In de voet sporen van Robin Hood p li inal Ie „Werkelijk, ik heb nooit echt onder al die ellende geleden" ZATERDAG 8 JUNI 1991 PAGINA 27 Ve eeuwenoude Robin Hood-eik op 'krukken'. FOTO'S: PERS UNIE OTTINGHAM - Robin Hood het Engelse Nottingham zijn - il eeuwenlang - onlosmakelijk et elkaar verbonden, als we de 'erhalen mogen geloven over de isbandige bandiet die een eigen- a™jijdse invulling gaf aan de nivelle ring van de inkomens. Notting- lammers koesteren hem, als ware iij de plaatselijke patroonheilige, zo te hebben zelfs een standbeeld Mfoor hem opgericht. Een indruk wekkend bronzen figuur aan de nzajoet van Nottingham Castle, het •x koninklijk' kasteel dat op zijn 35 irt peter hoge rotsvoet uittorent bo- t inlen de oude stad. G "Hobin Hood was in zijn tijd bepaald sel,jiet populair bij de lokale autoriteiten. :ont|ls vogelvrij-verklaarde werd er hevig lcht op hem gemaakt, vooral door de i, zcjierifï, de gezworen aartsvijand van de rsbqolksheld die met zijn metgezellen de Tiijken beroofde om goed te kunnen doen ijk ton de armen. Maar Robin Hood en de GNlijnen waren vrijwel ongrijpbaar in de loudtgestrekte bossen nabij de stad, het prol|ierwood Forest. In de loop der eeuwen h q het woud in omvang afgenomen, maar t d(en kan er nog altijd ronddolen en er „Wfe aanwezigheid van Robin Hood en ig vijn trawanten, die in hun groene kleren ed Fijwel onzichtbaar waren, bijna tastbaar in beien. Er wordt gefluisterd dat de geest tan^n de held hier rondwaart en dat je bij ze icht en ontij zijn roep kunt horen nt jeerklinken. Maar er wordt hier zoveel V ho n I beweerd. Ongeveer 30 kilometer ten noorden van Nottingham ligt het Sher wood Forest bezoekerscentrum. Hier be ginnen de bewegwijzerde wandelpaden door het woud van Robin Wood. In het hartje van het bos staat de eeuwenoude eik, ruim zevenhonderd jaar oud naar men zegt, waarin Robin zich bij voor keur schuilhield. De boom op leeftijd is danig afgetakeld en kan zich slechts op 'krukken' staande houden. Uitgestrekte takken rusten op stevige houten palen. De stalen kabels tussen de tentakels zijn eveneens aangebracht om de aartsvader van het woud, die overigens nog steeds blad draagt, overeind te houden. De hoogbejaarde reus moet wel fotogeniek zijn, want er gaat geen mens voorbij die hem niet op de gevoelige plaat vastlegt. Het hek dat in een wijde cirkel om de hoogbejaarde staat is bedoeld om de be zoeker op een veilige afstand te houden. Een kind mocht het eens in zijn hoofd halen de eik te beklimmen. Zou de boom dat nog overleven? Expositie Het bezoekerscentrum herbergt een be scheiden expositie over het van leven van Robin Hood, de 'Prins der dieven'. Een tentoonstelling die weliswaar tot overpeinzing uitnodigt, maar niet echt spectaculair is. Wie van meer leven in de brouwerij houdt, kan beter naar het museum 'Tales of Robin Hood' in het hartje van Nottingham gaan. Niet voor niets kan dit museum bogen op de hoog ste Britse toeristische onderscheiding van 1989. In de ontvangsthal van het middeleeuws ogende interieur staat het verstijfde paard van Robin zijn dorst te lessen. Daar schijnt hij erg lang over te doen. Hier begint de terugreis naar het middel eeuwse Engeland. We gaan eerst te voet en vervolgen de tocht in een soort open duikersklok, die hangend aan een rail langzaam voortbeweegt door de tijd van Robin Hood. De dodelijke pijlen van de sheriff priemen in de boomstammen, de eenzame muzikant in de nis speelt op zijn doedelzak, wolven tonen hun vlijm scherpe tanden, Robin hangt verscholen in een boom en ginds wordt een over vloedig feestmaal aangericht. In de pan nen pruttelt het vet en de grote puddin gen zwaaien als dronkemannen heen en weer. Het lijkt alsof alles leeft en als Hollander denk je onwillekeurig even te rug aan de Efteling, aan de reis door het Fata Morgana. Wie zich geroepen voelt zelf eens een echte boog te spannen, kan ook in het museum terecht. Er is een speciale beveiligde baan, waar het onder deskundig toezicht van een parmantige dame zelfs is toegestaan een bok te schieten. Festival Robin Hood komt wellicht nog meer tot leven tijdens het grote festival dat van 22 tot en met 28 juli in Sherwood Forest wordt gehouden. Een feest met ridder- toernooien, hofnars, minstrelen en niet te vergeten de vogelvrijen uit het woud, met de dievenprins in hun midden. Het bezoekerscentrum wordt getransfor meerd tot een middeleeuws dorp en de bezoeker kan naar hartelust meedoen aan allerlei evenementen. In het najaar, van 23 tot en met 27 oktober, draait Nottingham zelfde klok zeshonderd jaar terug. Dan wordt op Nottingham Castle het historische schouwspel opgevoerd waarin Robin Hood de hoofdrol speelt. Het feest begint met een fakkeloptocht door het stadshart. Overal tref je jong leurs, goochelaars, verhalenvertellers, Valkeniers en ambachtslieden aan. Er worden zwijnen gebraden op hoge vuren en het vuurwerk davert. Ja, het lijkt wel of alles Robin Hood is wat de klok slaat in Nottingham, waar je zelfs op een ge wone werkdag nog volgelingen van de bandiet kunt tegenkomen. Contrasten Nottingham is de hoofdstad van Not tinghamshire, een landstreek in het hart je van de lommerrijke, glooiende East Midlands, met sluimerende dorpjes waar de tijd lijkt te hebben stilgestaan. Maar ook met drukke marktsteden. Een steeds wisselend landschap van golvende wei landen tot dichte donkere wouden. Kort om, een Engelse countryside op z'n boe- renbest, waar het voor de rustzoekende opgejaagde stedeling heerlijk toeven is. Een land van kastelen en abdijen, soms slechts ruines die met zorg in stand wordt gehouden. Door de eeuwen heen is dit het tehuis geweest van vele beroemde mensen, on der wie de Pilgrim Fathers, die in de Mayflower naar Amerika zeilden, en de romantische dichter Lord Byron. New- stead Abbey was zijn ouderlijk huis, een klooster dat door de familie Byron tot landhuis werd verbouwd. In het mijn werkersstadje Eastwood staat het huisje waar de 19e-eeuwse schrijver D.H. Law rence woonde. Het eenvoudige onderko men is nu ingericht als museum. Nottinghamshire biedt talrijke mogelijk heden voor een dagje uit, ook voor kin deren. Zo is voor hen een bezoek aan de White Post Farm in de buurt van Ne wark zeker de moeite waard. Niet in de laatste plaats om de bijzondere dieren De figuur Robin Hood heeft al veel schrijvers en regisseurs geïnspireerd. In 1938 ver tolkte Errol Flynn de rol van de man die de rijken beroofde om goed te doen aan de armen. FOTO: KIPPA kraag gevat in opdracht van de jonge ko ning Edward III. Vanuit het kasteel kan men nog dagelijks onder leiding van een gids (behalve op zondag) in het grotten- rijk afdalen. In de wand van de kasteel rots zijn hier en daar nog de restanten van grotwoningen te zien. Let ook eens op de pub 'The old trip to Jerusalem', die zomaar uit de rotswand lijkt te groei en. Het is de oudste herberg van Enge land, als we het gevel-opschrift mogen geloven. Hier en daar treft men nog pubs aan waar zelfgebrouwen bier wordt geschonken, zoals bij Fellows Morton- Clayton. De ware liefhebber van En gels bitter mag dit zeker niet missen. Nottingham was vroeger een belangrijk kantcentrum. De geschiedenis van de fa bricage van het kant wordt verteld in het museum The Lace Hall, gehuisvest in een voormalige kerk. Op gezette tijden komt hier een oude grote kantmachine weer even tot leven. Een te zachtjes pra tende gids op leeftijd legt met engelenge duld uit hoe de machine werkt. Dat de doorsnee-bezoeker er na afloop nog niets van begrijpt, schijnt hem niet te deren. die deze boerderij herbergt, waaronder lama's en pythons, die je zelfs mag aan raken. Grotwoningen Ook Nottingham zelf biedt meer dan al leen Robin Hood. Lang voordat de stad gesticht werd, lag hier de Keltische ne derzetting Tyggoyocobayc (grotwoning). Het volk woonde in de uit de zandsteen- rotsen gehouwen huizen. En dank zij deze woonvorm ligt onder de huidige stedelijke bebouwing een netwerk van gangen en grotten, die gedurende vele eeuwen werden gebruikt voor de opslag van wijn, bier, vis en vlees en als schuil plaats in oorlogstijd. Van de meer dan vierhonderd bekende grotten zijn er en kele te bezichtigen. De beruchtste onder aardse gang leidt van Nottingham Castle naar de voet van de rots bij het Brew- house Yard Museum. In deze tunnel werd de minnaar van koningin Isabella en moordenaar van koning Edward II, Roger Mortimer, bij verrassing in de tILVERSUM - Na zes uur telefo- eren sloft dominee Visser de lege ICRV-kantine binnen. Beetje ver- imfaaid en een 'pietsie dizzy'. 'ermoeide glimlach: „Om tien uur S Indigt de uitzending. Een kwartier [ter zit ik aan de telefoon. Het zijn ïen genoeglijke gesprekken. Prak- diensch altijd ellende. Dat gaat de or "hie dag door tot kwart over vier, <ant1^ ^et een uur Pauze"- j bi kop koffie moet het wonder verrich- alt in, maar dat blijft nog even uit. Domi- ïem e visser, ook wel de Hoogtezon-domi- :rk- e genoemd vanwege de naam van zijn ®en ogramma Onder de hoogtezon, oogt ;n Ingeslagen. „Ik heb vanmorgen m'n h .natste uitzending gemaakt", klinkt het ïZieTen. Geen spoor van die gebarsten, (eeslepende radiostem. „Tot 1 oktober mdMgen zoals gebruikelijk de herhalingen dan is het definitief afgelopen". "9 fee, zijn luisteraars weten nog nergens :ei*- In. „Ik vind het niet in de eerste plaats )ek Sjn taak om het ze mee te delen". 1 Je bg onlangs werd zijn tachtigste verjaar- n, voor NCRV-microfoon gevierd. ir 8%ar klonk louter lof en prijs voor de gerehjoherder die elke woensdagmorgen Jneijnderdduizenden dolende schapen aan- j°%eekt. „Luisteraars, vrouwen vooral, 'Ukfe hun zieleheil doorgaans buiten de ikt- xkmuren zoeken. Je hebt er die de vanlurbel afzetten en de telefoonstekker uit trekken. Ze willen niet gestoord ulWden als ik voor de radio ben". 2S tM Dpzi( rvoli ''^pandoeren jg6 gpl u voor, dat uw luisteraars met span- 't'pieken naar de studio komen. („Wij ing uilen Visser, wij willen Visser," haakt speels in). Wilt u dan door op een et s<rere zender? Plots geestdriftig: „Oh 1 kiPr natuurlijk, met de natte vinger, ■en kaarom? Het is het hele pastoraat, dat n aa|'n enorme rol speelt. In de loop der delijr natuur'ijk duizenden mensen |n de telefoon gehad. Waardoor men- h ja... eh... ja bewaard zijn voor suïci- j, in de meest ontzettende huwelijk- iroblematiek geholpen zijn, mensen die (aar depressief waren en er toch weer p. jjvenop kwamen. Mensen die volslagen F'® "werkelijk waren en toch met het geloof aanraking zijn gekomen. En gelovig 'léven zijn", je kunt zeggen, dat komt vaker allicht, maar dit is een heel be- 1 oppld type mens. Kijk, je hebt een hele- lel mensen die alleen maar naar Radio ;nsnluisteren. In de auto, thuis. Mensen ^tf uitsluitend door de muziek bereikt j t frden en ik had die formule van mu- ,ral Ik en woord bij mekaar. Enne, nou ja, 11Jk fe mensen, dat vind ik het afschuwelij- "l die worden niet meer bereikt. Het is Weiopen". TPt zijn dat voor mensen die reageren? s n0?h, een mixture. Mensen met een tra dominee visser stopt met radiopraatje ditionele achtergrond vaak: gerefor meerd, christelijk gereformeerd. Veel joodse luisteraars, geseculariseerd joods. En met een mixture aan problemen: veel occulte aangelegenheden, antroposofie, van ultrarechts tot ultralinks kun je zeg gen. Heel veel mensen die met de kerk gebroken hebben. Mijn programma is de kerkgang voor ze". Hel Net als vroeger bij het voetballen (mees muilend: „ze noemden me de stier") gaat u nogal tekeer in Gods wijngaard. Zo hebt u voor het oor van gans het kerkvolk de hel afgeschaft. „Ja, toen zat ik nog op Hilversum 1 geloof ik. Toen moest ik bij Jansen, de vorige NCRV- voorzitter, op de mat komen. Er waren zoveel bedankjes. Want die lui zeiden: de hel moet blijven, de hel moet blij ven". „Schitterend hè. Ik weet 't nog goed dat- ie me aanried om wat voorzichtiger te worden. Hoeveel bedankjes er waren weet ik niet, daar kom ik nooit achter. Maar ik ben toen naar Radio 4 gegaan en daar heb ik nooit meer last gehad. Daar bedankte niemand meer. Een vol kómen ander soort publiek". U hebt ook de hemel afgeschaft hè? „Ach, alles wat over de hemel gezegd wordt is fantasie. De bijbel zegt: de he mel daalt neer op de aarde. Wij ver wachten een nieuwe aarde en daar zal het hemels zijn. De hemel moeten we zien als een kwaliteit van leven hier op aarde". U hebt geen voorstelling van het hierna maals? „Nee, niks. Zodra je met een voorstelling begint ga je raaskallen. En vandaar ook die onzin van die reïncar natie. Die mensen weten het allemaal precies". Goed en kwaad U hebt goed en kwaad toen als betrekke lijke begrippen leren zien? „Ik weet zo verschrikkelijk goed het verschil tussen goed en kwaad. Dat wil zeggen: soms kan kwaad goed en goed kwaad zijn. En daarom komt in mijn uitzendingen de oorlogstijd telkens nog weer tevoor schijn. Het kan ook niet anders. En daarom begrijp ik slechte mensen ook zo goed". Dat wil zeggen? „Dat niemand het abso lute kwaad belichaamt. Dat je jezelf, zelfs nu nog, op een bepaald moment vraagt: waar liggen de grenzen van goed en kwaad". Hoe verwerkt u al die ellende van luiste raars? „Dat kan ik goed van me afzetten. Toen ik nog in de Westerkerk in Am sterdam stond hield ik tien uur spreek uur per week. Dan kwam ik 's ayonds naar buiten en dan wandelde ik altijd even naar de Raadhuisstraat en daar had je het paleis en daar stond Atlas met die hele aardbol op z'n nek. En dan zei ik: dat hoef jij niet te doen. En dan was ik d'r van af. Werkelijk, ik heb er nooit on der geleden. Dan zou ik gek geworden zijn ook". Even later merkt hij op dat veel mensen God nog zien als de grote tovenaar en kunstenmaker. Ze houden zich vooral op in de hoek van de EO. Van hun 'eeu wige getuigenis' moet Visser niks heb ben. „Voor een getuigenis moet je ge vraagd worden, ja. Die geef je niet te pas en te onpas. Daar word ik doodziek van, zoals wat die Henk Binnendijk doet of hoe heet die kerel. Als iemand dat doet dan heb ik de neiging om van boven naar beneden over hem heen te braken. Dat is jezelf demonstreren. Kijk toch 's wat een vrome meneer ik ben. Hij heeft Jezus in z'n binnenzak, vast en zeker. Vreselijk, vreselijk". Twintig jaar terug kreeg u de Westerkerk in dat heidense Amsterdam nog elke zondag vol. Waarom lukt dat uw opvol gers niet? „Ik weet het niet, ik ben geen dominee meer. Wel zeg ik: het evangelie is zo ongelooflijk boeiend, dat wanneer dit in een moderne vorm gebracht wordt en in een moderne ambiance, verant woord, dan maak ik me sterk dat elke kerk vol komt. Het is zó verschrikkelijk interessant, daar kan geen enkele film te genop". Toekomst De toekomst van de christelijke kerk ziet er wat minder vrolijk uit. „Ach, als Dominee Visser voor de Westerkerk in Amsterdam. „Ach, alles wat over de hemel gezegd wordt is fantasie". FOTO: DIJKSTRA de kerk in de goeie zin actueel is en het evangelie niet aanpast aan de mensen, dan is er toekomst voor. Wat niet bete kent dat je ie moet onderwerpen aan de tijdgeest. Nee, ik ben er niet somber over. De kerk overleeft altijd. Wel zie ik de huidige secularisatie steeds sterker worden. Ik zie ook aankomen dat er geen christelijke verenigingen meer over blijven. Wat er van de christelijke scho len, wat er van de NCRV overblijft weet ik ook niet". Wat zijn eigen toekomst betreft is hij niet bevreesd. „In eerste instantie leg ik het loodje. Ik zat hier toch wel dne vier dagen in de week. Programma voor bereiden, brieven beantwoorden, ieder krijgt van mij persoonlijk antwoord. Ik at hier altijd, ik zal een andere kroeg moeten zien te vinden. Werk? Oh, werk zat voor m'n eigen ideeèn. Ik ga straks weer heerlijk naar m'n boerderij in Frankrijk. Zit ik in m'n eentje ja. Kan ik eindelijk 's werk maken van een roman. Ik heb dertig boeken geschreven, ik was een echte broodschrijver, maar nooit een roman. Altijd m'n diepste wens geweest, nooit aan toe gekomen. Op m'n tachtig ste ja. Waarom niet eigenlijk". £eidóc6omcmit

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 27