final# WEEKPUZZEL 34 1 1 1 1 51 1 52 61 BRIDGEN DAMMEN SCHAKEN POSTZEGELS ZATERDAG 7 SEPTEMBER 1991 PAGINA 31 Oplossing vorige puzzel i puzzel nr. 34 zijn: M. Kerkhof, V. Iersellaan 29, 2211 HG Noordwijkerhout. Mevr. Buters, Herenweg 42, 2361 ES Warmond. Oplossingen onder vermelding van puzzel nr. 35 moeten uiterlijk woensdagmiddag in bezit zijn van: Nr. 3 5 Kruiswoordraadsel HORIZONTAAL: ïo' Snaan'nstrument. 13. Aardrijkskundige aanduiding. 15. Snoer. 16. Niet raak. 17. Geheel de uwe. 18. Energie. 20. Lijst. 22. Met andere woorden. 23. Standaard. 24. Stuwende kracht. 26. Ploegsnede. 27. Bijb. naam. 31. Alvorens. 32. De oudere. 33. Smal stuk hout. 34. Vaartuig. 36. Niet parkeren. 37 Salaris. 40. Muziekterm. 42. Verharde huid. 43. Het kweken. 45. Telwoord. 50. Ondeugende 52. Jp°a"Se, 55. Roofvogel. 57. Deel van Azi 62. Meterton. 63. Telwoord. 65. Europese rivier. 67. Doordringend. 68. Stoot. 69. Stuk chocolade. 70. Edel. 72. Merg. 79. Slaghout. 81. Hoogste pi 83. Chemisch 84. Vuurwapei 86. Sportterm. 87. Kermisten! Ameland. 8. Inhoudsmaat. 9. Stad in België. 21. Niet bevestigd. 35. Huisdier. 38. Drank. 39. Kleurling. 40. Niets 41. Rivier in Afrika. 54. Vloeistof. 56. Voorkomen. 58. Rond. 64. Verbeten. 66. Rijshoofd. 67. Traliewerk. 68. Duinvallei. 71. Kleur. 74. Uiting van 1 I 2 3 4 5 6 7 8 I 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 35 36 37 38 39 44 40 41 42 4, 47 48 49 56 50 58 53 54 55 59 60 62 63 64 65 66 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 I 87 I P4 Ad Welk woord kunt u maken met de letters uit de vakjes 48 - 8 - 63 - 53 - 1- 55 - 54 - 3 - 46 - 34 - 9 - 6? Aan de spelling van de 's-Gravenhaag- sche Bridgeschool zou je niet zeggen dat die pas vijf jaar bestaat. Toch is dat zo. Deze school, onder leiding van Hanneke en Hans Metselaar, heeft dat eerste lus trum op indrukwekkende wijze gevierd en wel met een bridgefestival in de stijl van Juan les Pins in de Haagse Hout- rusthallen. Maar liefst 2000 deelnemers verschenen samen voor het eendaagse individuele toernooi (gewonnen door Els van Hoogdalem), het tweedaagse mixed- toernooi (gewonnen door Agterhof-Jia- lal), het vierdaagse open toernooi (ge wonnen door Jan van Cleeff en Jaap van der Neut) en het eendaagse butlertoer- nooi (gewonnen door De Brieder-Hou- weling). Winnaar van het algemeen klas sement werd Joop Meys. Zeer veel aan dacht was besteed aan de opvang van beginnende bridgers - en van een bridge school verwacht je natuurlijk ook niet anders want voor hen was bij ieder evenement een paralleltoernooi georga niseerd. Zonder sponsoring is zoiets natuurlijk ondoenlijk. Met Holland Casino Scheve- ningen als hoofdsponsor en talloze sub sponsors konden ook de financiële eind jes aan elkaar worden geknoopt en dit initiatief zal volgend jaar zeker voortge zet worden. Dat men dan het dubbele aantal deelnemers verwacht - en dus moet uitzien naar een grotere speelgele- genheid, bij voorkeur ergens op de bou levard - is gezien deze première volko men terecht. Stelt u zich de volgende situatie eens voor in het individuele toernooi. Op de noordstoel komt een redelijk gerouti neerde bridger zitten en zuid zit een me vrouw die het nog niet zo overdreven lang doet. Zij krijgt dit in handen: schuiven a Alvorens in deze rubriek verder te gaan met de zomertoernooien, moet ik eerst ingaan op een reactie op de rubriek van vier weken geleden. Daarin heb ik bij de bespreking van de partij Faber-Boelatov uit het toernooi in Minsk, op een cruci aal moment nog wel, een grote rpisser De stelling waarom het draait is: zwart: 6, 9, 11, 13 t/m 19, 21, 22 en 24; wit: 25, 26, 28, 30, 31, 33, 34, 35, 39, 40, 42, 47 en 48. In deze positie vervolgde zwart met 32... 18-23 waarop wit 33.48-43 23x32; 34.31-27 22x31; 35.26x28 deed en een stijlvolle overwinning boekte. Ik schreef bij dat moment niet te begrijpen waarom zwart 32...21-27 naliet: de dam- zetten met 33.42-37 27x36; 34.25-20 14x25 en nu 35.28-23 enz. of 35.47-41 enz. kloppen immers niet. Maar zeer te recht maakt de heer Haijtink, directeur van het Bondsbureau, me erop attent dat 32...21-27 helemaal niet kan, daar wit de partij dan eenvoudig beslist met 33.42-38 27x36 34.28-23 enz. De conclusie moet dus zijn dat wit hier reeds gewonnen stond. Dank voor deze corrigerende reactie! Dan nu verder met de bespreking van de zomertoernooien, waarbij we zijn toege komen aan het in Nijmegen gespeelde Werkwijzer-toernooi. Aan deze alweer zevende aflevering van dit evenement, dat jarenlang bekend heeft gestaan als 'Rondje Goffert' maar dat nu de naam Werkwijzer-toernooi draagt, namen maar liefst 124 spelers deel. Kennelijk neemt de belangstelling voor de zomer toernooien nog steeds toe, terwijl dit grote aantal deelnemers ongetwijfeld ook samenhangt met het feit dat het Werk wijzer-toernooi dit jaar de kwalifikatie 'Open kampioenschap van Nederland' droeg. Winnaar is geworden de Letse groot meester Valneris die uit 10 ronden Zwit sers 15 punten behaalde. Dat deden ook Baljakin en Gantward, maar zij hadden enkele weerstandspunten minder. Na dit Russische trio volgden de eerste Neder landers, Van der Wal en Krajenbrink die met nog vier anderen op 14 punten wa ren uitgekomen. Voor de volledigheid nog even de top-9 op een rij: 1,2 en 3. Valneris, Baljakin en Gantwarg 15; 4 t/m 9. Van der Wal, Krajenbrink, Vatoe- tin, Letsjinski, Brouwers en Katz 14. Uiteraard in deze rubriek eerst aandacht voor de toernooiwinnaar, Valneris die in het najaar wereldkampioen Tsjizov in een match zal mogen uitdagen. Hier vol gen twee van zijn vijf winstpartijen; om te beginnen het interessante duel in de Keiler-variant dat hij in de vierde ronde met Raven uitvocht: R. RAVEN-G. VALNERIS Vierde ronde Werkwijzer toernooi 1991. 1.33-29 17-22; 2.39-33 11-17; 3.44-39 6- 11; 4.50-44 1-6; 5.31-26 16-21; 6.32-28 19-23; 7.28x19 14x23; 8.35-30 10-14; 9.30-24 5-10; 10.37-31 20-25; 11.24-20 15x24; 12.29x20; 11-16; 13.40-35 7-11; 14.44-40 14-19; 15.20-15 10-14; 16.41-37 2-7; 17.33-29 19-24; 18.29x20 14-19. Een zo langzamerhand overbekende zet- tenreeks van de Keiler-variant dus. Ge woonlijk wordt hier vervolgd met 20.35- 30 25x14; 21.40-35 22-27 enz. Raven past nu echter een speelwijze toe die nog slechts in enkele partijen op het bord is gebracht. 19.20-14 19x10; 20.34-29 23x34; 21.39x30 25x34; 22.40x29. Voor zover mij bekend is deze positie tot nu toe in een drietal partijen voorge komen. Eén daarvan is Gantwarg- N'Diaye uit het Baba Sy-Memonal van begin dit jaar. In deze partij, die toen in deze rubriek ook aan de orde is geweest, ging het spel verder met 22... 10-14; 23.35-30 13-19; 24.47-41 8-13; 25.30-25 22-28; 26.29-24 19x30; 27.25x34 waarop een interessante strijd volgde, waaruit de oud-wereldkampioen als overwinnaar te voorschijn zou komen. En ook in Balja- kin-Goerkov Huissen-Moskou 1990, waarin het verder ging met 22...22-28; 23.35-30 18-22; 24.29-24 trok de omsin- gelaar aan het langste eind. Daarvoor had evenwel de Excelsior-speler Van Ballegooijen de opening met wit reeds zo behandeld, en wel in zijn partij tegen Hn.Meijer uit de wedstrijd om de Bra bant-cup 1988. In die partij ontstond na 22...22-28; 23.45-40 18-22; 24.29-24 13- 18 eveneens een boeiend gevecht tussen aanvaller en omsingelaar, ditmaal resul teerde dat evenwel in remise. 22...10-14; 23.35-30 22-28. Een belangrijk alternatief is het door Sij- brands aangegeven 23.-22-27; 24.31x22 17x28; 25.26x17 11x22 waarmee zwart zijn korte vleugel snel tot ontwikkeling brengt. Valneris is echter iets nieuws van plan. 24.43-39 18-23. Met deze interessante, en voor zover mij bekend nieuwe, voortzetting, probeert zwart tot goed aanvalsspel te komen. 25.29x18 12x23; 26.38-32. Wit reageert ambitieus. De scherpe ope ningsbehandeling van beiden heeft tot een zeldzaam spelbeeld geleid. 7-12; 27.31-27. Blijft konsekwent doorgaan, en voor komt de ruil 27... 17-22; 28.26x17 12x21 13-18; 28.36-31 14-19! Een cruciaal mo ment. Door de dreiging 29... 19-24 enz. met schijfwinst moet wit een belangrijk deel van zijn controle rechts prijsgeven, daar 29.46-41 19-24 enz. goed is voor zwart. 29.30-25 19-24! 30.45-40 17-22; 31.26x17 12x21; 32.48-43. In het vervolg weet wit zich geen kansen te verschaffen, maar mogelijk zitten die er ook niet (meer?) in, want na bijvoor beeld 32.42-38 lijkt 24-29 vervelend. 32.-9-14; 33.40-35 21-26; 34.39-34 8-13; 35.42-38 13-19; 36.43-39 3-8; 37.38-33. Wit is er nu wel in geslaagd het zwarte centrumblok te omklemmen, maar veel zal hem dat niet opleveren, integendeel: in het vervolg stevende zwart regelrecht op winst af: 8-12; 38.49-44 11-17; 39.44- 40 6-11; 40.46-41 17-21; 41.41-36 14-20; 42.25x14 19x10; 43.47-41 11-17; 44.34- 30 23-29; 45.32x34 21x32; 46.30x19 16- 21; 47.37x28 26x46 en wit gaf op. Van de tweede partij, het toptreffen met oud-wereldkampioen Van der Wal, al leen de notatie: 1.32-28 17-22; 2.28x17 11x22; 3.37-32 6- 11; 4.41-37 12-17; 5.46-41 8-12; 6.34-29 19-23; 7.40-34 14-19; 8.45-40 10-14; 9.32-28 23x32; 10.37x28 16-21; 11.41-37 20-24; 12.29x20 15x24; 13.34-29 14-20; 14.37-32 11-16; 15.29-23 18x29; 16.35- 30 24x35; 17.33x15 22x33; 18.39x28 12- 18; 19.40-34 7-12; 20.44-39 2-8; 21.31-27 5-10; 22.38-33 1-7; 23.42-37 18-22; 24.27x18 13x22; 25.43-38 9-13; 26.28-23 19x28; 27.32x23 13-18; 28.33-29 8-13; 29.50-44 7-11; 30.47-42 3-9; 31.38-33 21-26; 32.42-38 17-21; 33.48-42 11-17; 34.38-32 21-27; 35.32x21 16x27; 36.49- 43 10-14; 37.33-28 22x24; 38.34-30 18x29; 39.30x10 9-14; 40.10x8 12x3; 41.42-38 17-21; 42.39-33 29-34; 43.44-39 34-40; 44.39-34 40x29; 45.33x24 35-40; 46.24-19 3-9; 47.43-39 40-45 en in deze verloren stelling viel de witte vlag. De nieuwe kampioen van Engeland is Julian Hodgson (ELO: 2570). Hij profi teerde van de afwezigheid van Short, Adams en Speelman, die elders verplich tingen hadden. Ook zonder deze ver plichtingen denk ik dat deze toppers niet mee hadden gedaan, want voor een fat soenlijk startgeld was geen sponsor te vinden. Voor gevestigde namen was deze titelstrijd dus oninteressant. Niet voor de subtop van Engeland, want de kampioen kan rekenen op aantrekkelijke uitnodigingen. De stijl van de nieuwe kampioen is bij zonder te noemen. Niet zelden verlaat hij al na enkele zetten de platgetreden paden, om de veelal goede theoretici op onbekend terrein te lokken. In de chaoti sche stellingen die dan ontstaan voelt hij zich bijzonder goed thuis. Met als gevolg dat niet de minste tegenstanders het spoor bijster raken in soms zeer goede stellingen. Een dergelijke manier van spelen is tegen de absolute wereldtop on voldoende, maar iets mindere groot meesters hebben hun handen vol aan deze excentriek spelende Brit. Om bovenstaande te illustreren laat ik twee partijen van Hodgson zien uit dit kampioenschap. A. MARTIN-J. HODGSON Onregelmatig. I.PO d6 2.c4 Lg4 3.Db3 Dc8. Na drie zetten kunnen de theorieboeken al dicht. De zwarte opzet betekent een vrijwillige inlevering van het loperpaar. Een voordeeltje waarmee alleen zeer goede witspelers zaken kunnen doen. 4.d4 g6 5.h3 Lxf3 6.Dxf3 Lg7 7.e3 Pd7 8.b3 e5 9.Lb2 Pe7 10.Pa3 0-0 11.0-0-0? Te optimistisch; de witte damevleugel is te verzwakt om de koning een veilige plek te bezorgen. De zwarte stukken lij ken passief te staan, maar Hodgson lan ceert razendsnel een gevaarlijke aanval. II...a5 12.g4 Pc6 13.Pc2 a4 14.b4 a3! Een nagel aan de witte doodskist! De zet verhindert het sluiten van de stelling met 15.a3 en 15.Lxa3 opent voor zwart de a-lijn. Misschien was dit laatste nog wel het beste voor wit; de verdediging die hij nu opzet deugt niet. 15.Lc3?! Pb6 16.h4 Pa4 17.Lal Pb2 18.Td2. De pion kon nu niet meer genomen wor den: 18.Lxb2 axb2+ 19.Kxb2 exd4 20.exd4 Pxd4! 21.Pxd4 c5 en zwart heeft groot voordeel. 18...Ta4 19.b5 Pb4 20.Pxb4 Txb4 21.Lxb2 axb2+ 22.Txb2 Txb2 Txb2 23.Kxb2 exd4 24.exd4 Lxd4+ 25.Kbl. Er heeft een grote opruiming plaatsge vonden, maar die is in het voordeel van de aanvaller. De witte koning staat op de tocht en de ongelijke lopers maken het verdedigen onmogelijk; wit staat hier verloren. 25...Te8 26.Lg2 De6 27.Tcl Lg7! Hier blijkt het nadeel van de ongelijke lopers, het binnendringen van de dame op de zwarte velden is nu alleen nog maar uit te stellen, waarna wit kan opge- 28!oe3 Dd7! Na 28...Dxe3 29.fxe3 Txe3 heeft zwart natuurlijk een goed eindspel, maar de ongelijke lopers zijn dan ineens een groot remisegevaar. 29.DO De7 30.De3 Dd8 31.Df4 c6 32.g5 Da5 33.Dxd6 Te2. Wit gaf het op. I.d4 Pf6 2.Lg5 e6 3.e4 h6 4.Lxf6 Dxf6 5.Pf3. Ook hier een snelle loperruil, maar dit is al eerder gespeeld. De zwarte dame staat niet goed op f6 en wit heeft een sterk centrum, meer dan voldoende compen satie voor het loperpaar. 5...d6 6.Pc3 Pc6 7.Dd2 Ld7?! Beter was 7...g6 en ...Lg7, waarna zwart druk heeft langs de diagonaal al-h8. 8.0-0-0 0-0-0?! 9.d5! Pe7?! Overziet een taktische wending, maar na 9...exd5 10.exd5 Pe5 zou wit ook al zeer goed hebben gestaan. 10.De3 Kb8 11.e5! Een leuke stelling om te zien, maar niet voor de zwartspeler. Il...dxe5 12.Pe4! Df4 13.Dxf4 fxe4 14.dxe6 fxe6 15.Pe5 verliest direct, waardoor zijn stelling be slissend wordt opengebroken. ll...Dg6 12.exd6 cxd6 I3.dxe6 fxe6 14.Txd6! Een fraaie combinatie die de partij di rect beslist. 14....Pf5 15.Txd7! Txd7. Na 15...Pxe3 16.Txd8+ Kc7 17.Td7+! Kc8 18.fxe3 heeft wit een toren, twee lichte stukken en een beslissende aanval voor de dame. 16.Pe5 De8 17.Pxd7+ Dxd7 18.De4 Lc5 19.Lc4 Pd6 20.De5 Dc7 21.Lxe6. De strijd is gestreden. Zwart speelde nog een aantal zetten door, die alleen voor de statistiek interessant zijn. Een nog grotere, maar een bescheiden blijvende, groei dan vorig jaar. Dat is de tendens van de prijzen in de nieuw ste Michel-catalogus West-Europa 1991/1992 in vergelijking met de edi tie van vorig jaar. De grootste stijgers zijn Frankrijk, Groot-Brittanië vanaf 1983, Monaco (gemiddeld met 20 pro cent), Vatican vanaf 1954, Ierland vanaf 1983 en Portugal. Met name de Europazegels gingen de hoogte in. De kalme opgaande lijn zal de postze gelbranche geen windeieren leggen. Uit steeds meer onderzoeken blijkt dat een postzegelverzameling een goed rendement oplevert. Dat bleek kortge leden nog eens uit Amerikaans onder zoek. Geld stoppen in olie leverde over meerdere jaren het hoogste ren dement op; maar postzegels doen het in die ranglijst ook heel goed. En veel beter dan aandelen die nogal conjunc tuurgevoelig zijn. Volgens de laatste cijfers is het jaarlijks rendement van postzegels zo'n 16,1 procent. Daarbij ging het over een investering in het tijdvak 1970 tot en met 1984. Overigens waarschuwen postzegeldes kundigen altijd tegen teveel nadruk op de waardestijging bij het 'verzamelen' van postzegels. Maar een beperkt deel van de postzegels gaat fors omhoog in waarde; en vaak weten dat maar heel weinigen te voorspellen. En zeker niet de mensen die net in de filateliewereld komen kijken. Al zijn ook daar uit zonderingen op de regel. VOORBEELDEN De stijging bij Frankrijk liegt er niet om. De landschapsserie van 1960 Mi chel (1516/19) is van tien naar zeven tien Mark gegaan, gestempeld is de se rie zelfs verdubbeld. De toeristenste den van 1967 (1591/1594) kennen bijna verdubbeling van de waarde. Opvallend blijft de stijging van zegels van Ierland en Groot-Brittanië na 1983. Van die jaren is veel materiaal voorhanden en de respectievelijke PTT's hebben veel reclame gemaakt voor de uitgiften. Wellicht dat beide landen toch popu lairder geworden zijn, misschien dat de succesvolle World Stamp van 1990 in Londen daartoe heeft bijgedragen. Een andere oorzaak voor het aantrek ken van die markt kan de hoge inflatie zijn waar Engeland nu al enige jaren mee kampt. De Engelse Europa-zegels van 1985 (1022/1027) gingen bijvoorbeeld van 8,50 gulden naar elf gulden (zowel bij postfris als gestempeld). De filmhel- denserie met ondermeer Hitchcock, Sellers en Niven ging van een tientje naar dertien gulden vijftig. Toch 35 procent prijsstijging in één jaar. IERLAND Voor Ierland van hetzelfde laken een pak. Het voor 1970 zo uiterst beschei den land geeft tegenwoordig een ware stormvloed aan zegels uit. En in grote oplagen. De stijging is vaak iets klei ner dan bij Engeland, maar toch een slordige tien procent. Nadere analyse levert op dat degene die de zegels des tijds tegen postprijs kocht nauwelijks de inflatie heeft teruggewonnen. Een voorbeeld. Een serie uit 1985 (568/70) kost aan het loket in dat jaar drie gulden. Uitgaande van een rede lijke verkoopprijs van de helft van de huidige cataloguswaarde zou die serie nu vier gulden opbrengen. Dat bete kent een gulden (33,333 procent) winst in zes jaar. Dat is overigens meer dan de inflatie in ons land is geweest. Overigens kost de Michel-catalogus in Nederland 72 gulden. Verkrijgbaar bij de postzegelhandel. gezien ze niet weet wat ze hiermee moet gaan openen (nou ja, 24) en vooral hoe ze daarna moet vervolgen. Wat moet je als partner met IV opent? 'Oh, dat hebben we niet afgesproken, 4*.' Partner 4? en mevrouw vervolgt met 64, een bescheiden actie nietwaar? 64 aan de overkant. En nu? Zou er nog iemand aan tafel zijn die be grijpt wat er aan de hand is? Mevrouw past en het partnership is ge ëindigd in het enig maakbare slem. N/- NOORD 4 10 5 2 V H B 10 8 3 B 6 5 3 2 4 - WEST OOST 4 B 7 3 4 V 9 8 6 4 V A V 9 7 5 4 V 6 2 4 8 4 4 V 9 7 4 H 10 4 7 3 2 ZUID 4 A H V 4 A H 10 4 AVB98654 'Ho, noord heeft helemaal geen ope ning,' hoor ik hier en daar. Nee, die trachtte zich kennelijk in te dekken te gen het spelen van drie spelletjes met een niet zo sterke partner. Geen sympa thieke geste maar als door een wonder werd hij gered door zuids pas op 64. Al hoewel. zelfs 74 is nog te maken, als west maar niet met harten uitkomt en dat ligt gezien de bieding niet voor de hand. Nog een biedprobleempje. Dit is de oosthand: V 10 8 5 B 10 3 2 H V 3 8 2 en de bieding begint zo (W/OW): WEST NOORD OOST ZUID Wat te doen? Het beste is te beginnen met een redou- blet. Een van de oostspelers bood 1?, een merkwaardig bod. Het vervolg was: stoelendans verplaatsen we ons het noorden, waar toevallig de van dit toernooi gezeten was het was haar eerste spel: H B 4 V A 9 6 4 6 A V 9 4 3 Wat te bieden? Een doublet of 44? Els van Hoogdalem koos voor 44 en daarte gen kwam west met VH uit: W/OW NOORD 4 H B 4 V A 9 6 4 4 6 4 A V 9 4 3 WEST OOST 4 - 4 V 10 8 5 V H V 7 V B 10 3 2 4 A B 10 9 5 4 H V 3 4 H B 10 5 4 8 2 ZUID 4 A 9 7 6 3 2 V 8 5 4 7 4 2 4 7 6 De hartenstart was voor VA en er kwam natuurlijk ruiten na, voor 4V van oost, die een kleine harten naspeelde voor west. West speelde ook z'n laatste har ten, door zuid getroefd. Een ruiten op ta fel getroefd en de laatste harten, in zuid getroefd (oost ruiten weg). De klaversnit volgde, 4A gencasseerd en klaver ge troefd (oost ruiten weg). Een ruiten op tafel getroefd met 4H en oost moet al ondertroeven. Dit is over: In deze eindfiguur maakt zuid natuurlijk altijd nog zijn twee benodigde slagen voor +590. 4B voor is goed. Als oost dan 4V legt moet zuid natuurlijk klein bijspelen, waarna hij met een prachtige vork eindigt (als hij 4V overneemt, ein digt oost met zo'n vork...). Ook klaver na kan: oost zal dan 410 moeten leggen en die kan je gewoon nemen met het aas waarna 47 na 49 als tiende slag promo veert. Oosts IV is beslist geen 'common sense'. Veel paren spelen zo'n bod als niet for cing en met in ieder geval meer dan een vierkaart harten. £oidóc 0ouAa/nt'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 31