A0. 1819. LEYDSE COURANT. s!°;i5 •s-sê-s s M 5 g "S slis- s Sf i _-S ft MAANDAG LEY DEN den 13 November. De rondga-.nde Brief vap het Cabinet van Berlijnwaarvan wij bereids in onze Courant van voorleden Woensdag getvag gemaakt hebben, al te merkwaardig zijnde om niet algemeen'bekend te worden, hebben wij gemeend denzelven ook aan onze Lezers in zija geheel te moeteo mededtelen. CIRCULAIRE van Tiet BERLIJNER CABINET aan deszelfs AmbasfadeursMinisters en Diplo- matieke Agenten bij de vreemde Hoven Gij hebt reeds deprefidiale boodfchap gezien welke Oostenrijk, na de conferentiëj te Carlsbad, ter Bonds vergadering heeft ingebragt; gij weet ook bereids, dat alle de daarin vervatte voorftellen door de Vergadering in decreten veranderd cd dat de decreeten met eenparige ftemmen vastgefleld zijn. Maar, daar het er bijzonder ©p aankomt, dat alle Mogendheden van Europa die be- fluiten uit derzelver ware oogpunt befchouwen, geloof ik u in ftaat te moeten ftellen, om haar die in derzelver gunftigst licht te kunnen voorftellen en naar derzelvei oorzaken, aard en uirwerkfelen te doen kennen." Reeds lang kon de ftaatkundige en zedelijke toeftand van Duitschland wettige vrees aan alle vrienden van maatfchappeljjke orde en algemeene rust inboezemen. Hoe gezond over het algemeen de masfa des volks ook zijn mogten hoe gehecht aan hare Souvereinen in de onder- fcheidece Staaten van het Bondgenootfchap kon men 2ich niet ontveinzen, dat er in de gemoederen eeoe ge heime onrust en eene doffe gisting heerschte gaande ge houden en aangezet door tomeloze losbandigheid in bet fpreken en fchrflven. Deze gisting der gemoederen was ten deele catuorljjk en de oorzaak daarvan was te vinden in de buitengemeene gebeurenisfen die, gedurende den oorlog der verlosfiog, lieden van allerlei rangen uit het fpoor der gewoonte getrokken hadden in de opofferingen, welken Duitschlands bevrijding den volken gekost had, eo die zj) in de teruggekeerde kalmte nijpender gevoelden dan gedurende den ftorm; in de te hoog gedreven hoop van verhitte gemoederen die van eene gonden eeuw gedroomd hadden, en zich vleiddeo baar te zien geboren worden uit den boezem zelveo der ijzeren eeuw, die pas geëindigd was; in de geweldige crifiseindelijk, van nijverheid en koophandeldie uit een gedwongen en te- gennatuurlQken toeftand van zaken terug komende, eens* klaps zich niet in evenwigt konden ftellen met de nieuwe omftandigheden en te gelijker tijd zich gedrukt voelden door het verledene en het tegenwoordige. De algemeene ontevredenheid, uit deze verëenigde oorzaken ontdaan was intusfeben meer droevig dan gevaarlijk en moest wijken voor de langzame werkzaamheid der Regeeringen wier zorg, te lang van het binnenlandfche afgetrokken, thans zonder verpozingen en met zo veel liefde als ijver daar mede bezig was.** „Maar, nevens dit natuurlijk ongenoegen beftond er «ene vaifchevinwtzen en grond ontbloote misnoegdheid die, ontfproten uit dwaleqde begrippen, ftaatzuchtige en herfenfehimmige tbeoriën geheime en misdadige inzigten, lage en baatzuchtige bartstogten, en door de gefchrifceo en gefprekken eener naar omwentelingen ftrevende partij verwekt eo voortgeplant, met de eerstvermelde ontevre denheid eeoe gevaarlijke verëeniging kon vormen, en haar arglistiglijk aankweeken ten eiode de gemoederen aan het hollen te doen liaan en dezelve tot de verderfelijkfte fpoor- loosheden voort te draven. Een ieder die, met een on partijdig en oplettend oog, den toeftand der gemoederen in Duirschland gadtfloeg, vermoedde federt lang het aan wezen eener partij die over de gebeele oppervlakte van dat uitgeftrekte land verfpreid washaren oorfprong had in de keurverwantfebap van meeningen en gevoelens, en zich verfterkte door dadelijke verbindtenisfenftrek- kende om Dnitscbiand onderst boven te keeren en deszelfs tegenwoordigen toeftand te doen vervangen door eene één en ondeelbare Republiekof door eenige andere herfenfehim, van welke men zelfs geene proeve nemen kon dan door geweldige revolutiën wier eerfte ftap het omverwerpen van alle de regeerende Vorften-huizen zou geweest zijn." Eene affchuweljjke fchanddaad deed zien tot welk eene hoogte de ftoutheid en razernij dier revolutionaire partij kon Hijgen. Dit misdrijf, door de hand eens eenigen die misfehien daarin niet eenmaal eigenlijk gezegde mede- pligtigen had was des niettemin de vrucht der algemeene denkwijs van zekere clasfe het zigtbaar uitwerkfel en in het oog lopend teeken het ontwijfelbaar kenmerk eener ertftige diepgewortelde en wijduitgc-ftrekte kwaal, die zich op deze wijze aan het verfchrikt Duitschland open baarde. Om zich hiervan volkomen te overtuigen is bet genoeg de oordeelvellingen der onderwijzende clasfe, der ttudeerende Jongelingfchap der Schrijvers en van alle de geenen die aan hunnen invloed onderworpen waren, te verzamelen omtrent die afgrijsfelijke daad die de verontwaardiging aller volken gaande maakte, en nogtans verdedigers vond onder befchaafde eo geoefende verftan- den. Terwijl zij den eenen fchrik inboezemde, wekte zij de bewondering der anderen." De onderzoekingen welke op het tooneel der misdaad plaats hadden dcedeo andere ip vdrfchillende gedeelten van Duitschland ontftaan. Pruisfeo gevoelde ook de noodzakelijkheid om, door buitengewone middelen, de neveleD op te helderen waarin de geduchte alliantie van Vaifche leeringen en der behoeften die der magtfpreuken fehijnbaar belangloos, metperfoonl|jke hartstogreowerd voorbereid. De uitflag dier onderzoekingen is overal de zelfde geweest, alom hebben de daadzaken onderftelliogen gewettigd, welke maar al te gegrond waren; alles heeft het beftaan en de werkzaamheid eener partij getoond, welke voor eene meer of min verwijderde toekomstin het duister. Zaden vao revolutieftrooide. De aanvoerders yijn her onderling eens door de identiteit der beginfelen eu gevoelens houden zich door eene natuurlijke aantrekking, den een aan den anderen, voerden onderling gemeenfehap door middel van brieven, maar nog meer door veelvuldige reizen en door ftaatkundige zendelingen zij bieden zich onderling de hand, zonder elkander perfooal^jk ée kent-eo, Cl XfA» N'. 137. DEN 15 NOVEMBER.. 9J II U 'J O v. Z1 'V "3 JD u aj O -O -3 bj8 C S >■5 3 s ej e - 0&.!H M oc O a "a, a *3 ta. a» O -3 fc» <t> - q. n iA IC T3 c en dikwerf verftaan zjj elkander, zonder zich op eene formeele wijze tegen elkander geuit te hebben. Hun deel is de maatfehapptj om te bearbeiden, alle de verfcbilleude foorten van ftaatkundewelke onder de volken var Duitsch» l2cd beftaan, uit te delgen, de werkelijke ééibeid van dat uitgeftrekte land in de plaats der veréeniging van deszelfs leden te ftellen en, door de vernieling der be. ftaaode orde tot eene nieuwe orde van dingen te geraken. Hunne middelen ajjn zich meester te maken van het opkomend gellachtdoor aaD hetzelve in al de Opvoe- dingsgeftichten van de Scholen af tot op de Univerfiteiten, een zelfden geestdezelfde gevoelens, dezelfde hebbelijk heden in te boezemen. Die geest is een geest van oraf- hanglijkheid en hoogmoed, verwoestende beginfelen, geënt op eene abftracte bovennatuurkunde en op eene geheimzionige Godgeleerdheid, teneinde het ftaatkundige fanatismus door het Godsdienftige fanatismus te verfter* ken. Die gevoelens ZQo: verachting nopens h.'t geene wat beftaathaat tegen de Koningen en de Gouvernemen ten geestdrift voor het fchaduwbeeld het welk zij vrijheid noemen en liefde tot buitengewoae dingen; deze hebbe lijkheden of gewoonten zijn die van phyfieké krachc ltgchamelijke vlugheid en inzonderheid de fmaak voor gt heiroe en geheimzinnige Genootfchappen als zo veele Wapenen, waarvan men zich, ingevalle van nood, tegeo de Maatfchappij zal kunoen bedieneo. Het Turnvrejen en de Burfchenfchafft ft rekkende om uit de gantfche Jeugd eenen Staat in den Staat te vormen hadden geene andere bedoeliog. Eenige jaren verder en dergelijke gevormde jonge lieden leerzame werktuigen hunner meesters, moeten, in de Regeering geplaatst zijnde, zich van hunne posten bedienen, om die Regeering omver te werpen. De leer dier Sectarisfen zo als de te Manheim begane misdaad en de apologiën van die misdaad dezelve geopenbaard hebben laat zich herleiden tot rwee magtfpreuken, de eene nog fnoder dan de andere: de eerftedat het doel de middelen wettigt: de tweede dat de daden oDverfchillig zijn, dat derzelver waarde eeniglijk af hangt van de denk beelden welke daartoe nopen en dat deze denbeelden altijd prijsfeiijk zijnwanneer zij de onafhankelijkheid en de vrijheid van Duitschland ten oogmerk hebben.** Dusdanig is de natuur van het kwaad, dat de onder zoekingen aan den dag gebragt hebben. Men Ziet, dat het geene zamenzweringen geld, maar wegbaning tot eene omwenteling niet van PruisfeD alleen of voornamelijk maar van geheel Duitschland; niet voor bet tegenwoordig oogenblik maar in de toekomst. Van het tjjdftip af dat de Gouvernementen van Duitschland de wond hadden ontdekt en gepeild, was het hun pligr, middelen te be zigen ter beftrijding van den voortgang des kwaads en te trachten hetzelve met wortel en tak uit te roeijen. Het ftaat in verband met algemeene oorzakenmen kon bet dus niet verbannen dan door algemeeoe tusfehen alle de Staten van Duitschland onderling beraamde en eenpariglijk goedgekeurde, maatregelen Geftreng te han delen tegen de perfonen welke ge'irrefteerd waren als de meest ingelichte omtrent de bedoelingen en kunstgre pen der partij en Diet als de meest fcbuldige en die voornamelijk tot middel van geregtelijke navorfching had den moeteD dienen, dit zoude een gedeeltelijke en onvol* doende maatregel geweest zijn, het was in de oorzaken, dat men de uitweikfelen behoorde te vto komen.** Van dien aard is het eenige oogmerk geweest der conferentiën te Carlsbad: zij hadden geen ander doel, dan tuslchen al de belanghebbenden, de gefchiktfte mid delen te beramen om waarborgen voor de maatfehappe- lijke orde in Duitschland daar te ftellen hetzij door aan de Duitfche Bondsvergadering meer klem, waardigheid en magt te verleeneu hetzij door over een te ftemmen om trent bet volgen van algemeene beginfelen door al de gefedereerde Staten, ten aanzien der twee groote drijfve- deren der openbare meening de Drukpers en het publiek Onderwijs. De Ministers van alle de voornaamfte Hoven van Duitschland, te Carlsbad vereenigd zijn volkomen eens geweest in gevoeleos en bedoelingen. Het kwaad vertoonde zich op zulk eene blijkbare wijze en onder zulke verontrustende gedaanten dat al de gemoederen er van gelcbokt en doordrongen werden. De best gefebikte maatregelen, om het te verwijderen en het voorre komen, wareD tevens fo eenvoudig en baarblijkelijk zo door de oorzaken zelve van het kwaad aan de hand gegeven, en zo zeer ftrokende met de beginfelen der regtvaard.gheid en meofchelgkheidwelke al de Vorsten van Duitschland beftieren dat de aan de Bondsvergadering te doene voor ftellen geene wederfpraak ontmoet hebben eo met alge meene toeftemmiDg der Souvereineo en van hunne Minis ters gedaan zijn. Het gene alles afdoet ten bewijze dat deze maatregelen tevens dringende en door het algemeen belang voorgefchreven waren, is dit, dat het bijna ge. noegzaam geweest is dezelve aan de Bondsvergadering voor te dragen om haar dezelve te doen aannemen en dat deze voorftellen met eenparigheid van ftemmen, ia befluiten zijn veranderd. Deze kostbare en waarlijk be wonderenswaardige eenftemmigheid ft eft de vereenigmg der Staten vao Duitschland in het volfte daglicht; deze vereenigingwelke de voorgeftelde maatregeleo heeft doen aannemenwaarborgd nog meer derzelver goeden uitflag en de zekerheid van Duitschland, dan die maat regelen zelve. Deze vereeniging is de eenigst mogelijke éénheid, en daar het eene levendige éénheid is, niet in naam, maar in daad; niet in form, maar in gevoelen en belangen, mag eo moet men daarvan de geiukkigfte ge volgen verwachten.*' Nutteloos zoude het zflo om in lange woordenwis- felingen te treden over de oorzaken en beweegredenen, waardoor al de ftemmen op de voorgeftelde maatregelen zijn vereeoigS geworden; zjj fpreken genoeg van zelve, en zijn ook gedeeltelijk in de piefidiaie boodfchap open gelegd. lntusfcheo meen ik er nog de volgende Deden- kingen te moeteo bijvoegen." Toen de Souvereinen van Duitschland, op het Wéeoer Congres, bjj Art. 13. der federale acte veikhatdes, daÉ cr etne fteaden-conftiiutie io de vérfchilleode integrerende Qlief r*rvo!g ep dê Kant van p &tadz l, C *T3 "SS* -50 w - a° hr ïïjc e'oSq o c O "J O -C 0 u. Si 2 '5 TJ O C t T3 q F -P "a 5 ■e S "H. -» s oj <j «J a ay 1 M F -C c Ec 5 s"2 sS=ï E - c« O .C "O oe D u o?s G-. Q iuO- - Jrr •- •c S 5 O O O 2- N O. SI JS li rC MJ CJ 2 «F r M™ - J u -g -a 5 £:?S - -■ë "t a 'o -o w 0/ O ft» "O M Jj S -2 c b a o" s ■2 2 «J o M u ,0 a> "O rC> c a OJ W OJ o O a 'Z o «i O o, 2 w SJ n nz u. ca C a» "O O X> c» -= 5 5 2 u 1, D c S:?-5 S L e T3 v c *a O -O t O-* 5'Z - - rc* 0 2 s e Wl5 u C13 o *5*° E ■5ü»sa 5 "O 2 O* F m. a» W 11» t» a» 1 "2 *P T o 3 B o - t o S S - - '5u s - O a» O C O» ^■00 .2 S3 O Q »- re. 4 o '•3 - e» d e «n c u a» - j- a> *0o0^w O a» ^3 aj c - -F 0,2» O e» k. O. 4» £-S 5 e-5 M 1» 3 O X c 0 Q C L4* O o g M 2J 0» O. J2S J3 2 o» C 4» >- X - o R* 1 O-0 o-T - ZS- c q> e» bfi -O C 4» 5 J2 o 5 5 1» Urn C •F O c g 5 a a> J a> a c zi w 4» F oc ±04 u N C - o-o ■S2>2»» - J a* c o -a n —«6 BS gS"üüo at B .2f 'S o M a cl— - i_ -1 -a 1» g a -a 2 c c 1 a o 3* «5 i> Q. C a-» M n .2 "iCT-S cJo.2-* 1» ac o w - s S a» <U q> a "3 w c c O o 0 z 4» -F S E 1> SJ X 41 QCi - Q w O» <U C-- a o 2 c 3 s JZ fi N O. - 0 2 2 «o - b a> B-S 34 ^-33 c: atQ o O OJ {O w 1» 5 .NT3FT3 u v a u a j3 T3CCj>F-- ?sssr.>s« r o u «oc "J m 5 a m •- o 0 o t» - O» ÏT o B -o 3 O SgSï-SSa-Sïl» S'-'-S oS- s - o,. ""SoN-O- CJ o» w •o 2 2 Q a s> S I if 3 S - a 5 e E 5 at cT C aj -só^=l -3.S gë^ïgS? - "S V - C S3 <U <U 5 P -o «4 v «,-2 o 2 2 <3 rt C - V u ■v. rt K Oj N 4» "3 .2 'O _u-»oi»a»cc !»- - 5 O U •S ZZ-v™ a» S a O c O -o <X> Q 1 t-Z- 2 2 S oü-ai c±-a c Së£g-S|s|S 0.2-? - N c M -2 CJ=£ •x - 2 o ST; sSS'-S-SS-g-S-B: *a a l» a» J - O O 5 S;u si - aa»TJ aT"0 i> 3 w g - x) a a g n S 1 O C 3 -.««c* Tl - <U r is£s.s ë-ï CO - -S-503 L. t: -j au U «f O .TI C, <u x a o C 5 Èï";o «I e o c *o mQ W u a I w O C. o 4» a a i O 3 Trj .e a, c l» O 1 - - 13 5 .2 ■- r "gë - a OJ l» O w o qj 1 1» 5J - 3 e» w - "O OB— 1 b ©3 O - a 3 o, 0 OJ o cc O q, JS N C Usi. o c o "O Ï2C" r-> .s - 2E - §^=■3 e Sd W— s "2 2J 0 N W Q rf .M -F o e - CO o 0 i 5 g M O c at a c 0 cü M u hi w eü ©cc g-t s -*g a t» .t: c -3 q.. O O "O r> -a a - 2 O 3 «-CF - •3 >"3 3 o C t N O O O - g 2- O S 0» a> 3 3 *7 -O^a rfï N *3 oi p O B. C J= T3 U O 4 ZsS! rt Cl n -o <N 5/ 2 - at M T c ES .3-5 3 r w c E -Z E7Ï» o I w O

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1819 | | pagina 1