;e
rlagen 1,5 -norm
jitwikkelingshulp geen
haamteloze bezuiniging
isisvorming dobbert rond op een oeverloze woordenstroom
wie
ccidóc sourmit
Even van lezers
ZATERDAG 8 JUNI 1991 PAGINA 11
WÊ DACHTEW 'ZELF
.JE ZEGT 'T MAAR HOOR...
rVAN GENNIP
rieei debat over de ontwik-
in de af-
igeh maanden ging het om
juzes: bezuinigen, hand-
if zelfs verhogen,
jelijks bestuur van het
leeft getracht in een
ikkenresolutie" op de
id van 1 juni jongstle-
Nederlandse inspan
de arme landen in
>ld in deze kabinetspe-
elk geval veilig te
Dat het dagelijks be-
:elfdertijd niet wilde
met een amendement
in feite op neer kwam,
de komende vier jaar
is extra circa 2,5 mil-
'atrlJan ontwikkelingshulp
den gegeven (boven de
miljard, waarmee die
spost sowieso al
misschien iets, waar
niet mee eens hoeft te
lar dat hoeft toch niet
.schaamteloos" beti-
worden, zoals in deze
iaandag jongstleden ge-
Die term heb ik overi-
iet gelezen, toen enige
)n geleden minister
(ontwikkelingssamen-
het kabinet voorstel
de leningen aan de ont-
jngslanden uit zijn be
te schrappen. Hij deed
te schrapi
22 Azelfde als het dagelijks
van het CDA in die
Hjolutie bood verder nog
11jital garanties voor de
Haring van de leidende
I Nederland in de we-
11|i aanzien van de ont-
Ingshulp voor deze ge-
-|-||kabinetsperiode, die
12fuet had, toen hij de le-
pdelen zonder compen-
jhrapte. In zijn eerste
[•sschap heeft Pronk
ANjperspectief voorgehou-
1 t zo om en nabij een
Jan de ontwikkelings
riet direct uit belasting-
'jefinancierd hoeft te
maar gewoon geleend
)rden op de kapitaal
markt en dan doorgegeven
aan de ontwikkelingslanden.
Dat blijkt niet te werken. De
zeer hoge rente, en het feite
lijk faillissement van veel ont
wikkelingslanden, waardoor
ze hun schuld onmogelijk kun
nen aflossen, gaan nu het ef
fect krijgen dat de Staat (dat
wil zeggen: de begroting voor
ontwikkelingssamenwerking)
daar voor moet opdraaien.
Over enkele jaren gaat er per
1 januari van een begrotings
jaar al meer dan ruim 1 mil
jard gulden linea recta terug
naar de minister van finan
ciën. Maar dan heeft zo'n le
ning wel twee keer de vastge
stelde 1,5-procentnorm voor
ontwikkelingssamenwerking
(dat wil zegen: 1,5 procent van
het netto nationaal inkomen)
belast: één keer telde het mee,
ofschoon het geen belasting
geld was, toen het als lening
werd doorgegeven. De optel
som van de rentesubsidies en
kwijtscheldingen is zeker nog
eens goed voor een tweede be
lasting van de echte begroting
voor ont;wikkelingssamenwer-
king.
Ingewikkeld, sommigen zeg
gen zelfs dat door het kabinet
Den Uyl zo met een soort truc
de 1,5-procentnorm werd be
reikt. De sanering van dit on
houdbare systeem is nu door
Pronk zelf voorgesteld en hij
kan cijfers laten zien, dat over
een bepaalde periode die kwa
de belasting van de begroting
niet alleen wordt gekeerd,
maar dat de zuivere stroom
van hulp naar de arme landen
groterwordt. Als ie voor je
huis een huur moet betalen die
minstens twee keer zo groot is
als moet zijn, kom je snel tot
de ontdekking, dat het ver
standiger is dat huis dan maar
te kopen, ook al betekent dat
dat je tijdelijk wat minder geld
vrij hebt. Minder geld vrij,
maar de consequentie is wel
dat inderdaad de hulp daalt tot
1,4 procent. Een technische
correctie, die echter op den
duur voordelig uitvalt voor de
ontwikkelingslanden. Is dat
een schaamteloze bezuiniging?
In de komende vier jaar stijgt,
ondanks deze terugval, de be
groting voor ontwikkelingssa
menwerking met ruwweg vier
miljard gulden, van een 22
miljard in de afgelopen vier
jaar samen tot ruim 26 miljard.
Dus zelfs dat 'minder geld vrij'
is ook maar betrekkelijk. Het
dagelijks bestuur heeft niet
per se willen afdwingen een
ook niet door Pronk gevraag
de compensatie van deze tech
nische begrotingscorrectie. Als
we dat strikt meten aan de 1,5-
procentnorm, dan moet er in
de komende vier jaar circa 2,5
miljard gulden extra aan di
recte belastingoverdracht naar
de ontwikkelingslanden gaan.
En dat voor een maatregel die
zichzelf op termijn terugbe
taalt. Het zou, gegeven de ar
moede in de wereld, erg mooi
zijn als dit had gekund, maar
de vraag is of deze nieuwe
ruimte toch op den duur in
onze samenleving niet zoveel
vragen zou oproepen dat de
gehele hulp onder druk komt
te staan: het Nederlandse ge
drag is eenzaam en helaas
neemt de geneigdheid van an
dere landen om hulp te geven
eerder af dan toe.
Maar er dreigde in de afgelo
pen maanden iets heel anders:
de wassende stroom asielzoe
kers uit Oost-Europa maar ook
uit ontwikkelingslanden zal
binnenkort al meer dan een
miljard gulden gaan kosten. Er
gingen stemmen op om net zo
als vroeger (en dat deden we
al vanaf de Vietnamese boot
vluchtelingen) een groter deel
van die opvang ten laste van
de ontwikkelingshulp te bren
gen. Misschien wel zo'n vijf
honderd miljoen tot een mil
jard. En er gingen nog andere
stemmen op: we moeten toch
meer, veel meer, aan Midden-
en Oost-Europa doen. De ar
moede is veel groter dan de
vervalste communistische sta
tistieken ons deden geloven,
en vroeger, zelfs onder Den
Uyl en Pronk gaven we toch
ook na de Anjerrevolutie hulp
aan een land als Portugal! Mis
schien moesten we onze hulp
tot zo'n driehonderd miljoen
per jaar opvoeren, en als we
dat nu ook eens...
Het dagelijks bestuur van het
CDA heeft in de bewuste reso
lutie gezegd: handen af van de
begroting met alles wat geen
echte ontwikkelingshulp is,
niet alleen voor het komend
jaar, maar voor de hele kabi
netsperiode. Dat betekent wel
dat over een periode van vier
jaar tenminste 3,5 miljard ex
tra uitgaven gedaan moeten
worden, die zo zit het leven
bij onze staatsschuld nu een
maal in elkaar moeten
gaan ten koste van andere uit
gaven. Die garantie, die opho
ging en versterking met zand
zakken rond de dijk van ont
wikkelingssamenwerking
heeft het dagelijks bestuur
willen aanbrengen. Hulp aan
de armste landen moet een ijk-
punt blijven voor het sociale
beleid van het CDA. Het is
buitengewoon verheugend dat
binnen het CDA als het ware
een referendum is gehouden
over de hoogte van de ontwik
kelingshulp en de mate van
solidariteit. Dat danken wij
vooral aan de jongeren. In het
jaar, waarin we dagelijks ge
confronteerd worden met wat
extreme armoede betekent, in
het jaar ook, waarin gezagvol
le stemmen zeggen, dat de so
ciale kwestie niet is opgelost,
maar meer dan ooit op wereld
schaal bestaat, zou het immo
reel zijn op ontwikkelingshulp
te gaan bezuinigen.
Een verhoging van die hulp
en daar komt het op neer,
als we het schrappen van de
leningen compenseren met
echte belastinggelden is op
zich verdedigbaar. Maar dat
vereist een breed en diep de
bat in onze samenleving. Ver
hoging van de ontwikkelings
hulp is- in de huidige situatie
belastingverhoging. Tegenover
de sympathiebetuigingen voor
wereldwijde solidariteit staan
helaas veel signalen dat de Ne
derlands bevolking de collec
tieve lastendruk meer dan ge
noeg vindt. Daarom is het ook
zo belangrijk dat de particulie
re acties voor ontwikkelings
hulp en noodhulp een royale
respons krijgen: direct voor
het doel, maar ook als teken,
dat de Nederlandse samenle
ving niet moe is, als het op so
lidariteit aan komt. Het debat
binnen het CDA heeft de vei
ligstelling van de ontwikke
lingshulp opgeleverd. Dat het
dagelijks bestuur niet heeft
willen meegaan met een voor
stel voor verhoging is niet
„schaamteloos", maar gegeven
de stand van de rijksbegroting
een begrijpelijke afweging.
Het grote voordeel van dit de
bat is wel, dat het een begin
kan worden van een nieuw
gesprek over onze bijdragen
aan de verschillende vragen
om solidariteit vanuit het bui
tenland. Waar kunnen de
armste landen op rekenen?
Maar wat is ons antwoord in
deze jaren op de urgente vraag
vanuit Midden-Europa om
echt in dat Europese huis te
mogen intrekken? Hoe gaan
wij de wereldwijde milieupro
blematiek te lijf en wat wordt
de plaats van de vreemdeling
in ons midden? De optelsom
van die antwoorden zal ver
over de 1,5 procent heen schie
ten, maar dat antwoord be
paalt dan ook niet alleen wat
we voor onze naaste over heb
ben, maar ook wat de toe
komst van de wereldsamenle
ving ons waard is.
(J.J.A.M. van Gennip is direc
teur van het Wetenschappelijk
Instituut voor het CDA.)
|AN RIETSCHOTEN
I. ex*
ïAAG Enkele ja-
sleden spuide een
Bveigerespecteerd poli
commentator van
).n. [andelsblad in een
rd artikel zijn
hap over de oever-
d die sommige ka-
jatten kenmerkt.
tiling van nationale
•Divjemde hij dat.
us inmiddels journalist
maar ware hij nog in
foenst geweest dan zou
de afgelopen weken
d, jfeld groen en geel
nerVgeërgerd aan het ma-
Bbat over de invoering
jasisvorming, het nieu-
iderwijssysteem voor
ji van twaalf tot vijf-
Terecht. De plenaire
over dit onderwerp
iaatssecretaris Wallage
^eede Kamer heeft in-
lal 23 uur in beslag ge-
3>||waarvan alleen al de
voerders Her mes
and.: de Camp er zes voor
'lening namen) en nog
nd niet in zicht.
Zelfs de GPV'er Gert Schutte,
een rasparlementariër voor
wie geen débat teveel lijkt,
werd het deze week te gortig.
Geïrriteerd wees hij erop dat
de kamercommissie voor on
derwijs voorafgaande aan het
'echte' debat ook al zeer uit
voerig met de staatssecretaris
over diens plannen had gebak
keleid. Zes uur en veertig mi
nuten om precies te zijn.
Waarom werd dan nu toch
elke regel uit het Wetsontwerp
Basisvorming opnieuw uiten
treuren herkauwd? Natuurlijk,
het gaat om een belangrijk
wetsvoorstel met een voorge
schiedenis van ruim twintig
jaar, zo erkende Schutte, maar
hij voegde daar onmiddellijk
een stelling aan toe die het
waard zou zijn op de deur van
elk kamerlid te worden gespij
kerd: het gewicht van een
zaak hoeft niet te worden af
gemeten aan de uren spreek
tijd.
Zo, die zat. Weliswaar moet
worden gevreesd dat Schutte's
woorden niet lang zullen be
klijven, maar het kan nooit
kwaad van tijd tot tijd flink de
gesel te halen pver de breed
sprakigheid en het geworstel
op de vierkante millimeter
waar politici zich zo vaak aan
schuldig maken. In de slijtage
slag over de basisvorming
draagt staatssecretaris Wallage
een deel van die schuld, hoe
wel voor hem ook verzachten
de omstandigheden kunnen
worden aangevoerd. Hij had
van het begin af aan duidelij
ker moeten antwoorden op de
vele tientallen vragen die van
uit de Kamer op hem waren
afgevuurd. Nu draaide hij nog
te lang om diverse potten hete
brij heen. Een recht-toe-recht-
aan-benadering had echter het
risico met zich meegebracht
dat het tegenspartelende CDA
nog verder de gordijnen in
Pluim
Anderzijds verdient de PvdA-
staatssecretaris een pluim voor
de enthousiaste wijze waarop
hij zijn wetsontwerp verdedig
de. Het idee van de basisvor
ming is ook een geestdriftig
pleidooi waard. Het gaat uit
van een simpel, idealistisch
concept, dat in feite al aan het
begin van de zeventiger jaren
in sociaal-democratische kring
is uitgedacht: alle kinderen
(voor zover niet verstandelijk
gehandicapt) volgen na de ba
sisschool drie jaar lang hetzelf
de onderwijsprogramma.
Gedurende die periode wor
den ze onderwezen in veertien
vakken, waartoe niet alleen de
traditionele leergebieden ho
ren (zoals Nederlands, Engels,
aardrijkskunde, biologie, wis
kunde etc.) maar ook onder
werpen als techniek, informa
tica en muziek. Zo leert straks
iedereen, jongen of meisje, toe
komstige winkelier of profes
sor in de dop, hoe een automo
tor in elkaar zit, wat je alle
maal met een computer kunt
doen en wie Johann Sebastian
Bach was.
Aldus voorzien van een stevi
ge ondergrond aan kennis en
vaardigheden kunnen de kin
deren na de basisvorming kie
zen welk onderwijspad zij ver
der willen bewandelen: gym
nasium, mavo, havo, vwo of
een beroepsopleiding. In de ja
ren zeventig zat het idee van
de basisvorming nog verpakt
in een nieuwe schoolsoort. Ie
dereen zou na de basisschool
naar de 'middenschool' gaan,
bleek echter om politieke en
organisatorische redenen on
haalbaar. Vandaar dat nu de
bestaande schoolsoorten zijn
gehandhaafd. Een gymnasium
blijft een gymnasium en een
lts blijft een lts. Maar de leer
lingen krijgen er in de eerste
jaren wel allemaal dezelfde
opleiding. En als al die school
soorten nu maar zoveel moge
lijk met elkaar gaan samen
werken (zoals nu al veelvuldig
het geval is in scholengemeen
schappen) kan ieder kind na
Schifting
Zoals gezegd, het lijkt allemaal
vrij simpel. In de praktijk zit
ten er echter nogal wat haken
en ogen aan. Hoe nobel de ge
dachte ook moge zijn om elk
kind dezelfde geestelijke basis
bagage mee te geven, een feit
blijft dat niet ieder kind de
zelfde capaciteiten heeft.
Chantal vindt de leerstof een
fluitje van een cent, maar Pa
trick heeft het er knap moei
lijk mee. Mehmet is een kei in
wiskunde, maar Fatima haalt
er de ene onvoldoende na de
andere voor.
Uiteraard zag Wallage dat ook
in. Zijn oplossing voor dit pro
bleem was: differentiatie. An
ders gezegd: de scholen mogen
op den duur best een schifting
maken tussen vlugge en lang
zame leerlingen. Zo kan het
gebeuren dat Saskia zich de
basisvorming al in twee jaar
eigen maakt en dat Roy er
drie of (bij hoge uitzondering)
zelfs vier jaar over doet. Bo
vendien kan de school de 'vrij
besteedbare lesuren' tijdens de
basisvorming gebruiken om
een meisje als Saskia, dat rijp
lijkt voor het gymnasium, al
vast de grondbeginselen van
Grieks en Latijn bij te brengen
en Roy voor te bereiden op
een functie als machinebank
werker
Toch vond het CDA dit alle
maal nog niet goed genoeg. De
christen-democraat Ad Her
mes, oud-staatssecretaris van
onderwijs, maakte met een
enorme omhaal van woorden
duidelijk dat zijn fractie de
scholen nóg meer vrijheid wil
geven om de basisvorming
naar eigen goeddunken in het
vat te gieten. Wat hem betreft
zou de basisvorming door alle
scholen over vier jaar mogen
worden uitgesmeerd. Ook de
VVD wilde meer vrijheid,
maar dan juist de andere kant
op. Als het aan de liberaal
Franssen ligt, moeten de veer
tien vakken er het liefst bin
nen twee jaar worden inge
ramd. Drie jaar, de gemiddelde
maximum. Bovendien vindt
Franssen dat Wallage moet af
zien van zijn voornemen om
de basisvorming al op 1 augus
tus 1993 in te voeren. De scho
len zijn er nog lang niet klaar
voor, zo luidt zijn redenering.
Er is echter geen enkele ande
re fractie die hem daarin
volgt.
Gelukkig is het CDA inmid
dels. ten halve gekeerd. Her
mes heeft zijn vrijheidseisen
wat afgezwakt en daarmee de
weg vrijgemaakt voor een
compromis. Het zoveelste,
want het Wetsontwerp Basis
vorming wordt in onderwijs
kringen al sinds de indiening
ervan spottend aangeduid als
„een compromis van een com
promis van een compromis".
Het is te hopen dat Kamer en
staatssecretaris in de eindfase
van het debat niet opnieuw
verzeild raken in een welles-
nietes-discussie over punten
en komma's. Er is genoeg ge
praat. Het wordt de hoogste
tijd dat de scholen eindelijk
eens een helder en overtui
gend 'ja' vanaf het Binnenhof
horen. Wallage formuleerde
het woensdagavond nog tref
fender. Volgens hem hangt in
de Kamer rond de basisvor
ming nog steeds een sfeer van
'pijnlijke onvermijdelijkheid'.
Zoiets van: het moet dan in
vredesnaam maar. „Dat is na
tuurlijk niet bevorderlijk voor
de motivatie van de scholen",
aldus de bewindsman.
Ware woorden. Wie de kwali
teit van het onderwijs en de
toekomst van Nederland ter
harte gaat, houdt nu op met
zeuren en zet leerkrachten en
schoolbesturen zo gauw moge
lijk aan het werk om er iets
moois van te maken.
(Dick van Rietschoten is parle
mentair redacteur van deze
krant.)
Brieven graag kort duidelijk geschreven
r-'-d.i 1t'-'h'-Tidt ::i l'i rei.hl voor ingezonden stukken in te korten.
tellers
er et:
triest natuurlijk dat
(richt van de overval
beder van een veron-
l-jarig meisje, die be-
van het geld om de
te betalen. Maar
idenerend kan men
fagen of het wel ver-
om met zoveel geld
it te lopen. Er zijn in
toch wel genoeg mo-
n om zonder risico
te verrichten.
ieghuizen
leisa over „vermogen-
ld. bij verpleeghuizen.
en die daar verblijven
iet dikwijls zelf niet
fct is alleen in het be-
i de familie, die daar-
•hien nog wat geld
in hebben. Maar de
tussen verzorging-
teghuis is momenteel
*ng. Omdat plaatsing
jleeghuis een schier
:e zaak is blijven de
aar in het verzor-
met wat extra hulp.
moeten zo goed
jhele inkomen afdra-
|er via de AWBZ pre-
5 en daardoor
Jzijn ontstaan is na-
!M zo maar dat zal in
wet rechtgetrokken
moeten worden.
G. Boeren,
LEIDSCHENDAM.
Statiegeld
Heel begrijpelijk.dat de niet zo
heel grote winkeliers ernstig
bezwaar hebben tegen uitbrei
ding van het assortiment ver
pakkingen met statiegeld. Het
betreft immers een maatregel,
welke gunstig en noodzakelijk
is voor het milieu en dus voor
het algemeen belang. Dat
dientengevolge genoemde
middenstanders met welhaast
ondraaglijke kostenvergrotin-
gen geconfronteerd zouden
worden, zou wat al te gortig
zijn.
Ook in deze aangelegenheid
zou uitkomst gebracht kunnen
worden door 'milieu-depots' in
wijken en buurten, panden,
waar alle statiegeld-materiaal
ingeleverd kan, zo niet moet,
worden; alsmede uiteraard an
der glas, zodat de huidige hin
derlijke glasbakken van het
trottoir kunnen verdwijnen;
en niet te vergeten oud papier;
oud papier, dat momenteel zo
overvloedig aangevoerd
wordt, dat het waardeloos
schijnt te zijn, maar dat dit
waarschijnlijk niet zou hoeven
te zijn, indien het teveel ervan
zou worden gebruikt als
brandstof voor energiecentra
les.
flessen is voor veel winkeliers een probleem, ten mineu-aepoi zou uiixamsi
Buitenlandse zaken
Voor 1940 was Nederland poli
tiek gesproken een 'neutraal'
land en een minister van bui
tenlandse zaken had een ge
makkelijke taak te vervullen.
Na 1940 veranderde dit door
de Tweede Wereldoorlog en
een minister van buitenlandse
zaken heeft sindsdien een als
maar zwaardere portefeuille.
Het ministerschap van BZ
dient te worden bekleed door
iemand met een grote voor
kennis op cultureel gebied wat
betreft volkenkunde. Hij moet
de geaardheid van volken
kennen. Dit is niet het geval.
De benoeming van een minis
ter van BZ is een partijpolitie
ke keuze en meer niet. Onze
huidige minister van BZ is de
trouwe bondgenoot van de VS
en volgt daarom de lijn van
Bush en Baker. Het mode
woord 'democratie' is voor de
Amerikaanse president zalig
makend te recht of ten on
rechte en zijn minister van
buitenlandse zaken ijvert zon
der kennis van zaken voor een
oplossing van de Palestijnse
kwestie. Onze minister van BZ
volgt minister Baker in diens
Palestijnse politiek en volgt de
Amerikaanse president in
diens ijveren voor democratie.
Hieruit is nu een conflict gebo
ren tussen premier Lubbers en
de minister van BZ. Laatstge
noemde wil Suriname met Ne
derlandse militaire hulp red
den voor de democratie en
onze premier is hierop tegen.
Naar mijn mening heeft onze
premier gelijk. Het ligt in de
aard van de bewoners van zui
delijke landen zich door een
'leider' te laten regeren en het
ligt in de aard van de bewo
ners van noordelijke landen
om door democratische in
spraak mee te regeren. Dien
tengevolge stemdén in Surina
me meer mensen voor Bouter-
se dan verwacht. De minister
van BZ wil nu desnoods een
Nederlands militair ingrijpen
in Suriname om dit laatste te
verhinderen. Dit besluit is een
gevolg van onkunde.
Dr. W.J.A. Visser,
DEN HAAG.
(ADVERTENTIE)
optiek
's-Gravenhage
L v Moefdefvoort 135
i. Hoytemastrut 107
IFr. Hsndnklaan 242
Haulflraat 19
Naamgeving
„Zo, dat schiet lekker op,
jongens. We hoeven er nog
maar twee". Voorzitter
Annemarie Jorritsma van de
Werkgroep Naamgeving van
de Tweede Kamer der Staten-
Generaal keek vrolijk de tafel
rond. Als hel een beetje mee
zat was haar clubje binnen een
half uurtje klaar met het
vernoemen van een aantal
zaaltjes in de nieuwbouw van
de Kamer aan het Spui in Den
Haag.
,,Dan hebben we hier een
voorstel van de PvdA", ging
Jorritsma verder. „Die hebben
Suze Groeneweg
voorgedragen. Een goeie keus,
dacht ik". De andere leden
van de Werkgroep knikten
instemmend. Wat kon er tegen
zijn om de naam van deze
strijdbare vrouw te doen
voortleven? Hoe luiden de
voorwaarden ook weer? O ja,
niet meer politiek actief, een
belangrijke staat van dienst en
oud-lid van de Tweede
Kamer.
Welnu, Suze Groeneweg
leefde van 1875 tot 1940, was
onderwijzeres te Rotterdam en
maakte haar entree in de
politiek als propagandiste van
de SDAP. Voor die partij was
zij lid van de gemeenteraad
van Rotterdam en vervolgens
van de Staten van Zuid-
Holland. In 1918 werd zij -als
eerste vrouw- gekozen tot lid
van de Tweede Kamer. Zij
behield die functie maar liefst
negentien jaar. „De Suze
Groenewegzaal dus. Aldus
besloten concludeerde
voorzitter Annemarie
Jorritsma tevreden.
Dan komen we bij de laatste
kandidaat...vervolgde zij,
„...voorgedragen door één van
de kleine fracties. Hé, deze
naam ligt iets moeilijker,
dunkt mij". Het volslanke
liberale kamerlid keek
peinzend over haar leesbril.
Wat vind jij ervan, Bert".
De corpulente substituut-
griffier van de Kamer, ook al
lid van de VVD, keek
eveneens wat twijfelend. „Ik
weet het niet", zei hij, over
zijn gladde snorretje strijkend.
Enerzijds is er natuurlijk heel
wat tegen hem in te brengen,
maar anderzijds is het wel
verschrikkelijk lang geleden
Waar zeuren jullie toch
over?", vroeg een derde lid
van de commissie. „Toch niet
weer over die artikelen van
hem in dat rare krantje? Okay,
die getuigden niet bepaald van
een democratische gezindheid
en ze waren vaak ook nogal
vulgair. Maar dat kun je hem
nu niet echt meer kwalijk
nemen? Die artikelen móest
hij nu eenmaal schrijven. Hij
was toch immers
hoofdredacteur van dat
blaadje?".
„Ja. maar was er ook niet iets
anders?", informeerde
Annemarie Jorritsma. „Een
boekje of zo, waarin hij een
aantal kameraden zwart
maakte, die daarna uit de
partij werden gestoten?".
„Zeker", zei de vorige spreker.
„Maar ook dat deed hij op
bevel van zijn leider! Hij kon
niet anders'
„Ja maar denk je niet",
mompelde Jorritsma, „dat we
er last mee krijgen? De pers
zal het niet pikken. Die weten
heus nog wel dat zijn partij
hardstikke fout was. Denk aan
hun houding tijdens de
bezetting van Midden- en
Oost-Europa. Volgens hen was
dat notabene een geoorloofde
inmenging".
Haar medelid wuifde ook dat
bezwaar weg. Ben je gek, joh!
Natuurlijk zal er hier en daar
wel een fanatieke journalist
zijn die zich dat herinnert en
bezwaar maakt. Nou en? Daar
liggen wij niet wakker van.
Dat gedoe over vroeger, daar
moeten we toch nu eindelijk
eens mee ophouden".
„Zou het geen oplossing zijn,
als we niet zijn volledige naam
maar een afkorting
gebruiken?", stelde een vierde
lid van de werkgroep voor.
Als journalist had hij zich een
bepaalde faam verworven met
spitsvondige opmerkingen
tijdens de vrijdagse
persconferenties van de
minister-presiden t.
„Nee", reageerde Annemarie
Jorritsma prompt. „De M-zaal
zeker... dan gaan ze nog
denken dat ae Kamer zich laat
sponsoren door de
melk fabrikanten. Niet dat ik
daar als VVD'er iets op tegen
zou hebben, maar Wim
Deetman zou het minder leuk
vinden. Nee, als we het doen,
moeten we het beestje maar bij
de naam noemen. Dan maar
gewoon de Anton Mussert-...
eh. ik bedoel de Marcus
Bakkerkamer".