iUK rf a toegelegd geworden, zal hetzelve als nog, in .te gaan met denzelfden iften December i. 1.. worden verleend op de, tot dat einde, door onzen Commisfaris-Generaal voor de binnenlandfche Zaken tedoene voordragten. 2. Wij referveren aan Ons bij de behandeling van de -- zaak der achtcrftallige betalingen, nader te beduiten, ten aanzien der betaling van hetgeen deze Weduwen over de Jaren i3n, 1812 en 1813, zouden genoten heb- "benof hadden kunnen vorderenindien het Penfioen •aan haar vroeger was geaccordeerd geworden- 3. Onze Commisfaris - Generaal voor de binnenlandfche ^aken zal ons een algemeen Reglement op hec ftuk der Kerkelijke Penlioeneii voordragen. 4. Otize Commisfaris-Generaal voor de binnenlandfche 2aken is belast met de uitvoering v:an dit befluit. Gegeven in 's Gravenhage den 18 Maart des Jaars 1814, jen van Onze Regeering het Eerfte. QgetcekendWILLEM. Ter Ordonnantie van .Zijne Koningl. Hoogheid De Algenïeene Secretaris van Staat getcekcnd A. R. F A L C K. Voor Copij conform De Aigemeene Secretaris van1 Staat gctcekcnd') A. R. F A L C K. De Commisfaris - Generaal heeft dan ook, overeenkom- ftig het eerfte Artijkel yan dit BeQuit, reeds eene favo rable voordragt aan Z. K. II. gedaan ten behoeve der We duwen daar bij vermeld voor zo verre zich dezelve reeds legaal hebben aangemeld. Hij nodigt wijders alle Weduwen van., vóór den eerften December 11.overledene Hervormde Predikanten, die, i'choon daarop aanfpraak hebbende als nog niet zijn gepen- iioneerd, bij déze, uit, om aan den 'Commisfaris voor de Kerkelijke Zakcil in te zendeneen Request tot hec erlangen van voorfz. Penfioen gemunieerd met eene ver klaring van de Gecominittèerden der Clasfis, waaronder de laatfte Standplaats van hare overleden Echtgenoot be hoort, houdende dat zü als nog onhertrouwdePredikants- weduwen volgens de verordeningen in dat Departement, tot op de inlijving dezer Landen geobferveerdaanfpraak hebben op een Penfioen uit 's Lands Kaster fomme van f: 's Jaars. 9s Gravenhage den 31 Maart 1814- De Comtnisfaris - Généraal voornoemd H. van STRAALEN. Wij WILLEM, hij de gratie GodsPrince van Oranje - Nasfau Souverein Vorst der Vereenig- de Nederlanden enz. enz. enz. Willende doen ophouden de belemmeringen die in de furveillanceop de invordering der indirecte Belastin gen, worden ondervonden, uit hoofde der ontftane twij felingen, of, en in hoe verre de bepalingen, vervat in de Generale Ordonnantie op de invordering der Middelen te Lande van 17 January 1806 moeten geóórdeeld worden weder in werking te zyn Gehoord het rapport van onzen Commisfaris-Generaal voor de Financien, op de voordragt van onzen Raad en Advocaat-Fiscaal-Generaal voor de Middelen tc Water en te Lande; Hebben befloten en befluiten: Art. 1. De bepalingen, voorkomende in artikel a, 3, 4, 5. 6* 7, 8, 9» ro, 12, 14, 15. 16, 17, 18, 19, 22, 23, 24, 2;, 26, 27, 40, en het tweede gedeelte van artikel 42 der Generale Ordonnantie op de invorde ring der Middelen te Lande, van 17 Januarij 1806, wor den verklaard weder in werking tezijnbehoudens de modificatien, die deze artikelen, in foramige bijzonder heden, bij latere verordeningenzouden mogen hebben ondergaan a. Wij referveren onze nadere decifie omtrent hetgene, hij artikel 20 en 21 derzelve Ordonnantie, wegens de te Rellen cautien en de verbindtenisfen der Vrouwen van de Generale Ontvangers, Ontvangers en Gaarders is ge- Ratuëerd. 3. D or de verklaringvervat in artikel 1 van het te- genwoordig Befluit, wordt g^ene verandering gemaakt, dn het gene bij de Wet van 4 January 1814, betreffende de manier van procederen iii zaken, rakende de Midde len te Water en te Lande, is bepaald. 4. Dit Befluit' zal in het Staatsblad worden geïnfereerd. Gegeven in Gravenhage ten uden Maart des Jaars 1814, en van Onze Regering, het Eerfte. {Gcteekcndj WILLEM. Ter Ordonnantie van Zijne Koning- lyke Hoogheid, De aigemeene Secretaris van Staat Get eekendA. R. F A L C K. Wij WILLEM, bij de Gratis Go it: Prince van Oranje - Nas fanSouverein Vorst der Vereenigde Nederlandenenz. enz. enz. Overwegende dat de verachterde toeftand van de Ar men Directien en Pieufe Gedichten dringend vordert, dat dezelve door het genieten van vrijdommen eeniger mate worden te gemoet gekomen en verlicht; dat wijders'de inlandfche Fabryken en Trafijkenalthans de zodanige, welke door den aard harer voortbrengfelen en derzelver aangelegenheid geconfldereerd kunnen worden, bijzonde re aanmoediging te verdienen daarvan insgelijks behoo- ren te jouïsferen, alsmede dat, in het algemeen het object der re mistten provifioneel in afwachting van theerdere fchikkingen, tot opbeuring van Handel en Fa- brijken moet worden geregeld. Hebben befloten en befluiten*. 1 Art. 1. De remisflen en reftitutien'bij dé Wet van den di. April 1807 toegeftaan, worden gecontinueerd voor de 5 Indirecte Belastingen en de Steenkolen behoudens de j modificatien hierna vermeld. e' 2. De vrijdommen van de.Indirecte Belastingen, bij de Wet van den 21. April 1807 toegekend, zullen worden n genoten door het bekomen van rejlitutien na dat, tot hét genot daarvan, de, bij de Wet, vastgeftelde conces- fferi zullen zijn gevraagd en verkregen. De vrijdommen r vbor het Lastgeld zullen op den voet der Wet genoten tvorden bij ex'empiie. e 3. De concesfien bij het vorig Gouvernement aan Ar- 1- men - Directien Godshuizen Fabryken en Trafijken ver leend, worden bij het beftaan der Indirecte Belastingen n gecontinueerd, tot over den jare 1R1Ó incluis; zullende de verdere voortduring van dien gedurende de maanden Mey, Junij en Julij van den jare 1816 moeten worden ge- n vraagd, en die verzoeken in het overige van dat jaar v worden onderzocht cn beoordeeld. De Fabrykar.ten, welkt nog gcene toncesfïe bekomen hebben, zullen dezelve binnen drie maanden, na dato dezes op den voet als bij de Wet is bepaald kunnen verzoeken,, van Onzen Córamisfans-Generaal van Finan cien, welke dezelve, conform de Wet, zal kunnen ver- ieenen. f.4'. Dé finale dcclaraticriter bekoming van voornoem de reilitutien zullen, vóór den 1. Februari), van het opvolgend, jaarmoéten zijn ing-dieted bij de Directeurs der Indirecte Belastingen in de Departementen ten einde bij hun onderzogt en" VQórloopig geliquideerd re worden, om, vóór den 1. April van.elk jaar, finaal bij de Hoofd Adminiftratien der Financiën te worden geliquideerd; behoudens de faculteit van Directeuren om over de eer- lte elf maanden van het jaar, aan Armen - Directien en Godshuizen, op overlegging van-Daclaratoiren van Arm- verzorgeren of Reftuiirders.periodieke betalingen van restitütien te geven welkein mindering van de finale declarationzullen verftrekken. 5. De hoofdelijke reftitutien voor, de Godshuizen, by •art. 22 der Wet vermeld, zullen berekend worden, per hoofd 's maands Voor het Öemaat 3 Stuivers. Zout, Zeep en Dranken, 2 Turf en Kolen3 doch zal óver het jaar 1814 de hoofdelijke reftitutie, wegens de Turf en Kolen, niet verder borden geaccor deerd dan voor zo verre bewezen wordtdat er geen andere Turf en Kolen zijn gebruikt, dan die na 1. Ja- huarij 1814 inge'flagenen behoorlijk verimpost zijn. 6. De declaratien van Armen - Directienof van Fabrij ken over restitütien, beneden de 15:-:- in bèt jaar beloopendezullen niet kunnen woi den aangenomen. 7. De exémpiien in het gebruik van het Zegel, ten be hoeve van Armen-Directien Godshuizen en behoeftige Perfoonen gelijk ook aan Fabryken en Trafijken, bij de Wet geaccordeerd, worden gecontinueerd 4 zullende de regiftratie dier actenwaarvan zulks bij de Wet wordt gerequireerd, wel plaats hebbendoch zonder betaling van liet regt. 8. De restitütien j zullen niet flechts worden geregeld 'over de principale'Belastingmaar ook over het additio neel voor het Syndicaat, en de plaatfelijke kasfen ter wijl er, voor zo verre er plaatfclijké Belastingen, over eenige andere Middelen worden geheven, deswege, door dé plaatfelijke Adminiftratienreftitutie zal moeten wor den gedaan. 9. Onze Commisfaris-Generaal van Financien is belast met de executie van dit Befluit, hetwelk zal warden ge plaatst in het Staatsblad. Gegeven in 's Gravenhage, den 19. Maart des jaars I8l4,.en van Onze Regering het Eerfte. Get eekend) WILLEM. Ter Ordonnantie van Zijne Koninklijke Hooghe id De Aigemeene Secretaris van Staat Get eekendA. R. F A L C K. *'0 cd 2 Cd O qj r co .S 0 "*5 n Q c s 5; Z ie gZ r. C C r*- o .Z n j_I r5 2 u n - o. S .ïs^o s 0 h =-S- S-3 - c 2-a g5, B, J 'g sa-S 5 c »- 0x1 &.-> cÜ» o s-so cj k 1- aj v s m «t- •g 5 e-s:Jz c *-a 2 - I. C 1. c C C S r C i ir 0 cj o o, r-i C_> Cl CS *-» 5 A-0 O co .*3 id W cd va S3 8 f J 5 <1 HH <L» 5 tx. "TI, i? j o -s aj 5 5 Sc 2= <U c - 'OM £"2 g r S V M •K» 4J P 2a C - n t«j n isj s. CO c "B Jg g> O Sj C J-. O O pj C I 5! <u c: 4; o o o *2 1 c; «-> rZ - o icoï^>ci-i; w c C c' e 1 S B s B - f> -O ^5 'b£. «x: o» 3 JZ - "3 'Z c - 5? c - 5 r 1-s O O - «o'-g C S W 5* i T3 O - 1 S 2 -o s "P S1 Xd j- ZJ CJ O s-sJgsH bo <u c. -Slo M S *-» 00 -O U u k* c.—2 cl «3 -1 ctf aj d <i N't! "O èi»-i Wij WILLEM, bij de gratie GodsPrince van Oranje - Nasfau Souverein Vorst der Vereenigde Nederlanden enz. enz. enz. Gehoord de Voordragt van Onzen Commisfaris - Gene- rtU ^l(1) raai tot de zaken der Financien; Hebben befloten en befluiten, bij alteratie van i tot B 5 '3 2 i - en met 5 van Art. 11 der Wet op de Belasting van de S Turf, de dato 10 January1Ï8O7waar bij .de Termijnen "2 a S 3 van betaling van dézen impost worden geregeld. «<5^2 - M -'x Art. 1. Het bedrag van gemelde Belasting, hetwelk J= 2 o 2 "2 a iemand wegen» zijnen ,gebaggerden gegraven of gefloken c 10 ë5c5 Turf, loopende het 'Saizoen van deszeifs .baggering of 5 2 c-2 23 vergraving bij. het 3 en 5de, Artikel der; Wet op dit c e*2 2 o g S middel bepaald, is verfchuldigd geworden, zal in het 2^ 3 -2 c— S c vervolg, het zij de fommé zes honderd Guldens en daar o c tc| .0 o boven, of minder beloopt, geheel en al wórden betaald, S o gedurende het Jaar volgende op het Jaar waarin de Turf o 3 j.ï zal zijn gebaggerd of gedoken en zulks in de hier na- 3^. 6 u 3 o.'-^ '3 g :2 genoemde termijnen, als- *2'e w u.,O o Een geregtN tiende gedeelte in de maand Jauarij, een gelijk tiende gedeelte in de maand 'February, en a a a-S o .5'0 vérvolgens in ieder der maanden Mey Junij October ^§2 S c g en November, éengeregt vijfde gedeelte/' 5 =3 BlyVende, overigens het bij 6 en 7. van het voor- -5 c j; 2 S S"S s' 2 1 fchreven 11 de Art. bepaalde, zo met betrekking tot de a^c 2 S? 3— a '5 boete wegens latere voldoening dan op de gemelde Ter- mijnen, als ten aanzien der korting wegens de finale en '3 is'""* c /j O 3 g S N-°-r a geheele aanzuivering van hét verfchuldlgde vóór het ex Sc'-a g3 'o-atSo 2 pireeren van den tweedén. Termijnen alzo vóór ultimo 3 J o - Februaryin deszeifs geheel. 2 J JJ S 5 S S.S "°S o 2. Onze Commisfaris-Généraal tot de zaken der Fi- nancien, wordt gequalificeerd om alle verzoeken, drek C. No •- TJ C C 1 C 'J.i |s-MS kende om gezegden Impost bij de aflevering yan den g 2 c g - S o Turfof wel op eenige andere wijze dan hier boven is S g ,^-ao d >5^ omfchrevèn, te voldoen, als minder in verband (taande c - g'cg«N *5 Ns?" .5 met den aard en zekerheid der perceptie, en dien ten ge- 'S W S vol ge aan eene kostbare recherche onderhevig, te decli- tj o 2 c-r S neren en te wijzen van de hand, y JJ c g.2 c s 3. Onze Commisfaris - Generaal voornoemd, wordt be- P.S^Ü J" <2^ S t last met de executie van dit Befluit, hetwelk in het S 2.w Staatsblad zal worden geïnfereerd. "o£ g ^,2 ~*S g ^3 =3 Gegeven in 's Gravenhageden I9den Maart des Jaars <l> u >,ri 2 o 1814, en van Onze Regering het Eerfte. ó/"3 g.2, J ■oo^SdU_ CgctetUnd) WILLEM. „.S g£ë l^-5Sf Ter ordonnantie van Zijne Koningliike Hoogheid, '.Si"Sa, '5S.5' U~-; 5 Dt Aigemeene Secretaris van Staatc - c. 2 S S S c,getcekeadA. R. FALCK. g^S='_-5S =r g 3 P t= 2 r> S o O «v n - O iu- - M. O w dj 5 Z c -5-2 o cs e I13 i- r c cm 3 S r- y hr. e. bC Wij WILLEM, gratie GodsPrince van S:|*'o öd 13 .E'— o 'S Or an je-Nasfau, Souverein Vorst der Vereenigde c? N E.£ t. n b« 'SS b T. T i i U z v. ts c 3- - i 11 U O Nederlandenenz. enz. enz. - J t j In aanmerking nemende, dat het Lager Schoolwezen, S 2 1*1 gedurende den tyd' der Franfche overheerfching geens- 3 g 2 c ■- g g J zins met die oplettendheid en onbekrompene zorg is be- z: g'SQ a handeld geworden welke hetzelve vefdienten die ook "«-o 2 S c2 .j> bevorens hier te Lapde aan hetzélve was te kosfe gelegd; En willende een zo aangelegen onderwerp, hoe oti «9 hoe liever, herftellen op dien voet, welke alorame als de nuttigfte en doélmatigfte erkenden door de onder- vinding.zelve als zodanig aangeprezen is; Gehoord de voordragt van Onzen Commisfaris - Gene- - raai van Binnenlandfche Zaken, Hebben befloten en befluiten; Art. i. De Wet, van den 3 April 1806, zal bij voort-* during, befchouwd worden ais de gron.dflag der Neder,- i landfche School-inrigtingenen zullen alle daarop rus- liet vervolg of de kant van deze Ëladz

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1814 | | pagina 3