Max is er vooral voor de show GSD Rovers zijn fors aan de NOGIElSLiUKS OP TV? KIJK IN DE KRANT. CcicUcSoivumt AUTO Audi 80 voltooit verjonging Nieuwe mix: Porsche 968 li ZATERDAG 27 JULI l[^ DROOM WERD WERKELIJKHEID: DE KUNSTSTOF MODULAIRE SPORTAUTO In West-Europa worden twaalf miljoen auto's per jaar ver kocht. Nederland neemt er per jaar ruim 500.000 auto's voor zijn rekening. De gemiddelde prijs voor nieuwe auto's lag in 1990 rond de 30.000 gulden. In 1980 was dat 18.500 en nog weer tien jaar eerder was de gemiddelde prijs voor een nieu we personenauto slechts 7400 gulden. Ondanks die enorme prijsstijgingen is de auto - zelfs in de duurdere prijsklasse - een fel begeerd produkt. „Ik ervaar dagelijks dat er ontzet tend veel geld in Nederland is zegt Gert Jonkhans, direc teur van Max Motors in Helmond, de fabriek die een nieuwe Nederlandse auto op de markt heeft gebracht. Het is de Max, een kunststof two-seater, ook wel een modulaire sportauto genoemd, vanaf 50.000 gulden. De verkoop gaat veelbelo vend, alsof het om warme broodjes gaat... aan Max's bumper kan wel,, maar het is geen gezicht. Dat zou te vergelijken zijn, zegt hij, met een dame in een cocktail jurk die op klompen loopt, ofzo. Max is er vooral voor de show. De pioniers, Erik Spronk en Gert Jonkhans hebben het al lemaal uitgedacht. Het was een kwestie van doorzetten, want een prototype maken is nog geen auto in serieproduk- tie brengen. De financiële risi co's moesten zo klein mogelijk zijn. De produktie van een Ne derlandse auto had tot dan toe al meer mensen kopzorgen dan winst bezorgd. Daf was ook geen lichtend voorbeeld. Spronk en Jonkhans hebben zich handig ingedekt. Het chassis van de Max is er een van de Citroën AX GT bij voorbeeld. Alle technische on derdelen zijn van bestaande modellen. Zo is Max betaal baar gebleven, tenminste voor de dikkere portemonnee. In de garage in Helmond worden de kunststof delen er als een jurk overheen gedrapeerd. Auto- kenners vragen zich nu nog wel vertwijfeld af of er nu nog wel sprake is van een Neder lands fabrikaat, maar Jonk hans zegt overtuigd: „Zolang Max Motors juridisch aanspra kelijk is voor het eindprodukt is er sprake van een Neder landse Max." HELMOND De fa briekshal van Max Motors BV in Helmond is leeg. In de hoeken staan een paar exemplaren 'rollend chas sis' opgestapeld. Het on derstel van het inmiddels aardig befaamde nieuwe automodel, Max, ziet er gewoontjes uit, maar aan gekleed moet Max de show gaan stelen. Na de presentatie op de RAI vo rig jaar zijn er tien van die auto's in Nederland ver kocht. In de fabriekshal is het merkwaardig stil. Eén automonteur sleutelt aan een prototype dat voor de monstraties is gebruikt. De kinderziekten worden er uit gehaald. Het dashboard wordt nu volgens de nieuwste ontwikkelingen vastgezet, er wordt een katalysator inge bouwd en er staan nieuwe stoelen klaar. Deze Max wordt even lekker opgefrist, zodat hij straks nog voor een aardig prijsje, weliswaar tweede hands, de deur uit kan. De monteur kent Max al van bin nen en buiten. Zelf rijdt hij een ander type auto, ook geen goedkoop wagentje. Max heeft voor zijn gezin te weinig ruim te, vindt hij. En een trekhaak Eenheidsworst Jonkhans komt ook uit de au tobranche en verkoopt Max nu als ware het zijn eigen jon gensdroom. Spronk die de geestelijk vader is van de mo dulaire sportauto, is directeur van Kick Design in Helmond gebleven en houdt zich bezig met industriële toepassingen van kunststofmaterialen. Het was oorspronkelijk wel zijn droom van een auto. Niet zo maar een kunststof-auto dus, maar een die in het oog moest springen. Een auto schijnt wat uit te stralen, voor jongens, maar volgens directeur Jonk hans „hebben ook steeds meer vrouwen er wat mee". Zijn specialiteit is auto's te personi- ficeren, zegt hij. En verder: „Een auto is een persoonlijk ding, gek genoeg maken heren er altijd een dame van, terwijl ik het omgekeerd nog niet eerder heb gesignaleerd. Maar zolang mensen zoveel van een auto laten afhangen zal het moeilijk worden het autover keer terug te dringen. Een auto heeft met status te maken voor de meeste mensen." Toegegeven: Max heeft wel wat. Dat hebben pers en pu bliek ook laten weten. Er ha perde volgens de kritische pers nog wel het een en ander aan het prototype, maar dat waren kleinigheden die zijn verholpen. Nu kan Max gezien worden. Liefde op het eerste gezicht, zeggen sommigen. De ronde vormen, de verwisselba re onderdelen, de vrolijke kleuren en de luxueuze bekle ding werken verblindend op hen. Bij het horen van de prijs bekoelt de liefde wel, maar volgens Jonkhans zou er heel wat geld onder de mensen zijn. „Daar kom ik steeds meer ach ter. Als de nieuwe topmodel len uitkomen is de levertijd na de eerste produktiedag al met een anderhalf jaar. Dat geeft een bepaalde indicatie." Naam Spronk ontwierp de Max in concept als een soort visite kaartje voor zijn ontwikke lingsbureau. Max is een uit de hand gelopen visitekaartje, De technische gegevens van Max: Motor Type: benzine (katalysator), monopolnt injection Aantal cylinders: 4 Cylinderinhoud: 1360 Vermogen in kW (DIN in pk): 58 (80) Koeling: vloeistof Elektrische uitrusting Ontsteking: getransistoriseerd Accu: 12 V Prestaties Max snelheid: 190 km/u 400 m. staande start in sec.: 16 0-100 km/u: 9,5 Wielophanging/remmen Wielophanging: vier onafhankelijke wielen Remmen: voor schijven, achter: trommel Afmetingen (in meters) Lengte: 3,55 Breedte: 1,61 Hoogte: 1,20 Inhoud benzinetank: 43 liter (Eurosuper) grapt Jonkhans. Hij rijdt er nu trots mee door Helmond. Hij zegt dat de mensen hem nakij ken in Max, zeker als de auto haar minirokje draagt en het dak er dus af is. De Max heeft toch een naam van een man en tegelijkertijd praten de mannen erover alsof het een dame betreft. Enfin, Jonkhans blijft bloedserieus. Hij is ge raakt door het ontwerp. Spronk heeft de emotie van Max op hem overgebracht. Di rect bij de eerste kennisma king op een beurs, waar Spronk en Jonkhans stand houder-buren waren sloeg de vonk over. Jonkhans verkocht andere auto's, maar was daar een beetje op uitgekeken. Max was de nieuwe uitdaging en hij is tot nu toe trouw gebleven. Miljoenen Begin 1988 begon het circus. Er moesten vele hobbels geno men worden voordat Max ook de 'crashtest' kon doorstaan. Nu zijn er al tien auto's ver kocht. Het is de bedoeling straks in heel West-Europa da gelijks tien Maxen te verko pen. Van een gangbaar model worden zevenhonderd tot dui zend auto's per dag gemaakt en als het goed is ook ver kocht. En dan is de Helmondse fabrikant toch nog een van de kleinere autofabrikanten, maar niet zo klein als Donker voort in Nieuw Loosdrecht bij voorbeeld. Daar bouwen ze zo'n honderd exclusieve sport auto's per jaar, een sigaar op vier wielen, met de Lotus 7 als uitgangspunt, en helemaal ge richt op rijprestaties. Max is vanuit marketing ontwikkeld om de individuele behoeftes te vervullen, zegt Jonkhans. „Wij werken volgens andere stra- mienen en ideeën dan de grote fabrikanten. Dat moest ook wel anders was ons plan onuit voerbaar geweest. Een ontwik kelingsplan voor een auto kost miljarden, dankzij onze metho den zijn dat nu miljoenen. Daar is nog wel aan te ko men." Het verhaal is eenvoudig. De vier verschijningsvormen van de Max. Spronk en Jonkhans hebben de produktie van Max moge lijk gemaakt door met kunst stof te werken, waarvoor rela tief lage kosten zijn. Verder wordt er gebruik gemaakt van zelf ontwikkelde onderdelen. Jonkhans: Modulesysteem De gein van Max is het modu lesysteem. Het achterste deel van de carrosserie kun je wij zigen: met mooi weer gaat het hele dak eraf, in de winter kan alles gesloten worden en voor praktische ritjes kan de Max ook als pick-up worden ingericht. Tot nu toe is alleen de Roadster ontwikkeld. Een leek kan Max in korte tijd uit en aankleden, zegt Jonkhans. En hij showt de klikverbindin- gen en schroefjes die de onder delen bij elkaar houden. Max mikt op een breed publiek on danks de fikse prijs die dus volgens Jonkhans heus nog wel meevalt als je de andere auto's van soortgelijke kwali teiten er naast zet. Max is geen funcar, maar wel een vrije- tijdsauto die sommigen er ge woon bij hebben, beweert de Max-verkoper: „Wij proberen met het module-systeem een aantal van doelstellingen te combineren. Het rijplezier, maar ook het praktische ge bruik. Het is ook een auto waarmee iemand zonder al te veel problemen grote afstan den kan riiden." Jonkhans kan wel honderd andere voor delen uit zijn mouw schudden. Milieu Een kunststof-auto heeft mis schien wel voordelen voor de levensduur, maar voor het mi lieu zijn er grote bezwaren. Jonkhans: „Je moet voor mi- lieuvragen naar de grondstof- leverancier. Er wordt gewerkt aan het hergebruik van auto's, maar het afvalprodukt auto is een groot probleem. De grote industrie zoekt samen met de grondstofleverancier naar mo gelijkheden om de materialen te hergebruiken. In Duitsland stelt de overheid er al eiser aan. De producent produkt terugnemen,ij statiegeld-systeem. Ir val van kunststof-aulz9 te maken met vollef j( deeltelijk her te gebièn derdelen. De deuren Lu; kappen zijn gemaaktLn rialen die als ze worden weer voor drr gebruikt kunnen P C Maar ik kan wel alsite stel roepen dat wij gaan maken die goejpi het milieu. Maar dat>r Ik vertegenwoordig j. 1 inHiictrip Hnc rpic ,'TOI industrie, dus reis auto, ik propageer her v 'atr Wij houden met de£ëe nog dertig mensen Fu: werk en we zijn oolf1 iets leuks bezig. Dfl waarop we deze Nean auto op de markt breYa' je toch ook nog nieiFei noemen. Nee, als je Y het milieu wilt hebbp" er maar één ding gan auto." e 1 Ie 5inj De Audi 80 onderging eenzelfde verjongingskuur en debuteert dit najaar in nieuwe vorm. FOTO: PR Over gebrek aan succes mag Audi al jarenlang niet klagen, eigenlijk al sinds de sensationeel ge stroomlijnde 100 debu teerde in 1982. En zeker niet sinds daaraan een even gladgeronde 80/90 werd toegevoegd in 1986/'87, een jaar later aangevuld met een nieu we Coup«e en de V8 als topmodel. Het gamma dat men zo in zes jaar opbouwde wordt dit jaar in «e«en klap geheel verjongd. Een opvolger voor het zojuist genoemde model 100 ver scheen in het voorjaar, de 80 onderging eenzelfde verjon gingskuur en debuteert dit na jaar in nieuwe vorm. De V8 wordt opgewaardeerd, de Cou- p«e-modellen tenslotte krijgen een aangepaste familie-gezicht. Je gaat je afvragen waarom Audi ineens al zijn kruit ver schiet - heeft men dan nog an der nieuws in petto voor de eerstkomende jaren, buiten een nieuwe 100 Avant die we nog tegoed hebben? Doorontwikkelde 80 Op de Frankfurtse autoshow in september debuteert een 80- model dat volgens hetzelfde recept vernieuwd is als eerder dit jaar de 100. Geen radicaal ander model, maar een inten sief doorontwikkelde opvolger voor de nog zo populaire hui dige versie. Het minst verras send is wel dat de 80 eenzelfde grille krijgt als de 100. Dat is het nieuwe familie-gezicht, ook alle Coup«es krijgen voort aan een grille zoals de model len V8, Cabriolet en Coup«e S2 al hadden. Terugkerend naar de 80 belooft Audi een vergro te en variabele kofferruimte, waarmee tegemoet wordt ge komen aan een kritiekpunt dat onmiddellijk naar voren kwam toen de huidige 80 de buteerde. Weinig verassend is ook dat de 90 verdwijnt, net zoals bij het grotere model de 200 geen opvolger meer kreeg. Dit blijkt uit het beloofde mo torgamma voor de nieuwe 80, waarin we vijf- en zescilinder aggregaten tegenkomen. Een 1,6 of 1,8 liter viercilinder ko men er (voorlopig?) niet meer. In plaats van de 66 kW sterke 1,8 komt een tot datzelfde ver mogen teruggebrachte tweeli ter, die betere trekkracht en souplesse belooft. Dan is er de bekende 85 kW tweeliter, de 98 kW sterke 2,3 liter vijfcilin der uit de huidige 90, en als topper de 2,8 liter V6 (128 kW) die in de nieuwe 100 debuteer de; dat laat dus geen ruimte meer voor een nieuw 90-mo- del. Op dieselgebied begint men met de 1,9 turbodiesel met katalysator (55 kW/75 pk) die dit jaar debuteerde voor de VW Passat. Eind van het jaar komt daarnaast een nieuwe di- rekt ingespoten turbodiesel met 66 kW. Het onderstel van de 80 is tot slot verbeterd, al zegt men er nu nog niet bij op welke wijze. Het nieuws bij de Coup«e om vat verder een verbeterde uit rusting. Daarbij horen het Procon-Ten systeem en ver- sterkingsbalken in de portie ren ter verhoging van de bots- veiligheid, net als de 100 nu standaard meekreeg. Voor de nieuwe 80 noemt Audi even eens verbeterde botsveiligheid, dus die zal wel deze zelfde voorzieningen standaard heb ben. De 100-serie wordt gecomple teerd met een verbeterde ver sie yan de reeds bekende, di- rekt ingespoten 2,5 liter TDI- motor. De verbeteringen aan deze uiterst indrukwekkende vijfcilinder turbodiesel hebben betrekking op schonere uit laatgassen, waartoe het aggre gaat een katalysator en uitlaat - gas-herverbranding aangeme ten kreeg. De TDI zal in ons land ook zonder katalysator geleverd worden - zolang onze regering blijft volharden in belastingvermindering voor schone benzinemotoren, maar niet voor even schone diesels. Óm de zuinigheid van deze toch al opvallend sterke, stille en zuinige diesel nog verder op te voeren wordt hij gekop peld aan een zesversnellings- bak, zoals de onlangs uitge brachte supersnelle 100 S4 al heeft. Een zesbak of automaat wordt tevens leverbaar op Audi's topmodel V8, die een vergrote motor krijgt. In plaats van 3,6 liter meet de 32-kleppen V8 voortaan 4,2 liter inhoud. Het vermogen stijgt daardoor van 184 naar 206 kW (280 pk), het maximum koppel van 340 naar liefst 400 Nm. Dat levert een belangrijk snellere acceleratie op, zodat de Audi V8 in kracht en prestaties niet meer onder doet voor de nieuwe 100 S4. Het vereiste wel een geheel nieuw motorblok met verder uiteen geplaatste cilinders, zo dat de behoorlijke stijve prijs van de V8 (ook weer leverbaar in verlengde versie) bepaald niet lager zal worden. Blijft nog de vraag: ligt er nu wel of t'I i t UO in Het begint Rover in ons land eindelijk weer naar den vleze te gaan. De ja renlange trend van dalen de verkopen boog ook vo rig jaar maar niet om. Fred van Putten, direk- teur van Rover Nederland en sinds kort ook van Rover Duitsland, weet dat' laatste aan de traagheid waarmee de produktie van het 200-model op gang kwam. Pas tegen het eind van 1990 liep de levertijd op die model len terug, net op tijd voordat naast de vijfdeurs 200 ook een driedeurs versie en een vier- deurs 400 debuteerden. Daar naast kwam de nieuwe Rover 100 - geboren als Austin Me tro. Het heeft merkbaar vruchten afgeworpen, men meldt nu een bijna verdubbel de verkoop van de Rover 100 ten opzichte van het aantal De Rover 218 GSD vijfdeurs kost ƒ46.995,—. FOTO: PR Metro's dat in de eerste helft (al zegt dat niet alles, terug- Niettemin lijkt Rover het pu- van 1990 de deur uit ging. De grijpend op de leveringspro- blieksvertrouwen herwonnen 200/400 serie bracht het zelfs blemen bij de 200 vorig jaar en te hebben. Dat treft mooi, tot ruim meer dan verdubbel- het feit dat de 400 er nog niet want er staat een opvolger de verkoop tegenover de 200 was). voor de grote 800 in de coulis sen klaar, horen \ys naast breidt men hq j£ gamma nu weer uüen met (turbo)diesel-f Het gaat om een 1,8 l£je voor de 218 GSD enn die 65 kW/88 pk lev(jaa niet moeilijk te raoeri Rover dat aggregaat va toverde: het komt1 ei PSA-groep. We kenl uit de Citroen BX eir 405; als een van de diesels in zijn inho kunnen we er dus m toevoegen. Rover ze 200-serie een versni van Peugeot, het co sen beide concerns b< Het mag trouwens dat die diesel mooi 1( de GSD-Rovers zijn de prijs. Het vijfdeui del kost 46.995,-, de 418 nog 1400 guld Daarvoor krijgen een behoorlijk luxi rusting mee, Rover duidelijk meer op de to-markt dan op p« autokopers met dez versies. Sportwagenfabrikant Por sche heeft kennelijk de juiste koers gekozen, als we naar de sterk verbe terde bedrijfsresultaten kijken. Liever kostbare modellen met een hoge winstmarge per stuk bie den, dan het zoeken in een prijstechnisch meer gespreid gamma, waarbij hogere produktie-aantal- len bij een lagere winst marge theoretisch eenzelf de totaalwinst zouden op leveren. De markt voor sportwagens van Porsche- kaliber is echter niet zo groot, bleek wel in de laatste tien jaar. Daarom liet men meerdere malen het goedkoopste model vallen, en waardeerde het overgebleven gamma voortdu rend op. We moesten afscheid nemen van de 924, nu lijkt ook het laatste uur geslagen te hebben voor de 944. Het staat niet letterlijk in het persbe richt, doch we mogen aanne men dat de 968 het nieuwe ba sismodel van Porsche wordt. Basismodel is eigenlijk minder dan ooit het juiste woord - de 968 is eerder een gelijkwaardig alternatief voor de 911 dan een waarlijk eenvoudiger auto. 944 928 911 Dit op het oog merkwaardige sommetje maakte Porsche voor zijn nieuwste model. Als basis diende de 944, eraan toe gevoegd werden uiterlijke kenmerken van de 928, met bijmenging van wat 911-idee- en. Chef-ontwerper Harm La- gaay (van origine Nederlan der) benadrukt dat de 968 de zelfde stijl heeft als de eeuwig jonge 911. Het moet onder meer blijken uit subtiele de tails als een achterop in het midden geplaatst typeplaatje, tot nu toe specifiek kenmerk van de 911. Ook het interieur is geïnspireerd op de 911, zegt hij, maar dat was in de 944 al geruime tijd zo. Veel minder nadrukkelijk wordt verwezen naar Porsche's duurste model 928, dat toch eerder als voor beeld diende voor de gladge trokken neus en achterzijde. De gelijkenis in de opklap- koplampen en achterlichten herkent ook de niet-ingewijde meteen. Wat in elk geval wel aan de 911 werd ontleend is de als extra leverbare Tiptronic automaat, terwijl de standaard handgeschakelde zesversnel lingsbak helemaal nieuw is. Herinnering aan de uiterst spektakulaire 959 komt op bij het sportonderstel dat als extra op de lijst staat, voorzien van instelbare rijhoogte en schok- demping. Een beetje het beste van alles wat vooraf ging dus, die 968. Op motor-gebied moest er ook opgewaardeerd worden, dat verwacht je van een nieuwe sportwagen. Daartoe moest men naar onconventionele middelen grijpen. De 2,5 liter viercilinder waarmee de 944 debuteerde was al vergroot tot drie liter, verdere vergroting lijkt weinig raadzaam voor een vierpitter. Twee nokkenassen en 16 kleppen waren er ook al aan toegevoegd. Ditmaal vond men nog wat meer vermogen via een verhoogde compressie- verhouding en verstelbare (in- laat)nokkenas. Dat verstelsys- teem is gepatentee Alfa Romeo en Me verstelling onderbr het aandrijftandwiel inlaat-nokkenas von een simpeler oplos 'Variocam' werkt me stelbare spanner op drijfketting (de inl nas wordt via een ke gedreven vanaf de i kenas, die met eer riem aan de krukas is). Zo werd de moto kW op 176 kW/24 bracht. Van een steil bo-versie, zoals bij d- nog geen sprake. Welf 968 net als de 944 in o cabrioletversie gebodl De nieuwe Porsche 968 coupé.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 10