A°- 1S071. LEYDSE N° COÜRANT: i-4 P slP-liH ^15 s-2 in s B* r ■1 n „1 -- 3 £.2 N-# j "jj - O i Cii I sis MAANDA8 PUBLICATIE. L ODEWIJK NAPOLEONdoor de grade Gods, en de Conilitutie des KoningrijksKoning van Hol land, aan alle den genen welke deze zullen zien of hooren lezen, Salut! doen te weten: Dat Wij, óverwegende, dat bij het emaneren éener Wethoudende de noodize voorzieningen tot voor koming van defertie en ontdekking van Deferteurenhoe- danige die is welke in onze Publicatie van heden vervat is de billijkheid vordert, dat hundie zich aan deze misdaad hebben fchuldig gemaakt, en tegen welke de geftrengheid der Wet zal gerigt zijn, als nog gelegenheid worde gegeven om de fchadelijlce gevolgenwaar voor zij anderzins zouden kunnen bloot liaanvoor te komen, hebben gedecreteerd, gelijk Wij decreteren bij dezen. Art. 1. Aan alle Perfonenzich fchuldig gemaakt hebbende aan del'ertie uit den dienst Onzer Zee- of Landmagt, wordt ver leend een generaal Pardon onder even dezelfde voorwaar den weike bij het bevorens verleende Pardon, vervat in Onze Publicatie van den 30 Junij 1806, zijn vastgefteld geworden. 2. Het termijn van de terugkomst, aan het genot van dit Pardon verknochtwordt op den 15 April aanftaande be paald. De als dan niet terug gekomene Defcrteurs zullen «an alle de geftrengheid der Wet onderhevig zijn. 3. Alle de verdere bepalingen der opgemelde Publicatie van den 30 Junij 1806 worden op nieuws geadopteerd en al hier gehouden voor herhaald. Gelasten en bevelen, dat deze voorzien van het Zegelen geregistreerd in de Archiven van den Staat, zal worden toegezonden aan de Hoven, de Regtbanken en Departemen tale Beftuuren, ten einde den inhoud dezes te promulgeren te obferveren en te doen obferveren. Gegeven in het Koninglijk Paleis in den HAAG, den loden Maart van het jaar 1807, en van onze Regering het «erfte. (Getekend) LOUIS. (Onderftond) Wegens den Koning, De Minister van Jufiitie De Minister Secretari» en Politie. van Staat, (Getekend') VAN HOOF F. W. F. ROELL. PUBLICATIE. T ODEWIJK NAPOLEON, door de gratie Gods en de Conilitutie des Koningrijks, Koning van Holland, aan allen dengenen, weike deze zullen zien of hooren lezen Salut! doen te weten: Dat het Vergevend Ligchaam goedgekeurd hebbende de Voordragt, door Ons daartoe gedaan, Wij dienvolgens heb ben gearresteerdgelijk Wij arresteren bij dezende na volgende Bepalirgen en Verordeningen tegen het bevorde- ren der Defertie vaa het Volk van Oorlog te Water en te Lande. Art. 1. Alle Drosfaarden, Baljuwen, Schouten en andere Officie- Ten van Justitie, benevens hunne Suppoosten en Dienaren, deze laatften zonder de Orders van de Officieren van Justi tie aftewnchten, door eenen Officier, Onder-Officier of an der Militair van de Marine of van de Land-Armée verzocht lijnde om bijftand te verlenen, in het aanhouden of doen aanhouden van een of meer Defeiteurs, die hun aangewe zen zullen worden, zullen zonder verwijl de fterke hand lenenen alle btjftandten dezen opzigte verzochtbezor gen op pcene vaningeval van weigering of verwijlvan \unne posten verftoken te zullen worden. 2. Alle Onder-Officieren, Matrozen, Soldaten of Mili tairen van eenen minderen rang in 's Konings dienst te Wa ter of te Land, die zich met Verlof van hun Schip of Corps verwijderenzullen verpligt zijn derzelver Pas altijd bij zich te dragenen dezelve op de eerfte aanvrage te vertoo- ncn aan de Gemeente-Beduren, Officieren van Justitie of andere GeconftitueerdeMagten van de Plaatfen daar zij pas- Teren of verblijven, op poene van aangehouden en overge. geven te zullen worden aan hun Schip of Regiment, om al daar, naar exigence van zaken, geftraft te worden. Aan alle Gemeente-Befturen Officieren Cn Geregten wordt bovendien uitdrukkelijk aanbevolen naar alle Militairendie -Zich binnen hunne Jurisdictie mogten bevinden, zonder daarin Garnifoen oftewel gecantonneerdtezijn, gelijk mede -naar alle zich aldaar bevindende Onder-OfficierenMatro- ■zen Soldaten of minderen tot den Zeedienst behoorende onderzuek te doen en te vernemen, of zij met de hier bo- ven omfebreven Pas voorzien zijn. En ingeval zij die Pas op de eerfte aanvrage niet vertoonen zullen zij zoodanig ■eenaanbonden en ondervragenen hem vervolgens aan het naastbij zijnde Garnifoen of Militaire Post overgevenom het onderzoek aldaar in orde te doen gefchieden en vet» volgens naar de omftandigheden gehandeld te worden. 3. Geene Koetziers, Voerlieden, Condudeurs, Veer» TchippcrsSchippers van Schepen en Schuitenzullen eert Onder-Officier, Matroos, Soldaat of Militair Van eenen minderen rang in 's Konings dienst te Water Of te Lande in Uniform, of bij hem als zoodanig bekend zijnde, mogen vervoeren, dan 11a dat hun bevorens zal gebleken zijn, dat dezelve van een Pas voor2ien zijn. De Commisfarislen van de Schutten en Wagenszuilen geer naauwkeurigacht geven, dat dit Artikel ftiprelijkwor- aIe naargetomen. En, ingeval van nalatigheid ten dezen «opzigte, zullen de in dit Artikel genoemde Perforien, zoo van hunne posten ontzet worden, als in een»boete verval len van drie honderd Guldens. In gelijke boete zullen ver vallen alle Veer-fchippersSchippers, het zij ter Visch- vangst, ter Koopvaart, of ter Vracht varende, en in het -"algemeen een ieder, wie het ook zoude mogen zijn, welke de voorfchrevene Onder-Officieren of anderen hief voren genoemde, zullen hebben ingenomen of vervoerd, zonder dar dezelven var. een behoorlijke Pas voorzien waren. En Zal vrn de voorfchreven boete een derde komen ten profijte Van den Officier van Justitie of publicken Aanklager, die de Calange doer, ecu derde voor den Aanbrenger, en een derde ten profijte van het Schip, Regiment, Bataillon of Corps, waar tut de i&genoutsa ei' eve-rgaveerde Müisair Jhefcswt. DEN 23 MAART. Geen Ingezeten, Schipper, Veer-fchippefHerbei- „11 sl C, ui a I «U G Q-VJ "S P. V gïï -28 S J n ASS «f4 c <4 Uniformof bij hein als zoodanig bekend zijnde bij zich >'5~!§QSSS'uC=ea H'£>- mogen innemen of logeren, dan na de Pashier boven om- g; tg ,g 8 p J 'g-S'S 5»"" fchreven gezien te hebbenop pcene van hier door in de- 5 E <£2 g S cv 'J"S o. o zelfde boete te vervallen als in het naastvoorgaande Arti- fE,"° 0 e-B "^82 vS£oov;c - kei bepaald iswelke op dezelfde wijze verdeeld zal war- 2 5"s" den. Ingeval zoodanig iemand ee'n Herbergier ïpogtC ge- M ai g wèèst u»—- op -Tl qj -O O worden gebannen alles op pcene van zwaarder (traffenin-o3z» i geval van overtreding van het bannisfement. et 5 Z'm~ 3 1 6. Ieder Ingezeten, die de genen; welke omtrent Mili- c"f. jf. S-.CJ tv Q taire Kleederen of Perfonen onderzoek doen; willens es we- - tens, door verkeerde of onwaarachtige information misleidt,2? ï?;J s '3 v. - c fü t: 71 r o ~a r- geVal van overtreding. g Sl-J V i JA -''5"3 7. leder Ingezetendie opzettelijk en met oogmerkom - ja .sg -o _j de defertie gemakkelijk te makenjn het koopen van een %,'óni - gedeelte der Uniformen, Kleeding of Wapentuig van eenen >,"3;- u S P.ïc<2-5 Onder-Officier, Matroos, Soldaat of Militair van eenen M k p, „"g'3y es'S.g <3 dcn minderen rang, in 's Koning's dienst te Water of te Lande, *2 o-a -HuS of ook in her bezorgen van Burjgei-Kledderen aai^dezelve behulpzaam isof ook derzelver PerfonenUniform Kleé- ""O® c - n ea ,-,ua ■p-o m n r1 fA ding of Wapentuig, 't zij geheel, 'tzij ten dcele verbergt; of eindelijk aan dezelve eenigen raad tot defertie zal gege- ven of hun daartoe door eenig middel van verleiding hoe genaamd, zal geholpen hebben, zal, als hebbende op de »-« veiligheid van dit Koningrijk eenigen inbreuk willen ma- ken, dien ten gevolge gegeefeld, gebrandmerkt, en zijn leven lang gebannen worden op pcene van zwaardere draf- fen in geval van overtreding van het bannisfemént. 8. Oin des te krachtdadiger alle koop van Militaire Kleé- deelte der Uniform-kleederen Zoo ook hunne Wapenen of andere op pane van ftrepgelijk te worden depligtig aan een diefllalgeftraft te wordenwordende 'a co o 3 J .s v. daarenboven geftatueerd, dat de Militaire Monteringiluk- o> - ¥5 -5 ken niet meer zullen of kunnen aangemerkt worded, als S een objeft van Handel, en is bet mitsdien aaii 'alle Koop-iSêqu: - lieden, Uitdragers en anderen verboden, eenige M"nte- 5 -J ringftukken te koop te hangen of aantebiedenzullendealle S zoodanige Kooplieden, Uitdragers of anderen, hoven en g behalve de ftraffenbepaald bij Art. 5 en 7 voor zoo ver -gZ o<n; h,u c g O J«rg "j M Wf zij overtuigd kunnen worden zich aan overtreding derzei- o.^ 2 «1 o c jg S 3 N '5 i ve fchuldig gemaakt te hebben, in alle gevalleavoor de o5*2S "e<= eerftemaal eenc boete van drie honderd Guldensvoor de „9 SÏ 82 3?-3 5-^ 89 y 5a ïo - M ÜZ4 Cb a s-62 té rweedemaal van zes honderd Guldensen voor de derde- ~SSÏ f mO .5 .ft maal van duizend Guldens betalenwaar van een derde al s o 2 u -oï komen ten profijte van den pnblieken Aanklager, Of van den Officier van Justitiedie de Calange zal gedaan hebben, een derde ten profijte van den Aangever, en een derde ten profijte van denArmen derPlaats daarde Koopman, Uitdra g S. 5 B, ger of andere woont, die in de boete zal vervallen zijn. 3 S'5 g a Er zal gezorgd worden dat die tgenen, dié, bij de af- .-.U g 5 j opi Eg kondiging van de tegenwoordige Wet, wettige Eigenaren -5-^ b 3" van Monteringftukken zijn, fcbadeloos worden gefteld. o-aq ÏÏ5 v c =Z 'v Ss t). In geval mdgt blijken dat iemand zich aan ecne van ö-S S 3 f cn 5 8 g 2 g u de daden, in Art. 5 6 eti 7 vermeld meer dan tweeiiia- «1SsSSB5v-p.5g-i*>gl len mogt fchuldig gemaakt hebben, zal de zoodanige, als5«t:^2lN3-§Cl,è ^(d<-. - cg-SK een verrader des Vaderlaöds J" -f-e o^«-s» ftraft, dat er de dood na v 10. De gene of die genen Water of te Lande met opzet J «3 letténheid worde in acht genomen. fc 5 li. Ten einde alle Suppoosten der justitie; mitsgacjersS elk eil een iegelijk aantemöedigen eenen Verdubbelden ijver in het werk te ftellen in het opfporen der. Deferteurs ,>iQiS 3 S v505 B 3 zoodanig dat dezelve gevat worden Wordt^de belofte eener S -ra S premie van eefi; en-twintig Guldens, bij Publicatié o S oE"l e'o'Z den »2 Junij 1799 uitgeloofd, bij deze vernieuwd. ZoozjiSjj g j S „2 mCet dan één Perfoon eenen Deferteur mogte hebben aan- 5 S c 5 8 s; gebragtj zal de fom onder huti ver.déeld wordén. Daareh- "g- JJ 5 .-S «o« -5 boven zal aan dén gene of die genendie één Of meer Per g o a g-5 j c 11 u S y e foon of Perfonen Zullen hebben aangebragt, die verbödétiey S aï 'B .ï<ï'sS'J05 e^ffs.g-gsco^s^p-gi.j,-, v~. - - uj s, f—s 88 M a o 2d 4 o? 3 c—1 r 2 I'S-0' o< Sc; Monteringftukken of Wapehen van eenen Militair of MatröoïS i «Jé fï 'J'3 "^2» van de hier boven génoemde rangén zal gekocht hebben.S Sc-3 o KZ u of behulpzaam zullen géweeStzijn, met het verfchaffcn van ë'J» SSèi*; o'g o| 3 middelen om te deferteren cene prsmie.van twee bón- -eiietasl^R» Bp its «mss derd Guldens worden uitgereikt, mits dat de aanbrenging gefchiede, zoodanig dat de fchuidigén in handen der Jus» rie geraken. 13. De gene of die geiten* die 4én' Of meer Rófifelaars zal of zallen hebben opgefpoord en dezelve aangébrsgt,- zoodanig* dat de fchttldiger. in hinden der Jnstitie gera ken, zal of zulken eene beloouing ontvangen van vier Ben-" derd Guldens,- Voor ieder Roftftlaar* die als z»adtnig isi-' dski eii aangebragt aal Woiia».

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leydse Courant | 1807 | | pagina 1