NIET LEVERBAAR. VOLOP LEVERBAAR. Bekroonde boek Biegel voor Kuifje- en Jan Wolkerslezer CeidócSou/MMlt DINSDAG 12 MAART 1991 PAGINA 13 Televisiecursus Wie zou toch ooit op het idee zijn gekomen dat je blaadjes van een plant moest plukken, in de zon te drogen hangen, ze dan in fijne reepjes snijden, die door elkaar rollen, daaromheen een papiertje doen, het geheel in je mond steken, bij het uiteinde een vlammetje houden en de daardoor ontstane rook naar binnen zuigen? Met zo te zien geen ander doel of effect dan het verkrijgen van een vieze smaak in je mond, zwarte longen, gele vingers en een blauwe kamer? Alsof dit alles in zichzelf al niet raar genoeg is: de meeste mensen die eenmaal aan deze rare procedure zijn begonnen (om wat voor onduidelijke redenen dan ook, merkwaardigerwijze meestal 'om erbij te horenkunnen er niet meer mee ophouden, met dat 'rokenzoals het heet. Niemand ter wereld kan in alle eerlijkheid volhouden dat hij/zij zijn/haar allereerste sigaretje (klandestien gerookt, buiten het gezichtsveld van pa en moe) lékker heeft gevonden. Integendeel: bah, vies, scherp, tranende ogen, schrijnende keel. Maar: ineens hoorde je erbij. Bij de échte mensen, stoer, flink, zelfbewust, volwassen. Je had nog wel niet de leeftijd voor zo'n avontuurlijke tocht met een terreinwagen door ongebaand oerwoud, met een welverdiend sigaretje bij het kampvuur, maar dat zou ongetwijfeld snel volgen. Zo voelde dat, door die smerige smaak heen. Nu weten we beter, met z'n allen. En we zitten samen met de gebakken peren: miljoenen medemensen die verslaafd zijn aan het versmeulen van staafjes gedroogde bladeren en er maar niet toe kunnen komen ermee te kappen, hun niet-rokende medemensen die er last van hebben (stank, as, rook, vieze adem), en niet te vergeten de gezondheidsvoorzieningen die elke keer maar weer klaar moeten staan om mensen die zichzelf willens en wetens ziek hebben gerookt op te lappen met bypass, longoperatie en bestraling. Vandaar dat allerlei overheden en andere instellingen die het goed met ons voorhebben alles op alles zetten om de rokers onder ons af te helpen van die lelijke gewoonte. Met goedbedoelde Postbus 51-spotjes, met voorlichtende folders 'bij postkantoor en bibliotheek', met keuvelende programma's over bekende landgenoten die het ook zo moeilijk hebben na hun goeie nieuwsjaarsvoornemen, met zowaar een heuse Teleac- cursus. Je kunt de knop niet omdraaien of daar is wéér een gedragstherapeut of een attitudepsycholoog in beeld die zalvend zijn oplossing propageert. Een aardige poging tot het bereiken van een rookvrij Nederland is ook die van de Tussenbalans, waarin de heren Lubbers en Kok hebben afgesproken dat de accijns op tabakswaren flink zal worden opgevoerd. Pak ze maar eens in de portemonnee, heeft een therapeut kennelijk geadviseerd op het Binnenhof: misschien helpt dét wel. Te vrezen valt alleen dat, éls dit paardemiddel inderdaad blijkt te helpen, dat dan weer andere belastingen omhoog moeten. Want dan brengt de tabaksaccijns wegens verminderd tabaksgebruik niet meer genoeg op om het gat in de hand van onze regeerders te stoppen. Echt harde maatregelen zullen het uiteindelijk toch moeten doen, denk ik. Zo'n halfgaar RVD-spotje als afgelopen week over het scherm ging, met twee getekende poppetjes die het erover eens worden dat ze het probleem 'roken op het werk' wel sémen kunnen oplossen, helpt natuurlijk al heleméél niet. De niet-roker vindt immers dat het alleen wordt opgelost als de roker stopt, de roker vindt dat het alleen wordt opgelost als de niet-roker ophoudt met zeuren. En nooit worden ze het eens. daar is geen psycholoog tegen gewassen, en de aan te vragen folder zal wel v in grote aantallen bij de RVD in het magazijn blijven liggen. Een televisiecursus, dat lijkt overigens dé manier waarop, wé in dit land het leven te lijf gaan. Stoppen met roken per Teleac-pakket, je gelooft toch je ogen niet? En wat te denken van de televisiecursus in zes 1 delen die kennelijk nodig is om ons te leren het v aangiftebiljet inkomstenbelasting in te vullen? Let wel: het vereen voudigde f aangiftebiljet.' Wat een land. GBJNST/RTV i Paul Biegel: „Ik weet ondertussen dat mijn oordeel altijd mis is". AMSTERDAM „Mijn lezers doelgroep is onlangs treffend getypeerd door de tekenaar Pe ter van Straaten in Het Parool. Je ziet een wulpse meid, die naar beneden roept: „Pa, is de Donald Duck er al?". Zo'n lezer leent bij de bibliotheek Kuifje samen met een roman van Jan Wolkers. Mijn boek past precies in die leeftijdsgroep". Aan het woord is de bijna 66-jarige Paul Biegel, schrijver van het boek 'Anderland, een Brandaan mythe', dat hij eigenlijk voor volwassenen schreef. Toch werd zijn boek vorige week bekroond met de Libris Wou tertje Pieterse Prijs 1991, de hoogste literaire onderscheiding voor jeugd- en kinderliteratuur, die ons land kent. Het lijkt hem niet te deren dat zijn 'volwassenboek' een prijs voor het beste kinderboek heeft gekregen. „Ik denk nooit, nu ga ik speciaal voor kinderen schrijven. Ik schrijf en het blijkt dan geschikt te zijn voor kinderen." Het belangrijkste verschil dat Biegel tussen een kin- der- en een volwassenboek maakt, is dat hij bij het schrijven van een jeugdboek minder feiten als bekend verondersteld acht. „Je past je woordkeus een beetje aan", meent Biegel. Het meer dan 35 titels tellende oeu vre van Biegel bestaat voor het grootste deel uit kinder- en jeugd boeken. Zeker 15 daarvan zijn ver taald en uitgegeven in meer dan tien verschillende landen. Voor zijn jeugdboeken werd hij meer malen "bekroond met Gouden en Zilveren Griffels, de Staatsprijs en de Nienke van Hichtumprijs. Het schrijven van Anderland (Uitge verij Holland) is volgens Biegel niet makkelijk geweest. Hij deed er ze ven jaar over. Biegel: „Ik ben nog nooit zolang met een boek bezig ge weest als met dit boek, hoewel ik er ook niet continu aan heb gewerkt. Soms lag het werk een jaar stil". „Wat erg veel tijd in beslag heeft ge nomen is het denken over de struc tuur, de opbouw en de kleur van het boek. Er moet een chemische reactie tot stand komen, het moet pruttelen in een pan. Pas daarna begint het ei genlijke schrijven. Hoewel het schrijven heel langzaam gaat, met zorgvuldige precisie, heeft het schrijfproces maar een paar maan den gekost", aldus Biegel. Het boek is anders geworden dan de schrijver had gedacht. „Voordat je begint heb je een ideaalbeeld van het boek in je hoofd, maar het uiteinde lijke resultaat verschilt daar altijd van. Vergelijk het met de vrouw op wie je verliefd bent. Daar heb je dan ook een ideaalbeeld van. Na zeven jaar huwelijk, ik noem maar wat, blijkt ze toch anders te zijn dan je dacht". Het verschil tussen het ideaalbeeld en het uiteindelijke resultaat is vol-, gens Biegel bij Anderland veel gro*' ter dan bij eerdere boeken. „Hoe het komt? Ik weet het niet". „Vaak weet ik ook niet hoe ik aan bepaalde ideeen kom. Met het begirt-. van het boek, de eerste pagina, ben fl ik bij voorbeeld erg lang bezig ge- 1 weest. Het is een verhaaltje op zich, over een jongetje dat pas thuis magv komen wanneer hij de golven heen geteld. „Hoe ik aan dat golventellen kom weet ik niet, maar ik maak het verhaal niet zelf. Wie het verhaal- wèl maakt weet ik niet, maar ik moet er slechts voor zorgen dat het,'^ goed op papier komt. Eigenlijk ben ik dan een ambachtsman". Het boek is gebaseerd op het verhaal van de oude Keltische mythe van de Brandaantocht. Verhalen over deze tochten werden van generatie op ge neratie doorverteld, steeds aangepast aan de mode van de tijd, de denk- v trant van de toehoorders, en aange- V vuld met eigen fantasieën. Slechts twee van deze wonderreizen, waar onder het verhaal van de christelijke' monnik Brandaan, zijn in latere eeu wen op schrift gesteld. In de jaren zeventig bewees de Ierse historicus Tim Severin, dat veel van de tochten die de Kelten onderna- men destijds goed mogelijk zijn ge weest. Hij maakte een heuse Bran-», y daantocht, in een boot van hout en leer zoals het hoort en kwam via Far - ör en IJsland in Amerika terecht Biegel: „Severins boek laat zien hoe.' de fantasie uit de werkelijkheid ont- J staat. Hoe het fantastische uit de verhalen in werkelijkheid op reali- teit berust. Toen ik het las wist ik een beetje hoe mijn boek moest wor- den.". Thema van het boek werd het zoeken naar het paradijs, dat overi- i gens niet wordt gevonden. keling Bran over zijn scheepstocht westwaarts. Zijn verhalen worden door de toehoorders verder verteld, waardoor ze spannender, sterker eh"« paradijslijker worden. De drenkéürtg wordt al vertellend een held. met v goddelijke proporties. De mythe, de Brandaan mythe ontstaat. Het is voor de tweede keer dat Bie-' gel een boek schreef naar een vast-- staand gegeven. In 1972 zette hij op verzoek van zijn uitgever 'Van den vos Reinaerde in modern Neder- - lands om en ruim tien jaar later, \u 1983 vroeg de uitgever of hij ook iets met de Brandaan mythe wilde doen. Biegel: „Al lezend raakte ik efln [f verstrikt, of beter, door gebtoxo- geerd. Ik vond het wel een uitdaging om vanuit zo'n vaststaand gegeven te werken". Met de bekroning van het boek;i/ Biegel zeer gelukkig. „Het is een grote eer, en als je Multatuli's Wou- 1 tertje Pieterse leest, besef je pas MMlV een eer het is". Of het terecht la dat V, juist dit boek is bekroond?. „Ach,-ik" weet ondertussen dat mijn oofl04al»-Jr altijd mis is". r VV SANDRA JONGEtyELEX;; De hier afgebeelde viervoeter kan de vergelijking met de nieuwe Campo op veel punten doorstaan. Ook hij kan tegen een stootje, heeft power en vervult zelfs najaren nog trouwe dienst. Maar op het punt van levertijden is de Campo superieur. Deze vierwieler is immers volop leverbaar. En dat mag een groot pluspunt genoemd worden voor zo'n ideaal vervoermiddel. Inclusief geheel nieuw aërodynamisch vormgegeven front en uiterst komfortabel rijgedrag. Bij elke Campo leveren wij bovendien gratis Transport Support. Dat wil zeggen: een objektief advies, perfekte service en 100% after-sales- ondersteuning. Per slot van rekening is uw Opel- dealer de bedrijfswagenspecialist bij uitstek. De nieuwe Campo is leverbaar als Pick-up, Sportscab en als 5-persoons Crewcab. Qua moto renaanbod kunt u kiezën voor de snelle 2.3-liter- benzinemotor, goed voor 66 kW (89 DIN-pk), of voor de baanbrekende dieselvariant, de direkt ingespoten 2.5-liter-diesel met 56 kW (75 DIN-pk), beide in 4x2- en 4x4-uitvoering. TRANSPORT SUPPORT Adviesprijs exclusief B T W., exclusief afleveringskosten. Af General Motors Nederland B.V., Sliedrecht. Prijs- en specifikatiewijzigingen voorbehouden. De nieuwe Campo v.a. f20.966,- Afgeheeld: Campo Crewcab.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 13