A°. 1826. LEYDSCHE N°. 45* COURANT. Ssi-sg 1 0 ïi!|l^st|I 3 V R IJ D A G D E N 14 A P R I L. O'OST-INDI E. BATAVIA den 3 December. Alhier zijn de vol- gejide benoemingen gedaan'! Tot .Raad in'het Hoog - GeregtshofMr. F. van Teuten», President van den Raad van Justitie te Makassar; tot boekhouder bij 's lands pak huizen te Soerabaija, C. de Burlet, gewezen pakhuis meester der civiele- en marine-pakhuizen te Malakka; tot opziéner der boutstapelplaats tejoana, G. Brouwer; tot 2den luitenant-kwaftiermeester bij de 20ste afdeeling nationale infanterie, 2de bataillonde. sergeant van het iste bataillon der 19de-afdeeling, F. D. Muller, en tót chirurgijn der 3de klasse, bij het algemeen depót, de eléve G. A. Brand. Verplaatst: Bij het garni.zoens-hóspitaal te Makasser, 'de Chirurgijn der ade klasse C. Neuendorf, en de chirurgijn der 3de klasse J.C. de Grootbeiden van het hospitaal te Weltevrede enbij het hospitaal te Welte- vrede de chirurgijn der 2de klasse van het 2de bataillon der 20ste afdeeling nationale infanterie, P. J. rait Dyk. Gepensioneerd. De chirurgijn - majoor J. H. Slinger. Onze tijdingen omtrént den staat der rust ir, 's Gou vernement! residentiën zijn bij voortduring van den meest voldoenden aard. Ook binnen de grenzen der residentie Kadoe was sedert eenige dagen alles stil en vreedzaam. Z. H. de Soesoeboenan van Soerakarta, heeft zijnen oottiPangarang Koesomo Toedoeenen Prins aan wien algemeen veel invloed wordt toegekend van het geslacht der oude regenten van Kadoenaar Magellan gezondenmet ruim 500 manschappenwaar onder drie honderd geweeren en honderd en tien ruiters', benevens 4 stukjes geschutom zich van daar in persoon te stellen tegen de magtwelke de oproerige Pange- "rangs nader in deze streek mogten willen vertoonen. De Luitenant-Kolonel'Cleerensbevond zich den 25sten November teSerang, (bezuiden de residentie Pekalon- gslng en moest zich den volgenden dag begeven naar Wonnosobowerwaarts insgelijks voortgerukt is een 'detachement troepenonder bevelen van Kapitein Mi- 'ehielsen eèiie inlandsche kolonne ondéï den secretaris der genoemde residentie Boers. De Luitenant-Kolonel Diéll werd den 2<Ssten op Karangkobar verwacht met den getrouwen Regent van Banjoemaas; deze kolonne zonde zich vervolgens ook te Wonnosobo met Luitenant-Kolonel Cleerens vereenigen. Dé grenzen der residentie Pekalongang zijn op die wijze weder volledig van muitelingen gezuiverd. Eene operatie van verscheidene kolonnes tegen Se- rang ten zuid-oosten der residentie Samarang 1 heeft óp den 2;sten en 24-sten dezer plaats gehad. Volgens Voorloopige berigten hebben de kolonnes die plaats be- teiktzander eenige ernstige ontmoeting met cfen vjjand. Van Djocjokarta is op nieuw eene expeditie uitge rust tot het verdrijven der muitelingen uit de omstre ken van Bodoijo, waardoor onze post Van Bantoelan, en de we| van daar tot Brambanang verontrust werden. Uit het rapport van Zijne Exc. den Luitenant-Gou verneur blijktdat hij op het vernemen dat zich vele muitelingen bij bet landgoed Bodoijo in eenige Dessa's langs en nabij dén weg die van Djocjokarta derwaarts looptbevonden aan den luitenant Schlosser die te Brambanang commandeert, bevel gaf, om naar Bodoijo te trekken en zich daar te voegen bij den majoor Soliewyn die den 2osten met 220 infanteristendo huzaren 300 piekeniers, 2 tweepönders en 2 handmortieren op tr.arsch zou. gaan, doch dat de luitenant Schlosser niét verder dan het dorp Töendjongang konde komendoor den aanhoudenden regen en slechte wegenen derhalve volgehs zijnen lastdés avonds te Brambanang met zijne kolonne 'die uit 300 man bestónd terugkeerde. De majoor Soliewyn kwam des ochtends van dien dag op een halven paal afstands van de Dessa Krapiak waar de schuilplaats de's vijands moest zijnen ontmoette daar een voorpósr van 50 a 60 manwelke de Vlugt nam. Na een paar hön'derd passen verder voortgetrokken te zijnzag hij dén vijand links van Krapiak verzamelen hij liet daarop zijne huzaren aan de regterzijdedes vijands door eenen bedekten wegvoortrukken en greep hem jnet het geschut aan de linkerzijde aan, dan, naatiwé- lijks twee schoten gedaan hebbende namen de muitelingen de vlugt en kondèn door de huzaren die op een ravijn gestoten hadden niet vervolgd worden; de Dessa was verlaten en wetd door depiekeniers verbrand. Niette genstaande den regendie zeer hinderlijk wastrok dé Majoor Op Bodoijo aan. Alvorens daar aan te kómen vond hij eene bende vijanden van 4 a 590 manwelke mede, óp het werpen van een paar grenaten uit de handmortierenuit een liep en deed nog eene Dessa, waaruit èenig vólk kwam, door de huzaren omtrekken doch hier belette het terrein deze vijanden in handen te krijgen eindelijk ontmoette hij bij Bodoijo den Radin Soe- modridj'ó die zich met 600 man bij zijne troepen voegde: Na te Bodoijo gebivouacqueerd te hebben, trok hij den vqlgenden dag verder en trof Op èen afstand van zes palen den vijand aan; dadëlijk begaf zich dp Ma joor niet 20 huzaren; den isten Luitenant IViesemah en den Luitenant Veerman op marsCh, öm den vijand, die twee honderd man sterk was én even zoo veel stuks koebeesten en karbouwen wegdreef, den pas af te SHijéien, terwijl hij den 2den Luitenant Montfoord inet een peloton tegtstreèks op hen afzond. Een oogenblik slechts Verdedigden de muitelingen zich mét moed, doch toen de infanterie naderde, vlugtcen zij en lieten honderd koebeesten en karbouwen in de han den der. onzen. De vijan(den trokken, na deze gebeur tenis van alle kanten op onze troepen aan en deden verscheiden schoten met donderbussen, die door. bet werpen van grenaten beantwoord werden; ook poogden zij onz.e troepen te omsingelen, doch werden door een goed twee gelederen vuur geheel in wanorde gebragt. Weinig tijd daarna kwamen zij echter, ten getalle van ioóo 1200 terug en maakten een groot getier, waar op de Majoor retireerde tot dat 'zijne overige kaval- lerie en de stukken opgerukt waren en zich bij hem gevoegd hadden. Toen liet hij de hulptroepen van den Radin Soemodridjodie mede aangekomen warenver bergen, om den vijand des te beter te lokken en' trok voorts., na zijne stukken, inet schroot geladen, achter de infanterie gemaskeerd te hebben, op den vijand aan, die mede tot op So passen avanceerde nu werden 'de stukken 'gedemaskeerd en de vijand begon een zeer geregeld twee gelederen vuur, dat door den onze en door het geschut beantwoord werd j daarop poogde een groot gedeelte des vijands de onzen in te sluiten, doch werd door den Ritmeester Beelaerts, die met de ruiterij op hen aanviel, in wanorde gebragt en daar bij een dertigtal der hunnen gedood en velen ge kwetst. De vijand moet in beide dagen honderd doo- den bekomen hebbenterwijl de onzen slechts het verlies van een huzaar te betreuren hadden, en nog twee huzaren benevens een sefgeant der artillerie en 'twee man der infanterie gekwetst waren. De Majoor Soliewyn prijst zeer zijne troepenen noemtals bij zonder uitgemunt hebbende den Kapitein Servaisde eerste Luitenants de Ftquelmont en van Naerssender artilleriede Luitenant-Adjudant Rodelde Luitenants de Grailletde IVolf, Furstenbcrg Montfoordt en Passé, den Sergeant der artillerie Berek enden KorporaalLeen- knegtder 18de afdeeling; als ook de Officieren der Huzarende Ritmeester Beelaertsde Luitenants Gardner Veerman en Broussin den Brigadier Sidotden eersten Luitenant IViescmanden Majoor der troepen van Manko Negoro en den Vrijwilliger Styver, Bij de affaire zouden wij schier het verlies hebben te betreuren gehad van den Majoor Soliewyndieof schoon daarvan niets in zijn rapport is vermeld,, echter door een geweerkogel in den linker bovenarm is ge troffen gewordendoch gelukkiglijk slechts ligt gekwetst. De staat in de Madionsche districtenin de nabijheid der residentie Rembangnemen almede den besten keer voor de bevestiging der rust in het Oostelijke gedeelte van Java. De Kapitein Theunissen die in de residentie Rembang eene móbile kolonne commandeert, is den 13.November Nga.wie binnen getrokken, van waar de muitelingen gevlugt warén en eenige inwoners zich onderworpen hadden. Den isden rukte hij op den vijand aandie zich s palen bezuiden die plaats had verzameldde vijand sloeg dadelijk óp de vlugtdoch stootte op een troep van Djogorago die door den vrijwilliger Flik- kenschildLuitenant der Solosche schutterij aangevoe'd werd, en geraakte, na omtrent 60 man verloren te heb ben, geheel uit een. Kapitein Theunissen is daarna naar Ngawie terug gekomen waar bij om het ongun stige saizoenblijven en zich versterken zal hij zwaait den grootsten lof toe aan zijn? troepen en vooral aan dén tweeden Luitenant der huzaren la Êordei. R U S L A N D. PETERSBURG den 28 Maart. De piegtige begra fenis van het stoffelijk overblijfsel van Keizer Alexander heeft den 25 dezer plaats gehad. Hetzelve is uit de hoofdkerk van Cazan met de uiterste plegtigheid naar de kerk van St. Petrus en Paulus overgebragten aldaar in hét Keizerlijk familie - graf, nevens de kist van wijlen zijnen Üo'óHuchtigen Vader, Keizer Paul I., bijgezet. De Keizer, de Keizerinnen en de Vorsten, welke bij de vórige plegtigheden tegenwoordig zijn geweest, heb ben ook, benevens den.Hertog van Wellingtondeze laatste bijgewoond, en even als de verdere aanwezigen, blijken van hunne diepe droefheid gegeven. De oude grenadiersdie geroepen warqn, om de kist te helpën opheffen konden mede hunne aandoening niet verber gen en *sKeizers getrouwe Koetzier, Ilia, die niet heeft willen gedogendat èen ander dan hij het lijk zijns Meesters van Taganrok naar Petersburg zoude rijden, heeft zich niet dan met moeite van hetzelve kunnen scheiden. Het èinde der plegtigheid is meteen driewerf herhaalde losbranding van het geschut en klein geweer den volke aangekondigd daarna zijn dé teekenen der Keizerlijke waardigheid plegtstatig naar het winter paleis gebragt en is de degen des overleden Monarchs, op begeerte des Keizersaan Hoogstdeszelfs Moeder Keizerin Mariaoverhandigd. Den 31 dezer, den verjaardag van de inneming van Parijszal ter eere van den Hertog van Wellington op het veld van Marseene groote revue van alle de troepen des garnizoens plaats hebben. Bij die gelegen heid zulièn atfn de hog lévende militairen, welke dén intogc in Frankrijks lioofcistad hebben bijgewoond me dailles aan St. Alexander- lintter gedachtenis aan die gebeurtenisworden uitgedeeld. {liet vervolg op de kant van deai bladz *-» -5 1 .1 B m 4» ti - gj 2 c s o s e JÜ' 2 .2 S 13 «-•«' O 0 OT3ai°MUi/1U E ft-, 2 •- SP ■S w' E E 5.3 s li rC. -2 PP r— Cjj cj E -O O O ij r- AX E 5 GJ Z O 'Z <u-= s i fip-is c c ZJ H l-ê S §-« >S g 2 rd C3 tn o ctt' co QJ n c E M j-;. *-> O <U a 5 g S |f cr g K 2 Cu JU 'qj -^'Qh V - 'g-g 1;* O O '2 'D-.— MM O s) 5 tM O,4? 4? Z° C 5 .rE^.5 S s MS U c "f S' O) O ZZ O U-CT3 CE.T3 Jl2 ec 52 if K Jïd Ir, UJ=T3 T3 O a .2' o 0* a o o. _:o^« ~.J H O CJ Jrj - - -T? s- a CCj r>,o OJ 2 V3 c a j .2 - a K u s 5J <0.-0 s W •- c bfl o K m "O t-M C\ CJ a e E "'.2 ,-T 3 o' d "ïgc c u f=ü o c - o <u-2 £3 N' O SjN O cBr OJ -c 4J R bfl KS'S bD GJ W CaC «-» 4-» O QJ c ;5 Pi 2 ij '5 >,0 t1 ir; 1 O"' 0 rC c H o S CJ uu.c 2 o i !ï:géS-3 u '■■r- N g .0 a c uxfa o O c 13 -N O 3 Vt c .5 - ,a -óQr bD= O ■xi u. 'ZZ t/s 01 CJ A-. rt g cN 2 C3 CJ CJ E vc: t: o o O N rv N C c- SO 4 léJ rG O s O .2 N 5? 5 Si-i GJ N TP 5J,5S - G C= SJ tue, 43ntS-ë S5* S-a O I. J? 3 u 3 3 g S.& APliJj ch Gb cj ui IP C3 i*8ïs>,sï 1>-S p 1 sla 11% «JC?o J CJ rt K rC bo's N ^3 GJ CJ «a*0 2 2 O 4_, - CJ i- X» N -o *3 2' o c I CS «-• >.2 c c bn.— OJ GJ o x o H O U aS Jr to u. G-> C3 hfl CJ bO ?J cj r. t. <u E GJ to V- X_, *- c- P OJ *-4 O - -e SJ s M .E «xi CJ r~ U. o - 6 •CJ G CJ £- Ijj, 3 ^2 *C? C 2-0 o "uOOvCrOl re VH U t— CJ O'CJgjgjcoo^: to to n gj s ■S C O P p u -C O 3 5 GJ GJ *rj ■S U-S s-S i« Q S S g GJ I c ro ."-9 r, - w c IJ o O o X CJ en E-1 I—I D Q X u j in *n »-4 'r; t-. gj Cl 0 C GJ CJ c CJ bO s -CJ GJ 2 "c S 3 E?? -2 E--0 13 .2 K CJ •GJ j .2 N W o SJ i*S C OTS 4J C "«r» «Jo-c^_b>E>CJc:c2 C O O C rt r- 5 E to o .cj r cc g o o 42 b "a x> 0 "o 3; JT» -hd o 'Z gj r; gj o ot rT* f; r S «J O.? 0 O U. X es-J X II O C M r- U nj -* J*gg1'2-g-M'«Se3 8-8 a|5 si 5| «gg-ci-"=5-c-t'X e O ïj*.Si -S E c O N «-o a-c O, 00 o» "S -Q CS s S -a •So <3 s - gx1 GJ GJ - E '5 co O cl -o c PQ GJ birt N Q> e S GJ C3 fcrj tti B CJ u GJ oj X -tt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1826 | | pagina 1