n
LEYDSE
COURANT.
li I o
UI
o-lsl'l
sIsRl
■Is
3''sl5||?S35ssS -
s
uoS f E "S-S o.£ S3
A*. 1820.
MAANDAG
VERVOLG en SLOT van de WET op de
NATIONALE MILITIE.
30. Ziekten of gebreken, welke bioneo twee maanden
aa de inlijving van eenen plaatsvervanger, worden ont
dekt, zullen gehouden worden vóór deszelfs inlijving
beftaan te hebbèn, ten ware blijken mogt, dat die ziekten
of gebreken na de inlijving bekomen waren.
31. De aanvulling van eenen plaatsvervanger door den
geremplaceerde zal gefchieden op den voetbü art. ioi,
10a en 103 der wet va» 8 Januari) 1817 omfchreveo
met dien verftande, dat de aanvulling, ingeval van de-
fertieniet zal behoeven plaats te hebben, wanneer de
jjedeferteerde plaatsvervanger binnen de twee maanden
weder mogt zijn in diénsr gefteld zullende echter de
geremplaceerde gehouden zijn tot de voldoening der
ïostenwaar toe de defertie aanleiding heeft gegeven.
32. Ingeval een plaatsvervanger bij het Korps komt te
ontbrekenzal de geremplaceerde niet gehouden zijn
eenen plaatsvervanger te ftellen die bepaaldelijk de ver-
eischten beeft voor dat wapen, bij hetwelk de vorige
plaatsvervanger heeft gediendmaar zal bet voldoende
zijn dat bij, overeenkomftig de te dezen beftaande be-
palingen voor den Infanterie-dienst gefchikc worde
bevonden.
•33- *rieos plaatsvervanger gedurende 18 maanden
Jieefc gediend de dienst bij de referve niet medegerekend,
zal van alle verdere verantwoordelijkheid vbor denzelven
bevrijd kunoen blijven, mits ftortende in de kas van den
jiaastbiJgelegen Ontvanger-generaal of Ontvanger-particU'
lier, eene fomma van f 150; zullende als dan, in de
aanvulling van den plaatsvervangerin geval bi) mogt
3comen te ontbreken, door vrijwillige werving worden
voorzien.
34. Tot bet opmaken en pasferen van de contracten van
plaatsvervanging zijn alleen bevoegd en verpligt zij, die
met her opmaken en pasferen van authentike acten zijn
belast; zullende daar voor, als mede voor de vervaardi
ging van de-drie benoodigde affebriften. de aanteekening
op het repertoire, bezorging van de registratie, de con
ferentien en andere bijkomende verrigtingènvan welken
aard ook, niet meer dan vier Guldens in het geheel
wegens elke act* mogen worden genoten onverminderd
de teruggave dér uitfrhotre* voor zegels en regiftratie-
pepten.
35. De defi natie der manfehappen voor de refpective
wapen-korpfen der nationale militie blijft, hi) uicflui
tingaan de Provinciale Commandanten opgedragen. De
militie-raden zullen, ten aanzien van de phyfieke ge
fteldbeid der manfch?ppeo alleen onderzoeken en beflis
ten, of ztj j naar aanleiding' van de door Ons gegevene
of roe te geven inftructienvoor den militairen dienst
in het algemeen al of niet gefchikt zijn. Manfehappen
beneden de msat van el vj)f honderd reventig ftrepen
(ongeveer vijf voeten RÖnlandsch), zullen niet mogen
■worden gedefigneerd maar, naar gelang van hunnen ou
derdom, voor één jaar of voor altoos worden vrljgefteld.
36. In geval de werkzaamheden welke de zittingen
dér Militie-raden refpectivelijk voorafgaan, zulks toe
3aten blijft bet a2n de Gouverneurs voorbehouden, om
deze zittingen vroeger te doen plaats hebben dan op de
dagen bij de Wet bepaald.
37. De oproeping voor de Militie-raden zal zich alleen
bepalen tot zodanige lotelingen welke vermeenen mog-
zen regt op vrijftcllmg te hebben, of hetzelve op nieuw
motten bewijzen Zij, die geene belangen van dezeo
aard hebben in te brengenbehoeven voor den Raad
niet te verfebijnen.
38. Alle geloot hebbende perfonen, welke voor den
Militie-raad niet zijn verfcheoeo wof-den gehouden,
geeoerhande reden tot vrijftelling te hebhèu en blijven
finaal voor den dienst gedefigneerd.
39. In alle gevallen, waarin, bij den Gouverneur eD
twee leden der Gedeputeerde Staten, of wel bij Gede
puteerde Staten, een onderzoek plaats heeft, ten aanzien
van ziekten of gebreken, zal de vifitarie gefchieden door
«en* Geneesheer en een' Heelmeester, met inachtneming
der bepalingen, bij art. 139, ade en 3de lid van de Wet
van den 8 Jaouarij 1817, gemaakt
40. De nominative ftaten, volgens model EE vermeld
5n art. 153 der Wet van den 8 Januari) 1817, worden
in triplo overgelegd, en één derzelve, met deo in het
zelfde artikel vermelden ftaatvolgens model D D, aan
den Provincialec Commandant ter hand geftdd, ten einde
de daarop voorkomende manfehappen insgelijks aan een
der Militie-korpfen toe te wijzen.
41. De nafporingen naar de dienstpligtigen der nationale
Militie* welke aan de infebrijving of aan de ootvangene
oproeping niet voldoen zullen op gelijke .wijzebe-
iluurd worden, als ten opzigte van de deferteurs van het
kiijgavolk gebruikelijk is. De grürrelleerden zullen aan
den Gouverneur der Proviocie, waartoe zQ behooren
worden overgegeven.
42. Warneer een verlofganger der nationale militie
voórnemt r»s is zich buiten de Provincie te begeven en
te verblijven zal hem de verlofpas worden ter hand
gefteld en zal hö verpligt zijn zich binnen vier we
ken na zijn vertrek uit de gemeente, aan te geven bij
het beftuwr der gemeente, in welke hij voornemens is te
verblijven; zullende voorts in deze gevolgd worden de
bepalingen, bij de Wet van den 8 Jaouarij 1817 gemaakt,
■omtrent de manfehappen die bij den aanvang van bet
verlof, ia huDne gemeente eankoraen.
43. Een verlofgangerdie verznimeo mogt, de voor-
fchreven aangifte binnen den tijd van vier weken te doen
zal worden aangemerkt als Deferteurten ware hij vol
doende mogt kunnen bewijzen niet in de mogelijkheid
geweest te zijn, zich op den bepaalden dag aan re geven.
44. Een verlofganger zich langer dan tweemaal vier
en-twintig uren uit zijne Gemeente willende verwijde
ren zal daarvan in perfoon kennis geveD aan het Plaat-
feÜjk Beftuur, met opgave van de Gemeentewerwaards
hij zich begeefr.
45. Ingeval hij 7-icb langer dan tweenral vier-cn-twin-
tig ireo buiten zijne Gemeente ophoudtzal hij ziel)
N°. 58,
DEN 15 M E IJ.
aangevea bij het Beftuur der Gemeente, alwaar hij zich
bevindt.
4(5. Aan de verlofgangers, welke verzuimen mogtrn
zich te gedragen naar de bepalingen, in de twee vóór
gaande artikelen gemaakt, zal, door het Plaatfelijk Be
ftuur, een arrest van twee tot zes dage», in "Me naastbij
gelegen bewaarplastfen voor Civiele gevangenen, worden
opgelegd.
47. De bepalingen ten aanzien van de verlofgangers
zoo bij deze wet als hij die van den 8 Jabuarij 1817,
en den 28 November 1818 gemaakt, zullen op ds man
fehappen, behoorende tot de Referve - Bataillons niet
worden toegepast, ten ware de KoDing dit mogt hebben
raadzaam geoordeeld.
48. De attesten fub litt. F,N,0,R,SenV.bi)
de wet van den 8 January 1817 voorgefchreven zullen
voortaan wordeo afgegeven op het getuigenis van drie
ter goeder naam en faam ftaande perfonen welke die
attesten mede zullen onderteekenen.
49. Zij. op wier getuigenis attesten, or certificaten
worden afgegeven, zullen, ingeval hun getuigenis be-
vonden wordt der waarheid niet overeenkomftig te zijn
worden geftraft met eene boete van honderd tot drie hon
derd Guldensof, bij volftrekt onvermogen, met eene
gevangenis van twee tor zes maanden en zullen zij bo
vendien verantwoordelijk zijn voor de nadeelen, die,
uit de afgifte van zoodanig attest of certificaatvoor
derden mogteo zijn ontftaao.
50 Zij, die bij de Nationale'Militie hebben gediend,
en bewezen moeten, dat zij aan hunne verpligting heb-
ben voldaan zullen hiervan doen blijken door het cer
tificaat litt. LL hetwelk te dien einde zal inhouden
dat hij op het trekkings nummer of dat hij zonder lo
ting* is ingelijfd gewórden* bijden tijd
vanhebbende gediend behoorlijk uit den dienst
onïflagen is.
Zullende, ter bekoming van dit certificaat, het pas
poort, of het bewijs van oniflag, aan den Gouverneur
worden vertoond,
51. Alle bepalingen, bij dc wet van den 8 Jmnarij
1817, of bij die van deo 28 November 1818 voorkomen-
dé, welke mogten ftrijden met de verordeningen van
de tegenwoordige wet, worden gehouden voor vervallen.
Lasten en bevelen dat deZe in het Staatsblad zat
worden geïnfereerd en dat alle Miniftèrièle Departement
ien en Autoriteiten, Collegiën en Ambtenaren aan de
oaauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven in *sGravenkage den 27 April des Jaars 1820,
van Onze Regeering het zevende.
Get eekend WILLEM.
Van wege den Koning.
Get teken d j. G. de Mey van Str.eepker.k-
Alt. 1 der wet van 07 April 1820. Ligting van den jare
NATIONALE MILITTE.
C 5
S
sj
5
t=a-ü
w v '6 \j 'v
S t.
fj S
6
f v
O.'d
!=!*-
g «1 e
v o>
o -o -o
5 o 3
E M i n N
1» o>
o g j
s
O O
S O
s 6
g a
R
i_ a> Jr -a
o - c
c T3
i 5 - Z
i c c a
]at
o v
c ■-
Jj O
O c o
O v <y
nc
:;=s!
SlÏB'
i
i
rj CS
c
O V
O "3
O
O O
v
cu -
o J?
a. B o v.
2? 5
f,
V 0 H o
O a*
- E'-S
- c
- 3
«t C-*
o u X
O te
ja tJ
T? bO
o .5
f? a_ a>
u
U ti cn
s
f O.
G "O
.5 S
a
c -o
-
'^■a-o N
w e o
w o o w
-o *-
a fï o 1
-e? B
«J
"3 U a
3 k w 2
3 a
<u o O o
b- o
a
w J
«V N3
1 t.
- "3Ê - 2
u a _c
-J O
cuc. s>
-a S aj
Z. a-v
ÜJ
E E -5
2 v r, o
E c -'J
N e 2 c
c C9 QJ
3
je o 0 k
o a a
f O
U U 4J u w
x a- U
<u <3
"I'S
e 1
Et
- g-v
a
-J N
.2
0.0 S D
fz
S> <Xt
JS
•o o»
o oj SJ a
"o c t) tj o
O |.Sf>-2g
W e-*
o --S g
0 w
.x 0 Jü
je g •- 2 *3
'B o
01 O
"3 «2 o5>
'o 5 o "c B
S!&S-S£2
--a o tz x
a k n o
Q£ l) O tl O
X ^-3 QO O
u 7 w n
2 O -o <u a o
a ox -
u o-o 5 o M
W-T3 2 W W
a a
C 5 a O
.51 «i S G j,
•a a Q ui o ai
X
-o <u X ca.
- ft- w S JU
S g-« -
U C N O
X o c v a
-j -j a u
-O js ai cu
ït S s a
aï'IgS
ra cs aj i_ aj
O. a "P .n
f u O ai ra
J3 bfi
X cc a
- 0 '2
J? CO 0
•O 3
a 5
«i c3 tJ
3 o
O
Si o
01 u <jt
o
- o Cfc
3 *- -r> 'r -C o 'f1
o .2. 00c
o J: - u w N -
JC bo u K 3
1 P nj C CM ÖG
I_ ot, CX) a> c
i 2.5
X3'
"B-3
1
O
2 g -o
1 0 T3
iUg-s
a
41
-3
ss
2
ra C
ai
-
- c "3
ra-S S
Q3 O _5
- V -
«T3 ir)j O
je v :<y .X
WO S 3-a
cd a co
V ra
PROVINCIEe. KANTON...., GEMEENTE..
ATTEST.
Wij ondergereekendeo tot het teekenen en afgeven der
Attesten en Certificaten voor de Militie benodigd, uit
krachte van art 185 der wet van 8 Januari) 1817, alleen
binnen de Gemeente van geautorifeerd verkla
renop getuigenis van
ie. NIV. De Namen Voornamen eo bet fte-
2e. NN. roep van drie Ingezetenen uit de Ge-
3e. NN. J meente.
bÖ ons bekeod als ter goeder naam en faam ftaande In
gezetenen van de voornoemde Gemeenteen op onze
perfoneele verantwoordelijkheid, dat NN., bij de loting
vangetrokken heeft No. is de
eenige Zoon van eenige Kleinzoon vanNaam
en Voornaam van de Ouders of Grootouders
(N8. Wanneer één der Ouders of Grootouders overleden
is, dan daarvan melding te maken")* dat hij door ziju-n
handen arbeid den kost wint voor deszelfs C Guders of
Grootouders, Vader of Grootvader aan welken, zondir
dat, geen ander middel van beftaao overig blijft, als geen
Bedrijf, Nering of Haoteering excerceerendewaardoorzij
den kost kunnen winnen of, op eenige andere wijze, een
eigen of onafhankelijk beltaan hebbende, en aimede uit
geen publiek Fonds of Armen-kas, gedurende dit en het
naast voorgaande jaareenigen onderftand of bedeeiiog
genoten hebben.
Tedeo
Naamtetkening van de drie
getuigen of gecertificeerde
verklaring dat zij niet kun
nen fch rijven.
S P A N J E N.
MADRID den 29 April. In het Degblad Miscellanea
vindt men de volgende bijzonderheid:
De Hertog de Laval Ambasfadeur van Frankrijk
zicb onlangs op de Secretarie van Staat bevindende, liet
de Koning hem roepen. De Hertog, fchoon miar io frac
gekleed, begaf zich bfl Z. M.die hem zeide Indien
iemant in Frankrijk twflfeld aan de opregtheid van
mijne toetreding tot het Conftitutloneel beftuur en
voorgeeft, dat de door mij afgelegden eed mij geweldig
is afgeperst, gelast ik U die daadzaak te logenftriffeni
en aan uw Hof en aan uwe vrienden te fchrijveo, dat
mijneed ongedwongen is geweest; het welvaren raöns
Volks is mijn eehigfte drijfveer geweest en ik ben thans
volkomeD overtuigd dat dit het eenigfte middel is
om tot het groote werk der ftaatkundige berftelling te
geraken.**
De Kocinglijke Decreeten die meestal in «vereenftem-
ming met de provifioneele JuDta worden genomen, ver
menigvuldigen thans dagelijks. Den 23 April decreteerde
de Kon»':?, dat de Spaanfche Uitwijkelingen, die onder
Koning Jofeph gediend hadden en by Decreet van f> April
£Het vervolg op de Kart Van deze Slsdz.y
<t a
*- O*
2 M
e a
ra «j
cuo
S3
O) aj Ol O
.j.ïï.Sfo
:c? 3
6 CL
a>
n 11 II <J
- ra S
cc. s:-2§
C
o 2
X
a
o
ai -o
<0 a
jbd w
rc?
a ?f
a'ö
CJ
o
c. -
O I
S
-- 01 1
«J is:
•O i
CJ S.
O
-3
2
o
D S
1 o-a
c> 6
5 Lrt
0 1-1 o tj
CJ CO 2;
Ï:A?
-
5-<UKf.<ue3T3 F3
5 Z 0 .a a -Z*
^*oT:>"c1'S?SX~2Ï:i2CQ
Sw -.Cf >- -2 3 :c O*
B 5| s S? s 31 -S
.U -3 O u «I u E C O TJ
Cl£ C uTI 3 L
1, m O u H x 11 *-*
sl-s^SJsgSS-Ssjg J"~M.
"es^-Sl-o-s^s^-s
- =0.-- u sS-s S.:s^ a
f 5",5, 'D S 5
.-CHS 5 10 =-■11 - SiS-ï-3
o-■= Z 5 s3
S s S s t».= S-S s
s<g.2 'J -U cx; -e Ci
■J D 11 ri n Q O 3 rjj 'iv
^öac>ao.oo c: c,r -J>
Z a
ra
1 y
•O -o r .r
e JC Jé
y 3
«3*
-s
ÜV c t
18
Naamtetkening van do
leden vaa het Gemeente-
befluur
N o
2 N N 2
S -a oj S
T3 X
;cu'
OJ T3 1
O ei -
JJo.
O u
S -O 3 -3 2
a 2 a ra 2 N
ra o w a
u - 5
.5 C 2 J2 a
o S*. 00
;8ïS»
- „O
O ra J> n
d K 01
-s!esl
E-0»0 01 J3
f?
c 5- v <u
ca «j O "O .2
ra o O
S
SJ-J= "O-"
O a
'5 -a -
c) ar>5 S
P A M N JB
co 3 0-0 S
s o> -o - ra- o ca
U«J -3 sj .X
£oi£ 2 3 5 S
o c
ti 117 o
:»_S
-a - a>
>raOJ -a^BO)
o -3 a o 3
5 N NN ra
0lJ or "o ra 0
m- "„1:£ o.™ -i
•2
a u •2B^-«<1>
c -o a 5 00
'r - F
'►JSsëlSrS"
»«a,-£ra£w:a
«i "O o <3 Ci. CL, C
a' y ,v c3 c Q
- 2 a S
t> 2 a O
ra £3 c
t- ra Q
•i ra t - 3
N B QXIJ3 CO -0
Ol aj 01
"OMUuüSJ-
-a ra C -3
3 a
3 «1 3 o
ü4
c - 5"
S;.S=Ö2;
«slÊR J r
Vu O fti "O 1* tl c
II ra -