'en p ui ten in jor ten le- ana lier ien >011 der m- fr. fr. nk- bij Id, ut, en op :ra- tijn der oor las- van ot- ke- rij en, tva- :lH4 den icte i fen tra- ïeid aan irij- vet- den ider het gen yjl- l of ruw kan- t té iden den rou ts, pro. met zen- toe- dan n op 1 der l en 18:2 nge- rden krijlc van jOU- het door ■end' iltijd der held, taten dvra 45' •e dd eer.cn inging de dezen :h et» mm» icnaii' ,/rgiil ah Coney waren tot genoegzaam groot aanzien gekomen om den "naijver der inboorlingen op te wekken en dit. geheele geschlaeht was door een dekreet van'den Senaat gebannen. De jonge Tancridehet voorbeeld volgende van zoo vele Ridders van avontuur, die allerwege for tuin gingen zoeken waar hun moed en b'eleid hun daartoe dén weg baanden had zich in dienst begeven van de Grieksche Keizers en had zich in dezelven zoo danig onderscheidendat die Keizers aan zijné dapperheid dc verovering van het toenmalig Iliijrie schuldig waren. Tusschcn deze twee medeminnaars had Amenaides hart ten voordeele van Tancride beslist. Hare Moeder had in haar sterfuur die liefde goedgekeurd en dén eed ont vangen door welken zij zich wederkeerig verbonden ora met elkander in den echt te zullen treden. Maar nu moest Amenaide het gebod van haren Vader volgen naar Sijracuse terugkeeren en Tancride te Bijzantium •achterlaten. Argire was verre van te vermoeden dat zijne Dochter haar hart reeds aan eenen banneling weg geschonken had, én kon dus voor zich zeiven geene reden hebbenwaarom hij over de hand zijner Dochter niet zoude beschikken ten voordeele van Orbassan. Deze Zijn de hoofdzaken welke de stof hebben opgeleverd, waarvan zich, op meer dan eene wijze, de dramatische kunst heeft meester gemaakt. Wie is er heden, die eenige kennis heeft van en gevoel yoor werken van smaak, wien de Tancride van Rossini onbekend is. Maar wie is er die dichtkunst en de tragische muze huldigt, wien de Tancride van Voltaire niet in verrukking brengt. Een herhaald bijwonen van de opera Tancride, zoo wel op het Hoogduitsche als op het Fransche tooneel te Amllerdam, deed eenen beminnaar van dicht- en toonkunst den Tancride van Voltaire eens weder herlezen, en daar die lektuur, vereenigd met de herinnering aan de historische daad zaken welke hierbij ten gronde liggen, eenige over denkingen deden ontstaan, die met de dicht- en toon kunst in verband staan, zoo heeft men gemeend dat de mededeeling derzelve aan lezersdie voor dicht- en toonkunst niet ongevoelig zijn, niet onwelgevallig zouden kunnen zijn. De daadzaken hier boven omschreven komen op den voorgrond in den Tancride van Voltaire, Dezelve komen alle in het eerste bedrijf, en vooral in het eerste tooneel, hetwelk eene Raadsvergadering voor stelt van de voornaamste Ridders, die den Senaat van Syracuse uitmaken, en dewijl aldaar eeniglijk gehandeld wordt over .een tegen Tancride uit te spreken ban vonnis, en om in alle kracht eene wet te vernieuwen welke ieder burger ter dood verwijst, die geheime betrekkingen onderhoudt met de vijanden van den staat, zoo hebben eenige betweters deze Expositie mispre zen. Het is zeker, dat Voltaire zeer gemakkelijk in vier versen had kunnen zeggendat Tancride uit Syracuse gebannen was, omdat hij de Byzantijnsche Keizers gediend hadbij zoude er ook niet meer noodig gehad hebben om, te verhalen dat de doodstraf bepaald was tegen degenen die met de Moren of met dc Grieken gemeenschap, onderhielden. Maar Voltaire had éven vèel kennis van het tooneel als van de aan schouwers.; hij wist dat he.t gevaarlijk was om aan eenige vlugtige opgenblikken eener dikwijls door dui zend omftanctigheden afgetrokken .aandacht, die hoofd begrippen toe te vertrouwe.n,. welke den grond en de drijfveer moesten uitmaken, van tooneelen, die eerst verre in de ontwikkeling van het stuk konden voor komen, 'ep die onverstaanbaar en zonder belang voor het publiek zouden zijn, wanneer slechts een eenige dier hoofdbijzonderheden der Expositie, aan het geheugen van den aanschouwer konden ontsnappen. De plegtig- heid eener Raadsvergadering wekt veel meer de aan dacht op dan een eenvoudig gedialogiseerd tooneel. De dichter heeft gewild dat de aanschouwers op eene stellige wijze onderrigt waren van alles, wat de ver banning van Tancride en de beschikkingen van den Senaat van Syracuse ten zijnen opzigte betrof. Daarom legt bij aan Orbassan deze woorden in den mond: De quel droit les Franpois, portant partoutleurs pas, Se sont ils tab lis dans nos riches Climats? De quel droit un Coucy vint il dans Syracuse, Des rives de la Seine aux bords de TArethuseV La Harpe, Lycee Tom. X. p. 25.verhaalt dat hij de eerste representatie van Tancride bijgewoond had toen vele jaren geleden en zeer jong zijnde. Nimmer, zegt hijheb ik den ontzaggelijk diepen indruk verge ten, welke de tooneelspeler maakte, die de rol van Tancride speelde, wanneer hij aan Argire vraagt, of geen ridder komt opdagen, om voor de onschuld Van Amenaide te kampen Tout fremit, tout se tait, aucun ne se présente, en na het uitspreken dezer laatste woorden, plotselijk de hand van Argire grijpende, met eene stem, verle vendigd door de liefdemaar ontsteld door woede dezen dichtregel, den meest verheven uitroep den •choonsten die men ooit op het tooneel gehoord heefc Uitbarst II ien present era! gardez vous d'en doutèr. Niets kan de toejuichingen evenaren, welke dit vers verwektehet was geen handgeklap op commando of Toor geld gekochte applaudissementen, maar eene kreet van joedkeuringdie uit de ziel van alle aanschouwers oprees Het tooneel vertoonde toen voor het eerst, de pleg- Pgheden van dén kampstrijd der aloude Riddertijden, Eet de gevechten die men Ordalca of Godsgeregten '/mens de Dieunoemde. Dit was juist niet het ctoeijelijkstcmen heeft die vertooning sedert ontelbare azen in meer dan eene Opera herhaald gezien, en vat de tooneelvertooning betreftnog vrij wat ontzag- vekkender dan toen maar de verdienste van Voltaire «stond daarin dat hij van dien toenmaals op het tooneel zoo geheel nieuwe vertooningeen bij uitnemend- «id tragisch bedrijf wist te maken. Men herinnert zich °g, zeide La Harpe, den indruk welken Tancride Mkte, wanneer hij op de vraag van Orbassan naar ijnen naam luid antwoord I'our mon nomje le taiset tel est mon dessein en hoé hij hem naderende, zacht en knarstandend van woede in het oor beet Matsje Te Tapprendrqi les arines a la main Mardons l Doch genoeg voor nuvan Voltaire's Trmcride. Thans is Tancride eene Opera, waarvan de dramatische waarde de schaduwzijde is, en de Mii'zijk van Rossini alleen'in het licht staat. Niemand die kennis van. de Toonkunst en gevoel voor de fciiooriheden derzelve bezitzal deze compositie hare waarde ontzeggen vooral wanneer men deze Opera met die kieschheid en expressie heeft hooren voordragenwelke het orkest door den smaakvollen cn geacluen Moulinnèuf bestuurd wordt. Het tempo, waar in die Opera bij de Franschen te Amster dam voorgedragen wordt, is zeker wat minder snel dan bij de Duitschers mae.r het moge bij deze laatsten dan al wat kunstmatiger zijnde yoordragt aldaar is oneindig mitider kiesch en vleijeud voor het gehoor dan bij de eersten. Toonkunstenaars zijn geenszins Couriers, die den prijs der effecten moeten komen berig- ten, en daarom met klappende zwepen door de straten rennen la dijjlculti vaincue is in geene deele het doel der Muzijk. Het is vooral bij de vermelding van een der beste stukken van Rossini wel dér moeite waardig, eenige oogenblikken bij dé Toonkunst te verwijlen. Een Toonkunstenaar zoude teil uiterste beperkt zijn, wnnf.eer hij slechts de Componisten zijner eigene natie wist te waardeeren, ja zelfs is het onmogelijk wezenlijke vorderingen in de toonkunst te makenwanneer men niet inde bejoóverendekunstgeheimen welke de Italiaa- nen in eene zoo bijzondere mate bezitten, althans eenigermate ingewijd is. Een in den echten zin des woords, volmaakt Toonkunstenaar moet de meesterstuk ken der Italiaanen, Franschen en Duitschers kennen om in hunnen oorspronkelijken geest in te dringen. Deze geest staat met hun Volks-karakterdit karakter met hunne taalin de allemaauwste betrekking. Elke der genoemde Natiën bezit in de daad meesterstukkenen wanneer de eene natie de verdiensten der andere miskent, daii is de reden dezer miskenning daarin gelegengelijk de schrijver der Saggio sulla publica educazionezegt: dat al het ongelijkhetwelk de eene Natie de andere aandoet eeniglijk ontstaat, om dat de eene van de verdienste der andere soms geheel onkundig blijft." (Tutto il tortoChe si fanno le nazioneprOvieu del ignoranza reciproca circa lor merito. j De monopoliserende Italiaan hield het voorbenen beneden zijne waardigheid om ook maar eenige aandacht te geven aan de Zangmuzijk van andere volken. Zelfs heden nogxmVokaal-muzijk bij de Duitschers zulke groote verbeteringen 'ondergaan heeftzal men nooit of zelden een Italiaansch Zanger aantreffen die zich verwaardigt om eeiie Duitsche Aria te zingen. Deels klinkt in zijn aan zachte wendingen gewoon oor de vreemde noordsche taal tè barbaarsch deels spreekt de rijkdom der Duitsche compositiewelke de beste Auteurs even vlijtig als kunstig beantwoord hebbenniet duidelijk genoeg tot zijn gevoelhetwelk meer voor liefelijke en voor wceke melodien dan voor kunstige zamenscellingenberekend is. Daarbjj komt nog dat de Italiaanen, even als alle andere volkenwelker moedertaal bijzonder week en gemakkelijk ishun spraak - orgaan eenigermate verte derd hebbenwaardoor hun dc geschiktheid ontbreekt om harder klinkende talen mét goed gevolg, te spreken en nog veel min om dezelve te zingenvooral wanneer dezelve eene zekere inspanning van krachten vorderen. De Italiaanen hebben zich 'als zangers over de geheele wereld verspreidterwijl andere volken in Europa ten opzigt van het gezang, nog op cénen lageren trap van beschaving stondenzijn zij hunne leermeesters geworden maar sedert heeft zich gewis veel daarom trent veranderd, en een meerder evenwigt in de muzi kale wereld is daarvan het gevolg. Evenwel staan nog altijd de Italiaanen met betrekking tot smaak en beval ligheid toongevend aan het hoofd der muzikale were'd en de zangers der andere natiën worden in die zelfde mate volmaakter geachtals zij nader bij aan de Itali- aansche meesters komenook zelfs in Dvutschland blijft de beste smaak in het gezang nog steeds de gemengde Italiaansche zang wijze Méthode mixte. Eene der beste kenners van toonkunst en vooral van fezang, heeft in een belangrijk werk over de taon- unsthetwelk aan hare Majesteit de Keizerin Maria van Rusland is opgedragenhieromtrent gezegddat Duitschers en Italiaanen zich muzikalisch vermaagschapt gevoelen en zich wederkeerig hoogschattenwanneer zij zich maar genoegzaam kennen. De eersten zijn bescheiden genoegom de Italiaanen den voorrang toe te kennenten aanzien der natuurlijke welluidendheid des zing-orgaans én fijnen smaak en de laatsten vinden bij de Duitschers den besten aanleg tot den volmaaksten zangerwanneer hij zich door hen beschaven laat. Maar slechts weinig Duitschers en Italianenhouden het de moeite waardigom de sleutel tot de Fransche vokaal-muzijk te zoeken. Het is mode bij de Toon gevers dier beide nadenom de Fransche vokaal-muzijk ais geheel beneden alle kritiek te beschouwen. J. J. Rousseau, heeft niet weinig bijgedragen, om dé ongun stige meening over de Fransche- muzijk te bevestigen. Maar behalve den invloed, dien de droevige luim door welke Rousseau beheerscht werd, op zijne oordeelvel lingen hadzoo was ook het tijdvak waarvan Rousseau sprak, ten uiterste ongunstig voor de Fransche muzijk, hij kon toen zeker niet zonder grond zeggen Chansons, Chansons, et toujours Chansons.Lul/y en Rameau hadden eene hoogere vlugt gewaagdmaar zij waren in Rous seau's tijd vergeten en door velen verachtmaar er wassedert vele jaren door staatkundige en godsdiens tige betrekkingen en de zedeloosheid van die tijden eené zekere onvastheid en weekheid in alle voortbrengselen van kunst en smaak gekomen, die zich ook in hunné muzijk vertoonde. Lully en Rameau hadden het .hetere zaad in den grond gestrooid. Voltaire en Rousseau hadden de algemeene aandacht daarop niet geheel te vergeefs gevestigd. i. Het vervolg .op de kant van deze bladzij W r- u *»"0 v-. O S-» ,>-> cj X <zi -r' C.0 E CJ §1^-2 r z s 1.2 CV- CJ p 5 "5 r: S O CJ-G o 2 cj CJ JL. T3 <u 'TN g J2 O o s - - bj-A 5 9- a.43 3A.P, Z-v' 522 O bi) bP O G G bi) O i tS - SP 8 - - 55 5 u c i -5 5 a.„"-n .S N -3 j"S2 2'~j;=;j3ojg, sb°S .sf -*c (2 „f s - o aSo - ".ëJjtiv e 51 o "O "'SS" es ëj u zisZ e «- E O -Si S •ts o cctJ x; Jo bO is-3 - -Si '-5 E o CJ o <jj tj o g - ,0 n §2 ■2" O P E O o O jJh G CJ *öj .ti J1 CJ TJ C 2 3 «5 B o o o a .2 «Susüssss fc£j 6 rn CJ o'9 2J 0 5 je H =j 0 5H M c s-Hrw" ■=SSv &-S o o g SfS.üC u C S '-Sjé 5 5- 6 e-a 1 CJ a> O CJ E3 Ch bO bjj bij bD"-; -H b -g .5 *2 2 .2 o - G bcQ O r, <D O T5 o cj i 11 - ^4 S O ert IJ CJ li; O 2 S V. s x>-a o M -ÜIPSH! o c o a p a j.5.S^g üd Sfi - u-a - u a s Sg sZ OJ °Ê5S,SV - 2 W> QJ is "SflSïS "o S 41 B a 'ee J 3 v 3 J? cp 2 -Hg O S; CD c; s ba. CJ bo n CjTi O <5 C v' M CC r -X r- - W il -- - 52 O.3 S O wQ CJ w 2 J~i rsi tr" <2 cj "O 'S? U SJ S CJ -U - 0 - Q '3 ee a a r|.s -l a;sa CJ T3 1 s O .2 o G VJ CJ cD<= ïr« ^J *- bp j- qj O _bD^ 2 5 .^g:-5®|§s TG CU «O T rC W ^2 ti 1- C CJ W JJ S CJ CU CJ w t) W T3 TJ TJ CJ G -*T3 f. Tl l1 u 9 c P 1/3 CJ .G 2 CJ G -G - £-2 l "G dït Kt HH S O c«'s! i-* cj 52 1 G E 5 -2 j 3 ^5» CJ 'T. •^^Q-SQ-S &s=j:? T3 «- C CJ wj a .b "o N H 73 G 3 p 5 N S CJ CJ 0 'G' CJ EJ r" o 0 fc P b .Tj a it2 w S-g g 2-S G C 2 -v. CJ CJ O E ss.i£: N «J Ni) -G -ü g CJ CJ S® G 2 0 K CJ '^O -C *0 CJ U. G CJ CJ O D-< bD 'CJ S SC 'S cj CJ ai-g N CJ 2 CJ 2J S N 1—I D- O CJ b*f _5? G -V-< *-» D JJ O r. U CJ 11 c- CJ L_. n 1 o o .S 2 a a "3 -c— 2=g« 0 23 2 rV\ V r^4 C G5 co ÉH M Dnb r, CJ CJ I 1 o c O G Qj CG Ö.SPE CJ O -bi cj :g* *j G N O CJ 2 9 O u MO J, O G J- cd r* bp CC "C •-* c 3 2 O a OG -C CJ f ti cd bXC_, G Mg 2 g •5 "5 un® 3 c o u 3 N I S>i.s vj VJ Tj I 3-O S.2 ^'23 N c jz c -g "C E 3 2 - 6 2 S c 0 Si c c CJ 73 ia -fr E CJ >-c CJ -§ 4; g '3 o *1 I-s io 001 Svc AJ tU rsj La —4 CJ cd rt CJ cj a g 8oJ-s3s° f-* -4— Ga O C - S g 5 je-u o, uj CJ eta 2 *3 cj oütt'ï'»» 8» N U. Cd CJ CJ t-t cd Tj ,p g hp - CJ C T3 G c g o-ë e - E c -a S S.2 N v r (J - r H c> s ai S D O cd G G c-1 CJ g -3 o g"g E cc jw CJ 0 C.2 52 CJ NJ CJ CJ gow> O O— O 'S c a .G AÜJ 3 ■p:3"5 a II! 12 g'S S g bD o e j-, g s S g ga lï^Sg CJ -G is tD M •51*23 y 00 -SS.E-S3. -G1 CJ *E3» CJ EG Tj "R GJ u JJ -Q o -2 o V c CJ s g o 2 8 3,3 - a

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1825 | | pagina 3