder besluit, iedere naar buiten werkende daad des gouvernements, door het onderschrijven van den naam eens ministers, het blijk baar teeken draagt, dat iemand de verantwoordelijkheid van zoodanige daad op zich heeft genomen dat men op hem kan verhalen op zoodanige wijze als de wet zulks zal aanduiden, het ongelijk of schade, welke ons kan aangedaan zijn. Bij eene openlijke mi.kenning dezer principeswaarvan ik de schrikkelijke gevolgen op dit oogenblik aan U. E. M. niet zal behoeven te ontvou wen wordt ons maatschappelijk verdrag in effecte ge heel veranderd en komen wij tot de zuivere erkenning eener absolute Moi archie. Als ik noch hel Hoofd van den Staat, tot uitlegging, verdediging of verantwoor- ding der wederregtelijke daad mag roepen, wanneer de Ministers zich deswegens aan niemand anders dan aan den Koning behoeven te verantwoorden: als ik zie, dat de Raad van State bij art. 73 der grondwet, wel gehoed, doch zijn gevoelen niet behoeft gevolgd te wordenen zij dus per se niet kan verantwoorden de daden die zji soms heeft afgeraden en die echter ge schied zijn; dan vraag ik mij eindelijk af. waar ik dan toch herstelling van miskende of geschonde regten vin den zal, en of op deze wijze niet eene zuivere alleen- heersching facto zou zijn daargesteld. Men vindt de consequentie van het systema uitge drukt in art. 2 der voorgestelde wet op de drukpers, alwaar met eene gevangenis van twee tot vijf jiren ge straft worden al wieop welke wijze ook zich B zullen hebben schuldig gemaakt, aan minachting der besluiten of verordeningen, door den Koning on mtddelijk uitgevaardigdhetgeen dus op de ver onderstelling rust, dat er besluiten van het Hoofd van den Staat bestaan en verordeningen door hem bepaald en genomen wordenvoor welke men een' blinden eerb ed, eene stilzwijgende onderdanigheid hebben moet. De invoering der ministeriëele verantwoordelijkheid taan de twee Kamers der Staten-Generaalvan welke in den brief gesproken wordt, is niet die, welke ik hier brdoelen welke i*i den geest der grondwet ligt: de vetpligtug der beide Kamers, ten dezen opzigteis in uit. 177 genoegzaam afgebakend, cn tot op dit oogen blik heb ik nog niet uit dit art. kunnen spellendat wij ons van eene autorisatie gevende vergadering in een beschuldigend en verantwoording vragend ligchaam kun nen herscheppen. Al» ik van verantwoordelijkheid spreek dan bedoel ikzonder eenige geheime of boos aardige oogmerken, (dat weet Hjjdie alleen in het binnenste van 's menschen hart kan lezen,) dat alle ïcten besluiten en gouvernements bevelen onder den altoos te eerbiedigen naam van Willem, nog eenen an deren zullen voeren legen wien men na inachtneming van alle behoorlijke formaliteitendoor eene goede duidelijke wet te omschrijven bjj den hoogsten regter zal mogen en kunnen opkomenen tegen wien alle bescheidene bepotdeelingdoor de vrije drukpers als anderzins zal kunnen gerigt worden. Bijaldien ons dit nu reeds moet ontkend worden voor dat de Hooge Raad is opgerigt nadat onze grondwet slechts 14. jaren levens tellen magdan mogep wjj de verdere ontwikke ling van ons maatschappelijk verdrag niet alleen voor onmogelijk houden maar wij kunnen gernstelijk beslui, ten, dat het als 't ware uitgeput en zieltogend daar neder ligt. Het is, Ed. Mog. Heeren 1 de innige overtuiging, dat zeer raagtige vijanden van alle grondwettelijke re geringsvormen op vrijheid van drukpers en gelijkheid van godsdienst gevestigd, en dus ook van de onze, den tegenwoordigen staat van gisting met genoegen zien dat zij niets vuriger wenschen dan spoedig de vruch ten te plukken, welke door verwarring moeten rijpen, en hen zoo heerlijk toelagchenwelke bij mjj alle be denkingen tegen de begrootingen zouden hebben doen zwijgen, en mij de aanneming derzelve, als een hei- llge pligt, omtrent mijn vaderland te vervullen, zou hebben opgelegdindien ik niet reeds door vele ver beteringen iu dezelvegunstiger opinie dan in het voorledene jaar gekoesterd had. Wanneer ik spreek vsn deze magtige vijanden, bedoel ik, Ed.Mog. Hee- zeii 1 want het is thans noodzakelijk de geheele waar.' held te zeggende voorstanders der alleenheersching in politieke zaken aan de eene zijdeea de soms ge. 5: JJ.3.2 moedelyke opregte voorstanders der godsdienstige at- leenheersching aan de andere zijde. Napels Spanje Portugalen misschien welhaast Frankrijk kunnen ge tuigen dat beide deze paruien slechts dén doel heb ben de vernietiging van alle grondwettige regerings vorm de invoering der zuivere eenhoofaige regering., misschien ter goeder trouw geiovendedat de natiën oneindig gelukkiger zullen zijn onder eene Diinde ge hoorzaamheid aan de bevelen hunner Vórstendan onder -die instellingen, welke hen onmiddelijk deel in de behandeling hunner huishoudelijke belangen geven. In hoe verre de woelingen van hen die als dienst knechten van een vreemd opperhoofd verpligt zijn zijne bevelen en voorschriften te volgen, hiertoe moeten medewerken in hoe verre het opzettelijk misbruik der beste vrijhedenhier en elders'door hen gemaakt, tot v dit doel heeft moeten leiden, zal ik niet onderzoeken: 3 hij die bedaardelijk den loop der zaken gedurende de laatste maanden heeft nagegaan kan genoeg opmerken dat bijna overal een welberaden veldrogt plaats heeft, welker beslissing zeer nabij is. en op den voorspoed., rust en vrijheid ook van pns dierbaar vaderland de veruitziendste gevolgen zal hdbben. Tot het bijeen houden der manschappen heeft men aan de mingeoef- fenden de mogelijkheid eener transitoire wat doen zien, en door eene verklaring, dat men des nopds alles voor eenigen t|jd op den bestaanden voet. zal latenwil men de zwakke gemoederen stillen. Doch alhoewel ik, bij eene onverhoopte afstemming van het budget, eene transitoire bepaling nloet verkiezen boven andere mij nog onbekende maatregelen, mag ik mij echter hierdoor niet van het regte spoor laten afbren- gen. Die (provisionele bepalingen kunnen slechts nieuw voedsel geven aan de ongelukkige spanning, welke lang zamerhand alle gemoederen ook de bedaardste en on- zijdigste, kwelt, en verlengt den cijd van onrust en on zekerheid. Eene derde uitgave van het budget zal welligt niet gunstiger ontvangen worden dan de beide vorigenzoo lang men nog weder nieuwe grieven weet op te sporen, en zeker loopt men gevaar, da: de ter zijde schuiving van het gemaal, (hetwelk thans naauwlijks meer wordt opgemerkt veel min nog naar waarde erkend door de verwerping van andere be lastingen zal gevolgd worden; de millioenen schats welke *s lands kas hierdoor komt te missen zullen dan moeten gevonden worden, door drukkende heffingen op andere consumtive middelen, voorafgegaan van de meeste inquisitoriale en vexatoire maai regelen. De gevolgen eener provisionele staat zijn, mijns bedunkens, hoogsc- gevaarlijk en oneindig verre achter te stellen aan de thans in deliberatie zijnde begrooting. Als wij ook billijk zullen handelen, moeten wij er kennen dat zij op vele punten naar aanleiding onzer aanmerkingen van het voorleden jaar verbeterd isen dat vooral door de overbrenging van een achtste gedeelte van vele uitgaven op de jaarlijksche begrootingde hoop en billijke verwachting van nog verdere vermin dering der uitgaven steeds nog levendig wordt gehouden. In het voorleden jaar was onze beschouwing onvol komen wij hadden slechts eene zeer globale bereke ning van het jaarlijksche budgeten konden dus op verre na niet gissen welke de ware staat onzer uitga ven zijn zoude. De eerstgebrsgte som van 61,988.880,36 moest door de biigebragte onkosten op het beheer der middelen tot f 68754.31800 stijgen, en werd nader- hand bij het besluit van den 10 April 1829 wel tot f 64,104,454.41 gebragt doch moest altoos onzeker biyven, zoo lang men niet met eenige vastheid de hoog te der annate begrooting kon vaststellen. Deze onze kerheid heeft bij sommigen, en ook bij mij, toen zwaar gewogen. Wij verlangden het een en ander te kennen, alvoiens tot eene eindbeslissing te komen en vinden nn die wensch van zelve voldaan. De beide voor- gedragene begrootingen leveren te zameu eene slotsom van 77,853,200 op, en zijn' dus gebleven beneden de minste som van ons in de vroegere zicting gevraagd. Ik wil gaarne toestemmen, dat deze som nog voor meerdere vermindering vatbaar ia, en zou hier wel eene lange reeks van posten kunnen optellen, welker ver- plaatsing op hét eenjarig budget mij doelmatiger zou voorkomen; doch ik beschouw deze onze toekenning geenszins als eene verpligcing tot uitgave en zal gaarne veronderstellen.dat het hoofd van den staat, niet min. der dan wijalles wil aanwenden om de lastenwelke op het volk rustente kunnen verligtendoor de uit gaven successiveiyk te verminderen. Het is zeker ge vaarlijk hierin met overhaasting te werk te gaan; het is billijk de regten, belangen en omstandigheden van hen, op wier bezoldigingen men uitzuinigingen maken wil, zorgvuldig te wikken en te wegen. Het Beeft mij ook gejammerddat men bij de beantwoording der aanmerkingen van de sectien niet in meerdere uitleg ging is getreden en dat vele vragen der eerste sectie, tot welke ik de eer heb te behooren, geheel zonder rescriptie zijn gebleven; ik wil dit gedeeltelijk aan de kortheid des overgebleven tijds toeschrijven, mij voor behoudende, bij eene volgende gelegenheid, jiierop te rug te komende zoo nuttige overbrenging van vele (//er vervolg tp den kant van deze kladt.) Mijne geliefde Huisvrouw C. J. TYDEMAN, werd door Gods goedheid dezen nacht gelukkig ver- lo-t van eene DOCHTER. St. LAURENS, op Wal- J. H. CALKOEN, cheren den 15 Decemb. 1829. V. D. M. Heden beviel zeer voorspoedig van een welge schapen ZOON, A. M. C. SONTAG, geliefde Echt genoot van A. F. MILIUS, Az. SOETERWOUDE 20 December 1829. Getrouwd J. P. N E U H A U S E N J. E. CEL] LEYDEN 17 December 1829. Si «J O U w bo e c -z g b.e §i0 E-f *-• 4> c 'O c jS <0 .e I* ->•« <Vb 'S g tók8?» S ,2 is-O*"# E 00 O, g u ■j'S'S'cO f L. u S fcr-i»1 g CJ S n* y E V- M n XI CT.:x N 2i O -c N -2 "on >0 -TV/O "U s e r_ 4» J-J u. O bO r. £7 U ri O e" /"s k* O -O 04 jjj 0 o» .£2 S2 x 'O bc-e 2 .Sr O c o x O -0 .V 2 tt. e "3 c *2 'p 1- r, c ai r! - "O -O CL 2 "O O'-Or" - OJ ,»-» c/l fcJÏ G co u W - H W - •X3 D Tf aft S j-T S 'S 5 0 u u-a w .na C - to ru Ctx 5 Z c S V tv !H .E H o txti N 2 -p re 5 3. B g O O bD <-> ga o JE M E as e .c Oa» vB u O - S-R ti II O tDu 4J H"0 g 9j Oi^ B .2 sM _"0 o» OJ v o S a 24 2 0 _e b> CJ 3 ej <D ex o o o 5 S .v- (jj CL g re <U _Q .5," S <D Si W o -E, tp eo jy J w c .S 2 "o N o e o w g M J O X S c -c v 24 J2 e Xi bil re Si - do 553k N 4) O u 1.^ C a <- s 2 cp O H y 2 f.: Eu r e 1 - c iu c o "2 5|a _g g .-s I™ o C jj - ft c?24 O £1 U GJ Q) tri Jsë2|®'S'g|>S,10"gS .5- S SjS I"S re "o O bcp«o_c^r waj-ew, a 5 U S C U, NT! ea j— tor c toC o E :P s s 60S co 'ai z. - If 'S a 5 8 C S 'i N <0 .Si H*ÏÖfflO-Ó«bC^(U OJ g CS :»-P U :ÏS >00# CL 5 co .kJ-a-i w» u u ti n. u N x UMO'GNa.HM bf.» *- w e C X -O "T3 4) T3 c a» g <y M L C 11 4; 24 M OJ -r— OJ bei tofl Js=l^ tot bc o> o a o -■Tl <0 "O 5 O c tj "ij 3 oj g -o o - u re - ë-53^ s| 3 bO p bC c -- c 4» ftj N T3 - -- g c r' - <u re n C c 5J ag, 'S qj a B.6oS4i - «E - tor, -- cj - -re <JJ c cj N - g aa O c c *5 O w -5 J 'S .E S U4 O» •- G «G C O ca Cl co O Z afe o E x c c S g -5 J 5 I C w 24 »-» - V. T> F* 2 c o Z Z -|°Ia'St'e2S ,-g KJ C. O E O ?x 4. C i: •S E ,L.D E C ÜO j O 2 "O ™T - s-° S iss C - E u- 5 0 I tori uc bD-1- b f bC tot c. O Cri bo »cclcr«t>o* 4» c 24 o» u 4) 4» «J O- CkD.S s- toJ «J 1 T3 "O o - SO"° CBC^coreO O o"* to£w 2 E-o. Wu C O tc^i *T" 0J CJ "O - l_' r c II o BtH frt g CJ ha Osï'- qj <D X S 4» X r— H, t- 4» O tofi C - .5 8=5. B'g s «2 O) C N S JL. 13 O 2 QJ X <1J N CJ C id os r*** r« '"««■V S'Sj13 S 3 g c M' 5 v E S S 73 -a .2 co «- C -- OJ "•T3UCJ<U<U 24 jaSimrT -PEg£ »°"'=-= Ei-S s too G CJ F. - 4> "ic? "G OJ t£ G O 4» re T3 bO c 2 «i.C H H u.= •■f, O U «W 41 2 a, Q I--P co JJ O n. <L> «X -o 0 «.-F •- wrn u 2 x - N 1! u o HO- O.T3 <-■ 6 -O S "GGnCre CS T C ^3 ■- re - w CZ-X3 JL a .S2, Si v E ho G -o g 2 .5 <u -- S «J ce O M a gj v - g -o bc« re «i 2? 4> "O x gj 24 x CJ h- GJ n GJ ijH* QJ OJ II O S"° S MP

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1829 | | pagina 3