fc. leydsche COURANT, i ïfi!« 4 :s>t~ té A0. 1826. V R IJ D A G DE STAATSRAAD GOUVERNEUR van ZUID HOLLAND, brengt, ingevolge de bevelen Zr. f,1 c.bij dezeter kennisse van de- daarbij belangheb benden Dat, in sommige plaatsen, de Roomsch - Katholieke ouderszonen hebbendevoor den Priesterstand be stemd, in den waan zijn gebragtals of, ter zake der onderhandelingenover de belangen der Roomsch-Ka- tholieke Eeredienst, met den Pauselijken Seoel, de be sluiten van den 14 Junij en den 14 Augustus 1825 Staatsblad n". 55, 56 en 64), min strengelijk zouden worden uitgevoerd en het alzoo raadzaam zoude zijn hunne zonenwelke de humaniora hebben geëindigd 11 iet naar het Collegium Philisophicum te zendenmaar hen nog eenigen tijd bij zich te houdenen dat er voorts niet naauwkenrig op gelet zoude wordenof Nederlandsche jongelingen buiten 's lands hunne studiën verrigten Dat Z. M. met bevreemding heeft vernomen dat deze nietige geruchten bij sommige lieden nog ingang hebben kunnen vinden, en dat niet is gehecht aan hetgeen, ten allen tijde, als een vast beginsel heeft stand gehouden, datnamelijkeen Souverein nimmer over de onver vreemdbare regten der kroon kan transigneren Dat buitendien de bepalingen der Grondwetvolgens welke het oppertoezigt over het tijdelijk onderwijs aan den Koning toekomtgeenszins toelaten dat de boven bedoelde besluiten bij gelegenheid der onderhandelingen over een concordaat, een onderwerp van beraadslaging zouden kunnen uitmaken veel min dat dezelve dien ten gevolge zouden "worden geschorstgewijzigd of ingetrokken. Dat dan ook aan alle ouders of andere belanghebben den wel uitdrukkelijk wordt onder het oog gebragt dat zijdoor hec niet opvolgen der gemelde besluiten welke het Zr. Ms. wil isstandvastig te handhaven hunne zonen, die hunne humaniora buiten 's lands mog- ten hebben geleerd>of hunne akademische of theolo gische studiën buiten 'slands mogten hebben vervolgd, versteken var. de mogelijkheidom tot liet bekleeden van eenig ambt of eenige geestelijke bediening binnen dit Rijk te worden toegelaten. Wordende eindelijk de belanghebbenden in liet alge meen ernstig gewaarschuwd tegen de miskenning van 's Konings heilzame bedoelingen in deze hetzij door verspreiding van ongegronde voorgevens ol andere ge dragingen als waarvan de gevolgen ontwijfelbaar hoogst onaangenaam voor hem zouden kunnen worden. 1' Gravenhage den ioden November 1826. De Staatsraad Gouverneur voornoemd Van der DUYN. T U R K Y E. KONSTANTINOPOLEN den 16 October. De Porte heeft uit Egypten vrij onaangename tijdingen ontvangen. De commerciële crisis van den laarsten winter die zoo nadeelig geweest is voor Egypten en den Onder-Koning, heeft zoodanig de financien van den laatsten geschokt dat hij buiten staat is om zijnen Zoon Ibrahim te onder steunen zoo als de Porte het zoude willen. Bij deze omstandigheid moet men nog de ontevredenheid voegen van het volk en de troependie den grootsten weerzin betoonenom naar Europa over te steken. Ook is de expedicie nog niet naar Morea vertrokken. De Sultan is er gramstorig overen heeft hier over zijn misnoe gen aar. den Reschid-EfFendi te kennen gegeven. Men verbaalt zelfs als zeker, dat er eene groote verkoe ling tusschen den Sultan en den Onder-Koning piaats heeften dat men aan deze oorzaak de laatste raadzel- achtige bewegingen van Ibrahim-Pacha in Morea moet toeschrijven. ITALIË. ROME den 23 October. De Heilige Vader heeft van de Spaansche Legatie, die thans door den Secre taris Apparyci voorgesteld wordt, daar de Ambassadeur, ten gevolge van ziekte, geen deel meer aan de zaken neemt, eene officiële mededeeling ontvangep van de circulaire van Zijne Katholijke Majesteit, waarin de Monarch van Spanje verklaart, dat, wat hem ook door de buitenlandsche diplomatie gebiedend mogte opgelegd worden tegen zijne absolute magt, hij er nimmer goed willig in zal toestemmen; dat hij dus den Heiligen Vader vooraf van zijnen juisten duidelijken wil verwit tigde, door te verklaren, dac men alle toegeving, die men van Spanje zal kunnen verkrijgen, aan het geweld en niet aan zijnen vrijen wil zal verschuldigd zijn. Zijne Heiligheid heeft voetstoots en zonder zich te bedenken geantwoord, dat de Katholijke Koning, zjjn waarde zoongenoegzame middelen hadom zijne regten staande te houden en te verdedigen, maar dat, bij aldien hij tot concessien overging, zulk eene han deling zoude moeten beschouwd worden als eene daad van goede trouw. De commissie te Ravenna heeft talrijke arrestatien gedaande Luitenant Bocci is ook te Rome gearres teerd geweest; maar het schijnt zeer zeker, dat geen der arresteerden deel gehad heeft aan den aanslag op den Kardinaal Rivarola. De Heilige Vader, zegt men, is weinig voldaan geweest over deza arrestatien, dit N°. 138. 5 i 3 S3- 2 ot» *-> -X -> -G C C bfi 3 'J o» ®J K fcfl S U 1 er* <D _G -T" DEN 17 NOVEMBER. n S-ü 2 g-o g c g\2 o~ 5 .s ILSii-ïï-sn&li to 2 73 rr cj cj qj G 5 -o E 0 o «- O Q» C G 3 .N rf. tü "C QJ M .3 c Si, a» c w E cj ïi Sr"*-* T* w 3 Qj 1 bO s u, -3. e O O -ül cq Os cj CNQ *3 fi* ^0 r; O Q> CJ or ■g*5 o 5 hij gevonden heeft, dat te voortvarend en te ligtzin- nig geschied waren. LIVÖRNO den 30 October. De nieuwste brieven, die wij uit Napoli di-Romania ontvangen hebben, zijn van den 5. dezer men zag er met groot ongeduld de tijdingen van de tweede expeditie in Attica te ge- moet; het Grieksehe eskader kruist langs de kusten van klein Azienom de aanvallen der vijandelijke vloot van nabij gade te slaan en voor te komen. Het Eiland Samos is thans zoodanig georganiseerd dat hetin geval van gevaartwaalf tot dertien dui zend man op den vijand kan afzenden die allen wel gewapend zijn en op het Evangelie gezworen hebben, eerder allen bij het bewaren van hunne posten te zul- Sj len sterven, dan de Barbaren in het binnenste van hun land te laten dringen. Twee Grieksehe schepen mee oorlogs - ammunitie beladen zijn, den 13 September, van Napoli naar dac Eiland vertrokken. •5 2 - L 2-P O- 2 a u a y IS» (D -r- 3 bfl'G» O* tN.10 Ru Cl t- O co 2 z-p. 5 G-J co <3 2 P CJ HU 2 Q-,U— V MM 5 V Cl O rG o - z P O R T U LISSABON den 31 October. GAL. De Prinses heeft de Aarts.Bisschoppen en Bisschoppen doen weten, dat zij Vo O -d -C3 VO M iên1 •50» bfl.H 5 Üw«>73N(y^-2, Eg: o i.-2 c S n o" „"n 2 W .2 n P Q O CJ -n co -o B«n,üï;.a O) O 73 *^3 w QJ O 3 O 3 3 T l-i-sstas I, U tt DO to M g s 0.0 1>13 O, O O fcO -* B S-p «-g.5 2 nietzoo als voormaals bij de Cortes bijzondere plaat sen zullen kunnen bezitten maar dat zij erovereen komstig het 4de art. der instructienbij het decreet van den 8sten dezer maand gevoegdzullen gezeten zijn en dat de Aartsbisschoppen er de eerbewijzingen van Markiezen, en de bisschoppen die van Graven genie ten zullen. H. K. H. heeft depêches van den Minister van 7.. M. te Weenen ontvangen de gewigtige tijding behelzende dat de Infant Don Miguelden 4 dezerden eed op het constitutioneel Charter heeft afgelegd. De Keizer van Oostenrijk gaf aan dezen Prinsin eene conferentiedie hij met hem in tegenwoordig heid van den Groot-Hertog van Toskanen had, den raadom zich overeenkomstig den Sonvereinen wil van den Koning zijnen doorluchtigcn broeder te gedragen. De eed is geheel en al gaaf en zonder bijvoegselen geschreven met den hand van den Infant, ter hand ge steld aan den Portugeeschen Minister, Baron de Villa Secca en terzelfder tijd aan den Graaf de Rezende Minister van den Keizer van Brazilien. Dadelijk daarna hebben zich Z. K. H. en de Minister van Portugalals gevolmagtigde van de Koningin Maria II, aan Zijne Heiligheid gewend, om, aangemerkt de bloed verwandschap der Echtgenootende noodige dispensa tion te verkrijgen. Zoodra zij zullen aangekomen zijn zal bet huwelijk ingezegend worden. De zittingen der Cortes zijn op den 30 dezer geo pend in het Paleis Ajudawaar men ten dien einde eene zaal had ingerigt. De Hertog de CudaralPresident van de Kamer der Pairs, bekleedde een fauteuil, ter regterzijde van den troon geplaatst en ter hoogte van deszelfs eerste trede verheven. De Pairs waren in twee reijen gezeten. De Gedeputeerden der natie plaatsten zich ter linker, zijde, op zittingen met groen laken bekleed. De President benoemde eene deputatie van twaalf Pairs en twaalf Gedeputeerden om de Infante-Regentes te ontvangen. Hare Konink. Hoogheid plaatste zich in een fateuil voor den troon, ten behoeve van de Infant-Regentes ingerigt, en sprak de vergadering der Cortes aldus aan: Waardige Pairs van het Koningrijk en Heeren Ge deputeerde der Natie. Terwijl ik u, op dezen gedenkwaardigen dag ver gaderd zie, om den troon van mijnen doorluchtigen Broeder en Koning, den Heer Don Pedro IV., ver heug ik mij met u en de geheele natie, dat het de bi CL» O» OO-Q «-."O 'u. O S Si .5? tDzz 2 B-g o .o u O o bJ3 CJ IH'C CO u K o <=0.2 uu ca O ÜU f o G rj O flj o s O 3 «-\o CJ S3 ja c m -ca - GJ CJ G £3 CJ CJ CJ O to *7 1 o' s ■a. s *s -.2 gH-g-a Pn>t§8-S ia a I—4 £4 "O Qj ta ^2 E 3 'i cj O "O aj 3 <1J cj 5 3 rt Ui - o» 3 O-a c s qj a J G 3 bDfa QJ »- .tS -U S-» Z 1.8 83Ü C faoS u. o T- QJ o ia -a o» A o <=0 Ï2 o J p Q 3 G CJ QJ ,Q 3 jy s t> r— G QJ CJ G tO bo'z; S fell CJ n n u 5 N"° S u n-u s ""'ra a .E S"3 -o o s w 2 S -'5T 12 QJ - n s S^NM>o8^(UtJ) co w. S CJ O CJ bO-J2 to 3 2 PL, -2 3 fcD be *i t CJ G Si MÖ 5 flj'O'c - hntiov^cj.K. Go» w 3 3 .2 ai ai 'N O PH S HG c boa. Ctü c 5 S 0 m 2 2 '3 s -S H G O CJ r, w =3 a co -H w -a qj a a> r* CJ aj ^3 CJ 73 3 "Ij Goddelijke Voorzienigheid behaagt, om op zoo eene *2 S'a wettige en plegtige wijze, wijze instellingen te beves tigen, die, in verschillende tijdperken het geluk van een groot getal volken hebben te weeg gebragt, en weldra dat van ons lieve Vaderland zullen voortbrengen." In die aanspraakwelke ons bestek niet toelaat over te nemen deelt H, U 3 QJ C O CJ -O OJ O 1 n c 73 3 G 3 CT C3 S S a den en zeer geachten broeder, den doorluchtigen Heer Infant Don Miguelen het onmiddelijk daarop gevolgd verzoek aan Zijne Heiligheid, om de noodige dispen sation ten einde zijn huwelijk te voltrekken met hare doorluchtige nicht en Souvereine de Koningin Dona Maria II. Omtrent de betrekkingen met Spanje, laat H. K. H. zich dus uitReeds hebben de daden meer nog dan de woorden de voorzigtigheid en de goede trouw van het Gouvernement bewezen. Voor een groot gedeelte hebben zii onlangs de vrees van eene nabutige natie verminderd. Deszelfs Gouvernement heeft zich reeds overtuigd dat het verschil van staatkundige instellin gen de vriendschap en het onderlinge vertrouwen niet moet verminderen, hetgeen de plegtigste traktaten, de banden van het bloed, en de nabuurschap sedert zoo lang bevestigd hebben." De Prinses Regentes heeftovereenkomstig het T07 artikel van het Charter, de Staatsraden voor het ltven benoemd in de navolgende ordede Kardinaal (iHet vervolg op Jen k<me ven deze bladzd) s&sug S -§ - <L> .5? O adS a 3 W 5 <5 H CU 13 N 9. G QJ r-73 „G3 O bD QJ U3 O -3 O Q QJ 3 -£ 3 S S o n -o -A O - G3 QJ c -Q ^»73 CJ J_ Ort QJ 73 (J C. 73 es 2 QJ - l 0 *5 -CV7} 2 1 ■S'sl&HS es C O Ij 73 S jjG o 0° tO si cj j=2 1- QJ CJ bTl QJ CJ 3 T3 to to •5 2 QJ 5 u. 73 73 CJ .CJ 1 i S I G I *s£°Sfl SrSo. 2 w*5 y C:=- W CJ n CJ 2 0 -£ QJ .2 i3 E c^Qtl CC cj bD^ 0 PH 73 Ui HH C4 H O O O g -s c Q ba w 2 73 to es qj G 3 ts 73 CJ QJ S 3 l-H al |8 ^i.S o u 5*a OSO,S«-n

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1826 | | pagina 1