tlAk
)osteuropees communisme laat diepe sporen na
r is maar een minister
an defensie...
Morrelen aan ontwikkelingshulp
is met recht schaamteloos
Jjwnzri
Leeuwtje
N>INÏË"
£eidócSouocmt
ZATERDAG 15 JUNI 1991 PAGINA 9_
IN T HOUT
i "r^Ter Beek soms het
i a nale 'theezakje' wor-
Deze vraag stond op
jnuari boven een be-
bwing in deze krant
3enjd aan het feit dat de
in Aminister Relus ter
1 Tzich als oud vuil had
3ns| behandelen door
tollega Hans van den
'Oli van buitenlandse
h. De PvdA-bewinds-
vond het begin dit
liet nodig zich open-
verweren tegen het
lat zijn CDA-collega,
Aanj»r daarover met hem
woord te wisselen,
aantal Patriot-raket-
plus bemanningen
aangeboden aan Is-
om dat land te be-
huln voor de Scuds van
assi im Husayn.
ipen maandag deed Van
■oek, nu zelfs in het bij-
an de kleine Coevorde-
apnieuw of Ter Beek een
afval was. Het gebeur
de en het einde van de be-
>49! ing in de Tweede Ka-
A an de Defensienota. Dat
pareet telefoonboekdikke
>rwerk' waarmee Relus
Ubiiek had gehoopt zijn dof
ept len imago op te poetsen,
de houding van de
woordvoerders Maarten
"i9j,raa en Henk Vos leek de
iaarop aanvankelijk nog
nemen. Het socialisti-
:amerduo was zo onge
le gehele dag bezig ge-
met te betogen dat er, in
telling tot wat er in de
sienota geschreven staat,
a deze kabinetsperiode
strijdkrachten kan en
vorden bezuinigd.
vas er nu mooier voor
dan zich daartegen 'ns
ig, af te zetten? Zo van:
nijn Defensienota, waar
de toekomst schets van
derlandse strijdkrachten
t jaar 2000, en daar
door jullie, partijgeno-
f niet, geen tittel of jota
eranderd! In plaats daar-
Ïed Ter Beek niets. In de
ittend tussen de PvdA,
;e cent voor defensie er
ijk één teveel vindt, en
neraals, die zo langza-
ïd braakneigingen krij-
alleen al het woord 'be-
koos de minister
jde veilige middenweg.
ijdig
aandachtige toeschou-
[as het duidelijk dat mi-
j Van den Broek, die tot
verrassing ook achter de
ngstafel zitting had ge-
pisnijdig was over de
sche houding van Ter
Van 's ochtends elf tot 's
negen had hij werke-
noeten toezien hoe de
probeerde om de vol-
em al tot op de graat ge-
e Defensienota nog ver-
der aan te tasten. Vlak voor
het einde van de dinerpauze,
waarna hij eindelijk aan de
beurt zou zijn om te spreken,
pakte Van den Broek zijn par
tijgenoot Ton Frinking bij de
mouw. Hij wilde althans de
CDA-fractie ervan op de hoog
te stellen dat er iets bijzonders
ging gebeuren.
Iets bijzonders? Dat bleek te
zacht uitgedrukt. „Er ligt nu
een Defensienota op tafel die
bij verdergaande bezuinigin
gen gevoeglijk kan worden in
getrokken", beet de CDA-mi-
nister de PvdA-fractie toe.
Doodse stilte in de zaal. Wat
kregen we nu? Een minister
van buitenlandse zaken die
dreigde de Defensienota in te
trekken?! VVD-woordvoerder
Frans Weisglas ontwaakte als
eerste uit de collectieve trance
Zich zichtbaar verkneukelend
greep hij de microfoon.
„Merkwaardig", sprak hij pes
terig, „dat de eerste onderte
kenaar van de nota de verde
diging daarvan overlaat aan
de minister van buitenlandse
zaken".
De vaalrood geworden Ter
Beek wist duidelijk niet wat te
zeggen. Wie moest hij laten
vallen? Zijn kabinetscollega of
zijn fractie? Hij koos voor het
laatste, zij het op een wat ver
hullende manier. „Er is inder
daad geen woord Frans bij
hetgeen m'n collega heeft ge
zegd Maar ik heb niet de in
druk dat ik op enig moment
afstand van de Defensienota
heb genomen".
Vlak voor elf uur uitte Van
den Broek zijn dreigement aan
het adres van de PvdA nóg
een keer. „Eén ding staat vast:
de Defensienota wordt inge
trokken bij verdergaande be
zuinigingen. Wat dat voor het
kabinet kan beteken, kunt u
wel raden!" De vele toeschou
wers, onder wie nogal wat
hoge militairen en managers
uit de defensie-industrie, ke
ken elkaar eens aan. Er is in
dit land kennelijk maar één
minister van Defensie en diens
voornaam is geen Relus.
Toen pas leek het tot Ter Beek
door te dringen dat hij, wilde
hij zijn gezicht niet helemaal
verliezen, nu toch pijlsnel iets
terug moest doen. „Voor wat
er met de Defensienota ge
beurt, ben ik natuurlijk in de
eerste plaats verantwoorde
lijk", sprak hij. Men zag de
toehoorders denken: „Ter
Beek de eerstverantwoordelij
ke voor defensie? Kom nou
toch!"
Hulpeloos
Na afloop van het debat, waar
in overigens de Defensienota
op hoofdlijnen (inclusief de
oprichting van een peperdure
mobiele luchtbrigade) onge
schonden bleef, keek Ter Beek
wanhopig naar zijn medewer
kers. Wat kon Van den Broek
bezield hebben om zo tekeer te
gaan? Hulpeloos haalden de
ambtenaren de schouders op.
Zij wisten het net zo min.
Nu, vijf dagen later, heeft poli
tiek Den Haag het antwoord
nog niet gevonden. Althans
niet het volledige antwoord.
CDA en VVD, die blij zijn met
de onverzettelijke houding
van Van den Broek, houden
het erop dat de BuZa-minister
alleen maar bezorgd was. „Als
Nederland er een echte krijgs
macht op na wil houden, com
pleet met landmacht, lucht
macht en marine, dan moeten
we inderdaad een këer ophou
den met zeuren over de cen
ten", leggen de christen-demo
cratische en liberale woord
voerders uit. Maar zij geven
onmiddellijk toe dat dit op
zich natuurlijk geen reden was
voor Van den Broek om zijn
ambtgenoot bij het grof vuil te
zetten.
Bij de PvdA vermoedt men
dan ook een tweede reden. Het
gedrag van de CDA-minister
zou zijn ingegeven door een
soort onverschilligheid. Naar
zijn eigen zeggen is Van den
Broek immers bezig aan zijn
laatste termijn als minister
van buitenlandse zaken. En
wat moet hij daarna? Lubbers
opvolgen als premier zit er
niet meer in, denkt men op
het Binnenhof. Die functie
heeft de CDA-koning gereser
veerd voor zijn kroonprins
Elco Brinkman. Secretaris-ge
neraal worden van de NAVO
dan, zoals gezegd wordt in
Washington? Wie weet, maar
dan zal toch eerst de Duitser
Manfred Wörner moeten op
stappen en die maakt bepaald
nog geen aanstalten.
Twiglightzone
Die overwegingen brengen
veel PvdA'ers aan het Binnen
hof tot de slotsom dat Van den
Broek eigenlijk al met één
been buiten de politiek staat.
En in die 'twilightzone' zouden
de Haagse mores hem geen bal
meer interesseren. „Hans zegt
gewoon wat hem voor de
mond komt, net als in die
kwestie van wel of niet mili
tair tussenbeide komen in Su
riname", zeggen de sociaal-de
mocraten. „En daarvan is Re
lus het slachtoffer geworden".
Als de PvdA'ers gelijk hebben,
kan het binnenkort nog een
vrolijke kermis worden in de
Trèveszaal, de vergaderplek
van het kabinet. Want wat let
bijvoorbeeld de beroepsmilitai
ren die hun baan kwijt drei
gen te raken als gevolg van de
voorgenomen bezuinigingen,
straks de hulp in te roepen
van Van den Broek? Als het
erop aankomt is deze immers
de echte schutspatroon van de
fensie. En wat let Van den
Broek dan om wederom flink
met de deuren te slaan?
Misschien dat CDA-voorzitter
Wim van Velzen zich 'ns wat
minder krampachtig zou
moeten bezig houden met het
smoren van de meningsver
schilletjes in zijn partij. Dan
zou hij wat meer tijd hebben
voor de loopbaanbegeleiding
van zijn prominenten. Als
Hans van den Broek zou we
ten welke carrière hem wacht
na zijn roemrijke minister
schap, zou hij er wellicht min
der snel toe komen de sfeer in
het kabinet en de coalitie te
verpesten.
(Rik in 't Hout is chef van de
parlementaire redactie van
onze krant).
In het hoofdredactioneel
commentaar van Het Bin
nenhof van 3 juni jl werd
tevredenheid uitgespro
ken over het feit dat de
partijraad van het CDA
heeft aangegeven dat het
budget voor Ontwikke
lingssamenwerking 1,5
procent van het netto na
tionaal inkomen moet
blijven bedragen. Verder
werd gesteld dat hulp aan
de allerzwaksten tot de
fundamenten van het
CDA behoort en dat het
onthullend was te ervaren
hoe vooraanstaande
CDA'ers schaamteloos aan
deze (minimale) hulp pro
beerden te morrelen.
In de krant van 8 juni reageert
de heer Van Gennip (directeur
van het Wetenschappelijk In
stituut van het CDA) op dit
commentaar. Graag wil ik op
deze reactie ingaan.
De heer Van Gennip stelt dat
hij de term „schaamteloos"
nergens heeft gelezen toen mi
nister Pronk in het kader van
de Tussenbalans voorstelde de
mogelijkheid te schrappen dat
ontwikkelingslanden tegen
aantrekkelijke voorwaarden
leningen kunnen verkrijgen
(bezuiniging van een half mil
jard in 1993, 1 miljard voor de
Mr. J. van Gennip, directeur
van het Wetenschappelijk Insti
tuut van het CDA.
FOTO: ANP
hele kabinetsperiode). Naar
mijn mening was het logisch
dat niemand de term „schaam
teloos" aan het adres van de
heer Pronk richtte, omdat al
gemeen bekend was, dat deze
dit voorstel slechts indiende
omdat hij onder grote druk
van premier Lubbers stond
(deze wilde namelijk jaarlijks
een miljard bij Ontwikkelings
samenwerking weghalen). Het
artikel van de heer Van Gen
nip wekt de suggestie, dat er
buiten het CDA krachten zijn,
die proberen de ontwikke
lingshulp verder te verminde
ren c.q. uit te hollen, maar dat
het CDA de beschermer van
deze hulp is en zal zijn.
Zeer tot mijn spijt is de reali
teit anders: Tot 1988 werd het
budget voor Ontwikkelingssa
menwerking (OS) besteed aan
ontwikkelingshulp en dat lijkt
mij ook de bedoeling. Op voor
stel van de CDA-minister
Bukman en met steun van het
CDA is in 1988 deze begroting
voor het eerst op grote schaal
vervuild: de kosten van de op
vang van asielzoekers kwa
men voor een deel voor reke
ning van OS (in 1988 voor 75
miljoen, in 1989 voor 150 mil
joen). Deze kosten kwamen tot
dan toe voor rekening van
WVC In 1989 kwamen er ver
kiezingen. In het verkiezings
programma van het CDA
stond dat „oneigenlijke toere
keningen aan OS zullen wor
den teruggedrongen". Je zou
dus verwachten dat het CDA
bij de onderhandelingen over
het regeerakkoord voor het
kabinet Lubbers III dit zou
aanbrengen. De PvdA wil
deze toerekeningen ook
schrappen, dus daar moet men
uit kunnen komen. Niets is
minder waar. Onder druk van
het CDA wordt in het regeer
akkoord aangegeven dat de
opvangkosten van asielzoekers
in deze kabinetsperiode voor
420 miljoen per jaar (1,6 mil
jard voor de hele periode) voor
rekening van OS komen! Sa
men met de genoemde bezui
niging door het schrappen van
de leningen, komt er in deze
kabinetsperiode 2,6 miljard
minder op het bord van de
arme landen dan wanneer de
norm van 1,5 procent van het
netto nationaal inkomen (zui
ver) was gehandhaafd. Dit ter
wijl in de Derde Wereld dage
lijks 100.000 mensen sterven
tengevolge van honger en on
dervoeding en er gedetailleer
de plannen bestaan (opgesteld
door deskundigen van links
tot rechts), die aangeven: op
lossing van het hongerpro-
bleem is zeker mogelijk, mits
de rijke landen bereid zijn een
(relatief klein) deel van hun
overvloed hiervoor beschik
baar te stellen. Het feit dat dit
niet gebeurt en er integendeel
nog steeds meer geld van de
arme naar de rijke landen gaat
in plaats van andersom, is
krankzinnig en volkomen on
acceptabel. Gelet op de „C" in
de naam lijkt me voor het
CDA overduidelijk hoe zij hier
tegenover zou moeten staan;
dit heeft met zijn identiteit te
maken. Naar mijn mening
moet het CDA oppassen als
het met deze identiteit strijdig
beleid gaat voeren. Ontwikke
lingen bij andere partijen heb
ben glashelder aangegeven dat
dit catastrofale gevolgen kan
hebben. Kortom: wanneer en
kele prominente CDA'ers pro
beren een deel van onze (luxe)
problemen af te wentelen op
mensen die toch al niets heb
ben, is dit inderdaad schaam
teloos!
Tel
veertig jaar commu-
al niet kan aanrich-
Die gedachte kwam
bij me op toen ik
_3 met een amerde-
ie een bezoek bracht
Hongarije en Polen,
ealiseerden ons daar-
at de situatie in deze
landen nog duidelijk
is dan in Roemenië
ulgarije.
Hongarije als Polen
een overwegend agra-
'karakter, maar de struc-
van de landbouw ver
sterk. In Hongarije is
10 procent van de land-
'rond in particuliere
CTffcn, in Polen 75 procent.
erschil is echter maar
371 betrekkelijke betekenis
)rai\t nagenoeg de gehele
3,1 bmische omgeving' van
idbouw, zoals de dienst-
iing aan het bedrijfs-
en de verwerking van
ikten een staatszaak is.
[roblemen zijn in beide
dan ook voor een deel
lijkbaar. Omvangrijke
leringen zijn nodig voor
isering en modernisering
drijven, maar het beno-
kapitaal ontbreekt. In
:rleden aangegane staats-
[en zijn gebruikt voor
igrijke subsidies op de
levensbehoeften, waar
de staatsschuld opliep
de lonen laag konden
i. De arbeidsproduktivi-
ook laag. De afzet van
•rodukten stokt nu de
als belangrijke
grotendeels is weggeval-
de eigen burgers steeds
kiezen voor produkten
!t Westen.
Het recente
pausbezoek aan
Polen herinnert
eraan dat dit volk
tot vandaag toe
rooms-katholiek
is gebleven. Daar
heeft deze kerk
ook een rol van
betekenis in het
verzet gespeeld.
FOTO: AP
ogjngmatig
r|j economisch systeem van
het Oostblok is volledig vast
gelopen. Je kunt je slechts ver
wonderen over het feit dat het
nog zo lang stand heeft gehou
den. De belangrijkste verkla
ring hiervoor ligt in het
dwangmatige karakter van het
systeem. Voor onderneme-
ningszin was geen ruimte,
prestatie werd niet beloond,
leegloop niet bestraft.
De vraag kan gesteld worden
wat de rol van de kerken hier
bij is geweest. Het recente
pausbezoek aan Polen herin
nert eraan dat dit volk tot
vandaag toe rooms-katholiek
is gebleven. Daar heeft deze
kerk ook een rol van beteke
nis in het verzet gespeeld. In
Hongarije was dit anders, al
behoort daar zestig procent
van de bevolking officieel tot
de r.k. kerk en twintig procent
tot de gereformeerde kerk.
Van een actieve rol in het ver
zet is echter weinig gebleken.
Tijdens ons bezoek was ik in
de gelegenheid mij nader te
oriënteren over de situatie in
de gereformeerde kerk. Eén
blik in een volle kerk op zon
dagmorgen maakte al veel
duidelijk: de gemiddelde leef
tijd van de kerkgangers lag
ruim boven de vijftig jaar. In
gesprekken werd de oorzaak
ook duidelijk.
Sinds 1948 waren er korte pe
rioden van directe vervolging
geweest. Veel belangrijker was
echter de systematische tegen
werking van het regime. Wie
examen wilde doen of sollici
teerde naar een functie (uiter
aard bij een staatsinstelling)
moest eerst de vraag beant
woorden of hij gelovig was.
Een bevestigend antwoord
leidde tot een negatief resul
taat. Kerkelijke gemeenten
werden van leidinggevende fi
guren beroofd. Zij werden
'overgeplaatst' naar een veraf
gelegen dorp, waarheen ze
moesten vertrekken met twee
koffers persoonlijke eigendom
men. Kerkgebouwen werden
gesloten, christelijke scholen
en predikantsopleidingen door
de staat overgenomen. Voor
godsdienstonderwijs was geen
ruimte. De leiding van de
kerk kwam in handen van
mensen die het regime de
ruimte gaven.
Werkloosheid
Zo is men er in geslaagd zon
der al te veel ophef een hele
generatie grotendeels van
kerk en godsdienst te ver
vreemden. De gevolgen hier
van zijn niet uitgebleven. Het
denken van de bevolking is
sterk vermater ialiseerd. Nu
aan het dwangsysteem van het
communisme een eind is geko
men kennen velen nog slechts
één wens: zo spoedig mogelijk
dezelfde mogelijkheden krij
gen als burgers in het Westen.
Nuttig is slechts wat dat doel
dichterbij kan brengen. Ker
kelijke activiteiten vallen daar
niet onder. Politieke participa
tie evenmin.
In de huidige Oosteuropese si
tuatie zit hierin een groot ge
vaar. Teleurstellingen zullen
immers niet uitblijven. Zeker
in de eerste jaren zullen veel
het niet beter krijgen maar
slechter Er is sprake van een
snel stijgende werkloosheid,
een onbekend fenomeen onder
het communisme. Voor om
vangrijke sociale voorzienin
gen ontbreken de middelen.
De prijzen stijgen snel door het
afbreken van subsidies en
door oriëntatie op de wereld
markt, maar de lonen blijven
erbij achter. De weg naar de
welvaartsstaat is er één met
veel pijnlijke hindernissen. En
dan te beseffen dat de Wester
se welvaart ook zijn zwarte
plekken kent.
De Oosteuropese landen mis
sen voorts een beproefde de
mocratische traditie. De lage
opkomst bij verkiezingen past
bij een traditioneel wantrou
wen tegenover overheden die
in het verleden al zo vaak te
genvielen. De regeringen
staan dan ook voor een zware
taak. Ze moeten de weg van
ingrijpende saneringen verder
afleggen. Een alternatief is er
niet. Ze kunnen daarbij niet
zonder de steun van een brede
laag van de bevolking, maar
velen onder die bevolking
denken liever aan de resulta
ten dan aan de opofferingen.
Maar ook voor de kerken ligt
er een zware taak. In Polen is
de verleiding groot de ver
keerde weg in te slaan door de
scheiding van kerk en staat
ongedaan te maken. Die kans
is in Hongarije niet groot. Des
te meer is van belang dat zij er
in zullen slagen duidelijk te
maken dat er grotere waarden
zijn in een vrije samenleving
dan geld en goed.
Contacten
In de Hongaarse gereformeer
de kerk zijn gelukkig ontwik
kelingen ten goede zichtbaar.
De oude kerkelijke leiders zijn
via verkiezingen vervangen.
De oorspronkelijk christelijk
scholen komen geleidelijk
weer ter beschikking, zodat
het onderwijs aan de jeugd
kan worden hervat. De be
langstelling voor het kerkelijk
werk neemt toe. Maar veel
werk moet gebeuren door te
weinig mensen. Immers, de
generatie die ontbreekt is de
generatie die normaal gespro
ken nu voor het benodigde ka
der had moeten zorgen. De ge
volgen van veertig jaar com
munisme dreigen nog lang
diep sporen na te laten.
Oost-Europa, en meer speciaal
Hongarije, Polen en Tsjecho-
slowakije, zijn op de weg van
Nederland en West-Europa ge
plaatst. Dat behoort belangrij
ke politieke gevolgen te heb
ben voor het beleid van de re
gering en van de Europese Ge
meenschap. Maar niet minder
belangrijk is dat de volken
van Oost-Europa ervaren dat
in Nederland en West-Europa
geestverwanten wonen, van
wie zij lange tijd gedwongen
vervreemd zijn. Contacten op
allerlei gebied zijn daarom van
belang. Nuttig, niet alleen voor
Hongaren en Polen, maar ook
voor ons Nederlanders, die
nauwelijks meer weten wat
het is de geestelijke vrijheid
verloren te hebben.
(G.J. Schutte is lid van de
Tweede Kamer voor het
GPV).
..Ik dacht aan Jan des
Bouvrie". Voor Peter
Lankhorst van Groen Links
was het vanzelfsprekend
geweest dat hij die naam had
genoemd. Als het ging om de
versiering van het leven was
er voor hem maar één naam
mogelijk. Bouv maakte
tenminste móóie dingen, vopo
Peter, en in de straat waar hij
woonde dacht iedereen er zo
over. Allemaal hadden ze weï
een bankje, stoeltje, tafeltje,
vaasje, gordijntje, asbakje.
stropdasje, speelgoedje. i
aanstekertje. tuinstoeltje of
tafelkleedje waaraan Bouv neI
dat beetje extra had
toegevoegd waardoor het
heerlijk was je met die
spulletjes te omringen. Ook al
was het maar een simpel
vaasje, als Bouvs
handtekening erop stond was
het ineens een vaasje met
karakter.
Bouv moest het dus worden.'
en het kostte Peter weinig
moeite zijn eigen fractie ervan
te overtuigen. Een enkeling
had het nog even over Karei
Appel of Corneille, maar die
had het niet goed begrepen.
..Ron Brandsteden'", riep zelfs
nog Paul Rosenmöller. maar
ja. die zou de rest van zijn
leven ook nooit meer dan een
backbencher worden. „Nu
even serieus jongens", had
Peter gezegd. ..Het gaat hier
niet om reclame voor video
camera's. maar om een
belangrijke zaak voor de
democratie
En zo was het. De democratie
was aan vernieuwing toe. Het
nieuwe Kamergebouw was
daarvoor een mooi symbool,
maar voor Peter niet genoeg.
Ook in het gebouw moest
zichtbaar zijn wat democratie
is en wat de 150 Kamerleden
doen. Wie kon je daarvoor nou
beter vragen dan
binnenhuisarchitect Jan des
Bouvrie. de Goeroe van het
Gooi. die zich nooit bij dat ene
bankje had gehouden, die
zichzelf altijd had vernieuwd
door steeds weer iets te doen
wat je niet verwachtte. Bouv
moest het doen en niemand
anders.
Peter wist dat iedereen het
mooi zou vinden, dat er geen
gezeur over in de Kamer zou
komen, dat de Kamerleden
eindelijk weer serieus
genomen zouden worden.
Want daar had het nogal aan
ontbroken de laatste tijd.
Daarom had Peter ook
voorgesteld in de Grote
Vergaderzaal alleen nog maar
de echt interessante debatten
te laten houden en de rest in
commissies af te handelen, ver
weg van het snel verveelde
publiek.
Hij had meteen zelf
toegeslagen en was over de
milieuvijandige verpakking
van het broodbeleg in de
Kamerkantines begonnen. Hij
had er een motie over
ingediend, er was over
gestemd en hij had het
gewonnen. De hele Kamer
vond dat het broodbeleg
milieuvriendelijker moest
worden verpakt. Thuis zaten
de mensen met open mond
voor de buis. Eindelijk,
eindelijk weer eens een debat
dat ergens over ging!
Met de geweldige kijkcijfers In
de hand was Peter naar
kamervoorzitter Deetman j
toegestapt. Die raakte
onmiddellijk opgetogen.
„Petertje toch. Zou het ons dan
toch lukken weer aanzien te
verwerven bij het volk?!" had
Deet een tikkeltje te hard r
geroepen. „Zeker weten
Wim had Peter gezegd. „Ze
dachten in het land dat we gek
geworden waren, dat we
alleen nog maar dertig uur
over basisvorming konden
praten, maar wij hebben ze de
ogen geopend".
Ook het belletje met Jan des
Bouvrie was kort geweest. Hij
had wel zin en hij had ook nog
een paar leuke ideetjes in de la
liggen. De volgende dag vond
Peter al enkele schetsjes bij de
post: een leeuwtje onderuit
gezakt in een Kamerbankje.
De symbolische verbeelding
van de ontspannen wijze
waarop Nederland zichzelf
regeert, had Peter
onmiddellijk begrepen.
Vertederd keek hij naar het
honorarium dat Bouv onder
het schetsje had gekrabbeld:
160.000 gulden. Géén geld.
Meteen had Peter een
spoeddebat aangevraagd. Met
veel vuur had hij zijn idee
verdedigd. De Kamerleden, ze
waren er voor het eerst weer
allemaal, hadden aan zijn
lippen gehangen. Móói dat ze
het vonden, móói.' Het voorstel
werd met algemene stemmen
aangenomen.
Na de felicitaties ging Peter
voldaan naar de wc. Gezeten
op de bril keek hij nog eens
aandachtig naar het grauwe
papier. „Hè, hè, van dat saaie
gedoe zijn we dus binnenkort
verlost. Straks zijn alle wc-
rollen in de Kamer bedrukt
met een echte 'Bouvrie': een
onderuit gezakt leeuwtje in
een Kamerbankje".