re a 3 <n 3 re re re V »n o ert» ?'="'*ia.<«sgres'; f 2 Ü3 S-a™ &3 |a-3 >f3| "t,™ °-s Sg SJS 3 ag O B« f g S- S S.a«|"S s *8 °- er airs.05 2 "1 a tfli) <CR N CL, O 5 ?rH5.o "22 cr^.0 3 3 re ~T 3* o* J 2 o 3 3 8^.$ Sf- aaS rf Is S Jy TT3 5 3 3 es: f6 J. w 3 0 2 aw a f? 2,0 **oS§i.|8 3 [felS.raar «la3SIS I reo Jfm a&r 5 S. =f 2. fl> a* re PT 3 a - n N o 5 2:w ^"5-a.3.S.S o o 2- 3 M a S*< 3 «f-S o ^*2 «T> o. 3 3 CL( S-ö-SS:3ö:g§o" 015 v. -j'of. S.<™o§ag bt! otn 8 nv 8 2 t, *o 5' o- S 2.5- N —- ^5S-'gt_TO3S2 a.2.=> H? I" l23Sre-°i^S«l^ g-S' 1- «.^2 5 namgtr", re 5 v^^vi. 2 re O w 3* S i? H 3 3 re N 2<Tq O o- re o O. 3 si-.<2 *2 s 3 2- el ou3 o.<2 o« 7" S Vï 2- 3 C Cl» O to ft n-O a WH. N3*<553'P ><3«q' re a— 5J 5 2. re o o dsn om zijn krijgsvolk in de wapenen te oefenenen had bijna alle zijne manschappen aan geene zijde van den Donau gezonden om het feest van Beiram bij te wonen. De Kapi-Kiaja kon aan zijnen Vorst schrijvendatmen van de Zijde der Turken geenCn den minsten inval in Wallacbije te vrezen haden dat hij Bevelhebber zich aan opstand en verraad tegen de Porte' zoude schuldig maken, indien hiitegen zijne nadrukkelijke inscructieu aan, iets dergelijks ondernam. Moldavien JASJY den 7 Mei. Van onderscheidene kanten ont» ving men gisteren het berigt, dat men in den loop van dien dag, teSkuleni, anderhalfuur van hierop de gren zen gelegenpontons over de Pïuth geslagen en drie bruggen over die rivier had begonnen te maken. Dezen morgen, ten! half zes uren, zijn twee eskadrons Russi sche hulanen, aan welker hoofd zich de Kolonel Lo- prandi bevindt, deze hoofdstad binnengetrokken. Die Officier begaf zich dadelijk bij den Prins Sfourdzaom hem het bezettên van bet Vorstendom door de Russi sche troepen bekend temaken. Ongeveer anderhalfuur later kwamen de verdere eskadrons van het regement hulanen en een regement voetvolkmet slaande trom en vliegende vaandels, de stad binnen rnkken. Ten half tien ure zagen wij den Generaal Graaf van Pahlen tot Gouverneur der beide Vorstendommen benoemd, aankomen. De Divan der Boijards Vergaderde in de er 3 O n' rï s-iaa» E.I 3 3 C" w S§ Q- a- re re.2 «Pssss"^l rTL-.S-re.-2 M re o S*2 "2 m re pr; re 5. n> r» s 2 S e re re H. -1 c rvSJ ft n 2. m3 O S 9 S-.E: 'u tT* 0*§ —T3 -1 2 s - 2 £.5.5 tegen de Pone in de Russische taal .opgesteld. De Prins Stourdza werdt als gevangen beschouwd maar met alle de aan zijne waardigheid verschuldigde achting behandeld. Men zegt, dat hij morgen naar gene zijde der Pruth gevoerd zal worden. Volgens berigten nit Gallatz van den 23 Aprilin de Allgemeine Zeitung gemeld, werden de toebereidselen der Russen, om den Donau over te trekken,, ijverig voortgezetdie overtogt zou echter naar het oordeel der Preussische Staats-Zeitungniet geschieden vóór dat de Keizer te Ismaël zoude zijn aangekomen. Deze Staats-Courant berekent de magt der Turken in Bulgarie en Romelie, waar men denkt, dat de intogtder Russen van dien kaht geschieden znlop 20,000 man geregelde troepen, 20,000 man lijfwachten der Pacha's, en op omtrent ioö,ooo man militie daar onder begrepen de bezettingen der vestingen. OOSTENRYK. - -TRIESTE den 6 Mei. Een schip, in tien dagen Van Korfu overgekomen, berigt, dat twee FransChe fregatten en een brik er in de haven de expeditie van 10,000 man uit Toulon verwachtten, om naar Morea onder zeil te gaan. o. *-NHN.<o»rerere©pe*< Den 8 MeiHeden is er met schepen van Smyrna, o re 3 re 2.^.5-2,5 re T? Morea, Egijpte en de Jonische eilanden tijding oncvan- rt=ja"oi°r,eo'3:reó. „-j3 3 2 £en> I^e Admiraal Heyden was ce Zante aangekomen. ='2 312*-3 3:* 3' 3 IbrahitH- Pacha scheeu geene maatregelen te nemen om n n 'te vertrekken. In Alexandrie was alles rustig, de - 3- 2 cr 2 3. re 3^ &og.|- o||s?.| 5 g<g.o l fS-l" S 3 L- re Cl re 2 a- TJ - rT 3 2 NO*re« p S« 0 g"S.° S-o-- 2.n Jgg r. G ID D" G G f» g Ott" 2 c G pre o« 0 °-S-3'ö'»i.3ï o 3£3 -±cl-» o o o re 3 re 3 W 3 3 3 oq - esï5<"5 SS-? S S-? 5 2 H!S-2.(r a r/>re tn vi G ft» 3 2. ca re w o. n a 5 cn cn S Egijptische vloot was gewapend maar had nog geen 3 g S. y 2 M 3 W bevel gekregen om te vertrekken. Het Algerijnsche rj o 3- re 3 3 smaldeel was weder binnengeloopen. carea-Hrere- 2 5 o j- 3 3 re rep f^crej re 3 re 3 re rc> fn 371 "i a cl g.2O rr.- *3 D.~3 ^3 3 2 t—- 3t o a 23: 2 ««3reS*re^. PÏ-W b re o -j re -r re rf- "2 f |g-lsl> fs!92 re re g =r re 3 re M 0 3 Sil-i-ijS-rr 0.3.0 S o o g >r?3« l-So^SS 0 r pr t w 3 2jO remjL g E2 cï re »vo-p-ire y o ^rere=f*S^* re^^L S- S3-£LgrewrtQ.o 5- re 2. °-Q.re r.SS§a§sW re re re o f. ü-.re -jïtjDS r 3 5" 2. tS' o'S^SSs* 3s2<v g» 2.2- <MreJJ30-. -»2. H, 3 „S"2 ö3-B o3 S re 0 S- 2.^ 3 2 o 3 o 2-0 -• 3 o 2 o. 2 fn 3 *3. jn re 3 1 2 reBa.Sreo.pra reÜL"03-» r o la. SSiPko.S ff.Tartj B2S*S°— S" |i|3p|aS5iS|»| 2^ mm 3^ red,0- SSBtl°l5 &8-&S-H N flj 3. r i re re gj ere d. 3 3^3 re^ o O re «v JES5- L* 3 2. 5 re 5: n' a S'a-S^re re i\3'S;«e3:0'- re re 3 d.Q re Hp Ci E-ö w o -! a a NEDERLANDEN. LEYDEN den 23 Mei. Heden is H. K. H. de Prinses van Oranje op het aller onverwachts in deze «tad gekomen, welke, na het Museum en den Kruid tuin te hebben bezigtigd, terstond weder naar 's Gra- venhage is vertrokken. Den 35 Mei. Volgens tijdingen uit Lissabon van den 7den is Portugal het tooneel van eenen burger oorlog. De Regent heeft den 3den de drie Orden zaamgeroepen, bij een besluit, geteekend: Coma ru- brica real', f met het Koninglijk handmerk.Te Porto, te Braga, te Biana hebben zich de soldaten van het garnizoen voor Don Pedro IP. verklaarden zijn met die der policie handgemeen geweest. Een buitengewoon koerier heeft den Prins-Regent het stellige besluit van het Spaansch Gouvernement overgebragt, van niet te zullen gedogen, dat de gezellen van den Markies de Chaves Spanje verlaten. Zijne Hoogheid heeft daarop24 Spanjaarden, sedert 15 tot 20 jaren te Lissabon gevestigddoen gevangen nementegen welke verkrachting van het volkenregt de Spaansche Minister dadelijk geprotesteerd heeft. De Fransche Minister is den Regent nog niet voorgesteld, en men zegt, dat dit niet geschieden zal. Bij de Kamer der Gedeputeerden van Frankrijk is, den 21 dezer, de wetter leening van 80 millioenen, met 287 stemmen tegen 65 aangenomen. 3 pdH' re. tn O. re re ty CL, Ere -. S n M H^reg re 0 3 3 c 3. 3 J 3 2.0 n.o [Het Hoogerhuis van Groot-Brittannie heeft den ËP n||>3 19op rapport zijner commissiemet de Gedeputeerden S a =r»- m uit het Lagerhuis omtrent de minnelijke schikkingen in de 3 3 ft» £*\CfQ - 3 re .so rn br re >§-a 3 3 SS.3 i re C m CTQ ^3 -S- S - a?3 S-s"una-SS 5s?3=»a=ï fcS--sa-S. C^3 I 2 H-ssa «g Jg S 5 2. |sS-SSS re - O Et re n <v Q-. 3 3 re C O o oq 3 w o *0 \s? 5T 33 -t era ka ft JJ o a S re <n fj a U 3 n *1 F?" *5 »^trq a o c ST re S 2 o tfl - re 3 §«S s» ca re 7?S*re o N S re Q °"a 0 re re 3 O verschillen met de Roomsch-Katholijken van Ierland in conferentie geweest zijnde, besloten, die zaakden 9 Junij aanstaande te zullen voornemen,] MENGELINGEN. A P O L L O'S tempel t e bassa'ê in arkadie. Q.Vervolg en slot der Mengelingen van Maandag den 19 Mei 1.1. De plaatswelke door deze zuilen van de overige Cella afgezonderd wordt, is, volgens de mening des schrijvers, cot voorzeggingen en Godspraken bestemd, hetwelk door den Heer Muller echterals min waar schijnlijk verworpen wordt: het schijnt echter, dat juist om deze ruimte's wille, welker bestemming zoo duister isde Cellaen daardoor de geheele tempellanger is geworden; hij heeft vijftien zuilen in de lengte op eenè breedte van zes: ecne geheel ongewone "erhouding. Wat nu de beeldwerken betreft, welke den Fries aan alle vier zijden der bypaethrai opening versieren: 7.00 rang schikt de Baron von Stackelbcrg dezelvena eenè scherpzinnige overweging van a.le omstandigheden op die wijze dat over het standbeeld van den God de tafel gezet wordt, op welke Apollo mee Diana, op eenen met herren bespannen wagen komen aanreiden, en van daar uit den slag der Centauren langs dé eene verlengde zijdeen den kamp der Amazonen langs de tegenovergestelde afloopt, terwijl de laatstgenoemde ook nog de tweede kortere zijden in het aangezigt des stand- beelds vervult. Eene vraag is zeer natuurlijk, ceweten: welke de beduidenis wezen mag van zulke voorstellingen ter dezer plaatse? Want wanneer dan ook al Centauren- gevechten en Amazonenslag op menig bouw- en beeld werk van d.en tijd bijna slechts als tooi verschijnen, en de Attische 'kunstenaars aan deze onderwerpen om dié redenv boven anderen de voorkeur geven konden, wijl de nationale held van Athene. Theseus, in beiden de hoofdrol speelt: zoo is toch hier in het binnenste des tempels, in de nabijheid van het Godsbeeld, eene meer bepaalde bestemming ce veronderstellen inzonder heid daar toch de hulpvaardig toesnellende Goden ook zelfs in deze compositie tosschen de groeppen der strijders gezien worden. Meest onmiddelijk zijn zij naar de Centauren toegekeerd, alwaar zij dan baarblij- kelijk om de Lapithen, welke ook, volgens zekere overlevering, van Apollo afkomstig gerekend worden, tegen deze ondieren ter hulp te komen. Wat de Amazonen betreft, zou men allerlei getuige nissen (ook eene geschilderde vaas) daarvoor kunnen bijbrengen, dat Apollo met zijne zuster Diana, deze Mythische grondlegsters van den Ephesischen eeredienst moesten bijstaan. Inttissclieii rigtte zich de kunstenaar blijkbaar slechts naar de Attische overlevering, volgens welke, zoo als de Baron von Stackelberg zeer jnisc uit de getuigenis van Plutarchus besluie, Theseus deze. vreemde Krijgsheldmnende Amazonen, op den dag van het Apollo-feest, overwon. Zoo veel zich de Schrijver laat aangelegen zijn, om de Mythische Traditien, die den kunstenaar voor den geest moesten zweven, in een schoon licht te stellen; met dezelfde opmerkzaam-' beid vervolgt hij de Mythische traditien en de kunst- kmidige motievenwelke de groeppering der ffgurea! in de bijzonderheden bepalen. Hij doet d» gelijkvor-' migheid uitkomen, welke menige dezer groeppen met andere gemeen hebben, welke omstreeks dozen zelf den tijd te Athene, inzonderheid aan het Theseum ver vaardigd werden, en hij teekent teregt aan, dat de kamp der Centauren, welken Alkamenes omstreeks de 86 Olympiade in het eene veid van tien gevel des Olympischen tempels aanbragt, volgens de beschrijving van Pausaniasmet het Phigaliscne reliëf groote over eenkomst moet gehad hebben; ja hij vermoedde zelfs, dat Alkamenes, de beroemdste leerling van Phidias, de vei vaardiger van dit kunstwerk moet geweest zijn. Hoe het Ook zijn moge in allen gevallezoude men naar de wijze van beschouwing, de meening, dat de tempel in den tijd der Attische pest gebouwd zij, da delijk moeten laten varen uit hoofde dat Alkamenes volstrekt gedwongen moet geweesc zijn om Olijmpia en den Peloponnesus, vuór bet uicbarsten van den oor log te verlaten. De Hoogleeraar Muller betuigc echter, dat hij niet voorbij kan te erkennen, dat hec, wel is waar vermoedelijk is, dat de Accische Bouw meester teekeningen uit de School van Phidias naar Phigaüa gebragt hc-eftmaar geenszins dat Attische Kuns tenaars uit deze werkplaats zelve daaraan medege3rbeid hebben. De behandeling der inkleedingook de teelten ng der figuren, namelijk der Amazonen, die bij zeer sterke extremiteiten grootendeeis eenen zeer kor ten romp haddenvoorts een zeker streven naar bizar- rerie, dat zich in onderscheiden groepperingen kenbaar maakt, zal met de wijze van voorstellen, die wij ons naar de Attische werken van Phidias-school moeten maken niet ligt in overeenstemming kunnen gebragt worden. Inlandsche kunstenaars van ongelijke bekwaam heid Stackelberg meent twee onderscheiden handen te erkennen) schijnen ten deele van Attische modellen af geleid, doch aan den anderenkant ook derzelve landaard en den smaak van hunnen stam in deze beeldwerken geopenbaard te hebben. Daarbij is ook niet tegen te sprekendat aan vollen rijkdom van denkbeeldenaan rijke gedachtenbeeldenkrachtvol leven, menigvuldig heid van uitdrukking, dichterlijke vlugtvan gewaarwor. ding, tia stoutheid en levendigheid der voorgestelde gemoedsaandoeningen, en eene krachtige frischheid der natuur-nabootzing. dit relief voor geen ;er wereld behoeft onder te doenen men kan zeker niet ge. noeg zeggen, ten voordeele van dit hoogst opmerke lijk kunstgewrocht en tegen eenzijdige en overijlde oordeelen van betweten, die zonder letterkundige ken- nis, zich overijlde beoordeeiingen over hetzelve aan- matigenr Op een heldere en vrolijk gelegene plaats, in onmiddellijk zonnelust gebragt, op de juiste hoogte gesteld; moesten deze beeldwerken bij het sterk voor uitspringen van het relief en bij de kracht, die zich overal in dezelve openbaart, eenen zeer sterken en diepgaanden indruk maken, terwijl zij nu, zoo als de Heer Professor Muller zegt, onder Eigelands droeven en altijd bewolkten hemel in eene flaanw verlichte kan'er, meer in dePhantasie, in de verbeeldingskracht, welke het ontbrekende aanvult, dan door den zitine- lijken indruk kunnen genoten worden. IETS over de TEMPELIEREN. Het fraaije Treurspel van Raynonard, Les Tenspliers, hetwelk door eene uitmuntende overbrenging van den Hoogleeraar blinkerde Tempelieren"ook onder ons is bekend gewordenen nog met zeer lang geleden, QHet vervolg op de kant van deze hiadz.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1828 | | pagina 2