Het 'monter pessimisme' van P.F. Thomése t D'Ancona tegen verhoging kijkgeld Litter is speelt stuk als een tegel tjesspreul Duitsers onder indruk van werk Presser Lesko ookr boeiend ir te zwaar programi KUNST/RTV CcidacSomotit DONDERDAG 23 MEI 1991 PAGINA Geen markt voor nieuwe commerciële tv-zender GRONINGEN De Nederlandse markt voor televisiereclame biedt geen ruimte voor een nieuwe commerciële televisie zender. Wel bestaat de mogelijkheid dat TROS en Ve ronica het publieke bestel verlaten. Dit schrij ven onderzoekers van de Rijksuniversiteit Gro ningen in het vandaag verschenen nummer van Economisch Statistische Berichten. Uit de reclameplannen van adverteerders en reclame bureaus blijkt dat bijna niemand de televisiebe stedingen wil verhogen als de mogelijkheden daarvoor worden uitgebreid. Voor 1991 worden de bestedingen voor televisiereclame geraamd op 800 miljoen gulden. Hiervan zou 54 procent naar de STER gaan en 46 procent naar RTL4. Jacques Presser. BONN In 1957 ver scheen het in Nederland. Als boekenweekgeschenk: 'De Nacht der Girondij nen', van Jaques Presser. Sinds enkele weken ligt het boekje - vertaald in het Duits - ook in de Duit se boekwinkels onder de titel: 'Die Nacht der Gi- rondisten'. Maar geinteresseerde Duitse lezers krijgen het - in tegen stelling tot Nederlandse lezers 35 jaar geleden - niet voor niets. Ze moeten er 28 mark voor betalen. Het is niet alleen vanwege die fikse prijs, dat Heribert Hoven in het literatuur-supplement van de Süddeutsche Zeitung hoopt op een snelle pocketuit- gave. Pressers 'documentaire novelle' die, net als de spraak makende film 'Nacht und Ne- bel', een versmelting is van documentair materiaal en fic tie, is vooral voor de jonge ge neratie meer dan de moeite waard, meent de recensent in zijn lovende kritiek. Pressers thema in zijn vertel ling uit het doorgangskamp Westerbork - de schuld van de machtelozen - is nog altijd brandend actueel. Het natio- naal-socialisme was als sy steem pervers genoeg om de vervolgden tot medewerkers te maken. Vandaar bijvoor beeld de joodse ordedienst in Westerbork. De leden ervan rechtvaardigden zich met het 'excuus': als ik het niet doe, doet een ander het die nog veel slechter of erger is dan ik. De boodschap die de literaire historicus prof. Presser in zijn novelle legde, is volgens de Suddeutsche Zeitung nog altijd richting bepalend, ook voor de jongste generatie: de mens heeft altijd, ook in de meest uitzichtsloze situaties, de mo gelijkheid om een morele be slissing te nemen. Primo Levi heeft de Duitstali ge Nacht der Girondijnen een gevoelig voorwoord meegege ven. Hij spreekt van „een werk dat het Europese joden dom met literaire waarde ver tegenwoordigt". Philo Breg- stein heeft het in zijn nawoord over 'een uniek werk in de Nederlandse literatuur'. Voor de vertaling zorgde Mirjam Pressler. Concert door het Leako ding van Boudewijn Jansen. |j van Strausa, Bon, Andrieaac Leeuw en Stravinsky, het LAK-theater op 22 n AMSTERDAM De cheque van 50.000 gulden ligt nog bij de uitgever, want hij was bang dat hij hem in de kroeg zou ver liezen. En het zou toch jammer zijn wanneer het schoonmaakpersoneel het bedrag aan hun salaris zou kunnen toevoegen. Het is de dag nadat bekend is geworden dat schrijver P.F. Thomése (1958) de AKO-literatuurprijs heeft gewonnen voor zijn de buut 'Zuidland'. Thomése: „Aan het einde van het diner in Krasnapolsky, voordat de juryvoorzitter de winnaar bekendmaakte, kreeg ik een sterke aandrang te de serteren. Ik wilde weg. Ze moeten iets van me, dacht ik. Zoals Kafka dat zo mooi om schrijft, je bent in een situatie verzeild geraakt die je eigen lijk niet wilt. Ik had ook steeds het idee dat er een gerant naar me toe zou komen om me eruit te knikkeren". Dat laatste ge beurde allerminst, want zijn debuut werd uit zes genomi neerde boeken tot winnaar ge kozen. „Je wordt dan gedwon gen een personage te spelen, van de debutant, van de zwer ver die ineens op de troon wordt gedumpt". Pas later, in een Amsterdams café, omringd door vrienden en familie drong de werkelijk heid tot hem door. De prijs, die dit jaar voor de vijfde keer werd uitgereikt was voor hem bestemd. Een speciaal doel, waaraan de auteur het geldbedrag wil be steden heeft Thomése niet. Het geld biedt hem vooral de mogelijkheid om zich louter aan het schrijverschap te wij den. „Met mijn levensstan daard kan ik er twee of drie jaar van leven", verklaart Thomése monter. Journalistiek werk, tot dusver noodzakelijk om in zijn le vensonderhoud te voorzien, kan hij voortaan weigeren. „Ik schrijf alleen nog een columm over film, maar verder weiger ik alles. Het ellendige van de journalistiek vind ik de actua liteit, dat je geregeerd wordt door de actualiteit". Niet prettig De wereld van de journalistiek noemt Thomése geen prettige wereld. Vijf jaar lang was het wel de zijne. Na zijn middelba re schooltijd (gymnasium A) in Den Bosch werkte hij vijf jaar bij het Eindhovens Dagblad, de krant waarvoor hij nu nog zijn filmcolumm schrijft. „De journalistiek is een slangekuil, waar een mes-in-de-rug atmosfeer heerst, agressief, op dringerig. Neem nou de be kendmaking van die AKO li teratuurprijs. De microfoon wordt je onder de neus ge duwd, en je moet wat zeggen. Alsof je een prooi bent van niets ontziende gekken", zo verafschuwt de schrijver. Over de literaire wereld had Thomése voordat hij er als de butant zijn entree maakte vooral positieve gevoelens. „Ik dacht dat het allemaal eenlin gen zouden zijn, maar er blijkt net zo'n hiërarchie te bestaan als in de journalistiek. Voor beeldje? Neem Maarten 't Hart, die op voorhand tegen mijn nominatie was. Hij spreekt zich uit vóór Van Dis (die met 'Het Beloofde Land' tot de genomineerden hoorde), want die zit een beetje in zijn categorie. Het is alsof ik de Juryleden voor AKO Prijs '92 AMSTERDAM De jury voor de AKO literatuur Prijs 1992, die wordt voorgezeten door de president van de Nederlandse Bank dr. W.F. Duisenberg zal bestaan uit prof. dr. E. Ibsch (hoogleraar literatuur wetenschap aan de Vrije Universiteit van Amsterdam), M. 't Hart (auteur), Drs. G. Meijerink (docente Germaanse letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam) en auteur J. Borré. De winnaar van dit jaar, P.F Thomése, maakt geen deel uit van de jury. Volgens een woordvoerster bestaat er geen regel dat de AKO-winnaar zitting heeft in de jury van het volgende jaar. pik-orde heb doorbroken door dat ik nu ben onderscheiden. Toch hebben alle genomineer den aardig, of laat ik zeggen beschaafd gereageerd op de bekroning van Zuidland". Dat het voor Michel van der Plas, die met zijn biografie 'Mijnheer Gezelle' door de jury vóór de definitieve vast stelling van de prijswinnaar van de eerste naar de tweede plaats werd geschoven, een hard gelag is, kan Thomése zich voorstellen. „Een soort Zoetemelk-syndroom noem ik dat, de tweede plaats krijgen. Waarschijnlijk mist hij nu ook nog de biografieprijs die later dit jaar wordt toegekend om dat hij al voor deze prijs werd genomineerd. Pijnlijk. Hij moet het afleggen tegen een onbekend schrijver". Tevreden De debutant zegt zelf dik te vreden te zijn geweest wan neer hij de prijs niet had ge wonnen. Sterker nog, hij had „ervoor getekend" als zijn eer ste bundel aardig door de criti ci zou zijn besproken en in een aardige oplage zou zijn ver schenen. „Ik heb met het schrijven geen echte ambitie gehad om beroemd te worden. Ik vind het wel bevrijdend om met het boek te zeggen dat het leven niks is. Ik houd ervan als een soort boeteprediker de mensen te vertellen dat-het le ven geen lolletje is". De boodschap die uit het boek spreekt omschrijft Thomése als „monter pessimisme". Tho mése: „Ik houd van sombere boeken, van slechtheid, ver dorvenheid, de extremiteiten van het leven. Tegelijkertijd ben ik blij dat het onheil aan mijn deur voorbijgaat, en ik thuis zit met een kopje koffie." „Ik kom uit een stokoude fa milie en heb in mijn jonge ja ren veel doodskisten zien dichthameren. Mijn verhalen zouden denk ik anders zijn als er niet zoveel familieleden wa ren gestorven toen ik opgroei de. Ik zou meer „onbekom merd" schrijven. Misschien was ik wel redacteur bij Prop ria Cures geworden". Het titelverhaal van de bun del, 'Zuidland', bevat volgens Thomése autobiografische ge gevens. De vader in het ver haal heeft een droom (Zuid land ontdekken), die de zoon daadwerkelijk zou moeten uit- P.F. Thomése: „De journalistiek is een slangekuil". voeren. Na aanvankelijk ver zet treedt de zoon in vaders voetspoor. „Ik ben de zoon uit het verhaal, en de vader is mijn vader. Het was mijn va ders droom om schrijver te worden. Het was zijn ambitie om een vrij en onafhankelijk leven te leiden, zoals ik dat nu doe. Misschien ben ik daarom schrijver geworden. Voor mijn vader was het er niet de tijd naar om zo te leven. Hij was directeur van een drukkerij. De drukinkt, letters, het ge drukte woord, waren in mijn milieu belangrijk". Om aan de druk van vader te ontkomen besluit de zoon uit Zuidland rechten te gaan stu deren, want op die manier kan hij zichzelf uitstel verlenen om 'iets' te worden. Ook dit gege ven is voor Thomése ten dele autobiografisch. „Ik wilde niet langer bij het Eindhovens Dagblad werken, maar een uitkering aanvragen en schrij ver worden, dat doe je toch niet zo gauw. Daarom ging ik geschjedenis studeren, hoewel ik eigenlijk nooit de gedachte heb gehad om het af te ma ken". Onromantisch De studie bood Thomése onder meer de mogelijkheid te schrijven. „Het studentenleven is een heel prettig bestaan. Niemand controleert je, er wordt niets van je verwacht, en toch ben je met iets belang rijks bezig. Eigenlijk zou ik mijn hele leven student willen zijn". Het alledaagse leven na de niet afgemaakte studie blijkt tamelijk onromantisch. „Ik schrijf op kantoortijden, van negen tot vijf, en heb daar ook een kantoorgevoel bij". Zijn volgende boek handelt over vriendschappen en desil lusies. „Het gaat over het le ven en de grote verwachting. En over de mislukking, want daar schuilt meer waarde in dan in succes. Het wordt een roman a la de Titaantjes van Nescio, Bij Nader Inzien van Voskuil, of On the Road van FOTO: SP Kerouac. Ik werk er nu niet aan. Al sinds de tijd dat ik ge nomineerd ben voor de AKO Prijs, kan ik er niet aan wer ken omdat ik het levensgevoel wat daarvoor nodig is een beetje kwijt ben. De roman speelt zich af in de schaduw van het gewone leven, en dat is niet te rijmen met wat ik nu doe, in de schijnwerpers staan". Volgende week hoopt de schrijver weer enigszins in de luwte van het bestaan te kun nen kruipen. Dan kan hij aan de slag. De beelden in het hoofd omzetten in woorden, en er als een ambachtsman mee schuiven zodat er een boek ontstaat. Het Leids Studenten Ka orkest is een orkest waar heel eigen, koppige gees rondwaart. Het kan vurig len, met vaart en het gewe, élan, maar ook wel onz< onsamenhangend, slap. het fout gaat, heeft het en ble zijn top bereikt. Dat di r, behoorlijk hoog ligt en stuk uiteindelijk op zijn pc^a terecht komt, zegt veel ov^r enorme inzet en het grotae thousiasme waar de ork%, den door gedreven wofy, Maar ook dit maal ware naast vele boeiende mop ten, passages die de total r druk van een werk enig r ontsierden. Waarom niet orkestsuite in plaats van gespeeld, maar dan alle r goed? Technisch en muzr zijn ze er toe in staat! De orkestsuite 'Der Bürgdt Edelman' (1912) van Ric Strauss verliep stroef en onoverzichtelijk. Igor Str sky's Pulcinella-suite daarentegen had niemand f len missen. Het stuk (eve r een eenvoudig niemendal h bruiste in de vertolking het Lesko en werd dooi Leidse muzikanten in stralende gloed gezet. Ws Frederik Bons Sweelinc riaties werden zorgvuldi: in opperste concentraties gehore gebracht, maar g( - telijk omdat de muziek ii delijk toch wat arm is, e deeltelijk omdat de zuive* hier wel het een en ancr wensen overliet, overt) deze compositie niet. In Ton de Leeuws 'Trei ziek in memoriam Willei per' worstelde het orke; een beetje het zelfde prol De muziek is sterk ondei en verdraaid lastig. Dat) er niet in bleef steken, derdaad al een een 1 plaus waard. De groep kers kwam in Hendri* driessens Variaties op eei ma van Couperin harp en orkest (1944) vo< fel ijk uit de verf. Het so| treden van fluitiste Anr rie van der Poel en ha1' Femke Bergervoet die dej van deze muziek van An sen in hun meeslepen) technisch knappe spel op treffelijke wijze wisten t< gen, droeg ten slotte nie nig bij aan de kwalitei het concert. BIJ DEZE KRANT INFORMATIE OVER FILMS, MUZIEK, THEATJ RECREATIE. EXPOSITIE: Retrospectief van Haanstra en Tati in het Filmhuis DEN HAAG Het Haag se Filmhuis houdt in juni een twee weken durend retrospectief van de films van Jacques Tati en Bert Haanstra. Dit gebeurt in samenwerking met het Institut Francais. Van 7 tot en met 20 juni zijn alle zes films van wijlen Tati en meerdere films van Haan stra te zien. Tati had een ge deeltelijk Nederlandse achter grond: zijn grootvader kwam uit Den Haag. Hij vestigde zich als lijstenmaker in Parijs, waar hij zich voor zijn familie on vergetelijk maakte door schil derijen van Van Gogh als be taling te weigeren. Tati en Haanstra maakten al kennis in 1962, toen de Frans man de rechten van Haan stra's 'Zoo' wilde kopen. Niet veel later wilde Tati een Fran se versie van Haanstra's 'Alle man' maken. Haanstra toog met Simon Carmiggelt en An ton Koolhaas naar Parijs voor besprekingen, maar raakte uit eindelijk niet van het nut van een buitenlandse versie over tuigd. Carmiggelt hield aan de ontmoeting met Tati nog wel een verhaal over: 'Werken aan een tekst met Tati', gepubli ceerd in 'Mooi Kado' uit 1979. Haanstra en Tati werkten sa men in 'Trafic' uit 1968, waar voor Haanstra aanvankelijk de regie deed en Tati het scenario verzorgde en Monsieur Hulot vertolkte. Maar de twee kre gen meningsverschillen en uit eindelijk nam Tati de regie over. De twee weken die het filmhuis aan Tati en Haanstra wijdt, beginnen op 7 juni met de vertoning van 'Soigne ton gauche' en 'Bij de beesten af'. De dag erop worden 'Trafic' en 'Glas' vertoond. (Vervolg van de voorpagina) DEN HAAG Minister D'Ancona van WVC is niet bereid de wettelijk verplichte omroepbijdrage (kijk- en luistergeld) dras tisch te verhogen. Zij denkt dat het ook niet no dig zo'n maatregel te ne men. „De financiële mid delen voor de omroepen in ons land steken juist gunstig af bij die van an dere, vergelijkbare lan den". De bewindsvrouw is tevens tegen een forse uit breiding van reclame op radio en televisie. Wel is zij voor reclame op zon- De minister bestreed gisteren tijdens een bijeenkomst van de Dienst Omroepbijdragen het argument van met name de CDA-fractie in de Tweede Ka mer dat de omroepbijdrage in ons land tot de laagste van Eu ropa behoort. „Op het eerste gezicht is dat een juiste waar neming. Het is echter niet het hele verhaal. Het gaat er na tuurlijk om hoe groot het bud get is dat daadwerkelijk be schikbaar komt voor de pu blieke omroep". D'Ancona doelde daarmee vooral op de eigen middelen van de omroe pen, die zij verkregen hebben met zogeheten nevenactivitei ten (verkoop van programma bladen en dergelijke). Marktaandeel Ook wees zij op de in het re geerakkoord overeengekomen indexering (aanpassing aan prijsstijging) van de omroepbij drage. Naar haar mening kan het dalen van het marktaan deel van de Nederlandse pu blieke omroep dan ook niet worden teruggevoerd op ge- Minister D'Ancona: geen forse uitbreiding reclame. brek aan geld. D'Ancona wilde daarmee niet zeggen dat er geen problemen zijn. „Als niet snel ingrijpende maatregelen worden genomen, gaat het pu blieke bestel failliet". De minister herhaalde dat zij achter het plan staat van de NOS om de omroepen anders over de huidige drie televisie zenders te verdelen. De minis ter is het met NOS-voorzitter De Jong eens dat de gekozen indeling (AVRO, KRO en NCRV op Nederland 1, Vero nica, TROS en EO op Neder land 2 en NOS, VARA en VPRO op Nederland 3) de bes te basis is voor verdere ont wikkelingen. Heroverweging van de plannen, zoals vorige week door het Commissariaat voor de Media is gevraagd, acht zij zeer onverstandig. Volgens D'Ancona dienen de bespelers van alle drie netten ervoor te zorgen dat de kijkers altijd een werkelijke keuze kunnen maken uit het aanbod. „Dat betekent een goede nale ving van het zogeheten volle dig programmavoorschrift en meer nog een optimale coördi natie tussen de drie televisie netten". Een 'soepeler' pro- grammavoorschift voor de be oogde bespelers van het twee de net (TROS en Veronica) onderdeel van het plan-De Jong lijkt daarmee van de baan te zijn. Eerder liet WVC al weten dat alle publieke om roepen in de toekomst aan zienlijk meer echt culturele en educatieve programma's moeten uitzenden. Voorts dient ten minste een kwart van de tijd moeten worden be steed aan informatieve pro gramma's. Alternatief plan Een werkgroep van makers van kunst- en cultuurpro gramma's heeft D'Ancona gis termiddag een plan aangebo den voor een alternatief pu bliek bestel. Kern van het voorstel is de komst van één publieke zender, die zeven uur per dag in de lucht is. De zen der, gefinancierd uit omroep bijdragen, moet een sterke programmering op het gebied van kunst en cultuur, alsmede informatie en identiteits-ge- bonden programma's bieden. De overige twee netten kun nen dan door commerciële zenders worden verzorgd. De kosten van een dergelijke pu blieke zender worden geraamd op 340 miljoen gulden. Volgens de werkgroep blijft er vervol gens voldoende geld over (300 miljoen) om ook een goede programmering op de radio tot stand te brengen. De initiatief nemers, onder wie prof. S. Doorman, Hedda van Gennep, Marleen Gorris en Ellen Wal ler, hebben grote twijfels over de mogelijke resultaten van het plan-De Jong. Volgens hen is in de afgelopen jaren het aanbod van kunst en cultuur op de Nederlandse televisie in cidenteel en te gering geweest. Uitvoering van de voorgestel de programmering zal de situ atie verder verslechteren, om dat de publieke omroepen zich dan nog meer gaan spiegelen aan commerciële zenders. Litteris Sacrum speelt Ons stadje van Thornton Wilder. Regie: Bob Ha- geman. Gezien in Microtheater Im perium op 22 mei. Herhalingen tot en met zaterdagavond (20.30 uur). Het leven heeft meestal niets spectaculairs om het lijf. Nie mand weet hoe het lopen zal, van het concert krijg je geen program. Er zijn zonnige da gen en dagen van regen. De levende mensen zijn zorgelijk en tasten rond in het duister. Het leven gaat door, maar we staan er maar zo zelden bij stil. De mensen worden geboren, vrijen, trouwen en sterven. Rechtvaardig is de dood, hij spaart graaf noch koning. Dit alles zal u niet onbekend voorkomen, sterker nog, u vindt het mogelijk meer iets hebben van een open deur. Toch heeft Thornton Wilder er niet tegenop gezien deze thematiek te verwerken in een stuk dat hij ook nog si tueert in een klein, saai stadje met doodgewone mensen, waar niets van enig belang ge beurt. Ochtend in het stadje, de melk wordt rondgebracht, de wordt bezorgd, men Avond in het stadje, m naar bed. Drie jaar late wen twee keurige kinde houden van elkaar. Neg later is het meisje overle het kraambed. Het der drijf brengt de doden podium, die met elkaar Het lijkt bijna even op Milkwood van Dylan T maar er is een verschil: Milkwood is een prachti tisch, geheimzinnig stul een gewoon stadje in W| Ons stadje van Wilder ij lijk vervelend. Helaas was de voorstel! Litteris Sacrum ervan I dat ook. Nog niet eens er slecht gespeeld werd Snijders was een vertel met een oubollig Duys-toontje, maar niet vaardigheid de zaken zette. Niet zelden werd nen redelijk natuurlijk sproken, maar het stuk ramp. Vond ik hoor, smaken verschillen, b niet altijd kaviaar zijn z'n meug. Het leven i lolletje, maar wat gaat een holletje. Stockholm accepteert toch 'De ambassadeur van Emm EMMEN Het kunstwerk 'De ambassadeur van Emn toch een ereplaats in de Zweedse stad Stockholm krijg vier meter hoge plastiek van de hand van de kunstenaar Kind krijgt onderdak in een handelscentrum. Vorige we dag nog weigerde Stockholm het kunstwerk te acceptere een gemeentelijke commissie uit de Zweedse hoofdstad had geuit over de artistieke waarde van het object. Hel werk was in opdracht van de gemeente Emmen en de pi Drenthe vervaardigd en aangeboden om de verdere ei sche samenwerking te stimuleren. Kunstenaar Kind zeg den te zijn met de gevonden oplossing.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 14