tlAk )osteuropees communisme laat diepe sporen na r is maar een minister an defensie... Morrelen aan ontwikkelingshulp is met recht schaamteloos Jjwnzri Leeuwtje N>INÏË" £eidócSouocmt ZATERDAG 15 JUNI 1991 PAGINA 9_ IN T HOUT i "r^Ter Beek soms het i a nale 'theezakje' wor- Deze vraag stond op jnuari boven een be- bwing in deze krant 3enjd aan het feit dat de in Aminister Relus ter 1 Tzich als oud vuil had 3ns| behandelen door tollega Hans van den 'Oli van buitenlandse h. De PvdA-bewinds- vond het begin dit liet nodig zich open- verweren tegen het lat zijn CDA-collega, Aanj»r daarover met hem woord te wisselen, aantal Patriot-raket- plus bemanningen aangeboden aan Is- om dat land te be- huln voor de Scuds van assi im Husayn. ipen maandag deed Van ■oek, nu zelfs in het bij- an de kleine Coevorde- apnieuw of Ter Beek een afval was. Het gebeur de en het einde van de be- >49! ing in de Tweede Ka- A an de Defensienota. Dat pareet telefoonboekdikke >rwerk' waarmee Relus Ubiiek had gehoopt zijn dof ept len imago op te poetsen, de houding van de woordvoerders Maarten "i9j,raa en Henk Vos leek de iaarop aanvankelijk nog nemen. Het socialisti- :amerduo was zo onge le gehele dag bezig ge- met te betogen dat er, in telling tot wat er in de sienota geschreven staat, a deze kabinetsperiode strijdkrachten kan en vorden bezuinigd. vas er nu mooier voor dan zich daartegen 'ns ig, af te zetten? Zo van: nijn Defensienota, waar de toekomst schets van derlandse strijdkrachten t jaar 2000, en daar door jullie, partijgeno- f niet, geen tittel of jota eranderd! In plaats daar- Ïed Ter Beek niets. In de ittend tussen de PvdA, ;e cent voor defensie er ijk één teveel vindt, en neraals, die zo langza- ïd braakneigingen krij- alleen al het woord 'be- koos de minister jde veilige middenweg. ijdig aandachtige toeschou- [as het duidelijk dat mi- j Van den Broek, die tot verrassing ook achter de ngstafel zitting had ge- pisnijdig was over de sche houding van Ter Van 's ochtends elf tot 's negen had hij werke- noeten toezien hoe de probeerde om de vol- em al tot op de graat ge- e Defensienota nog ver- der aan te tasten. Vlak voor het einde van de dinerpauze, waarna hij eindelijk aan de beurt zou zijn om te spreken, pakte Van den Broek zijn par tijgenoot Ton Frinking bij de mouw. Hij wilde althans de CDA-fractie ervan op de hoog te stellen dat er iets bijzonders ging gebeuren. Iets bijzonders? Dat bleek te zacht uitgedrukt. „Er ligt nu een Defensienota op tafel die bij verdergaande bezuinigin gen gevoeglijk kan worden in getrokken", beet de CDA-mi- nister de PvdA-fractie toe. Doodse stilte in de zaal. Wat kregen we nu? Een minister van buitenlandse zaken die dreigde de Defensienota in te trekken?! VVD-woordvoerder Frans Weisglas ontwaakte als eerste uit de collectieve trance Zich zichtbaar verkneukelend greep hij de microfoon. „Merkwaardig", sprak hij pes terig, „dat de eerste onderte kenaar van de nota de verde diging daarvan overlaat aan de minister van buitenlandse zaken". De vaalrood geworden Ter Beek wist duidelijk niet wat te zeggen. Wie moest hij laten vallen? Zijn kabinetscollega of zijn fractie? Hij koos voor het laatste, zij het op een wat ver hullende manier. „Er is inder daad geen woord Frans bij hetgeen m'n collega heeft ge zegd Maar ik heb niet de in druk dat ik op enig moment afstand van de Defensienota heb genomen". Vlak voor elf uur uitte Van den Broek zijn dreigement aan het adres van de PvdA nóg een keer. „Eén ding staat vast: de Defensienota wordt inge trokken bij verdergaande be zuinigingen. Wat dat voor het kabinet kan beteken, kunt u wel raden!" De vele toeschou wers, onder wie nogal wat hoge militairen en managers uit de defensie-industrie, ke ken elkaar eens aan. Er is in dit land kennelijk maar één minister van Defensie en diens voornaam is geen Relus. Toen pas leek het tot Ter Beek door te dringen dat hij, wilde hij zijn gezicht niet helemaal verliezen, nu toch pijlsnel iets terug moest doen. „Voor wat er met de Defensienota ge beurt, ben ik natuurlijk in de eerste plaats verantwoorde lijk", sprak hij. Men zag de toehoorders denken: „Ter Beek de eerstverantwoordelij ke voor defensie? Kom nou toch!" Hulpeloos Na afloop van het debat, waar in overigens de Defensienota op hoofdlijnen (inclusief de oprichting van een peperdure mobiele luchtbrigade) onge schonden bleef, keek Ter Beek wanhopig naar zijn medewer kers. Wat kon Van den Broek bezield hebben om zo tekeer te gaan? Hulpeloos haalden de ambtenaren de schouders op. Zij wisten het net zo min. Nu, vijf dagen later, heeft poli tiek Den Haag het antwoord nog niet gevonden. Althans niet het volledige antwoord. CDA en VVD, die blij zijn met de onverzettelijke houding van Van den Broek, houden het erop dat de BuZa-minister alleen maar bezorgd was. „Als Nederland er een echte krijgs macht op na wil houden, com pleet met landmacht, lucht macht en marine, dan moeten we inderdaad een këer ophou den met zeuren over de cen ten", leggen de christen-demo cratische en liberale woord voerders uit. Maar zij geven onmiddellijk toe dat dit op zich natuurlijk geen reden was voor Van den Broek om zijn ambtgenoot bij het grof vuil te zetten. Bij de PvdA vermoedt men dan ook een tweede reden. Het gedrag van de CDA-minister zou zijn ingegeven door een soort onverschilligheid. Naar zijn eigen zeggen is Van den Broek immers bezig aan zijn laatste termijn als minister van buitenlandse zaken. En wat moet hij daarna? Lubbers opvolgen als premier zit er niet meer in, denkt men op het Binnenhof. Die functie heeft de CDA-koning gereser veerd voor zijn kroonprins Elco Brinkman. Secretaris-ge neraal worden van de NAVO dan, zoals gezegd wordt in Washington? Wie weet, maar dan zal toch eerst de Duitser Manfred Wörner moeten op stappen en die maakt bepaald nog geen aanstalten. Twiglightzone Die overwegingen brengen veel PvdA'ers aan het Binnen hof tot de slotsom dat Van den Broek eigenlijk al met één been buiten de politiek staat. En in die 'twilightzone' zouden de Haagse mores hem geen bal meer interesseren. „Hans zegt gewoon wat hem voor de mond komt, net als in die kwestie van wel of niet mili tair tussenbeide komen in Su riname", zeggen de sociaal-de mocraten. „En daarvan is Re lus het slachtoffer geworden". Als de PvdA'ers gelijk hebben, kan het binnenkort nog een vrolijke kermis worden in de Trèveszaal, de vergaderplek van het kabinet. Want wat let bijvoorbeeld de beroepsmilitai ren die hun baan kwijt drei gen te raken als gevolg van de voorgenomen bezuinigingen, straks de hulp in te roepen van Van den Broek? Als het erop aankomt is deze immers de echte schutspatroon van de fensie. En wat let Van den Broek dan om wederom flink met de deuren te slaan? Misschien dat CDA-voorzitter Wim van Velzen zich 'ns wat minder krampachtig zou moeten bezig houden met het smoren van de meningsver schilletjes in zijn partij. Dan zou hij wat meer tijd hebben voor de loopbaanbegeleiding van zijn prominenten. Als Hans van den Broek zou we ten welke carrière hem wacht na zijn roemrijke minister schap, zou hij er wellicht min der snel toe komen de sfeer in het kabinet en de coalitie te verpesten. (Rik in 't Hout is chef van de parlementaire redactie van onze krant). In het hoofdredactioneel commentaar van Het Bin nenhof van 3 juni jl werd tevredenheid uitgespro ken over het feit dat de partijraad van het CDA heeft aangegeven dat het budget voor Ontwikke lingssamenwerking 1,5 procent van het netto na tionaal inkomen moet blijven bedragen. Verder werd gesteld dat hulp aan de allerzwaksten tot de fundamenten van het CDA behoort en dat het onthullend was te ervaren hoe vooraanstaande CDA'ers schaamteloos aan deze (minimale) hulp pro beerden te morrelen. In de krant van 8 juni reageert de heer Van Gennip (directeur van het Wetenschappelijk In stituut van het CDA) op dit commentaar. Graag wil ik op deze reactie ingaan. De heer Van Gennip stelt dat hij de term „schaamteloos" nergens heeft gelezen toen mi nister Pronk in het kader van de Tussenbalans voorstelde de mogelijkheid te schrappen dat ontwikkelingslanden tegen aantrekkelijke voorwaarden leningen kunnen verkrijgen (bezuiniging van een half mil jard in 1993, 1 miljard voor de Mr. J. van Gennip, directeur van het Wetenschappelijk Insti tuut van het CDA. FOTO: ANP hele kabinetsperiode). Naar mijn mening was het logisch dat niemand de term „schaam teloos" aan het adres van de heer Pronk richtte, omdat al gemeen bekend was, dat deze dit voorstel slechts indiende omdat hij onder grote druk van premier Lubbers stond (deze wilde namelijk jaarlijks een miljard bij Ontwikkelings samenwerking weghalen). Het artikel van de heer Van Gen nip wekt de suggestie, dat er buiten het CDA krachten zijn, die proberen de ontwikke lingshulp verder te verminde ren c.q. uit te hollen, maar dat het CDA de beschermer van deze hulp is en zal zijn. Zeer tot mijn spijt is de reali teit anders: Tot 1988 werd het budget voor Ontwikkelingssa menwerking (OS) besteed aan ontwikkelingshulp en dat lijkt mij ook de bedoeling. Op voor stel van de CDA-minister Bukman en met steun van het CDA is in 1988 deze begroting voor het eerst op grote schaal vervuild: de kosten van de op vang van asielzoekers kwa men voor een deel voor reke ning van OS (in 1988 voor 75 miljoen, in 1989 voor 150 mil joen). Deze kosten kwamen tot dan toe voor rekening van WVC In 1989 kwamen er ver kiezingen. In het verkiezings programma van het CDA stond dat „oneigenlijke toere keningen aan OS zullen wor den teruggedrongen". Je zou dus verwachten dat het CDA bij de onderhandelingen over het regeerakkoord voor het kabinet Lubbers III dit zou aanbrengen. De PvdA wil deze toerekeningen ook schrappen, dus daar moet men uit kunnen komen. Niets is minder waar. Onder druk van het CDA wordt in het regeer akkoord aangegeven dat de opvangkosten van asielzoekers in deze kabinetsperiode voor 420 miljoen per jaar (1,6 mil jard voor de hele periode) voor rekening van OS komen! Sa men met de genoemde bezui niging door het schrappen van de leningen, komt er in deze kabinetsperiode 2,6 miljard minder op het bord van de arme landen dan wanneer de norm van 1,5 procent van het netto nationaal inkomen (zui ver) was gehandhaafd. Dit ter wijl in de Derde Wereld dage lijks 100.000 mensen sterven tengevolge van honger en on dervoeding en er gedetailleer de plannen bestaan (opgesteld door deskundigen van links tot rechts), die aangeven: op lossing van het hongerpro- bleem is zeker mogelijk, mits de rijke landen bereid zijn een (relatief klein) deel van hun overvloed hiervoor beschik baar te stellen. Het feit dat dit niet gebeurt en er integendeel nog steeds meer geld van de arme naar de rijke landen gaat in plaats van andersom, is krankzinnig en volkomen on acceptabel. Gelet op de „C" in de naam lijkt me voor het CDA overduidelijk hoe zij hier tegenover zou moeten staan; dit heeft met zijn identiteit te maken. Naar mijn mening moet het CDA oppassen als het met deze identiteit strijdig beleid gaat voeren. Ontwikke lingen bij andere partijen heb ben glashelder aangegeven dat dit catastrofale gevolgen kan hebben. Kortom: wanneer en kele prominente CDA'ers pro beren een deel van onze (luxe) problemen af te wentelen op mensen die toch al niets heb ben, is dit inderdaad schaam teloos! Tel veertig jaar commu- al niet kan aanrich- Die gedachte kwam bij me op toen ik _3 met een amerde- ie een bezoek bracht Hongarije en Polen, ealiseerden ons daar- at de situatie in deze landen nog duidelijk is dan in Roemenië ulgarije. Hongarije als Polen een overwegend agra- 'karakter, maar de struc- van de landbouw ver sterk. In Hongarije is 10 procent van de land- 'rond in particuliere CTffcn, in Polen 75 procent. erschil is echter maar 371 betrekkelijke betekenis )rai\t nagenoeg de gehele 3,1 bmische omgeving' van idbouw, zoals de dienst- iing aan het bedrijfs- en de verwerking van ikten een staatszaak is. [roblemen zijn in beide dan ook voor een deel lijkbaar. Omvangrijke leringen zijn nodig voor isering en modernisering drijven, maar het beno- kapitaal ontbreekt. In :rleden aangegane staats- [en zijn gebruikt voor igrijke subsidies op de levensbehoeften, waar de staatsschuld opliep de lonen laag konden i. De arbeidsproduktivi- ook laag. De afzet van •rodukten stokt nu de als belangrijke grotendeels is weggeval- de eigen burgers steeds kiezen voor produkten !t Westen. Het recente pausbezoek aan Polen herinnert eraan dat dit volk tot vandaag toe rooms-katholiek is gebleven. Daar heeft deze kerk ook een rol van betekenis in het verzet gespeeld. FOTO: AP ogjngmatig r|j economisch systeem van het Oostblok is volledig vast gelopen. Je kunt je slechts ver wonderen over het feit dat het nog zo lang stand heeft gehou den. De belangrijkste verkla ring hiervoor ligt in het dwangmatige karakter van het systeem. Voor onderneme- ningszin was geen ruimte, prestatie werd niet beloond, leegloop niet bestraft. De vraag kan gesteld worden wat de rol van de kerken hier bij is geweest. Het recente pausbezoek aan Polen herin nert eraan dat dit volk tot vandaag toe rooms-katholiek is gebleven. Daar heeft deze kerk ook een rol van beteke nis in het verzet gespeeld. In Hongarije was dit anders, al behoort daar zestig procent van de bevolking officieel tot de r.k. kerk en twintig procent tot de gereformeerde kerk. Van een actieve rol in het ver zet is echter weinig gebleken. Tijdens ons bezoek was ik in de gelegenheid mij nader te oriënteren over de situatie in de gereformeerde kerk. Eén blik in een volle kerk op zon dagmorgen maakte al veel duidelijk: de gemiddelde leef tijd van de kerkgangers lag ruim boven de vijftig jaar. In gesprekken werd de oorzaak ook duidelijk. Sinds 1948 waren er korte pe rioden van directe vervolging geweest. Veel belangrijker was echter de systematische tegen werking van het regime. Wie examen wilde doen of sollici teerde naar een functie (uiter aard bij een staatsinstelling) moest eerst de vraag beant woorden of hij gelovig was. Een bevestigend antwoord leidde tot een negatief resul taat. Kerkelijke gemeenten werden van leidinggevende fi guren beroofd. Zij werden 'overgeplaatst' naar een veraf gelegen dorp, waarheen ze moesten vertrekken met twee koffers persoonlijke eigendom men. Kerkgebouwen werden gesloten, christelijke scholen en predikantsopleidingen door de staat overgenomen. Voor godsdienstonderwijs was geen ruimte. De leiding van de kerk kwam in handen van mensen die het regime de ruimte gaven. Werkloosheid Zo is men er in geslaagd zon der al te veel ophef een hele generatie grotendeels van kerk en godsdienst te ver vreemden. De gevolgen hier van zijn niet uitgebleven. Het denken van de bevolking is sterk vermater ialiseerd. Nu aan het dwangsysteem van het communisme een eind is geko men kennen velen nog slechts één wens: zo spoedig mogelijk dezelfde mogelijkheden krij gen als burgers in het Westen. Nuttig is slechts wat dat doel dichterbij kan brengen. Ker kelijke activiteiten vallen daar niet onder. Politieke participa tie evenmin. In de huidige Oosteuropese si tuatie zit hierin een groot ge vaar. Teleurstellingen zullen immers niet uitblijven. Zeker in de eerste jaren zullen veel het niet beter krijgen maar slechter Er is sprake van een snel stijgende werkloosheid, een onbekend fenomeen onder het communisme. Voor om vangrijke sociale voorzienin gen ontbreken de middelen. De prijzen stijgen snel door het afbreken van subsidies en door oriëntatie op de wereld markt, maar de lonen blijven erbij achter. De weg naar de welvaartsstaat is er één met veel pijnlijke hindernissen. En dan te beseffen dat de Wester se welvaart ook zijn zwarte plekken kent. De Oosteuropese landen mis sen voorts een beproefde de mocratische traditie. De lage opkomst bij verkiezingen past bij een traditioneel wantrou wen tegenover overheden die in het verleden al zo vaak te genvielen. De regeringen staan dan ook voor een zware taak. Ze moeten de weg van ingrijpende saneringen verder afleggen. Een alternatief is er niet. Ze kunnen daarbij niet zonder de steun van een brede laag van de bevolking, maar velen onder die bevolking denken liever aan de resulta ten dan aan de opofferingen. Maar ook voor de kerken ligt er een zware taak. In Polen is de verleiding groot de ver keerde weg in te slaan door de scheiding van kerk en staat ongedaan te maken. Die kans is in Hongarije niet groot. Des te meer is van belang dat zij er in zullen slagen duidelijk te maken dat er grotere waarden zijn in een vrije samenleving dan geld en goed. Contacten In de Hongaarse gereformeer de kerk zijn gelukkig ontwik kelingen ten goede zichtbaar. De oude kerkelijke leiders zijn via verkiezingen vervangen. De oorspronkelijk christelijk scholen komen geleidelijk weer ter beschikking, zodat het onderwijs aan de jeugd kan worden hervat. De be langstelling voor het kerkelijk werk neemt toe. Maar veel werk moet gebeuren door te weinig mensen. Immers, de generatie die ontbreekt is de generatie die normaal gespro ken nu voor het benodigde ka der had moeten zorgen. De ge volgen van veertig jaar com munisme dreigen nog lang diep sporen na te laten. Oost-Europa, en meer speciaal Hongarije, Polen en Tsjecho- slowakije, zijn op de weg van Nederland en West-Europa ge plaatst. Dat behoort belangrij ke politieke gevolgen te heb ben voor het beleid van de re gering en van de Europese Ge meenschap. Maar niet minder belangrijk is dat de volken van Oost-Europa ervaren dat in Nederland en West-Europa geestverwanten wonen, van wie zij lange tijd gedwongen vervreemd zijn. Contacten op allerlei gebied zijn daarom van belang. Nuttig, niet alleen voor Hongaren en Polen, maar ook voor ons Nederlanders, die nauwelijks meer weten wat het is de geestelijke vrijheid verloren te hebben. (G.J. Schutte is lid van de Tweede Kamer voor het GPV). ..Ik dacht aan Jan des Bouvrie". Voor Peter Lankhorst van Groen Links was het vanzelfsprekend geweest dat hij die naam had genoemd. Als het ging om de versiering van het leven was er voor hem maar één naam mogelijk. Bouv maakte tenminste móóie dingen, vopo Peter, en in de straat waar hij woonde dacht iedereen er zo over. Allemaal hadden ze weï een bankje, stoeltje, tafeltje, vaasje, gordijntje, asbakje. stropdasje, speelgoedje. i aanstekertje. tuinstoeltje of tafelkleedje waaraan Bouv neI dat beetje extra had toegevoegd waardoor het heerlijk was je met die spulletjes te omringen. Ook al was het maar een simpel vaasje, als Bouvs handtekening erop stond was het ineens een vaasje met karakter. Bouv moest het dus worden.' en het kostte Peter weinig moeite zijn eigen fractie ervan te overtuigen. Een enkeling had het nog even over Karei Appel of Corneille, maar die had het niet goed begrepen. ..Ron Brandsteden'", riep zelfs nog Paul Rosenmöller. maar ja. die zou de rest van zijn leven ook nooit meer dan een backbencher worden. „Nu even serieus jongens", had Peter gezegd. ..Het gaat hier niet om reclame voor video camera's. maar om een belangrijke zaak voor de democratie En zo was het. De democratie was aan vernieuwing toe. Het nieuwe Kamergebouw was daarvoor een mooi symbool, maar voor Peter niet genoeg. Ook in het gebouw moest zichtbaar zijn wat democratie is en wat de 150 Kamerleden doen. Wie kon je daarvoor nou beter vragen dan binnenhuisarchitect Jan des Bouvrie. de Goeroe van het Gooi. die zich nooit bij dat ene bankje had gehouden, die zichzelf altijd had vernieuwd door steeds weer iets te doen wat je niet verwachtte. Bouv moest het doen en niemand anders. Peter wist dat iedereen het mooi zou vinden, dat er geen gezeur over in de Kamer zou komen, dat de Kamerleden eindelijk weer serieus genomen zouden worden. Want daar had het nogal aan ontbroken de laatste tijd. Daarom had Peter ook voorgesteld in de Grote Vergaderzaal alleen nog maar de echt interessante debatten te laten houden en de rest in commissies af te handelen, ver weg van het snel verveelde publiek. Hij had meteen zelf toegeslagen en was over de milieuvijandige verpakking van het broodbeleg in de Kamerkantines begonnen. Hij had er een motie over ingediend, er was over gestemd en hij had het gewonnen. De hele Kamer vond dat het broodbeleg milieuvriendelijker moest worden verpakt. Thuis zaten de mensen met open mond voor de buis. Eindelijk, eindelijk weer eens een debat dat ergens over ging! Met de geweldige kijkcijfers In de hand was Peter naar kamervoorzitter Deetman j toegestapt. Die raakte onmiddellijk opgetogen. „Petertje toch. Zou het ons dan toch lukken weer aanzien te verwerven bij het volk?!" had Deet een tikkeltje te hard r geroepen. „Zeker weten Wim had Peter gezegd. „Ze dachten in het land dat we gek geworden waren, dat we alleen nog maar dertig uur over basisvorming konden praten, maar wij hebben ze de ogen geopend". Ook het belletje met Jan des Bouvrie was kort geweest. Hij had wel zin en hij had ook nog een paar leuke ideetjes in de la liggen. De volgende dag vond Peter al enkele schetsjes bij de post: een leeuwtje onderuit gezakt in een Kamerbankje. De symbolische verbeelding van de ontspannen wijze waarop Nederland zichzelf regeert, had Peter onmiddellijk begrepen. Vertederd keek hij naar het honorarium dat Bouv onder het schetsje had gekrabbeld: 160.000 gulden. Géén geld. Meteen had Peter een spoeddebat aangevraagd. Met veel vuur had hij zijn idee verdedigd. De Kamerleden, ze waren er voor het eerst weer allemaal, hadden aan zijn lippen gehangen. Móói dat ze het vonden, móói.' Het voorstel werd met algemene stemmen aangenomen. Na de felicitaties ging Peter voldaan naar de wc. Gezeten op de bril keek hij nog eens aandachtig naar het grauwe papier. „Hè, hè, van dat saaie gedoe zijn we dus binnenkort verlost. Straks zijn alle wc- rollen in de Kamer bedrukt met een echte 'Bouvrie': een onderuit gezakt leeuwtje in een Kamerbankje".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 9