f c I'll n O i*-"? O- rf a. s 5/3 if o g O p 5» P" - M 3 3 fci 3 o o N O g 3 X 3 9- S 2 U (1 i 3 I g g a. s <a ?r -3 era D. 2. c* 3 o O-i—t £33 n -t 3 *3: n> n> Q- - S a. O 3- 3- o 3 o O ro O N n> *3 O 5* -i ra aq N 5* c^" 3 e« O 2. 2. o» W Q co »-i r 3 c S 3 D s. 3 c 3- s; a> a c o I o o o. o O- ra n C =- o -t r~ ra J S A ra O 3 3- lat G 2 3 o 3? fc* 3 o O fa" w t ?r a 2. i 3 o a. ?r ft) o 3 O 3 s 2. N 3 o* 2 o .3* 3 2 3 cf g Op-* O N O 2 W rï1 N 3* N a- w O O o c O O g\ S -■ Cfq 12. N 3. a. r-t <0 §.- 3 8 8 o' 3 S S- 3 o 3 O A CPq 12. 2. a, 3 crq N 2 H: O 3 a CL c P C 2 3 N O >-t 3 Oq M 3 - 3_ co o- I <T> 3 I; 3" ex. o O- O* O 3* Sol 3 £i SS O 3 £T ra 8 2 3 "2-22 r-l 3 3 S a- 3. 3 3 2 3 m 5 Ga3 t ta 2 g s. n> 51 3 h» 5> O O <T) 3* 3 CO 3 2 o 3- 3 MENGELINGEN. Leugen-profeten. Reed» dikwijlsvooral in tijdenin welke ontzet tende Natuurverfchijnfels en natuurwerkingen plaats had den, of ook zelfs in tijden van groote Staatkundige be roerten, en daar mede gepaard gaande rampen voor spelde men den ondergang der wereld, en beangstigde, -door zoodanige voorzeggingenzwakke gemoederen of vervoerde dezelve tot dwaasheden,- over welke zij naderhand een droevig_berouw gevoelden, of zich zeiven belagchelijk gemaakt hadden. De zeventiende eeuw was bijzonder rijk aan zooda nige voorzeggingenen wie lust heefteen geheel boek van zoodanige profetien wegens het vergaan der wereld te lezen, die verscliaffe zich het Werk van Fred. tVendeliniiContemphtiones Phijjicarum 1624, en hij zal, in zestien Hoofdstukken, zich voldaan vinden. Een zekere Nicolai bepaalde het vergaan der wereld in 1670, een ander in 16&9en nog een ander in 1700. Alles was bedrog en leugen. Doch wat hielp het Zoo dra ecu nieuwe leugen-profeet opstondvond hij nieuwe -geloovigen en zelf niet verre van het einde der zeventiende eeuw, weike men, trotsch genoeg, de (Vijsgerige noemdeontbrak het den Voorspellers niet aan geloovigen. Ook eenige weinige jaren geleden had zich de voorzegging verspreiden vele zwakke gemoederen beangstigd. Die angst heeft, helaas! ook onlangs, vreesachtige zielen aangegrepen, bij eene we. dervoorzegging, welke uit vreemde gewesten tot ons is overgewaaid. Wie is demensch, die over het Albe- stuur kan oordeelen? Al het toekomende is voor den sterveling verborgen. Het past ons voorzorg aan te wenden tegen alle mogelijke gevaren, doch waar toe ons over voorzeggingen beangst, welke alleen uit de hersenen van menschen voorkomen die wanendat zij de Natuur kunnen regeren Hoe bespot vaak de uit komst elke weérvoorspelling Hoe worden die waar zeggers dol De Christen vooralmoet en kan zich boven elke ijdele voorzegging verheffen. Geen sterveling is, naar de leer, die hij belijdt, geregtigd, om het vergaan óer Wereld te Depalen. Dit heeft de Alwetenheid zich allen voorbehouden. Van dien dag weet niemand, geen Engelzelfs de Zoon niet. Dit staat geschreven in het heilig Boeken voor dat ontegen zeggelijk woord, moet elke Profeet verstommen. Waar om moeten wij echter nog op het einde van het eerste vierde gedeelte der negentiende eeuw, bij den angst, die sommige gemoederen, door wufte voorzeggingen, bevangtzeggenhet geen Haller reeds voor vele jaren zeide So lasfl die fVeit Jich noch Die Macht tot Denken rauben Und fchmieget fich ins Joch Vom blinden Aberglauben. 3'C I *r- De Staats-Secretaris CANNING, op den Ma a It ij d der Sc he eps- rederij te Londen. Onlangs iste London de jaarlijksche maaltijd ge houden van de Maatschappij der Scheepsrederij. Het getal der gasten bestond uit driehonderd, onder het welk men inzonderheid, opmerkte den Graaf Liverpool, President, en den Staats-Secretaris Canning. Na de gewone toasten aan de Koninklijke familiestelde de President inop het heil van de Scheepvaart welke, met geestdrift, werd aangenomen. Ook op de gezondheid van den Graaf Liverpool en den Heer Canning werd gedronken. Hier op nam de laatstgenoemde het woord en zeide Onder anderen, het volgende Het is eene vrolijke omstandigheidwelke nogtans alleen het eigendom van vrije landen isdat de Ministers zich met hunne mede - onderdanen over de gewigtigste Staatsbelangen onderhouden, en wel met opregtheid en zonder eenige achterhouding. De grond hier van is daar in gelegendat er zoo wel in de inwendige als uitwendige Staatkunde van Engeland niets bestaat het geen het licht niet kan verdragenjabij de naauwkeurigste toetszelfs niet nog in een helderder licht verschijnt. Men heeft lang geloofddat onze handel - grootheidde oorzaak van ónze grootheid als natiede vrees voor eene geheimnisvolle aaneen- „^schakelingeen kunstmatig stelsel ware, in het welk p andere natiën niet zjjn ingewjjd. Thans is de tijd gekomen waar in order begunstiging der omststt digheden, de regering, met opzigt tot de belangei des Handels, eene eenvoudiger en minder kunstmatige o Staatkunde kan volgen. Wij behoeven ons niet ie; verwonderen dat andere landen welke in de grondi» stellingen der Staats-huishoudkunde minder Vbrderingéit n gemaakt hebben op het vermoeden zijn gekomen- n dat wij een nieuw geheimvol arcanum bedoeldenctl n dat onze tegenwoordige welvaart zich vestigde tp' n eene nieuwe verbijstering der wereld. n Het was voorheen moèijelijk, aan andere Lands het geheim te leeren door het welk wij tot welvar; en rijkdom zijfi gestegen. Het is heden nóg moeijelijk: om sommigen van de waarheid te overtuigen dat w; ons geluk aan natuurlijke krachten hebben te danken Wij bezitten geen middelhet welk de andere natit - niet, even gelijk wijin zich zeiven dragen. Dj 1 grond van onze welvaart ligt in de onverstoorbap energie des Britschen volksen in dien geest vj onderneming die zijnen handel tot aan het einde da wereld uitbreidt en het geheele menschelijke geslacki in bewondering zet. Deze zijn de grondbeginsel» van Onze welvaart, en wij zijn nog daarenboven bj dit alles bedeeld om den omvang onzer Werkzaam, heid uit te breiden. Maar het zou een vuil eigenbs lang zijnwanneer hetzelve zich binnen onze eige vergrooting beperkte. Wij wenschendat andeif landen met de onze de voordeden mogen geniet.t hoi dewijl wij overtuigd zijndat op elk nieuwvooj we de Spekulatie geopend veld ook nieuwe lauwren rijps; voor den Britschen geest van onderneming, en alietf 'e daartoe strekkenom onzen nationalen roem te vei me' heffen. Niemand heeft ooit meer tot dien national!- en roem bijgedragendan cie medeleden dezer Mae ^e' schappijtot welke ik de eer heb te sprekene) wal dus is mij het bewijs uwer goedkeuring des te met a"e tot eene vleijende voldoening," teri I vol. Correspondentie Moskou den 25 Mei 1824. Volgens mijne beloften ontvangt Gijhier bijeet: ge berigten over den toestand van deze Hoofdstil Eiken jaar verfraait en verbetert zich deze Stad j ook de omtrek. Met ongelooflijken spoed stegen - lusthuizen dorpen tuinhuizen en adelijke kastelen ii de puinen voort en trekken de bewondering van vrec-J delingen en inwöners. Voor de komst der FranscfcÉ telde men 92,000 schoorsteenenen zag bijna ovetj ellendige houten huizen tusschen schoone steenen bouwen en paleizen en 1500 kerken en kapellci thans heeft Mofkou 10,000 huizen, de meeste deftig met pannen gedekt, en daaronder 2000 van steen. 1 Kerken zijn op de helft verminderdechter zijn 386 volkomen herbouwd bijna in denzelfde gedaam als voorheen en daar onder twee Luthersche kerk voor de hier wonende Duitschersdie bijna 900 zij namelijk de oude, bij welke Pastor Neumann w wiens plaats thans Pastor Kohlreis bekleedten nieuwe kerkbij welke Pastor Góring is aangesti - Voorts is er een Gereformeerde, een Katholieke, Armenische kerk vijftig monniken en negen nonn» kloosters 7000 winkels of kramengroote en scha bazanskoophoven, overdekte straten, op zijn R sisch Gostinnoi-Du'or.De Stad is thans naar een geregelder plan, dan voorheen, aangelegd, en de str: zijn breedereffener en regterdan eertijds. On de verfraaijingen welke Moskouin de laatste jari ondergaan heeftbehoort ookbehalve den nieuwen grooten Alexanders - tuin het voortreffelijke 500 ten lang en 170 voeten breed met Jonische zui versierd Exercietie-huiswaar in 2000 man voett en 1000 man paardenvolk te gelijk hunne oefeni# verrigten kunnen. De, midden in de Stad opgeri pyramidischegedenkzuil van meer dan 1000 buit maakte fransche kanonnenzoo wel als de den V losser door onzen Keizer toegewijde prachtvolle kt zullen de late nakomelingschap nog aan den vernie den vijand herinneren. In het vorige jaar werd uur van Moskouop den zoogenaamden mussel bergvolgens beloften van den Monarchden eec steen gelegd voor eene nieuwe Russische kerk, welke elk jaar, 2000 menschen moeten arbeiden, Welke in vijftien jaren moet gereed, en de prachtii kerk in Rusland zal zijn. Ook het tegenwoordig buiten dat zeer groote, vondelingshuis wordt vergr- Het vervolg op de kant van déze klad-. gen aan ang omj vee de. kou tobl te 1 nog gen stoi gen saki het en 1 be rijk eisc geh buil wei ster lege tig dit dert brei den zijn bek- trefl bij z well lig voel ne, bloe ven tig geh deel tref

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1825 | | pagina 2