3 'ta Z> 0 «ehelzeade Herderlijke vermaningen, en te« titel hos deride Jugement doctrinal* gedrukt en verfpreid op het eind'e vao dezelve maand Augustus, eeré acte vaa het openbaar gezag te hebben berispt en gegispt, cn door dat gefchrift onmiddelijk te hebben aange'fpuord rot on- - gehoorzaamheid aan die openbare acté. 2. Van federt 1815, en inzonderheid in 1816,'er: - zelfs "later briefwïsfeling met een vreemd Hof overGmis- dienstige zaken te hebben gehouden, zonder alvorens daartoe te zijn geregtigd, geworden van wrge den vobrfz. Directeur-Generaal zijnde deze briefwisfeling gevolgd geworden van daadzaken, fhydig met de Heilige veror deningen eencr wet, en inzonderheid vaa de uitvaardi ging van twee bullen én van een brevet vaa den Paus, dienoch van eer. placet noch van een vija waren voorzien Gezien het bevelfchrift van den Voorzitter van dit Hof van Asfifes, van den 9 October, gelastende, dat de afwezige voor het Hof veïfehijne zijnde daar bijgevoegd dc Procesfen-verbaaldie van de af kondiging en aanplak king daarvan doen blijkeBwelk vonsisacte van be- fchuldiging, bevelfchrift en proces-verbaal door den Grif fie? zijn voorgelezen 5 Herzien deszelfs vonnis van heden, waarbij de inffruc- tie der contcmacie tegen Maurice de BroglieBisfcbop 'van Gent, is" verklaard te zijn regelmatig en overeen komstig de wet; Gezien de proces-Hukken, door het openbaar Minifte- Tie te berde gebragtten getale van 52 volgens den in ventaris, bij het proces gevoegd, welke Hukken insge- - lflks zijn gejezen; Gehoord dén Procureur-Generaal in zijne middelentot Having der befchuldigingmitsgaders in zijne conclufien Overwegende, dat de daadzaken, het voorwerp der gerechtelijke vervolgingen tegen den befchuldigden uitma kende indien zij bewezen zijn eene misdaad van Sraac zijn, waarvan de flraf, bij uitfluiting., aan.de tijdelijke jnagt toekomtovereenkomstig de verordeningen van het -Straf-wetboekhetwelk kracht van wet heeft behouders door het 2de bijgevoegde artikel der grofedwet, zijnde Zulks dearenboven overeenkomstig de oude conHitucic aieele wetten des lands, die insgelijks de flraffeldosheid v»» geestelijke perfonn» in dergelijke zaken v-rwerpen welks waardigheid obk de perfoon die in rechten werd betrokken, bezitten mogt, gelijk mee zien kan uit de handelingen, opgeteekend in de registers van de corful- ten vin den Raad van Braband en andere hooge Gerechts- hoven van Belgien, die van gevoelen zijn geweest, dat het vijfde kapiitel van de 24de zitting van de reformatie van het Concilie van Trente niet aannemelijk was ge lijk de Raadsheer Steekmans verklaaad in zijn Jus Belga rum 9 sde hoofdfluk no- 7, ten titel hebbende: Relatio gestorum circa concilii Tridentini in Belgio promulgatio- mem et rtceptionem. De tekst van het 5de hoofdfluk van het voorfz concilie luidt, aldus: Caufae etiminales et graviores episcopprum romano pontifici refer*t*ntur nifi ne- ^ctfario extra romancani curiam fint commit t sndae quo tafiu Joio inftructin facti committetur meirapolitanis et cpifcopisrefervatd tidem fanctisfimo fententid definitivd. Maar de hooge Gerechtshoven van dit land nVaakte daar ©p de volgende aanmerking ter niet aanneming van het voorzeide artikel 5 Ubi BrabantiFlandri aliique mp- ment fiosfe regem inhaerere veteri juri et aucteritati fuae conjeryandam fccuritatem ct tranquilitatcm rei publi- cae et fubditsrum. 1:. V. Wat het eerfte punt vtn befchiildiging betreft, Overwegende, dat het gedrukte gefchrifc, alhoewel tefit titel hebbende: Jugement .doctrinal (een fluk dat de befchuldigden in zijner* brief, in den maand November 1816. aan de Commisfie Van den Staatsraad voor de zaken van den Roonuch-Cacholyken Eeredienst op den inveuta- ris genummerd no. bisetkent van hem afkomstig en door heip'ondergeteekenÖ te zijn), herderlijke vermanin- gen behelst, waaronder V-menten aanzien van art. 190,. 191, 19I, 193 196S5-6, 245 en 2 van de grondwet, de navolgende 'ztnfheden heeft opgemerkt: Bladz.'6. Wij hebbe® noodlg geoordeeld te verkla- ren dat geen onzer respective: oDderhoorigen zonder <le dieibaarfté beiaagea van zijnen Godsdienst te verra- den, zéfider zich aan eene groote misdaad fchuldig te maken de onderfcheiden eeden by de grondwet voor- gefchrevenkan afleggen, waarbij men zich verbindt om de nieuwe grondwet te handhaven of tot de handha- k viDg en nakoming derzelve mede te werken; ■Bladz. 8. ,^Te zwaérea de vrijheid van Godsdienstige begrippen te Zullen handhaven, gelijk mede de gelijke befeberming aan alle Godsdiensten toegekendis niet anden dan te zweerende dwaling even als de waar- heid te befchermen; Bladz. 10. Te zweeren eene wet te zullen nakomen en handhaven, welke veroaderHelt, dat de CatholijkeKerk aan de wetten van den Staat is onderworpenen die aan den Souveréin het recht geeft om dé Geestelijkheid en de Gelovigen te verpligten om aan alle wettea van den Staat, van welken aard ook, te gehoorzamen» dat is, zich openlijk bloot Hellen ora mede te werken ter on- rlerdrukking der Catholijke Kerk; Bladz. 11. Te zweersa eene wet te zullen nakomen „en handhaven, welke aan den Souverein en wel aan eenen Souvereindie onzen heiligen Godsdienst niet belijdt, het recht toekent, om het openbaar onderwijs de hooge, middel- eB lage Schooien te regelen, dit is, het openbaar onderwijs in zijnen geheelen omvang aan zijne willekeur overgeven, dit is, de dierbaarfte belan- gén der Catholijke Kerk fchtndeyk verraden; Blad*, ia, Te zweererieene wet te zullen nakomen en handhave» welke de Provinciale Staten geregtigtde wetten, betrekkelijk de befchcrming der onderfcheiden Godsdienstende uitwendige uitoefening van dezelvehet M openbaar onderwijs, ten uitvoer te brengea, is dit niet, de boógfte belangen van den Godsdienst toevertrouwen aan leken, die, in deoogen der Catholijke Kerk gee- ne bevoegdheid hebben noch kUnnen hebben hetzij om de rechtvaardigheid of onrechtvaardigheid van deze wetten „welke hun zullen worden toegezonden te erkennen, hetzij om dezelve toe te pasfen,- hetzy om oe uitvoe ring derzelve in de teapective Bis'dommen te; beveelen Op Bladz. 13 drukt de befchuldigde zicli dus uit: Het is genoeg, dit wij bewezen hebben dat de'^ieuwe Grondwet verfebeiden artikels behelst, flrijdtg ïr.ct den geest en de grondftellrngen van onzen heiligen Gods dienst, en die klaarblijkelijk flrekkeiióm de Kerk van Jezus Christus te onderdrukken en dat her derhalve aan de geloovige Catholjjken niet kan geoorloofd zijn, zich bij eenen eed te verbinden, dezelve «a te komen en te handhaven.*' Overwegende dat de befchuldigde zich reeds in eene andere herderlyke vermaning vóót; de afkondiging der Grondwet gedrpkt en uitgedeeld, in denzelfden zin, en den zelfden geest van berisping bedilltag oc tegtulhand had uitgelaten; u 1 Overwegende dat Zulk* eene opéoiyke lastering 4cr G ondw-t is, wlke, donr de vrijheid der godsdiensiigc be tippen te wi*rbi>rgen en eene gelijke béfcherming aan alk- godsdienstig" gezirïdhèden die in het Koningtijk hc° {laan toe te kennén., nier anders doet dan- ien gronde begin fel van flmtsregE Aannemen aangaande de fsaatkun- digs en burgerlijke verdraagzaamhèid rjieen v ten aanzien der uitwendige handelingen weike brj dê^uitoefening der verfchillende eerediénsreo gebruikelijk zijn, zonder in eeoigen opzigte de leerfteilin?en aan.te róerê'n welke eene TtSucer geestelijke zaak zynde bij uitfiuiting in de migt blijven der dienaven, met eene geestelijke zending bekleed- Dar het dit grondbegrnfel is, hetwelk dec grdndfag heeft uitgemaakt van de trtctaren van bevrediging, welke tusfehen de Cathblijken en de Protestante® zijn'gefloten'; dat alzo de Grondwet niets anders gedaan heeft dan eene verordening van het ftaatsregc door redenen van voltlrekre noodzakelijkheid geboden en door alle mag- ten van Europa geheiligd» te erkennen: Overwegende, dar een ftelfel va® onafhankelijkheid Ce proclameren, gelijk de befchuldigde doet, zulks is, zich hec opoergezag te willen aanmatigen geen lid der raaatfehappij te willen zijn, en zich aan de wétten vaa den Staat te onttrekken; Overwegende, dat de geffchriïteirvah den befchuldig den, met name, de hierboven vermelde zinfneden-, vaa eenen aard waren, om uit te werken dat geene open bare bediening zocde hebben kunnen wordeji waargeno mendat de organifatie der Gedeputeerden bij de Staten- Generaal, voor de Zuidelijke Provinciënniet zouden hebben pl?.*ts gehad en dat op de omverwerping der Grondwet noodzakelijk een ftaat van regeringloosheii moet volgen; O-erwegende dat uic al ^eze Rukken en uit de om* Handigheid der zaak de fchuld van den aangeklaagdeB ge- noegzaim is bev/ezenter zake, dat bij verderfelijke gefchrifren heeft uitgegeven, behelzende valfché en roe- kelooze Hellingen welke het gezag des Souvereins krén- Jcen, en eeoê OHmiddelijke aanfporing tot ongehoorzaam heid aan de flaatsregellng zijn; Overwegendeten aanzien van hec tweede pisnc van befcbuldiging dat het daarenboven nog een conflitutio- neel regt in Belgien was, dat gèene bulle brevetres cript, decreet, mandaat, provifie of expeditin van het Hef van Rome konden worden ontvangen, afgekondigd, gedrukt of o,p eenige andere wijze ten. uitvoer gelegd zonder autorifatie van het Gouverceiuent, eene verorde ning van het Haats.'regt, bij de edicten van Philippus den Goedenvan Maxi mi liaan en van zijnen opvolger, ver nieuwd in den jlren 1447 1485 en 1497, by de prag matieke functieAcot Philippus IIt in 1574 gegeven, •bij wijze van eeuwig edikt, waarbij de Oraf van banflis- fément wordt bepaald en eindelyk by eene menigte van akteó en decretendoor de opvolgende Gouvernementen uitgevaardigden v/aarvan melding wc-dc gemaakt ia het'gedenkwaardig confult van den Raad van Braband 'van het jaar 1628, toegezonden aan de AartshertoginaC IJabe'laSouvereine van Belgie; Dat in der daad deze goedkeuring, placet of vlfaeen waarborg waren ten einde voor te komendat er bij gelegenheid van questien betreffende godsdienstigeja zelfs leerffellige zakenniets gefmeed werd ten nadeele vannóch Hrijdig met de regten voorregten en hooghe den van den Souverein, een maatregel, die iasgelyks zijne uitvoering erlangd heeft tén aanzien der bullen van indulgentia ofjubilés, volgens Koninklijke brieven van 16 Maai t 1501 en den 30 December 1503 aan den Raad van Vlaanderen gezonden, alsmede volgens het decreet van den 2 October 1726, betrekkelijk de bulle van Rome van den 31 July bevorens aan de Univerfiteit van Leuven gegeven, ter'.viering van het eeuwfeest harcr ftichcing; Overwegebde wat de onderhavige zaak betreft 4?t zo het niet bèwezen is, dat er tusfehen den befchuldig den en hec Hof van Rome eene briefwisfeling' beHaaa heeft ter bekoming van het jubilé te Halleen te Brugge, het niettemin waar is dat de eerffe dier bullen in ver- fchejden Kerken van hec biadom van Gent, ja zelfs in de Hoofdkerk van. St. Bavo, is aangeplakt geweesten dat, mét opzigt tot de tweede bulle, de afkondiging en aanplakking van dezelvezyö gelast van wege den befchul digden en zulks alles zonder dat deze (lukken aan de goedkeuring des Souvereins*'zijn onderworpen geweest. Overwegende, met betrekking tot het brevet, aangaan de het bidden voor dé gelukkige verlosflng van Mevrouw dé Prinfesfe van Oranje dat de inhoud vin dat Huk het bewijs behelst van de ónwettiglijk gehoudenè briefwisfe ling van den befchuldigden; dat de publiciteit, welke bij daaraan heeft gegeven, een klaarblijkelijke inbreuk is op art. 207 en 208 van het Strafwetboek, mitsgaders op de oude conffitutionnele Wetten des Lande; Dat, voor het overige, die briefwisfeling geheel on nodig was daar men in de overige bisdommen van hec Koningrijk geen cogenbltk heeft geaarzeld zich te gedra gen overeenkomstig de wenfcheii van Zflne Majt. zodra Hoogstdezelvc zijne godvruchtige bedoelingen aan de geestelijkheid bad te kennen gegeven; En dat, daarenboven, de befchuldigde niet onbewust beeft kunnen zijn, noch zulks geweest is omtrent het geen, gelijk aan allen bekend is, in een dergelijk gevai heeft plaats gehad zo en in dier voege als het befluic van Benedictui XIV. vkn het jaar 1756 behelst, naar het- welk Zijne Heiligheid Pi us Vil in dit laatHe brevet, den befchuldigden beveelt zich te gedragen, oraffandig. heden, welke het (telfel vari tifcenkanting doea kennen, hetwelk 'de befchuldigde niet heeft opgehouden tegen de nieuwe Grpndwet te willen doen gelden Zo is Het i bat het Hof verklaar:dat Maurice de Brogliethtns befchuldigde fchuldig is 1. van door gefchriften be helzende herderlijke vermaningen, oamiddelijk te hebben aangefpqord tot ongehoorzaamheid aan de Grondwet van het Koniogryk der Nedeflandea; 2. Dat het niet is bewezen dat de befchuldigde een® briefwisfeling met het Hof van Rome heeft gehouden om van hetzelve de twee bullen van het jubilé te Hall^ en te Brugge te erlangen, maar dat hij fchuldig is aag het houden vtn eene briefwisfeliDgwegens- het biddeü voor de gelukkige Verlo»flng van H.K. H. de PrinTès van Oranje, Zonder daarvan ajvorens kennis te hèbisen gegeven'ian den Directeur - Generaal' van den Cathcl^lccn eeredienst^ én zonder zyae toeftemming tc hebben 'beko men voerts aan het afkobdigen van het brevet, van bet Hof van Ronae, betrekkelyk dit bidden, en aaii het ge- ven ven auro/ifatiater afkondiging der twee vóotzeide i bullen, zonder deze'beide akten alvorens aan da goed keuring en het -bekomen Van nee plk'cu vaa dei Souve- rein tevhebben onderworpen; H l v:rr$ g op d: ran dezt Blad*. -3 >0 0 a ~z c - - —•Dmc w TJ-sj l_ m C 4/ >11 3 y 1 >4> O Xi s-l-slt'5asiS« y. -s - c ifJJ a ai c M P J£ O A c Tn t> y- ,i« S'v v- fiO O 3 M-U 'it r R.' 3 - u H.-3 C rt u c bc rï.js Xt*i i-P D. j .5 - - 2 0 S - «J O >- c. y 'p. tj 'XC SC g -C3 o'-N-Q 0 5; c s V JE UJ c - - o o 6 W v 4» rU IJ C ?ra f ej M N tv -1 W L) T3 x - S> 13 c II O M»: 5 S-Ë--. S3 .s «JCS B.|Q n y .i o. g *j c w v O at 'J T3 n S If w y-, o c «o> N-S-5 c. O 2 O 9 O N Q o.4J Ses 5"^ 2 ht 0 V 30 ""O ?lU i|s-st-sss5s a U-o>§S^ja^Q a .t» c v c eo o a a tj 0 S 'O G*S.O «e 22-° O.S - E ^*5 2 o"° o O r- CJ 3- 'm rs A U 4> 7 o n - «3-a 4> ™- V h 0 ts. 5 O S| 0 a O «f .fi -o 2 - l S 3 -a -a W CJ 2 5 3 •S*" o t» ■s i -.8 S'5 n C u u "2 •"E- - ïïk o Ü-» z*li S s o- •Si -O 0 Z OS ti O -O C.C a. £r •- a - es 25 v ei-s 'Z,u a a «i O - m o r> ^3 1- !E3> 4/ fc- >r* s"5 5 p- T3 ES - u. U (U 3 .2, 3 1» K u j5- c 'Z 2, tjtr n 2 i "11 n S 2 c O w- a- a a O u *5 5 S o '~2 c 0 Siv .2 O a i ■'1®I S-S -5 S - S 1 s 01 »a x) n *3 OS ca d o M s* tsX a au CTJ 9 zx 0 O qj O "J *T3 O «2 'x: a «3 ^5? I ,v O C h Ck, tMl g 4> 4J - 5' S .«X ï.i 3 j° W Qfi 21 O o..5 „Z o c *- Óo <1 - f, .N 2«f- gso V3 w o o 3 x o> - '0 a 4> 0 a\ ed-| E a 0 O ta w le& •-S-* O -;S és 5 P a Q *-*• tE o 0 4» ,s O-0 51 n .41 P. «J fc O M P* Ui n w ct el u ÏJ -r? X E-o 2 V - O .4* p u c u 0 fl J* w 3"° PO 5 '-\ S? 2- "3; l-l n> 0 5S z 0 i£ _T E g v c ca P. --i «J is •O w CB 1» r! O Qi 4> .33 «V O P V» Q O l- - <u o.cq X 0 c X' SiS* :c?X aj v w v, -a c o> 3 M m SS 32 s "H S p* p z «1 J 0 j: B O EX o> c-cH< - C ■£,-£ s 0 0 b a 2 a M PO 0 O c- c« tZ o c c 5 U 5 cl C v- -fi •- bO "XI O ?f o -- <U O 4> Z. M - - -S g- B Sm O M N ^3 c v g ws> a o a - - fi h: -o «2 J3 H-S tl'"3 I s 212 5710 n OB 'w a 2 N So*» - y S v 4 H Vim 5 o e a >S> a a v 8|a|ds!. o c - *t ÏS-tt 5JË - S' -ns b S2 C V -c 4> t> J ü- m-j c b».a *5 3 2;^ xi a «2 zt t& - a -v- o W— <u g 2 3 C O U 2 - Ij. WUco-J c B a 1 g w *5 M 2; 8 S y m. o cu a K 1 4; r»" -•OM 41 C 4* c* 4» X B C *0 4) -O 4> "O 3 t» Q« e o F «1 co oe O té tl J; o v O O B fa S a-2 - e i - •5 V 5"S 5 i o -® jj h* o 3* 3 2 o -5 c O CJ X3 X5 C u. O - *g2-S S g 5 5 S a - 5 'ZZ Sc5-§"=:s 21 V. C. u P li n O S >3 •Xs! - - U NÏ' «A Ji, 2 2'E ;- f'];» 0.2.S - 3 W# tj O uï.t .2 -5 9' g 3 - fas't; 0 5 J" w *3

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1817 | | pagina 3