0 -*0
ft ft
A". ib'zo.
LEYDSE
V R IJ D A G
WIJ WILLEM, bij de gratie Gods., Koning der
Nederlanden Prins van Oranje - Nas fan Groot
Hertog van Luxemburg «si
Allen. die deze zullen zien of hooren lezenfalu't!
doen te weten
Alzoo Wij in overweging geooraen hebben, dat de
Wet van 8 Januayjj 1817, omtrent de inrigting der Natio
nale Militie, op zich zelve, en in verband met die van
n8 November 1818, betreffende de organifacie van de
lnfancerie der Nationale Militie, bij de uitvoering* be
vonden is voor eenige wijzigingen en nadere bepalingen
vatbaar te zijn, waardoor de belangen der Ingezerenen
•n de regelmatige joop der werkzaamheden gelijkelijk
kunnen worden bevorderd;
Zoo is het, da:Wö, den Raad van Staatgehoörd en met
gemeen overleg der StateD - Generaalhebben goedgevon
den en verdaan, gelijk Wij goedvinden en verftaaobQ deze:
Art. 1. Het contingent voor de Nationale Militiedoor
j^dere Provinciejaarlijks te leveren ter vervanging
van hen, wier diensttijd is verftreken zal, overeen
komftig de bepaling deswege gemaakt bij art. 13 der
•wet vaD 28 November 1818 in evenredigheid met de-
bevolking -Vjin iedere; Provincie, jaarlijks, door Ons
worden bepaald, en zal voorts, op dezelfde w^jzedoor
de Gedeputeerde Staten, onder de verfchillendeGemeen
ten worden verdeeld,
2. De manfehappen welketen gevolge van art. 15
der wet van den 8 January 1817, tot vervanging van de
bij de korpfen ODtbreken.de optredenzullen, in tijd van
v*ede, worden ontflagen. in het jaar, waarin de ontbre-
kenden hunnen, diensttijd, zouden hebben volbragt.
3. Het regt opi de vrijftelling,.in. art. 21 der wet van
8 Januaiij 1817 omfchreven zal moeten verkregen zijn
eo bewezen worden, overeenkomftig de bepalingen des
wege-. bij art. 91 en 94 derzqlfde wet gemaakt.
4. Het attestJitc. F,voorgefchreven bij art. 30 «V
der wet van den 8 Janu&rjJ 1817, zal, ten aanzien van
de inwoning van een\ vrijwilliger, overeenkomftig de
bepaling, deswege bij dezelve wet gemaakt, moeten in
bondendat hij, gedurende de laatfle 15 maandenbin.
nen de Gemeente heeft gewoond, zonder dat de inwoning
finnen het Canton, edoch buiten de Gemeente, hierbij
in aanmerking, kome.
5. Allen, die in de termen der infchriJving vallen»
lullen,zich daartoe, vóór den 20 Januari) van elk jaar,
bij bet Piaatfelijk Beftuar hunner woonplaats aangeven.
6. Zij die bun verblijf binnen dit Rijk komen te ves*
tigen, en als Ingezetenen moeten worden befebouwd,
«uilenvoor zoo verre zij nog in de jaren der Militie
vallen, zich, insgelijks, vóór het gemelde tijdftipter
fofchtjjving Aangeven in dat register, waartoe zij volgens
hunneö óüdérdbra behooren.
ffet boofd van het Beftuur zijn onderteekend, op zooda-
ïiige wijze als zij Raadzaam oordeelen, naauwkeurig
onderzoeken of allergie in de termen vallen, inder
daad zijn ingefchreven.
8. Zij. welke zich, vóór den oo Januari), niet hebben
laten infebrijvenzullen alsnog worden ingefchreven
aan het einde van het Register onder de naamteekening
van het boofd van Het Piaatfelijk Beftuar, en tevens
verwezen wórden tot eene boete van niet minder dan
vijf Guldens eo niet te boven gaande jde fom van honderd
Guldensof ingeval van volftrelft onvermoffentot eene
gevangenis van vier digen tot zes'lvekén.
9. De Iofchrijving-Registers Zullen, op den t8 Januari},
finaal worden geflotenen,-met de Alphabetifche Lijs
ten onmiddelijkaan den Gouverneur der Provincie worden
opgezonden.
- 10. ZQ, die zich vóór den 28 Januari} vah het jaar,
vraarin deZe verpligting op hen berustte., niet hebben
laten infehrijvenzullen dadelijk' wordeh geïrrelleerd
cd naar de Hoofdplaats der Provincie overgebragt, ten
einde aldaar voor den Gouverneur en twee Leden der
Gedeputeerde Staten te worden onderzocht. Ingeval zij
aiet bevonden worden-door ziekte of ligchaamsgebreken,
«Dgefchikt te zijn voor den Militairen dienstzullen zij
dadelijk aan den Provincialen Commandant ter inlijving
borden overgegeven, 'in mindering van het contingent,
óvereenkomftig de bepalingen deswegein de art. 66 en 68
der wet van den 8 Januari) 1817 gemaakt.
11. De nalatigen, in bet vorig artikel vermeldzullen
levens worden verwezen tot het dubbeld der boete of
der ftraffein artikel 8 bepaald.
Bijaldien zij', welke voor den dienst gefchikt bevonden
Worden, voldoende bewijzen, dat zi) in het jaar, waarin
Zij de infehrgving hebben verzuimd, eeqe wettige reden
tot vrij Helling hebben kunnen doen gelden, zullen zij
tonder boete worden ingelijfd.
12. Elke Gemeente zal voortaan niet meer dan één
Kanton uitmaken. De alphabetifche- en lotings-ljjsten
tullen Gemeentensgewijze worden opgemaakt.
13. Wanneer het mogt gebeuren, dat een lotingpligtige
riet onder de loting mogt zijn begrepen, zal er door den
Militie-Commisfaris in tegenwoordigheid van tweeLeden
van het piaatfelijk Beftuureene naloting worden ge
houden, en zal men daarbij zoo veel mogeljjk in acht
nemen de voorzieningenten aanzien van de gewone
loting vastgefteld.
Deze naloting zal ook plaats hebben ten aanzien van
leowelke, volgens art. 6. vin deze wet, mede tot de
infehrijving verpligt zijn, en wel in de clasfe waar toe
28* volgens hunne jaren, behooren.
14. De Certificatenwelke tot bekoraing vari vrgftel-
ling, binnen de vjjf eerstkomende dagen na de loting,
aan den Militie-Commisfaris moeten worden overgelegd
tullen door hem, na daar van het noödige gebruik ge
maakt te hebben onmiddelijk aan den Prefident van den
Militie-Raad worden gezonden roet bijvoeging vao het
loting-registerwordende alleen het duplicaat van het-
telve door hem aan den Gouverneur verzonden.
15. De vrijftelling van éénigewettige Zcfons zal fleebts
voor één jaar zijn, en alleen worden verleend in het
geval, «1st zij; voor bunne ouders, ef, bij overlijd?»
N\ 57
7 ?-
C O R A N T.
DEN nz M E Ij.
derzelve, voor hunne grootóuders, den kost winnen, op
deu voet én onder de bepalingen, teD aanzien van knst-
wiooende Zoons van Weduwen, bij arr. 94 kk der Wet
van den 8 Januarij 1817, gemaakt; zij zullen hiervan
doen blijken door een Certificaat, volgens model, hier
nevens gevoegd.
16. De éénige wettige Zoon welke tevens iénig kind Is
zal in allen geval; voor een jaar worden vrïjgefteld. Hij zal
hiervan doen blijken door her attest Litt. N, bij de Wet
van den 8 Januarij 1817 <Voorgefchrevcn hetwelk te dien
einde zal inhouden dat hij is êihig kind
17. De gehuwden zullen hunne bewijzen tot vrijftelling
als zodanig op hetzelfde tgdftip overleggen, waarop dit,
voor alle anderen, die tanfpraak op vrjjftelliDg hebben,
is bepaald.
18. Wanneer twee broeders beide tot den dienst worden
opgeroepen, zonder dat een hunner reden tot vrijftelling
heeft, zal da oudfte voor één jaar worden vrljgeileld.
Deze bepaling zal ook gelden ten aanzien van broeders,
die in hetzelfde jaar geboren zijn, ea dus tot dezelfde
clasfe behooren.
19. Van tweelingen wordt die gene, welke het boogfte
nommer getrokken heeft, voor een jaar vrjjgefteld in
geval hijdie het laagfte nommer heeft getrokken, geene
redèn tot vrijfteiling heeft.
20 Op tweelingen en broeders, in hetzelfde jaar ge-
boren, zal. ingeval zij verkiezen voor eikanderen in
dienst te treden van toepasfmg zijn de uitzondering ia
dit geval, bij art. 99 der Wet van den 8 Januarg 1817,
ten behoeve van andere broeders gemaakt.
ai. De broeder van eénen plaatsvervanger is niet vrjj.
De broeder van eenen fubftituant zal fleebts dan vrij
zijnwan Deer -het nommer, hetwelk tegen een lager is
verwisfeld mogt zijn in diehst gefield.
2a. de broeder van hem die zijnen diensttijd heeft vol
bragtom'ligchaamsgebreken door den dieöst bekomen,
ontflagen, of wéi in der) dienSt overleden is blijft voor
altijd van 4endieast vrij.
23. De broeder van hem die eencn plaatsvervanger
heeft gefield', welke zijnen diensttijd heeft 'volbragt,
om ligchaams-gebrekendoor den dienst bekorttenoct-
flagen, of wel in den diénst overleden is, blgft voor
altijd van den dienst vrij.
24. Bij het verlèènen van de vrjjftellingenin de twee
voorgaande afrijkélen vermeldzal altijd in het oog wor
den gehouden, dtr, van een even getal Zonen, de helft,
en van een uneven getal; de- kleine helft, tot den dienst
worde geroepenovereenkomftig de bepaling deswege
gemaakt bq het »de lid van artikel 94mm,der Wet
van den 8 JanuaiQ 1817.
25. Het attest Litt. Rftrekkende ten bewijze van de
vrijftelling vermeld in. art. 94 kk, der Wet van den
»V --H tflv» I mna.aw. i-1-1
de lijk geen andere zoon of kleinzoon om gezegde reden is
vrij ge field ge-worden.
26. De kweekelingen op de Kweekfcholen bg de groote
Rijks Hospitalen zullen mede wordeu begrepen in de
zelfde cathegorie der Kweekclingeo op de Militaire Scho
len, vermeld in art. 94, der wet van den 8 Januarij 1817.
27. De vrijftellingen, bij art. 94 ddkk. en II,' der
wet van den 8 Januarij J817 yermeld zulleq niet worden
verleendiogeval- de perfonenin wier onderhoud wordt
voorzienin het jaar, waarin de vrijftelling wordt ge
vraagd, of in het naastvoorgaande jaaruiteenig publiek
Fonds onderhouden of bedeeld zijn geworden, zullende
hier van moeten blijken in de attesten sub litt. N R en S.
28. De volgens art. 94 m m5d,e lid der wet van den
8 Januarij 1817, benoodigde attesten sub litt. T, eerfte
en.tweede geval, zullen niet behoeven in te hondendat
de belanghebbende zich intusfehen nimmer /tan defertie
heeft fchuldig gemaakt of zichgedurende dien tijd
aan de misdaad van defertie niet heeft fchuldig gemaakt
29 Ia geval een plaatsvervanger die na het arrefteren
dezer wet, wordt aangenomen gedurende den tijd welke
bij dienstpligtig is, deferteertof ten gevolge van wan
gedrag, of om redenen, welke vóór zijne inlijving be-
ftonden als ongefchikt voor den dienst, mogt worden
ontflagen, is de geremplaceerde verpligt, eencn anderen
plaatsvervanger te (lellen of zelf in dienst te treden*
Zullende in deze gevallen, alle verpligtingen u.it bet
contract vbh plaatsvervanging, ten laste van den gerein-
placeerden fpruitende, dadelijk vervallen.
Het Jïot in onze volgende.
DUITSCHLAND.
WEENEN den 29 April. De Keizer heeft bij eenen
eigenhandigen Brief, van den. 21 dezer, aan den eerften
Grootmeester, Prins van Trautmansdorff-Weinsbergde
directie van alle de Staatszaken aan den Aarts - Hertog
Lodewyk toevertrouwd en heeft dien benoemd om hem,
gedurende de reia van M. door Bohemente vertegen
woordigen.
FRANCFORT den 7 Mei). Volgens de Brieven van
Berlijn, is de Graaf vanBocholts, die in het verlopen jaar
den Heer Scourdfa toteentweegevegt had opgeroepen ter
oorzake van deszelfs werk over de DuitfcbeUniverflteiten,
in hechtenis gezetuit hoofde van den Staatkundigen
CathechismusDe Heer Hammer, jong Advocaat van Co-
blentzis om dezelfde reden iD ftaat van arrest gefield.
Pruisfen maakt eene .aanzienlijke vermindering in des.
felfs Militairen ftand, welke tot hiertoe twee derden van
deinkomften verflondtnegen honderd Officieren zijn op
halve foldÖ gefield; het iraciement Van een groot aantal
Generaals, is op 1500 Daalders verminderd; de ftrengfte
bezuiniging zaj in alle de gedeelten der Admlniilratie in
acht genomen worden, uitgezonderd evénwel in de diplo
matie: dit is *t gévolg van de algemeene .overtuiging
dat dszelvc niet meer op denzelfden voét kopde blijven.
V*lgens de betigtéri van Manheim weet jnen nog niet
wannéér Sand dé rrióór'denaar van Kotzebit^, zal geëxe?
cuteerd worden. Zijn vonnis is bij 'c Hof va*> Casfatie
ora onderzocht te worden voigeos het gebruik van het
Groot - Hertogdom Baden.
iïiér verrctg da Kant vctv £eze SladxA
ft
2 V
- Ti
co
tl*
c
•- S'Ï
N S
gsSJ
s
-O J
p (Ui
P O
o y j
a a S
a -
CvJ
13 B Sé
a a
z<s
tit
5 8'
0 y
^^*2 S
5 C S
11 o o
-S ^3
x 3 0 •-
D CJ<-
- o .-r? u
2~<
-Jfa iS <u
3 t= o r: ra
D ■- O o o
O JSÜ Cl
OQi»
t "S
z<*ïl
- «J
fco O K
i»
x>
5 >r 1
-e -a
JZ - OC.T3
y 2 S
m3^ -
A 2
O QC O
5 ir -f
w .O
4» CM O
2
tl
a S a
4) C
-o <u U
.2 O
o fi
- -o>
53 "O
U
2
s'ëg-w
- 2 ia
e.2
s c-a
S o>
w
£2 s:
»- O v a.
O T3 x,
O 3 a
- Cl D J- ÓH
J S 03 - .2 cc
r v c
T3 c - I~\
IC O -
Ii!£-r.§
5 s 8 '5
rs. c Ci
S a >0 a V.
2 c 2 -- «Ti
C JO, <u ge!
-o j
s 5 15
■-W 5 -
D O-a
ISO
<J cn
.o x:
•O nu o O
5°<i-=ï<
■5 u 3
J-'VJ J üO"
-C n "O N
X? - o u a a
S5Nïus»ïo,a-i;:^'st
M-g uJ5 - O -2 S_ S
«•o 0 «.c
01 2
a tto
sfil
-a Sw-S a.M, JV B a '5 a
a 1; c g - S -
S ÏO- B ""=-3 O Z S.S S
be— Z. <o^ao.w-ac>c3 2-:
T U U DC w iW -*
es 3 s s>
o a A> .12 JE o «J-
O O 5- "O 13 2 C ^i
<0 - a 2 0 fe c a
SS g S 5"-3
O p Or cl u O «e» P "2-
C<u-au ,c« "«EM"
5*5 .0 o M» >tj S u S
2 2 Dt34>C3Öe Q"Jd^?° 6>
a rn
Hl
H 2
:s
T3 - Oi 2
"°j{u50.2»^
O C
c -
«5 i S11,ft1.agSv 8
o •••5 2i> *3 s o y a x
^3 r: - 0
.«pj3o2lö«jap;5il3Iln'-'
5^5=: S5 5 8-
13 Hl tD r.
a
«u o a e>
Hl - w CJ
-5.5f «8-°
S-s-oi EQT5 *"S -
ïs;.:S=Srs;s;-
,0 O ^T3 O «VT3> - w OfJH O 'O C:
ih-fi
Mr no
0> tl jSö in Ht
•S 2 n
- s §1 3
0..0 213 0*
<u ai
t
a xs
^3 öc "3
ssgg*
WJ |- u r.
- rt oj U f
n JO a
txo O "53 Q
"O - o
2 P
(U O T3
iSSSs
5 Sï|
-llsl
P *5 cd o
hj a w jo -0-
3v 63 t. txc
^3 Oi
Jr» *p
"-■o 2
w o O B
O u cj
t. -O S -
e
S X -'-J 5
5 6 SÜo
r 5; TT)
e
f3
O aj
ïïi |IS S.i a
o -S -2 2 SJ w
hi a i w
■o
WT3 -o «1 UT3 C
E..£-3S"-g-c -
2 Q.a
3 B o
D in OJ -
S"HS 5S s"'
•P CJ u Q O O
T3 •"«■•O'S BtrO- ;S>
1_ IQ C u
v o o c J-a O O
TJ t>o«> O S U-Op ai °"2
'S o I - 0 s
TJ 2w 2
§s|s;°s-S£-»s
lssi"-s^=-sls|
ca «o ca q ca O J? Ai S
Hl J3
bL i-
4
*P "P P
4> J> rt v.
13 J3 a« j
S3 S
-D-P
z> 3 -" o r:
•J3 13 •*-*-" O
b£ IT
a> w
15 'p -S .5?
5 0.^2
•00
2 a -
o o u «-
0j re o.
S g-5^
t" Jr o -i> o
ni; 2
r- P M
"O O C o
w o y
ca
•o o
«2 g
O
s.E
O
a o
HJ 13
pa
■5 o ~f D-°
5 N &0
•o ft» ca y ca
£•2^3
és o p
1 ca 4<
J-
Sss'sa
TJ B
^ï^gS
O "O c
c
gj.
■=r> ZM E
M tl M Pill H
- :C 5
3
- J3
O <t»
3
a^.. -r-p.
•o^i o<-o 5 5
s|l^l-S6s
cj 5" *5a
ex ct N u x cj o
ou«.!JS)yj3-<':
•=s'3s'.3:
O M
ï«oy
Ï.2 S
-ü - S
-a tJ,
- fe «j
SP- p
3 jj
o J. .5 J
1 N
B
5 HJ y
Vij a»
TJI- fa. O C O
ïf <0 2*- - 5*
°j; !;-jï
O g gJC Mt.
;.:35
S -?o g g 5-,
<3 S.b - s Z
rtfa.teï. a«?x.
>n*}nO H.