z fff!'III §11 ll oil lel Mutiüïs M E N G E L I N G E N. LEYDEN, den l JANUARIJ, 1825s Gezegend zij het Jaarhet geen wij zijn ingetre den Mogt een ieder daar voormet een dankbaar hart, den Hemei loven! Sedert eeuwen rolt de aardbol daardagelijks, he nen. Licht en duisternis vervangen eikander: de klaag- toonen worden gehoord doch zij verfirfooren door de •jubelzangen. Schrikkelijk was het .lot van fommige Volkeren. Het oorlog Woeddede broederhand werd geverWd met broederbloed,, en nog heeft hetgeen einde. Zal hoc Allah de vreedzame Hem des Christendoms verdooven Gedreven door heilige Vaderlandsliefde tarten de Griekfche helden, moedig, het gevaar en den dood! De eeuw van Hhmerus herleeft Maar aan den leiband der vooroordeelen loopt nog altijd de raensch praalt met goederendie zijn eigen dom niet zijntelt daden van het voorgedacht open berekent de toekomst naar zijne zwakke inzigren. Wat zal het lot der volken zijn Wie ligt den fluijer voor het aanBaande weg? Wie bepaalt het gebeurlijke1, het waarfchijnlijke Hoe gering is de menfchelijke kennis Hoe zijn alle onze uitzigten in dikke nevelen gehuldEen blik ten Hemelen het vertrouwen rijst bij het onwrikbaar geloof: Er is eene Voorzienigheid! Haar zij ons lot onderworpen Wij fidderen bij de bloedige oorlogendie de vol keren doen woedenwij beven bij de inwendige ver deeldheden der Natiën. Hoe vele redenen tot dank baarheid voor onze rustvoor onzen vrede Het ga het Vaderland welOnze Grondwet blijve de zuil van den Baat! Onze Koning haar Bandvastige befchermer! Een ieder vervullegetrouw zijne plig- eu! De zegen dale, daartoe, uit den Hemel neder Met dézen wensch hervatten wijwederonze taak. Met het einde des afgelopenen jaars meenden wij de zelve volbragt te hebben. Bij vele bezigheden was zij, door ons, Hechts provifioneel opgenomen, tot een bekwamer, rtaatkundiger en belangrijker fchrijver ons Zou vervangen. Opzien verwekte onze inrigting van dit dagblad. Velen namen geheim of openbaar de beoordeeling op zich en er fcheen eene menigte die zich bekwaam oordeelde omals Redakteursop te treden. Tot de ziekte van den tegenwoordigen tijd behoort ambtsbejag. Voor een gering postje zijn honderde annzoekers. Voor dit daagde eruit zoo vele betwe ters die brood of geen brood behoevengeen enkele p. Hoe gaarne had de fchrijver zich anders zien afgelost Nog (iaat de lesfenaar ledig. Óe fchrijver plaatst zich aan denzelven, zoo lang, tot dat een ander zijne plaats zal bezetten. Wij willen over het moeijelijke van ons werk niet Hagenveel minder betoogenhoe gering ja bijna niet noemenswaardigonze hulp was. Zoo wij ergens •ver zouden klagenzou het over den kwaadwilligen Taster zijn die onsin brieven over bijzondere zaken «n perfonen, zijn giftig zwadder deed gevoelen, doch •nmagtig was ons eenigzins te verpesten. Nooit heb ben wij daar van eenig gebruik willen maken. Zoo veel wij weten hebben wij nooit iemand beledigd •n waar het fpreekwoord mogt gelden die de fcheen pasttrekt hem aan hadden wij nimirter het doel eenig menschopzettelijkte kwetfen. Men fchrijve elke fpot tonde of fchijnbaar harde uitdrukking veeleer toe aan goede luimdan aan kwaad opzet. Met de Baatkunde en derzelver geheimenraadfla- g nen bedoelingen bielden wij ons niet, dan zeld zaam bezig. Wij verklaren ookdat zijbij de on- i toegankelijkheid der Kabinettenzoo wel buiten onzen gezigteinder als van dien van vele anderen liggenen i Wij verre af zijn van op waarfchijnlijkheden of gisfingen I af te gaandie zoo vaak den voorfpeller bedriegen en bcfpotten. Op uitgebreidere Korrespondentien en Bijdragen Had- len wij gehooptdoch zijn in die hoop te leur ge teld. Wij bevelen echter dit blad aan dé aandacht nzer geëerde BegunBigers. 1 Niet danmet moeite(wij verklaren dit,) zijn wij a ergëhaald en overgegaan tot de vervolging van dit ons '«.erk, en wij blijven zeggen, dat wij, zeer gaarne, in dit opzigt, alles aan eenen anderen zulle» afBaau. Het ft gëeae onbeduidende Zistk, zich in de Staafc kunde te mengen en buiten opfpraak en verantwoording tc blijver.. Eene Krant iiioet eigenlijk, als de loopmare van den dag-, daadzaken medcJeëienen kanals zoo danig eene bro'u voor de gefchiëdenis zijndoch gaat een Redakteur redenerendan draalt weidra bij hem eene partijdigheid door-, Welke een groot gebrek in een Gefchiedfchrijver is. Ook die partijdigheid is de val van velezelfs eerst hooggeroemde 'en derk gezochte dagbladen geworden en heeft niet zelden de veiligheid des Schrijvers benadeeld en hem met zijn gezin aan gebrek overgegeven. Men is verpligt zich veel Voor de algemeene belangen te getroostenvoor denzelve', des noods, alles op te offeren, dochbuiten noodzaak', zonder roeping, uit eigenbelangzucht tot zelfsroem of poging tot opruijing van vreedzame gemoederen 's ditnaar ons inzienmisdrjjf. Wij zien watin Frankrjjk, het lot der natie is door hunnepartijdige en deeds twistende dagbladen. Men roemtdaar en boven den fchrijver zoo lang het hem voor den wind gaat maar draait dezedan beklaagt men hem niet eens men berispt, befpot en veracht hem als een' onwaardige, een ongeroepene men verwijt hem zelfs zijne besce bedoelingen die men eerst toejuichteals kwaadwillige oogmerken, ja, laat hem aan zijn droevig lot over zoo niet in eenen kerker verfmachten. Wij zullén dusmet onze Mengeïingenop den vo- rigen voet voortgaan en betuigen geer.e andere bedoe ling te hebbendan zoo veel nut te dichtenals waar toe wijnaar onze kennisvolgens het oogmerk van dit bladmagtig zijn. Mogren wijdaar doorhet zelve meer en meer opheffen en eene belangrijke waarde gevenwij zónden onzen arbeidrijkelijkbeloond achten. Het Britfehe Rijk in Oost-Indien. O a na 0 es I r* S y 2 O I V '5^ CJ tn O O bjO cc 9 -5 .5. '5 -CJ ïe o cj ba -o 'e -F 3 CJ 3 bD .0 E 5- "O O r E *3 a 2 3 «J >45 - Z is "5 U *1 U- 'v -£ c b o 1 f4 T-r 11 CJ A. s s Sa fit r-; -.H) «5 X P i- "C O K 75 c =i "Ha t rr CJ <v DJ u J "O - JS CJ OJ r* -o o 3 aj CJ S CJ e o jz -o bo u tö u C bc r; tfj O C £=3 V: O o •- S OJ '3 2. <2 s »- c c o» bc *-> bp fi O s~ .2r eS cj -C 3, OJ O cdD g) M o J3 O O» T3 F 2 13 Ti S - 2 S -S Sf g g O "O 3 1 1 - - r t ■o 2 *H I Ct' rx, CJ 3 c 5 H o g 41 X i C *-> Cj C -Q *2 Éu .G ns .rr '"cS d3 s -0 S E t a cj .cj c cj cj bD 1- -p cj o -e bo cl cj F T3 O 2 C a - t, g -S B g g 2* -H - S 2 .so. 73 jo .2 S xi 8, 1 22 C -TC C b« CJ G i CJ <D l> O -= -o Tot de buitengewone verfchijnfelenniet van onzt eeuw, maar van alle tyden, behoort de verbazende grootte en uitgedrektheidwelke de Britfehe magt, in Oost-Indien, in den loop van weinige jaren verkregen heeft. De Britfehe Staat vormt daar, tegenwoordig, een Rijkhet welk in omvang naauwelijkSdoor twee andere Rijken China en Ruslandaan bevolking eb rijkdom zijner voörtbrengfelendoor geen ander over troffen wordt. De Heerfchappjj der Mogolen of Tar taren van de middeleeuwen, de magtigde onder de we reld veroverende volkerenwas niet zoo wijd uitgé- drekt, als de tegenwoordige Britfehe bezittingen in Oost-Indien. Volgens een nieuw geloofwaardig Statis- tiesch werk van IValter Hamelton, een waardig navol ger van Reunelwelke zelfs tien jaren in Indien woon deen, na zijne terugkomst, de archiven van de Oost- indifche - Kompagnie zich kon ten nutte maken wordt het prefidentfchap van Bengalen op 57J millioenen in woners, dat van Madras op 15 en dat van Bombaij Op 2J millioenen bepaald. Eenige, in 1815 veroverde, dintrikten welke nog tot geen Prefidentfchap behooren tellen 8 millioenende gezamenlijke fom der Britfehe onderdanen in Oostindiën is alzoo 83 millioenen. In de landen der verbondene Vorllen wonen 40 millioe nen in de nog onafhankelijke Staten van NepaulLa hore Sind en andere 1-5 millioenen en alzoo, in geheei 'die Breek van Indiënte zamen 138 millioenen. De Bad Benores telt 600,000 Calcutta 500,000 Madras 300,000 en Bombaij 170,000 inwoners. Het zevendfte gedeelte van Indiën belijdt de leer van Mahomet, en deze breidt zich verder uitalhoewel eene Christe lijke Mogenheid de Indiën beheerscht. Het getal der Christenen .welke geene Europianen zijn kan op geen halve millioen gefchat worden. Zij Baan bij de Hindous en Mahometanen in weinige achting, dewijl zij, met bpzigt van de fpijs en de zindelijkheidandere grond- flellingendan deze volgen. Hare Europefche Broe ders zelfs zien laag op hen neder. Het isvoor het tegenwoordige ook niet te verwachten dat het Chris tendom daar groote vorderingen zal maken. Het moet eerst geoorloofd zijndat de Europeanen en hunne wettige kinderen in Indiën woonachtig en landeigenaars worden het geen thans alleen voor de natuurlijke kin deren der Europeanen overfehiet. De armée telt aan regelmatige troepenover 't algemeen 182,838 -o man, doch met de ongereguleerde en Invaliden medegere- kend 213,451 man.Inderdaad een buitengewoon gering o getal voor zoo groote bevolkte iandBreek. Onder de regëk- matige troepen zijn flechts 30,250 Europeanen namelijk 22,550 man Koninklijke en 7,700 Kompagnie- troe pen Htc very tig op do kent van deze hledz s, a s 1 5 g -O - S. rj .O O. S3 G -T3 S J3 »1 <u OJ -T* 2 5^2 .oj' -0 CJ T3 3 c cj cj U o» SÖ tS CJ 3 u. CQ s 111 - SJ CL, S S .s SU o 3 CJ OJ r-.. be aj ic? -s M "sr O rït b-, 3C - *3 S 5 N 3 X) T3 al S ■- v s "q TJ 23 -H oï O 2 2D -Cj B B S -o u. S bD ,3 '2 cj cj .3 n "T3 O O X 0J t/3 C t)j 3 -g O O O C/J hj) ;I? C -U CJ <D t-i t-n O r X o bBE|^ 2 C! öj O 2 -je DJ CS rjj -s -r. t> c Tl O o3 bD CJ -b -s 3 X aï S -o - N 6 o st o 'O C K T3 O s n 3 X 3 cj DJ 3> u. bfi 3 WJÜJ CJ t— .s r 2 J N bD O f5 E j 1) T3 i-» - CJ o 5 n co u -Q 3 "^5 CJ ca 6 o bh >0 2 cj -• Q co bk ci H .E o-SsJicSISö °.22cjOk.3>^' u j: O S S .--3 s| c£ 1— r— 5J I H M bD bp 00 cj .s X *-» C *- O bD cö X 3 2 f. t Z 5 E O 2 i»a 2>v-"2 4J SP 2 2 '5 m S S -8 'S

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1825 | | pagina 3