LEYDSE N ft A*, it'2* WOENSDAG PUBLICATIE. ■TlUR.GEMEESiER.EN DER BTAD LEYDEN geven cq dezen kennis,tip de Burgers en Ingezetenen der- Zelve Stad, dat, nit eene noniinitie van drie Léden van deo. StedelijkeD Raad ingediend ingevolge het Reelertent voor de Regering dezer Stad, gearrèdeerd bil Befluit vao Z. M. dep Kooiog van don 5 November 1815 N®. 57, ter vervulling der opengevallenBurgemeestersplaatsdoor het overlijden van den Heer Mr. Gisbehtus Prins, b(j Befluit van Zijne Majesteit iden Koningvan deo 34 Maart jl., N'. 77tot Burgemeester dezer Stad is benoemd en aangefleld De Heet ADRIANUS HARTEVELi. weike op heden, in die functie, pletjlig is geïaflalleerd. En gelasten Bnrgemeesteren elk en een iegelijk den gemelden Heer in deszelfs qualiteit te erkenneo en te eerbiedigen. Aldus gedaan en gepubliceerd bfl H. H. Bargainees» teren der Stad Leydenop-deo 3 April 1821. an BOMMEL, vt. Ter ordonnantie van dezelve, P- A. DU PUI. De Commisfte tot onderfland van de Noodlijdenden te Paramaribo benoemd bij Koninglijk btflu.it van den i^d'ti Maart 1821, aan de Inwoners van Nederland. Waarde Landgenooten! f^eeo uwer kaD de ramp, welke de Hoo'fdftad onzer voornaamfte West- Indifcbe Volkplantingen getroffen heeft, onbekend wezen; gij allen hebt oogetwiJfeld ver- noroen, dat de vlammen het fchoonfte en rgkfte deel van Paramaribo hebben vernield. Gij allen kunt u dus de ellende voordellen, die er thans beerscht, op den grond, welke finrs meer dan anderhalf eeuw aan de Nederlandfche was verknocht; die mer kinderlijke banden aan bet Moederland was ge hecht; en, waar veeién uwer vrienden en naastbeftaanden brood en geluk zochten; doch nu rampen en gebrek gevonden hebben. Op wie zullen z9 in zoo groote onfpoed het oog vestigen dan op u Wie is bun op den geheeieb aardbodem nader Van wie anders zullen zij bnlp verwachten en met ver trouwen inroepen Dat iéder zich zelve vrage: of die hulp hun mag ont houden worden? En elk Nederlandsch hart zal anrwoorden gelijk dat van den Koning die ons niet Hechts uitnodigde tot het voorbereideninzamelen en toezenden van den zoo nodigen bijftaod; maar tevens in raildadigheid voor ging, door het fchenken vao eene zeer ruime gift; gewis ook gegeven, met bef edel doel, om ons allen tot ver nieuwde weldadighed op te wekken. Het is waar federt een reeks van jaren onderging Nederland verfchillende rampen. Oorlog, Schaarsheid en Watersnooden teisterden beurtelings, of het geheel, of een de*l van den Vaderlandfchen grond; en, echter men zie flechts rond bezwèek niet eene ftad niet een gehucht geheel onder den druk der onheilen. Beurte- lings, Landgenooten! hebt gi) ieder, die bet behoefde, onderfteund en opgebeurd; en, velen kunnen het land hunner woning zegenen voor velerlei goeds. Ja, te gelijk, mer zoo menigvuldige bedragen tot leoiging van onverwachte tegenfpoedenverrezen er gedenkteekenen van eene weldadigheid, gelijk zelfs de dagen onzer Voor vaderen niet mógren aanfchouwen. Den verdedigers des Vaderlands werd eene eervolle rustplaats bereid; en der armoede een middel tot nutte werkzaamheid en herftel- lictr van zedelijkheid aangeboden. Zoo veel goeds deedt gij echter njet uit weelde; maar in een tijd van minderen voorfpoed dan eene blijde hoop u vroeger beloofde. En evenwel mogt ieder wel dadige blijven die hij was. Zulke offers verarmden hun niet; want, hoe ruim de giften waren, Gods zegen was grooter. Welk eene aanmoediging tot voortdurende mil- dadigbeid Zij is eene bron, die niet kan nitdroogen, om dat de Voorzienigheid dezelve aanvult; en, die niet kan fcbaden maar telkens nieuwen zegen aanbrengt. Het, u eigene, medeleden verloochete zich dan ook s-u niet jegens onze West-Indifcbe broeders, die zoo vele regte» op onze belangftelllng bezitten. Immers de Colonien zfln in der daad, niet alleen kinderen van het Moederland dat hen dus niet van zich mag afffooten maar de Nederlandfche Colonien zijn ook dankbare kinderen. - Snriname deelde (leeds in onze tegenfpoe den; het zond zgne zeer aanzienelijke bedragen bij eiken nood,, wier leniging algeroeeoe hulp vorderde en ver zaakte alzoo nimmer, ia bet leed, de banden, die het aan bet Moederlaod hechten. Dit zou reden genoeg tdt deelneming in het ongelukkig lot van Paramaribo zijn; het zou voldoen, om deszelfs geheelen ondergang te helpen weren, al tsaren er geene, die eiken Nederlanderuit wel begrepen eigenbelang moeten aanfporen tot krachtdadige onderfteuning van den bloei dezer volksplanting. Paramaribo is de ftapelplaats der Surinaamfche voort- brengfelen die nog aanmerkelijk helpenom oózen han del onze Fabrjjken, onze Scheepvaart en onzen Land bouw. re fchrapen; want (en ééne fchrede over de gren zen bewast het) door handel bloeit ook de Landbouw, ïlerbalve is dan bet gebeele moederland, ook aan zich zelve, verpligt om een deelnemend oog op die, nu ramp. zalige. Stad te liaan, en dat door onbekrompeoe giften re betoonea. Niemand jate zich affchrikken door de verbazende Stootte der fcbad.e; noch denke dat geene bedrage, voo'r zulk eecen ramp, vergoeding kunne geven. Zulks zou waar zijn indien er eeoe volkomen ichadeloosftelliDg beoogd wierd dan deze wordt niet verlangd alleen aan die genen, die alles verloren hebben, buip toe te bren gen hunne verwoeste Woningen te helpee opbouwen eö ben in (laat te (lellen, om weder als nutte leden der fyaatfebappij werkzaam te zijn, is bet doel. Dat men dan niet veiftuowe ia het weldoen! maar, 41 G Q. a G «i 3 - i> «j p «I T3 iO l jz r w o COU R A N T. DEN 4 APRIL. W .e "O Q o 0 c M *0; Z O Ti £- tj w c M o N Jl a -^3 a i» S 0 S P a 01 «*.&»"■-*- -f» O C S O -" O «-1 IE C l-sfiSSTSstóaBrlSS Q) W 5 ,C a T3 w N -r a - 2 5f o 2 5 Se- N w, -r ^7 5 c a» valt het. zwaar, bedenke: dat, in den nood, élke deiigd beerlgkér wordt. Wfl zullen, houdt u daarvan verzekerd, niet vertragen om uwe giften, nakr uw oogmerk, en dadelijk, te be. fteedendaartoe, door Zijne Majr.', b$ opgemeld befluit gemagtigd, bevinden wij ons tevens, do'or onze betrek kingen tot de volkplantioger toe in (iaat. Amjltrdam den 28 Maart i8-il. (was geteekend') J. van de Poll J. J. de fabsch - R. le c he v al li bk. p. van den broeïe, P. J. N. Verbul v 3 I 5 s s s S «U a >Xt3 2? Jl O «2 S .Z u d L rj u rr oj 3 .7 fc- o 0.5 2 öcQ-2 a.** P. Hartsinck; D. F. Schas, P. Wachter, P. J. Boddaert J. van den velden. O (J V o "c s «- i-3 uT.O f= X 2,^ 0 f i 4- -c s y O j a tj 0SS=^2?3ï' S 3 «f <*•7! 4» So U a O 5 0T30^pO^" flü 5^ï-cSa5.ïo3Ï">55 J ut) ■0(U.ïlIi.u'a«'ü2U :d S °o«°S^NT3 0 owU*" 2 rf •ja» c o NO.S «1 c6-a J3 ft m >TJO iOQ DUITSCHLAND. u .2 o -a o o Z O- I O N WEENEN den 23 Maart, Volgens berigten van dë Jonifche Eilanden heeftop eeodarzelve, namelijk Zante, onlangs eene aardbeving veèle verwoestingen aangerigt en ia ook op het Schiereiland Morea gevoeld. Naar mén zeet; is de Stad Lala geheel vernield, en zijn meer dan 300perfonen onder de puinhopen bedolvèn. Verfcheidene andere Steden en Dorpen zijn insgelijks verwoesten veeie tneofchen daarbft omgekomen. In de Stad Pjjrgos alleen a w 0 z^jn meer dan 300 huizen onderst boven geworpen; alle de overigen dreigen in te ftorten. De aardbeving heeft 5 zich gedurende verfcheidene dagen doen gevoelen, gedu rende welke lievig febokken op verfchillende uren achter eenvolgend ondervonden zijn. FRANCFORT den 29 Maait. In een herigtvan eene half officiële zijde uit Laybach ontvangen, wegens de eerfte gebeurtenisfen in Piémont en den affïaod van Ktfeiog Victor Emmanuel, leest men onder andere: De plionen der fecte en van hare zamengezworene in dndere Landen ontwikkelen zich meer en meer. Treurig is het dat in deze dagen op eeoe zo' misdadige wgze met het lot der Natiën wordt gefpeeld; Koningen moedwillig en onder niets beduidende voorwfindzels van hunne Tronen wordën gedrongen; regten en pljgtqn metvoeten worden getreden. Het is iDdedaad naauwljjks te veronderftellen dat, in dergelijke omftaodigheden niet aller oogen geöpénd zullen worden, en'het verheven oogmerk der Monarchen om aan zulken onnatuurlijken fland der zaken een perk :e dellen niet van alle zijden erkend en gewaardeerd zal worden. 1 Men verzekert deeds, .dat eene R usfifche Armée en wel die van Volhijnie bevel heeft bekomen om te marcheeren; en dat aan dezelve flechts v$f dagen zijn vergund om zich gereed te maken voor den togr. Dezelve J beflaat uit de corpfeo van de GeneraalsSacken en Yermoloff en teltzegt men, 50,000 maa Infanterie en 10,000 man Cavillerie. t'? i •- •na - 01 U U iv O "1- 'v r v> T u D er, 1 - j ±a s 3 1 -3 u a> JwfeQao^a, O M «1 - d V. O Dl, "1 - .O 1~ A2 f 3 W QC 0 - I- M 3-o ïnjiiu- z j S a ja - jr u p a iu o» 5 - u£ u !a 3 S 3J «3 a Q r. - x: '»s a> 1 c m w t? o c r: M Ou u u ±r O G iu CJ - 4. nj ot3c m c o ti 'Z a Tl «j— U W C £3 c T 0« C Q T3 S S a 5 - -* a u a ;-o "siS-5 IE O £sJ, :b t. oiu-aï-^ TI a,r> X u NJ OT3 e -3 s 5 Sï S«o«-o o ai a - J o.:"£»..Sz 'w O *- 2 a 53 a v «J «j -a 3 T3 x- E -* a S O tj u D n "S s s S a <u F - -3 <u <u .S tUJS 0J>aT3>«. ^"ja3 Sb-.» c oj 'rr U. r 'o «o *a w o OJ 0j 74 C r 71 a» ai ra - r\ a 3 e - - o 3 e "Z a «- "r ei N ::3 2 S S o ra 0-3l2i nN.- x: - 1 o c S u" cT3 S - S c ««a n.^^ N>u>c o r: T - o c u j| jl S-cZ - .0 5 i _04 a> "v "3 0> ra ïz-tgiï?*-.' rac0iOaC - - T3 jr- w .2 I .2 O w *a - 04 7 N Ti iu 1 -- s m S O S« - F *a <u M Al I- r" r*- T3 T3 C n T3 C !S F 73 ts B-n N -u C 04 •3 e o s s j O c N k N :o-3 - fc ÖL 2? u ii x: "3 b 6t s s b l e utl ï<s.!ssïS:ïs:èls-l? lt t, d OtNNN&aËjj S5ê|i 2-S^ 5 n t - -o o"|l £5 |-3£ 3 GROOT-BRITTANNIEN. LONDEN den 30 Maart. Voorleden Diogsdsg en Woensdag heeft de Kamer der Gemeenten, in Commitcé zich bezig gehouden met de Billten behoeve der Catbolij. ken en is die op laatstgeroelden dag aldaar doorgegaan. Dea vorigen dag waren twee amendementenhet een met 188 tegen 169 het ander met 163 tegen 120(terameo verworpen. Tegen de derde lezing, die aaoftaanden Maandag het loc der Bill bade Kamer der Gemeenten beflisfen moet, beeft de He?r Peel aangekondigd dat h$ nogmaals op eene divifie zal aandringen. In de Zitting van Dingsdag deed Lord EUenborougb in de Kamer der Lords het voordel, door hem Vr^dag te voren aangekondigd: ,f dat een ootmoedig adres aan den Koning zou worden aangeboden, om Z. M te bidden deszelfs bemiddeling tusfeben Ooftenrijk en de Regeerin- gen van Napels en van Sardioiéo aan te bieden ter be werking van een minnelijk vergelijk der verfchillen welke tusfehen die landen plaats hebben, op eerlijke en voldoende conditiën voor elke partij." Zijn Lordfchan zeide dit voordel te doen, als vermeeneode, dat men, in de te genwoordige crifiszich van het oogenblik moest bevoor- deelen waarin de ftem der reden zich nog kan doen hooren, en waarin onze bemiddeling waarfchijolijk door de Napolitanea zo al niet verlangt geëerbiedigt zou worden. Hg vergeet geenzins de dienden doorOodenrijk aan dit land en aan geheel Europa bewezen; en uit welk oogpunt hij ook de tegenwoordige handelwijze dier Mogend heid befchouwt ,zou hijzich van dien toon van gematigdheid- niet verwijderen welke dié geenen die eene bevrediging verlangen jegens alle paraijen voegt re bewaren. Hij denkt dat de tusfebenkomst van Oostenrijk in de zaken van Napels de gevaaren vermeerderd welke hetzelve heeft willen verhelpen en het in eene gefteldheid plaatst, uit welke het moet verlangen fpoedig getrokken te worden. Om zich daarvan te ©vertuigen is het genoeg een overzigt te flaan op de gefteldheid der Mogendheden waarvan het omringt is. Kan Ooftenrijk het gedrag van Rusland vergeten in de jaran 1807 eo 1809, toen het zfch bij den vijand van Europa voegde, en denzelyeo hielp om de Ooftenrijbfche krachten te vermindereo. f Kunnen Ooftenrijk en Europa vergeten dat Rusland zich mëefter van Finland beeft gemaakt, terwijl Zweden voor de ge- meene zaak ftreedt Kao Ooftenrijk, onderftellende dat het, blindiicgs in zQn verderf loopeode, nog aan de goede trouw van Rusland gelooft, onverfchillig zijn op de ge fteldheid van Frankrijk thans eene Conftitutie bezittende waar uit het groote weldaden getrokken heeften welke met wijsheid is gevormd geworden Daar nabij zijn de Nederlanden welke misfehien geenerlei redèn hebben om zich van de regeeriog te beklagen, die dezelve is op- gelegt geworden, maar die altoos derzelver hereenigiog met Frankrijk verlaDgeD om dat die te gelijk hunne eerzugc bunnen hoogmoed en hunne belangen zou voldoen- Zoo w is bet ook gelegen met de gewesten aan Pruisfen op den rfSrfSft'BAwOAsS n m.c o n Rbijn, afgeftaaü; zij houden nier van de Pruisfen. HjJ hoopt dat zijne' bekommeringen ongegrond zullen zijn maar hij gelooft, dar de intrek der OofteoriJkers in het Zuiden van Italièo gevolgt zal worden door dien van een Fransch leger in bet Noorden, hetwelk zal aflooopen raetf CHit vervolg op dc Kam van d-eze Bladzij 44 44 e 2? •P 4» o d 3 >-i a a o -o 'w *1 M X- 44 O S 1 u 2 5 -5^0 B^-o. 5 s 2 2 ,,-b -'?3 «j 3 n w «O9G.S g -il s "Af S t. a fi e O -30JS 3 S '5 -- S !u«S ■iNtB 8 5 JBA-3 0 SS w o *1= w: ê"g g'S 3 .S,— T3 J3 £££8S.5.,- 44 o O - 'S T V«»i40o 2 J! cc e s 3^4=- e S ti jö en, a O J 0 - z: - u - w ■c»' «I-s -C -n T3 01 B°u- K.Ü-C S 'fl b Q J3 S°S>c"'pS"d S S a, e a «4 C «J OaOc^ üxJïNS 0 P D n U n 7 "■Dcriu a' Ïa Q TI cc O f~Xj o .D - o> ï»S »i-S c"t?_o *7 "3 c: ox, i. .h i-(dw Zoo

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1821 | | pagina 1