A\ 1820
L E Y D S E
N\
C O U R A'N
a.
fc a
V R. IJ D A G
NOTIFICATIE.
URGE MEES TEREN DER STAD LEYDEN, bi) Re-
folutie van H. H. Gedeputeerde Staten van Zuid-
Hollandvan den lien dezer maand, ontvangen hebben
de eene Notificatie van Hun Ed. Gr. Achtb. van den-
zelfden dag houdende bepalingen tegen het losloopen
Van Honden, eo luidende als volgt t
DE GEDEPUTEERDE STAxT.N van ZÜVD-
HOLLAND, in ervaring gekomen zl de dat in fom-
mige gemeenten van dat gedeelte der provincie zich dolle
honden hebben vertoond;
En io overweging genomen hebbende, dat de on
dervinding heeft doen zien, dat de gewone voorfchriften
tegen het losloopen der honden zoo gedurende de honds
dagen als bij buitengewone omftandigheden niet vol
doende zijn, en de executie daarvan niet behoorlijk
wordt gefurveilleerd
Hebben goedgevonden te bepalen:
M i°. Dat van den dag na de afkondiging dezer tot
ultimo Augustus aandaande ingefioten, geene
honden hoegenaamd, zullen mogen losloopen,
ook dan niet wanneer dezelve gemuilband zijn.
a°. Dat door de Stedelijke en Plaatfelijke Beduren
de noodige orders zullen gegeven en perfonen
gedefpiciterd zullen worden om alle honden
welke ftrijdig met het ifte punt dezer Notificatie
op de ftraten en wegen losloopeode zullen ge
zonder eenige oogluiking te
O "7
of.
Tp
t i
.J- G o aj a a
m 111 n Mö-a u
-= R «r-7-w
3 <a a w 0
0ss* za5-^
2-0 S o 2 M2
j"2-® a
3(2 U S
DÏN
£i JUL IJ.
"Zz ïa
«Ssi2~=.« -----
2 o
(O - •- O
vu o c *4 :r a
u a> w 55 5 01
bC J
vonden worden
doodeo.
Dat door Heereo
de Schouten der
voor eiken hood
Burgemeesteren der Steden en
gemeenten ten Platte Lande,
welke, ten gevolge van Art.
2, zal worden gedood, aan dengenen, die den-
zeiven beeft gedood, eene premie van één gul
den zal worden uitbetaald.
n En ten einde niemand hiervan eenige onwetenbeid
voorwende, zal deze worden afgekondigd en aangeplakt
alom, waar zulks te doen gebruikelijk is.
'sGravenhag* den nden JuliJ 1820.
De Gedeputeerde Staten voornoemd
„▼AN DER. D U Y Ni
Ter ordonnantie van dezelve,
J. VAN DER S LEYDEN."
Brengen zulks bjj dezen ter kennis van de Ingezetenen
dezer Stad en vermanen de Eigenaars van Honden om
zich ftipteljjk naar deze bepalingen te regelen. En
wordt waders een ieder ten ernftigfte gewaarfchuwdom
de Dienaars der Policie, welke tot het dooden der los»
loopende Honden zijn gedefpicieerdin de uitoefening
van dezen huoneo last, in geenen deele hinderlijk tezjjn.
Aldus gedaan en gepubliceerd bij H. H. Burgemees
teren der Stad Leydeo op den i^den Julij 1820.
J. G. de M E Y, vt.
Ter Ordonnantie van dezelve,
P. A. DU PUI.
ZWITSERLAND.
LUCERN, den 8 Julij. De opening van den Zwitfer-
fchen Landdag heeft den 3den dezer alhier met de gewo
ne plggtigheid plaats gehad. De Buitenlandfche Ministers
welke zich alhier bevondenwaren daarbij tegenwoor
dig. De Prefident Ruttiman wenschte in zijne aanfpraak
Zwitferland geluk wegens de rusr welke zoo in- als uit
wendig genoten werd. Hij maakte daarbij ook melding
van de plaats gehad hebbende onlusten te Schafhaufen en
van de gisting te Zug als ook van eenige verdeeldheden,
welke nog in het Kanton Unterwalden voortduren doch
van weinig beteekenis zijn als voorbijgaande gebeurte.
r.lsfen, eD welke geene gevolgen hebben. De punten der
buitenlandfche betrekkingenwelke hij aanhaalde, be
paalden zich alleen tot de regimenten in buitenlandfchen
dienst rot de ftremroing van den handelen tot de
Geestelijke zaken wegens de Bisdommen van CondaDee
«n Bazel.
GROOT-BRITTANNIEN.
LONDEN den 15 Juli)- Voorleden Dingsdag deed
Pr. Lushingtonin de Kamer der Gemeenten zijn aangekon
digd voordel betreklijk tot eene onderhandeling tus
fehen het Gouvernement van Frankrijk en dat van Biie-
tios-Ayres, ten einde een nieuw Koningrijk op te rigten
teD behoeve van een Prins uit het Huis van Bourbon.
Het kwam hemgewigiig voor, dat de daartoe betreklijke
befcheideo voor de Kamer overgelegt wierden. Die on-
dej handeling was begonnen in 1819, tusfehen denMiuister
van buitenlandfche zaken van Frankrijk en den Agent van
Buenos-Ayres. Dus, op het tijddip zelve da: onze Ministers
verzekerden dat de vreemde Mogendheden met ons de
vriepdfchappeiükfte betrekkingen onderhieldenwas een
vreemd Gouvernement bezig met een ontwerp, hetwelk,
ingevalle het van uitwerking geweest ware eene wezenlijke
aanranding van onzen handels-voorfpoed zou geweest zijn.
Dat Gouvernement heeft de oprigting van een Troon in het
zuidelijk America voorgefteld om den Prins van Lucca
Neef van Ferdinand VII. daar op te plaarfen.
Dat ontwerp moest de bekrachtiging ontvangen van alle
Mogendheden Spaojen zelfs daar onder begrepen maar
het moest onderhandeld worden buiten de deelneming en
zelfs buiten weten van Engeland. Indien de Rukken
rfiar van aan 'tlicht gebragt, echt zijn, vloeit er Uit
voort, dat Frankrijk zou toegefiémd bebben in hst huwe
lijk van deD Prins van Lucca met eene Infante van Portugal,
en de veréeniging van dén Oosfer-oéver van de Zilver-
rivier bjj het Koningrijk van Buenos Ayrcs en aangeboden
Lebben, de uitvoering met alle 2ijo6 middelen ie onder
steunen. Frankrijk zou bovendien de ellende cd onheilen
vertoond hebben, welke Buenos-Ayres zouden bedreigen,
2no die Stad eene andere regeeringsvorm aannam, of een
Vorst tot opperhoofd verkoosdie andere belangen en
verfchillende Godsdienst had.
Waoceer men in *t bezit dier (tukken zal zjjn denkt
hij dat de Kamer zal overtuigd zijn dat bet onvermijdelijk
ia yooi tiet BritïCh Goüvéraemcnt om de onaf hsngljjkheid
der Znid-Americaanfche Scaareo ts erkennen. Geenerlc-ije
Mogendheid van Europa heeft her regt om het gedrag ce
berispen, het welk Groot-Bjittanniën gefcuikt zal oordee-
len hetzij bet die onaf hangljjkheid al of niet efkér.ïie met
de uitzondering vaD Franki'ijk eo Span jen. V/ar delaa.cst-
gemelde aangaat, cr is de minde twijffHine niet. dat het
zelve zich in "'{'geheim met de Fraofche Onderhandelaars
verdaan hebbe; want het is niet denklflk, dat Frankrijk
eene zodanige onderhandeling zou oegonnen hebben zonder
de gezintbeden van het SpaaDsch Gouvernementte polfën.
Voorts beweerd hij, dat, wanneer eene Colonic tegen
haar Moederland opgedaan is eD hare onafhangüjkheid
jaren lang gehandbaaft.heefc het aan de ftaarkunde alleen
Raat om te beflisfen of andere Scaareodommen haar zullen
willen erkennen. Indien het anders ware, zoude de on
af hangljjkheid der Provinciën van Holland, en die der
Vereenigde Staaten van America nooic erkend zijn gewor
den. Het zou moeilijk vallen diplomatieke betrekkingen te
hebben met eeneColonie, die zich van eeneo Staat heeftafge-
fcheiden, ingevalle dat beginfel niet werd toegedaan. WeL
is waar, dat wij met Buenos-Ayres handel gedreven en
aldaar een Confuiaat aangedeld hebben, maar wij hebben
daarom niet minder de belemmerin gevoeld van betrekkin
gen met een Gouvernement, welks gezag wij niet genegen
waren te erkennen. Bij aldien Spanjen deel heeft gehad
in de onderhandeling, of indien het, te zwak zijnde om
zelve voor de belangen van zijne Cóloniën te waken de-
zelve aan Frankrijk had toevertrouwd, als danzouGroot-
Brittanniën de verlangens van Spanjen niet meer moeten
raadplegennoch door eenige banden of bedenkingen
wederhouden moeten worden.
Het lof lijk lid berispt gedreng het gedrag van het
Fransch Gouvernement, en fpreekt van de vlijtige waak
zaamheid, met dewelke het Gouvernement der Vereenig
de Staaten van Noord-America alles opmerkt, wat in
het Zuiden omgaaten zich gereed houdt ort\ alle voor
deden aan te grijpenwelke de gebeurenisfen hetzelve
zullen kunnen aanbieden; en hij drukt zijne hope uit,
dat de Ministers van Zijne Majedeit, met gelijktijdige
in achtneming der beginfels van het regt der Volken en
de waare belangen des Vaderlandseindelijk de onaf-
hangljjkheid van Zuid.America zullen erkennen, en dus
de zegepraal voltooien zullen, welk een moedig Volk
bereids door eigene wapenen verkregen heeftbefluitende
met het voordel:
Dat er een adres aan den Koning zal worden gepre-
fenteerdom Z. M. te bidden, voor de Kamer te doen
overleggen de copiën van alle de officiëele mededeelingeo
bij het Gouvernemeot oDtvangen aangainde eene onder
handeling tusfehen het Fransch Gouvernement en dat van
Buenos-Aijres of deszelfs Agenten, ten opzigte eener
vorming van eene Monarchie ib Zuid-Araerica voor
eenen Prins uit het Huis van Bourbon.""
Lord Castlereagb verzet zich tegen het voordel op
grond dat de informatiën waar vanhetlofljjk Hd fpreekt.
aan hét Gouvernement zijn geworden, onder eenen vorm
welke niet gedoogt dat zij op het Bureau worden over
gelegt; en hij merkt aan dat hij zich door het voorbeeld
van het lofljjk lid niet zal laten vervoeren in eene afge-
trokkene discusfie over onderdelde daadzaken, vermirs
dezelve niet dan misverdanden zoo in dit land als in de
andere zou kunnen voortbrengen. Hij ontkend niet, dat
de Zee-Officier die zijne dandpla2ts heeft bij de ZÜver-
rivier een aantal gedrukté dukken aan het Gouvernement
heeft overgemaakt, maaf zij hebben alleenlijk betrekking
op befchuldigingen en proceduresaangelegt tegen de
Leden vin een Gouvernement, het welk in die gewesten
was ingedeld geweest en in 't vervolg omgeworpen is.
Het lrfl^jk lid motst weten dat wij geenerlei officiëele be
trekkingen met die Góuvernementeo hebben en er bt)
gevolg geene reden is, om waoftallijje papieren betreklijk
derzelver gedrag, door des KoDings Ministers onder het
oog der Kamer te brengen.
Het loflijk lid heeft losfe redeneeringen op vermeende
daadzaken te berde gebiagt en hij fchijnt dit voordel
niet gedaan te hebben, dan om onze geheele daatkunde
ten aanzien van Zuid - America in oogenfehoüw te nemen.
Maar gedeld zijnde dat de gevraagde (lukken wierdeo in-
gebragt, dan zouden zij op het Bureau blijven liggen
zonder dat de Kamer er den groodflag tot eenigerlei maat
regelen van zou kunnen maken en men zou nog veel an
deren nodig hebben, omeenig gevöeleo tè gronden, over
de onderhavige handelingen. Hij nodigd het loflijk lid
uit, om zich te onthouden van het gebruiken van uit
drukkingen gefebikt om ongundige vooringenomenhe
den te verwekken, tegen het caracter ,var> de vreemde
Souvereinen, en om de thans plaatshebbende betrekkin
gen tusfehen dezelve en ons te dooren.
Ten opzigte van Frankrijk vervolgdeLordCastlereagb
er heeft alhier eene geestgedeldheid plaats die ligt te
ontvlammen is om dat dezelve afvloeid ilit de overree-
ding dat onze belangen in mededinging daan met de zijnen.
Wat hem aanbelangt, bij heeft ten miDften even zo veel
gelegenheid gehad als het loflijk lid om de waarachtige
gevoelens van de vreemde Mogendheden op te mérken
en hij weet, dat er de minde grond niet is om haar die
ijverzugtdie verdenkingen en dat wantrouwen van onze
Staatkunde aan te töaen als ook niet die verachting voor
de handelingen van het Britsch Parlement, waar van men
haar befchuldigd heeft. Hij zou zulks aan het loflijk lid
kunnen bewijzen, indien hij gezind ware om over zulk
een wigtig en zoo uitgebreid onderwerp in discusfie te
treden. Hét verwonderd hem. dat het loflijk lid niets
gérept heeft van Rusland; want in de dukken, welker
overlegging wordt gevorderdwordenRusland en Oosten
rijk gezamenlijk vermeld. De Edele Lord befluit, met
het zeggen dat hö overtuigd is dat de eenige begeerte
der groote Mogendheden is het bevestigen van deD Vreeds
vsn het Heel-Al, en dat de eer van elk.der Mogendhe
den, welke een deel uitmaken van bet Heilig Verbond,
onbevlekt is.
Sir James Mackintosh fprèekr een lang betoog uit ter
onderdeuning vsd het voordel. Hij denkt, dat de ge-
beurenisfsn federt eenige maanden in Spaojen voorgevat-
QjJïl vervólg op dc Kant fan 4kzs Biadz.}
-CU
bO.C O-C i. r-
O Li, O fi
cS.5tu -
cj w - a
- C fl J (U« buts
o >Sa°»
■21* 5-3 i --2.2t.S5
s S u.o 2 a U g n
;2 W ÖI
a éj o 3 -1 u
e a c-f- o S
-3 13 5»
-•£5 £-^U l e -I
Q n D S J O" ft g
- - u o 5 o - j
oj O o> o» o, nj o, a»
3 C5 Oi t£s.O bO
z::
»o
5 <U
'SS O
O N
- "3 a j
s 3 w
w 01 c
a tj
0 'Z ^5
ej 21 -
S O
u.
c 3T
Z 5
bt
tl O
'Si 2
- 1
C a ts,
O ft
-
5^0
a
•u -3 ïi
bp t-, -o 3
M L»
«aa.:
23* J
fe|-a.2-
3.»
-oeiTj
'1 Tl M
'"I-S 5
c <u
rt <U C3
0 J5 a C
O qj ^3 "J
4- o a a'Q
u e u 1 1. u 1
bc~-o <"-3 a> ,c o- ca
.Z 5J' - V,
a en ™S- ->'■ -
W. 3 -Q
!n ft
^3 O i
a -1- a-j
CÜ w S-
u W Di o
3 2 - ft li
N <u -5 rj "J.
o, n js
S s z5
tJ ^2 1
a w E ac^ a a
0 2jg
■S Sg SN
o 2 2
U 1
I W C
T3 -O
S 3
v. M
5 B OJ u
a f
a a
ri aj
JX 3
„DO
a> a
«u O
btit" - O- o
w - 0 2
o 3
O 3
^3
U 1, - -QD - k-i Q
a a o 0 3
ja'oC«oC'o.:°°;J w -o 3
rj .„ra
a, QJ3 «- cj °p bjo 3 3 j. Jz" tv- t- -* -n
-5
w Qfi SS X O 3 .2^-3
w c "2 Q o C33ao<"a">c5ft
£•0 u-a J S c IJ >SlJaj5<u s
o 5-5^ S 3,5
(u «o w a 1» o
ca OJ «J bn3 a
- - -« a SJOX:
O ert o
U 1
res <u
3 u Si :c? 4
a a - a
U U T 11
Ü-O W-V
a> o
rs
33 =t»3
Q o a J a
- 2 2 05 S 0 g g a S
3oa°Cr3wav. a 3 S> a 3 o X J?
•>.s»5-SS"5is
•Ssf'0 s g^r-S-3 - g? o-" s»s-2-S
2^S-5|?22|g-Sg
s=5i-s
O -"B"00> r.
-
a> M
S
croo
i t-i <u r>
2 S n. - Q
bA t/3 -f5 v
af w -^3
w d a -j
- -s
:rs a o tu oj
1 K a S 3 u.
?:-"--S;SïïïS' ê-a'Sgt
- cn c v. y u
O "ÏZ JZ fw SJ3 c u I-.
C u
-a>^;>3Nfe a>^ija
3 u. Q SJ c3
'"o r: a a> m -n 3 r ■- H
a bc-.c? ji <u*iv-'<u-,3
o aj S -a - t« -i
"o"
-O bD a
C ->
Ji
I 1> OM" i
«JJ-3-- a 3 o D^u 2 5? „t - bc
- S O 3-^ a g 3
o;c?" i u aü o q>
33-ONN3_iX) beo Sci3> «u 23 3 J3
=3 C
2 <5 O 3 -3 is.
ct u 0 o a co
o3 o -"a a
a a 3 i-J o
jtrf :o ra a c «rj - oa> h
.j— u u u o
3 'tTÜ 3 3 QC tl
<u T? S o o i. u uj <0
«TJ fe-ï "T. 2
OJ t> t— ca
a
3 a> tj 1>
M o vu w a ra
2«o'— ao>«
Y. O. - W o M »-
a 2 -2
tr 2 »- 2»
S3» "Cr;
O o o2 ura.i: O»
rta>3oi *dfi0odaI®u^
a B O r» V «o 00-3 ;n> a
s 3 O a-Sï 2 2 oo 5 1 6 U
je 13 .2 ^T. W "O o Tl
3 g S S'5 5 ft B'c
B -2 - 3 5 5 6 .2 - S
2tj 5 o Q ""O 1
S MC^ Sï O O
5 "I'S- Si»
- "2 Si™" >SftaS-ooüS:>H5
„o;"; o.»* - u n - 01, - o e T
iSï-o-°»>ïn;2;
!B .möi; S ^TJ
n, o c 3 o a o
3W|l|SEft;-£3:
SaS 2
ai K H a i> Ou
az V
ut r
"2 ><.2
-a -M
Br-
a
3 -s- 3
3 3 O t! 3
3 <D Q 1» Q 3
*'•9 5 ft
e 3 w -O a