Profbestaan
geen vetpot voor
Constant Smits
van Waesberghe
Christy O'Connor
houdt van Holland
LEIDSE COURANT - WOENSDAG 24 JULI 1991 PAGINA 13
lijn "naam zo Iers klinkt
illade van The Dubliners,
isty O'Connor junior een
jand met Nederland. De
golfer laat vrijwel geen
benut om zijn talrijke
alhier met een bezoekje
i. Mede dank zij de spor-
iresses van het verkeers-
an de groene eilandrepu-
met zekere regelmaat een
Dppers laat overvliegen
geven van zogeheten cli-
Connor krijgt daarbij
;ezelschap van landgeno-
amonn Darcy, Des Smyth
Walton.
VConnor jr. is één en al
isme als hij aan Neder-
kt. „Ik hou van Holland,
die vriendelijke mensen,
prachtige golfbanen, de
en de Noordwijkse, mid-
bn de duinen. Ja, ik ben
op het landschap. Ik weet
neeste buitenlanders vin-
countryside maar saai.
ik het dus niet mee eens.
'ie land is zo plat als een
maar neem die bad-
Zandvoort, Schevenin-
dwijk, heerlijk toch?".
7 kreeg Christy O'Con-
elfs alle gelegenheid om
d goed te leren kennen,
toen op de Kennemer een
g met het Nederlands
jeugdteam mogen werken. Was
een hele leuke ervaring. Leek wel
tien jaar, zo heb ik toen genoten.
Heb ik een paar hele dikke vrien
den aan overgehouden, die ik elk
jaar, vooral rond het Dutch Open,
weer hoop te kunnen ontmoeten".
Onder hen bevindt ook Zijne Ko
ninklijke Hoogheid Prins Bern-
hard. Bij de Pro Am-wedstrijden
voor het hoofdtoernooi al acht jaar
de vaste speelpartner van O'Con
nor. „Het is altijd een plezier om
samen met hem te mogen golfen.
Niet zo erg, hoor, dat zijn spel nu
wat minder wordt. Wat wil je, op
zijn leeftijd is het al heel knap dat
hij nog steeds vol overgave speelt.
De prins is een very, very nice
gentleman. Hij is altijd heel be
scheiden. Hij zou tijdens zo'n Pro
Am zo de hele show kunnen over
nemen, maar daar is nooit sprake
van. Ik heb zelden zo'n correcte
man meegemaakt".
Op de Europese tour echter ont
moet Christy O'Connor jr., afkom
stig uit het Ierse Galway en vader
van drie kinderen, naar zijn zin te
weinig Nederlanders. „Jullie heb
ben door de jaren heen vele goede
spelers gekend. Carel Braun, Piet-
Hein Streutgers, bij de dames Joy
ce de Witt Puyt. Jammer vond ik
het dat zij altijd besloten om ama
teur te blijven. Ze kozen eerst voor
maatschappelijke zekerheid, durf
den het risico kennelijk niet te ne
Christy O'Connor jr.: „Prins Bernhard is een very very nice gentleman".
men om professioneel golfer te
worden".
De laatste jaren zetten spelers als
Ruud Bos, Chris van der Velde,
Constant Smits van Waesberghe
en Joost Steenkamer die grote stap
wel. Met over het algemeen bitter
weinig successen. Die bleven voor
behouden aan Rolf Muntz die vo
rig jaar het Brits Amateur Kampi
oenschap op zijn naam schreef.
„Muntz moet snel prof worden",
verkondigt O'Connor junior de
ook in het Nederlandse golf veel
gehoorde mening. „Hij bezit veel
talent en, wat ik van horen zeggen
heb, de geschikte mentaliteit. Laat
hem niet te lang wachten, anders
mist-ie z'n kans".
Christy O'Connor jr., immer ge
makkelijk herkenbaar aan witte
pet en dito haar, kan zelf op een
goede carrière als professioneel
golfer bogen. Hoewel hij nooit de
absolute top bereikte, verdiende
hij in de loop der jaren een goed
belegde boterham. In 1975 eindig
de hij als zevende op de Europese
FOTO: DIJKSTRA
ranglijst, tien jaar later bereikte hij
een twaalfde plaats. Anno 1989 bij
de strijd om de Ryder Cup tussen
Europa en de Verenigde Staten,
was O'Connor nogmaals in een ab
solute hoofdrol te zien. „Dat twee
de schot naar de achttiende green,
zal me altijd bijblijven. Prachtige
herinneringen. Ik heb van over de
hele wereld stapels fanmail gekre
gen. Daar waren ook heel wat
brieven uit Nederland bij, ja",
lacht hij onder het motto „still
going strong".
van Waesberghe: „Ik ben door het slijk gegaan".
FOTO: SP
Een jaar of anderhalf geleden
zocht Constant Smits van Waes
berghe het grote avontuur op. De
Brabander moest en zou van het
golf z'n beroep gaan maken. Maar
dan niet zoals de meeste van zijn
landgenoten met les geven. Nee,
Constant Smits van Waesberghe
wilde méér. Hij probeert op spor
tieve wijze een redelijke levens
standaard op te bouwen.
„Ik heb nog absoluut geen spijt
van dat besluit om touring pro te
worden", klinkt het, vastberaden,
in de zomer van 1991. De gehoop
te gouden bergen is Smits van
Waesberghe nog niet tegen geko
men. „Het is héél zwaar", zo moet
hij alle mensen, die hem voor de
onvermijdelijk wachtende teleur
stellingen waarschuwden, gelijk ge
ven.
Tegen z'n zin, dat moge nu duide
lijk worden: „Ik zet door. Al is het
alleen maar om al die cynische op
merkingen dat ik het toch nooit
zou redden, daar zijn Nederlanders
nu eenmaal heel sterk in, te logen
straffen. Ik was een goede amateur
en als ze dan opeens niets meer
van je horen, begint het natrappen.
„Jongen, was toch gewoon gaan
studeren", van die dingen. Men
beseft niet dat je als professional
helemaal van voren af aan, van het
nulpunt moet beginnen. Je valt
eerst in een heel diep gat, ik ben
nu druk bezig om daar weer uit te
klimmen".
Slijk
Zijn eerste seizoen als brood-golfer
wil Constant Smits van Waesberg
he het liefst zo snel mogelijk verge
ten. „Ik ben echt door het slijk ge
gaan. Het was gewoon slecht, héél
slecht". Evenals onder meer Joost
Steenkamer, die dezelfde stap
waagde, moest de professional uit
Breda zich eerst maar eens zien
waar te maken op de zogenaamde
Challenge Tour, het kleine broertje
van de grote PGA Tour waarin alle
bekende namen zijn vertegenwoor
digd. „Ik ben er vorig jaar niet in
geslaagd om een positie op die
Challenge Tour te krijgen", aldus
Smits van Waesberghe die nu, in
zijn tweede seizoen, wat meer aan
de weg lijkt te kunnen timmeren.
„Ik ben eind juni als veertiende ge
ëindigd bij de Olivier Barras Me
morial, een toernooi in Crans Mon
tana, Zwitserland. Al gebiedt de
eerlijkheid mij wei te zeggen dat er
toen twee Challenge-toernooien
werden gehouden zodat de spoe
ling vrij dun was. Maar daarvoor
was ik ook al twee keer in de geld
prijzen gevallen met een 25e en
19e plaats", aldus Constant Smits
van Waesberghe. „Maar een vet
pot is het nog niet, hoor. Maar dat
is voorlopig nog niet het belang
rijkste".
Hij was overigens allang blij aan
dergelijke toernooien deel te kun
nen nemen. „De concurrentie is zó
groot. En bij die toernooien is
maar voor veertig procent van het
deelnemersveld plaats voor buiten
landers. Je moet dus geluk, en
vaak niet zo'n klein beetje ook,
hebben om überhaupt al toegela
ten te worden".
„Want zo lang je geen positie op
die ranglijst hebt behaald, blijf je
afhankelijk van of een uitnodiging,
maar dat gebeurt slechts hoogst
zelden, of een kwalificatietoernooi.
Dus je reist vaak ergens naartoe
zonder de zekerheid echt aan dat
toernooi deel te kunnen nemen.
Dat is best wel eens frustrerend
wanneer je weer onverrichterzake
naar huis kunt teruggaan, dat kan
ik je wel verzekeren".
Geruststelling
Toch houdt Constant Smits van
Waesberghe een optimistische kijk
op de toekomst. Zijn sponsors
(Raet en Oranjeboom) gunnen hem
vooralsnog het voordeel van de
twijfel. „Dat is een hele geruststel
ling, ja. Je moet niet teveel onder
druk komen te staan, zelf ook niet
té veel willen, want dan wordt het
een kwestie van forceren en raak
je nog verder van huis".
„Ik heb geduld, ik zie duidelijke
verbeteringen in m'n spel. Die pro
gressie betekent dat je zelfvertrou
wen intact blijft. Ik ken ook mijn
mogelijkheden heel goed. Dat voel
je, als je andere, meer succesvolle
spelers ziet, dan denk ik: „Hé, dat
kan ik ook, die bal kan ik ook
slaan". Het is alleen maar een
kwestie van constanter worden. Ik
ben nu 23, de top van een golfer
ligt rond z'n 33e. Ik heb mezelf an
derhalf jaar geleden een termijn
van drie jaar gesteld waarin ik de
Europese ranglijst wilde halen. Ik
ben nu halverwege, ik ben naar
m'n gevoel al een heel eind op de
goede weg".