*4
ffSif
rt
MENGELINGEN.
CESCHIEDENIS
DER
C IV C L A V E S
o r
KARDINAALS-VER GA DERINGEN.
Vervolg en slit van het laatste Mengelwerk
Zoodra de beschrevene plegcigheden volbragt zijn,
treden de Kardinalen, ommegangswijzepaar aai) paar,
elk naar zijnen rangin het Conclaveomstuwd van
Zwitsersche krijgsbendenonder .eenen grooten toeloop
van volk en het zanggeluid der Kapelzangers, die het
Vent Cretilttr aanheffen.
Ter plaatse tot het Conclave geschikt, worden de
Bullen, de verkiezing van den Pans aangaande, voor
gelezen en de Deken van de Heilige Vergadering
voert het woord, om te betoogen welk een hoog
aanbelang het zij, dat de Bullen stiptelijk nagekomen
worden.
De Kardinalen mogen alsdan nog in hunne eigen
paleizen gaan etén, mits dat zij 's avonds wederko
men als wanneer de Ceremoniemeesters hun voor.
houdt, dat zij zich niet moeten laten insluiten, bij al-
dien zij, volgens de Bullen, zoo lang als het Ctnclave
zal dnren, daarin niet willen blijven.
Ondertusschen hebben de Bevelhebbers en de Maar
schalk van het Conclavetot beveiliging van de verkie-
Zbrs, bühne soldaten ter behoorlijker plaatse gesteld;
nirar de Gezanten, en andere, die belang bij de ver
kiezing hebben mogen dien eersten dag tot 's nachts
ten drie of vier uren daar blij zen, om hunne banden
te leggen. Daarna moeten zij allen, die er niets te
doen hebben, zich onverwijld verwijderen, en de vijf
Ceremoniemeesters, de cellen of kamertjens hebbende
bekeken, worden de poorten gesloten en met wachten
rondom bezet.
Het hangt vsn de Kardinalen af, na het overlijden
van tien Paus, de plaats van het Conclave te verkie
zen waar zij willen; doch een tijd lang is het Paleis
van St. Pieter, anders het Vaticaan genaamd, daartoe
gebezigdals de best gelegene plastszoo van wegens
hire heerlijkheid, ruimte, bekwaamheid van bewaakt
tc kunnen worden, overvloed van water, groote wan
delwegen, en voorplein, als ook om het gemak der
ianbidding van den nieuwen Paus, welke aldaar geschiedt.
Ook is het den Kardinalen zeer gereed, in den om-
jnegang vsn de kerk naar het Vatikaan tê tfedén.
In de binnenvertrekken van dit Vatiksan worden zoo
vele cellen of kamertjes afgeschoten, als er Kardinalen
iijn. Elk trekt bij het lot het zijne, met een talletter
gemerkt, waardoor het dikwijls gebeurd is, dat Kardi
nalen van éénen aanhang digt of naast elkander waren.
Deze kamertjes worden getimmerd van vurenhout, ge.
durende de lijkstatie van den overleden Paus, wanneer
elk het getimmerte en den stand derzelve gaat bekijken.
De schikking van het Conclave is heerlijk, en net in
tang gesteld, beslaande een gedeelte van het Vaticaan
van de plaats af, alwair de zegen wordt gegeven, die
middenin het gezigt is, aan het voorhof van St. Pieter,
aan de linkerhand om. Alle de kamertjes zijn van een
l eu dezelfde groote en verdieping, en dewijl aldaar zeer
veel ruime zalen en gaanderijen zijn, staan er somtijds
wel zes Kardinaals-kamertjes, en zei voor de oppassers
der Kardinalen, Conelavisten genaamd, in eene zaal.
Tusschen beiden staat er een, waarin men vuur kan
stoken, want die van de Kardinalen hebben geene
stookplaats. Als het zomer is, hebben zij nitzigt op
het Hof, en den tuin van het Vatikaanbij wintertijd
lijn alle vensters toegemetseldbehalve één glas om
hoog. Dezelve zijn matigljjk gestoffeerd, en met groene
saai behangen.
Ieder Kardinaal laat zijn wapen boven de deur van
Zijn kamertje plaatsen: doch de Kardinalen die door
den jongst overleden Paus tot het purper bevorderd
zijn dragen klederen van donker violeten doen hunne
kamertjes met stoffe van dezelfde kleur behangen.
De ambtenaren van het Conclave doen een eed dat
zij geene geheimen zullen openbaar makenen twee
Kardinalen gaan, gemeenlijk daags na de insluiting, de
Tonden doen.
De Konklavisten (of oppassers van de Kardinalen)
dragen al te zamen een' kamerrok van eenerlei tooisel.
Elk Kardinaal is doorgaans van twee Conelavisten voor
zien één kerkelijk persoon en één ander die den degen
draagt. Aau een Kardinaal die Prins is of anders eenen
boogen rang bekleedt of van vorstelijke geboorte is
wordt somwijlen een derde vergundfloch zonder gevolg.
Dit ambt van Conclavist, Is zeer gezocht en begeerd,
want de nieuw gekoren Paus vereert altijdna zijne
verheffingieder van hen met aanzienlijke geschenken
in geld voorts hooren en zien zij alles wat er omgaat.
Zij zijn ook degenen, die de geschiedenis van het
Conclave opschrijven.
Het is zekerlijk eene lastige bediening, want de
Cmc/avis'en moeten eten en drinken wat de ambtenaars
van het Conclave hun door het gat toereiken trou
wens de Kardinalen krijgen liet op dezelfde wijze
en hunnen meester aan tafel dienen zorg dragende dat
alles net en in goede órde zijen zoo lang als de ver.
gadering duurtopgeslotenandere gemeene knechts
met violetten rokken aangedaanstaan dagelijks ten
dienst. Aan het einde van de eerste plaats zijnin
een houten afschut twee omwegenroute genaamd
s m de spijs te ontvangen, die de hnisbediende van de
Kardinalen dagelijks met veel zwier en eeuig gevolg
van vreemdelingen aankondigen.
Eenige Kerkvoogden, die de omwegen bewakenzijn
gebonden de spijs niet te laten volgenvoor dac zij de-
Zelve ctiderzocht hebben, en de briefjes of schriften,
d o zij daarin dikwerf verborgen vindennaar zich te
tiumen; want geen Kardinaal noch Conclavist mag aan
zjjue vrieode.i schrjjven of van hem brieven ontvangen.
Door deze omwegen tunnen de Kardinalen en C<?n.
C$«vilten oók met iemand die buiten ii, spreken aji
hït hnn vergund wordt, es »eo geeft aldaar gehaór
aan de gezanten, die na de insluiting uiet weder in hot
Conclave komen.
De Maarschalk houdt zijne soldatenen heeft ziji
vertrek op de zaal, die naar het Conclave iöopt; de
bevelhebber onthoudt zich bij den eersten pijlaar vau
de trap. Beneden .u hét overal met wachters en sql.
daren bezet. De gaanderiien van St. Pieter gijn met
jizeren traliën gesloten; rondom Irain soldaten, zoó
wel daar als tot het bewaken van den Engelenburg,,
en alle de straten welke op de genielde overheerlijke
kerk uitloopen.
Tót voorkoming van alle onrustzoo lang de atoel
van den Heiligen Vader ledig staat, heeft de stads
Bevelhebber iedereen verboden om geweer te dragen
het zij bij dag, het zij bij nacht, uitgezonderd db
hoplieden van zijne en derzelvtr knechten als zij hem
vergezellen. Hij verbiedt ook iets het allergeringste
tegen de stad, het Geregt of de Kardinaals-vergade
ring te ondernemen, op zware straffenen groote
beloften voor de aanbrengers, enz.
Eiken dag worden er drie Kardinaals verkoren, aie
den naam van Opperhoofden van de bevelen der Heilige
vergadering dragen. Deze moeten zorg hebben voor de
stad van welker toestand, de Bevelhebbers hun dage
lijks rekenschap komen afleggen. Zjj geven last aan de
krngsbedienden, bestellen gerigtszaken en inkomsten,
geven antwoord op alle verzoekschriften en laten be
velen afgaan naar de bestuurders der steden en plaatsen
van den Kerkeliiken Staat.
Vorsten, Vorstelijke gezanten en andere personen van
aanzienlaten kettingen voor de poorten hunner palei-
zen spannenen dezelve met wachters bezetten. Ook
zijn alle de stadspoorten gesloten en gaan bij nacht voor
niemand open, hehalven voor depostboden. De Room-
scbe Geestelijkheid is verpligtieder op hare beurten,
dagelijks ommegangen naar de Sc. Piecers kerk te doen
en in den keer van het Vaticaan te zingen het lied t
Vent Sanete Spiritus.
Ziedaar het Conclave gesloten.
De laatste Ceremoniemeester gaar driemaal in een
uur hec geheele Conclave rond eerstelijk 's morgens
van zes tot zeven en vervolgens 's namiddags van twee
tot drie unr, om de Kardinalen te verwittigen, klin
kende met een' schelen uitroependead Capellam
Domllti.
Op het laatste gelui of geschel draagt een Concla-
vist ziin's meesters inktkoker uaar de Kapel der item-
vergadering (zirnde die van Paus Sixtus IV,) en een
ander draagt zijn kerk kleed en muts; voor de Kapel
trekt ieder Kardinaal, eer hij daarin gaat, het gezegde
kleed aan zijnde een manteldie mét een haak wordt
gesloten, bijna even als een Munnlksrok een geWaad,
zoo zedig dat het bij de statelijke kerkkleeden, die
zij bij plegcige gelegenheden Aantrekkenniet te ver.
gelijken is.
De Kapel, welke met het vermaarde schildrfstulc
van Michel Angetohet laatste oordeel verbeeldende
is op den vloer gedekt niet groen laken zoo zijn ook
de bankenop Welke de Kardinalen aan twee Jijden
gaan zitten. De Deken gaat ter linkerzijdeeu fle
eerste Diaken daar tegen overaau de regiehand. Be-
neden den altaar staat een lange tafel, en aan de twee
einden van die, tweë schotels vol briefjes, gedrukt tot
de scemzameling en het aecessitwaarvan stfaks bader
uitlegging zal gegeven worden met twee belters midden
in de schotels voor die soorten van briefjes, en een
zak in welke de laatste van de Kardinalen der Diake
nen de balletjes werpt, op welke de namen van alle de
Kardinaleh gemerkt staan, om bij het lot te verkiezen
drie stemopnemersdrie overxieners of reviseurs en drie
krankbezorgers die de stemmen der zieken gaan ophalen.
Op dezelfde tafel ligt ook het voorschrift van den
eed 'dien ieder Kardinaal doen moet, voor en aleer
hij zijn stembriefje in de bus werpt, dus luidende:
Ik betuige bij den Heere dié vrij zal eordedendat
ik verkieze dengenen dien ik van Gdas wege moet hiezén
en dat ikin mijne toetreding in accessie hetzelfde
zal doen
Het briefje, dat elk Kardinaal door zijnen Conclavist
laat ftlaar maken eer hij tot de stem verzameling over-
gaat, wordt op deZe wijze in gereedhed gebragt:
Men vouwt eeh blad schoon papier in liet midden
toe eh snijdt het in den vouw midden door dan neemt
men een van die stroken, en geeft did aan het einde
een vouw van omtrent een vinger langslaande het
papier dadeliik om tot vijf vouwen toewaarna men
hét in de vijfde vouw een knip geeft.
Dit doet de Conclavist, Cn behandigt het briefje aan.
den Kardinaal die met zijne eigene hard onder aan
zijnen naam schrijftals bij voorbeeld Fredertk Kar
dinaal Boromeus(evénwel er zijn, gelijk wij reeds
zeiden, voorbeelden, dat er Paussen gekoren zijn, die
te voren den kardinaals-hoed nog niec verkregen had
den). Daarna slaat de Conclavist het briefje toe op
de gemaakte vouwen totaa de andere in diervoege
dat de naam bedekt blijft. Zie G. Leti in zijne geschic
denis van Sixtus V.p i 14.
Aan de keerzijde op de derde vouw, worden in was
lak of in ouweltwee geheel van den anderen ver
schillende zegelmerken gezetne varietur want
becgene menongerijmd genoeg aan de thans nog vi-
guerende wetgeving door vele lieden heeft hooren ver
wijten als of iedereen voor slechc gehouden werd tot
dat h)j bewezen v heeft goed en eerlijk te zijnunus-
quisque pracsUmitur malus dónec pr betur bonusdit
beginsel is in het kanoniek 1 egt aangenomen, en als het
znken betreltdie alleen tot de regebank van het ge.
weten behooren zaken, die aljeen bij een eg heel on
feilbare regibank kunnen beoordeeld wordendan is
het toch niet geheel onmogelijk om iets ten voordeele
van dn beginsel te zeggenwel te weten oy m.nschen
die indrukken van God en Godsdienst hebben, die g*.
lonten dit wit alle hoe hoog of laag geplaatstellen
dig zondaars zijn, de rstiseraitles pidkrursZoo als
lil üv uuniunreimé Confessie tier yvaalscne gemeenten op
fHet yrrnlj/ op den kaai tax deze blad*.)
£8 ik
I v 0 X
a f. a s 5
-•
3CS
«aT3 o
o tu -a
5
s
5 SJ -S 2 -S
8 c S 5
&g F*sM
2 P 5 •-
fc Cs - s
«J c N
-cc
'»D J) S
S n C2 -9 O)
t- S O CJ O z,
S E-=
e-— r 2
e 0 1/3 w F ^2 O
,£L e bjj c
'5 c o B m O
S 5 s«- 3
i
- 8
ïEÏ
0 0
o o
-o
O o i«
9) J= W
t3
c
6- o E
C
w, *i 3
o
-O -O 5»
C Uf t
éZÏ u
ë/o X
o 2
'Cis,
B e
«T3 bi
fc- K- o ♦<-
<B Ct V
SI 6
T3 Cl
o .rO
w
f3
.0* V
GT3 S
ft H11
2 c
£«ojj.ï .«e
F.'O w
cü Q w c
4,4) {J w !J 3 E 4> bO
o .2 «I o iü "u o 3
'OsO O J3-DT3 Ï.2J, E<
Vm O O
1) w
fa-v.
A«Sg.ï
fi
"ü.i'ï s u
13 u
J C T3
Z JJ
o v
o 1
g.
>^0
C C Z r- F
E 4) ti O
"C t3 t= -O
-Q 5 S 'N «J o. Pc -rr 0 a
Sn S c I e-ft
g K .2; r-5 si 5 J e
vsïï'15
- c -
5 s -2 ca.
E c B SÜO
3 e
T^r-T Oi-O
"TJ 0 5»^
c u o
S S .8 8 E
4, Jï ë,u™3"0-aï;So l;S
.O-S CU B „13 ju - g s
2 '82 2-S g«Is c'Si
cc OJ ct 5 9-ai °T3
u"» i«s
D 9 9* -a CJOq.2««.£2
O s O U) N O O
ÏS *^3 i o •tc u u
lff>apS|r8f-83° -
5« i u S, Z 1 =-"H I S e J
•-r htj tuv: ir-c a.,^,-0
s S.S.-S i «S 6
.rr o
S-o 3 ..S «"a g
g s si S.S"
S15ïsSsS«5 Stt
UZ »'T3 C'5 B
5ÏS"|. t=~Tt
"O «- V
tl
C O
ni
•Sf-S?? ?8 8
s."S :v-sr:9 E|i g„
:c o'Z S5 f Q-o
0 s-I-S
S 11
"15 ®-5-s 3ïss|!"
m s=l?, s.? 11 1
U?04»OC^=-0 *3 ,ÜT3 N ja
-5 p I_-so -
O O 3 <V :=v S S
^3 - - e
•O D .ZJ A. n .c ---
3 1. J O bli s "is
j«'i! Hrf'i
O. C n i* üT tl
^jS-, l'M'oyüi.ï 1 EO
IU.C-- re N
O - "«3 i
&«§5 3i|Psgir.«-
•"1-2 ï>5 c
2 a
h ug^i.
3 C" -
Oü S-B .9
_.lsïa«NoP
e O
|l IS
n-ö -Ê 8
Ss--8ssSss'
ttu|ïS?Saï:Ilï;^«Nei
f S S N 9"
O O N 3 C r. "C C J= 9f!
oj «2 f. 5 t 2 o
V 13 tea K IN-H