'finale De vriendenkring van Liesbeth List 'Kinderen van mijn fans komen nu ook kijken' ZATERDAG 9 MAART 199] EINDHOVEN - Herman Pieter de Boer (62), schrijver, dichter, zet zijn Betty- Boop-kofïïebeker neer en imiteert op hu moristische wijze enkele van zijn jeugd helden. Stripfiguren die, met viervingeri- ge handjes, zich naar achteren gebogen lam schrikken. „Alleen het petje dat in zo'n geval altijd direct omhoog vliegt wil maar niet lukken". Hoewel zijn meest geliefde stripfiguur op dit moment de 'moppige, wulpse' Betty Boop is, geeft een andere stripheld dezer dagen reden tot feest voor De Boer. De voor-oorlogse avonturen van Sjors, voorzitter van de roemruchte rebellen club, zijn immers opnieuw uitgegeven. Negenentachtig 'vrolijke vertellingen' van geestelijk vader Frans Piët zijn in een oplage van 1200 stuks in facsimile- uitgave herdrukt door uitgever Boumaar uit Zutphen. Feest voor Herman Pieter de Boer, voor wie de blonde avonturier Sjors een van de belangrijk ste figuren uit zijn jeugd was. „Mijn ouders ontvin gen de Panorama, en daar zat een bijlage over Sjors en de rebellenclub in. Die heb ik stukgelezen. Ook kende ik de Amerikaanse versie al uit de jaren dertig, Winnie Winkle van de te kenaar Martin Branner, op wie Sjors duidelijk geïnspi reerd was". Sjors, maar ook andere strips en jeugdboeken, wa ren van ongekend grote in vloed op zijn ontwikkeling, zegt De Boer. „Met mijn vriendjes deed ik alles na wat we in de boeken en bladen lazen. We bouwden net als Sjors een clubhuis, we vormden een soort ge heime club, net als de re bellenclub. De Zwarte Hand, de geheimzinnige club van Pietje Bell, deden we ook na. Het in het ge heim ergens vertoeven (in een kelder of op een veldje) vonden we heel spannend. De verhalen zetten blijk baar de inspiratie in gang. Maar vreemd genoeg heb ben we zelf niets nieuws bedacht, we ontleenden al les aan de strips". Zijn liefde voor Sjors ging ver, zegt Her man Pieter de Boer. „Ik ging veel. hou den van de figuren uit de verhalen. Ik identificeerde me zo met Sjors, dat ik ook zijn ronde page-kapsel wilde heb ben. Helaas mocht het niet van mijn moeder. Om de zoveel tijd bracht ze me naar de kapper, en liet mijn haar van achteren helemaal opknippen, met van die stekeltjes op m'n kruin. „Zo, weer een lekker fris koppie", zei ze dan. Maar ik vond het verschrikkelijk. En nog steeds hou ik niet erg van kort haar". HERMAN Fll- 1TR DE BOER OPOE EOOEN OVE R Ol DE' SJORS- WON El RE N Sinterklaas De boeken van Sjors verschenen meestal tegen Sinterklaastijd, herinnert De Boer zich. „Ik weet nog dat ik een keer als klein jongetje de avond voor Sinterklaas al een nieuw boek van Sjors klaar zag staan op de tafel in de huiskamer, te midden van andere cadeautjes. Sinter klaas was blijkbaar al eerder langsge- weest dan hij beloofd had. Ik hoorde mezelf bijna hardop zeggen: „Hij kon zijn ogen niet geloven". „De momenten waarop een nieuw Sjors- boek uitkwam waren echt hoogtepunten in mijn kinderjaren. Mijn kinderen heb ben nu ook soortgelijke fascinaties, al leen op andere gebieden. Mijn zoon leeft van elpee naar elpee van de groep Queen, mijn dochter heeft hetzelfde met Whitney Houston, haar hele slaapkamer Herman Pieter de Boer: „De momenten waarop een nieuw Sjors- boek uitkwam waren echt hoogtepunten in mijn i EVENHUIS hangt vol met posters en affiches. In we zen verschilt aat niet veel van mijn ge voelens voor Sjors destijds". Nevenland Een definitieve versie van de nieuwe Sjors-uitgaven heeft De Boer nog niet, hij moet het met de drukproeven stellen die uitgever Ron Streppel hem toestuur de. „Wanneer ik die verhalen van Sjors weer lees, komt mijn hele jeugd weer te rug. Ik voel me weer in de sfeer van die jaren. Van de verhalen herken ik alles, de plaatjes, het verhaal. Bij het begin weet ik nog precies hoe ze aflopen". Hoe groot het belang van Sjors en ande re striphelden was, tekende De Boer ook op in zijn gedicht 'Nevenland': Al jong, en teder nog van leden, wist hij bij elke ademhaal het ware leven zuur en schraal geen avontuur maar stuurse zeden. Hij leefde voort, maar ontevreden, en leek wellicht niet erg normaal, tot hij per step en illegaal een nevenland is ingereden. Utopia! De hof van Eden! Hij zwelgde lust en zegepraal. Soms was hij mooi, soms geniaal, soms Valiant, soms femme fataal als Betty Boop. Hij had betreden de wereld van het stripverhaal. De avonturen van Sjors en zijn rebellen club, die in de jaren dertig ook in het blad Doe Mee stonden afgedrukt, maak te voor de jonge Herman Pieter de Boer zelfs het begin van de oorlog draaglijk. „Ik herinner me nog heel duidelijk de meidagen van 1940. Ik was met een slecht rapport van school thuisgekomen, mijn moeder strafte me daarvoor door me het tijdschrift Doe Mee niet meer te geven. Op 10 mei brak de oorlog uit. We woonden in Rotterdam, dus we hebben daar nog al wat ellende gezien door de bombardementen. Als troost mocht ik van mijn moeder weer de Doe Mee le zen, en ze gaf me de laatste vier afleve ringen die ze me onthouden had. Ik her inner me niets van angst. Het begin van de oorlog was voor mij alleen maar een groot genoegen omdat ik die bladen weer mocht lezen, terwijl om ons heen de bommen vielen". Ook Sally, de zus van Sjors die pas later in de verhalen opdook, kon op de liefde van de schrijver rekenen. „Ze bezit een zekere erotische uitstraling, iets wat me opwond. Tekenaar Frans Piet heeft me eens verteld zelf ook verliefd te zijn de Sally-figuur. Hij tekende haar met fjj ne voetjes. Ze droeg jurken tot op h; knieén, en daaronder verschenen dj fraaie kuiten". „Ik hou veel van vrouwen in stripverha] len. Nu spaar ik bijvoorbeeld alles vj Betty Boop. In haar begintijd, de jan dertig, gold ze als een seksbom. moppige wulpsheid. Die benen! Dat te, beeldige hoofd, die kirrende erotïeL Ik bezit ingekleurde videofilmpjes va; haar, heb koekjestrommels met haar beelding, bekers, agenda's. Elke nach slaap ik in een ander, schoon Betty Boo| nachthemd. Wanneer ik een paar uit keihard gewerkt heb, is de grootste belo ning die ik mijzelf kan geven het neer zetten van de sjoelbak in de kamer. Dai ga ik sjoelen, met op de achtergrond eei videofilm van Betty Boop, die ik vanui mijn ooghoeken gadesla. Intens genoe gen is dat voor me". Sjimmie e< ai -i ,VE De liefde van Herman Pieter de Boe'n. voor Sjors hield op na de Tweede Wej*rinc reldoorlog. In de oorlog zelf hield di'v^r strip op te verschijnen, wegens gebrel®^ aan papier, en na de oorlog werd de jon ge De Boer langzaamaan wat te out voor stripverhalen. Bovendien deed eer andere figuur zijn intrede in de Sjors verhalen: de later onafscheidelijke Sjim mie. Een negerjongetje, met aanvanke lijk een grote bos kroeshaar, dikke lip pen en een vaag Koeterwaals taaltji („Wij fijn fuiven gaan!"). Omdat he kroeshaar wat lastig tekenen was, maak te tekenaar Frans Piét er al snel ééi krulhaar van, die onder het matrozenpe tje van Sjimmie vandaan kwam. Voor Herman Pieter de Boer hield dr liefde voor zijn held hiermee echter op „Ik vond dat niks, die Sjimmie. Ik be schouwde zijn komst als verraad. Dat e überhaupt iemand bijkwam vond ik on prettig". Tekenaar Frans Piét dacht daa uiteraard anders over. „Ik wilde SjonL» een echt maatje geven, want hij was zo*- alleen", zei de tekenaar later in inter views. Kritiek over het clichébeeld Piet met zijn Sjimmie gaf van negers verwierp hij als volgt: „Zo overdrevet als ik Sjors tekende, zo maakte ik Sjinv mie ooic zo zwart als roet. ik wilde me: zo'n zwart vriendje bovendien de ver broedering tussen rassen aangeven. Eeojvoer neger tekende je gewoon zo", aldus Piét erde 366 A 1 Ook de latere versies van de strip Sjon en Sjimmie, die ontstonden nadat Frans Piét er in 1969 mee stopte, konden d( purist Herman Pieter de Boer niet beko ren. In het blad Stripschrift, waarin hi en{ eens de ontstaansgeschiedenis van Sjon onderzocht, zei hij over de twee verha len van tekenaar Jan Kruis: „Hij kan he v laas zijn eigen stijl niet loslaten. Hij te kent Sjors in een Belgische Dupuis-ach e"- tige stijl, met van die moderne spille beentjes, maar verder?". De huidige ver 'c sie van Sjors en Sjimmie, die nog altijc a^] samen hun avonturen beleven, vindt hij p,° te gestyleerd. Voor De Boer is er maar3 één echte Sjors, en die stamt uit 1935, de 1! Sjors van de rebellenclub, zonder onaf-5P scheidelijke vriendjes. „Ik liep in Denïn Haag eens op de stripbeurs en daai3^ kwam ik een man tegen die drie comple-^nri te jaargangen van de echte Sjors van voor de oorlog te koop had. Drieduizenc gulden vroeg hij ervoor. Het is dat ik zw veel geld niet bij me had, maar anded had ik het gedaan", zegt de Boer. 1 JEAN-PIERRE GEELEf 'Sjors, voorzitter van de rebellenclub in facsimile verschenen bij uitgeveh inisa Boumaar te Zutphen. Het boek is koop in stripspeciaalzaken. eén echte idde het AMSTERDAM - De duetten, waarin ze nooit genoegen heeft genomen met een tweede stem, hebben Liesbeth List beroemd gemaakt. „Met Ram ses was het natuurlijk het leukste. Hij is mijn ontdekker. We veroverden eerst heel Amsterdam, daarna heel Nederland. Meteen naar Knokke, winnen, en daarna veel tv, platen en op tournee". Over de verhouding met Shaffy zijn boe ken vol geschreven. List: „We zitten aan elkaar gebakken. Het kan altijd weer ge beuren dat we samen iets gaan doen. Dat blijft formidabel". In de jaren zeventig nemen twee sterren plaats aan de zijde van 'La List'. In '72 Rod McKuen en in '78 Aznavour. „Met McKuen heb ik een plaat opgenomen in Los Angeles. Toen heb ik bij hem in huis gelogeerd. Zo'n filmsterrenhuis. Heel leuk. Ik voelde me net Alice in Wonderland. De plaat met Aznavour werd opgenomen in Londen. Daar stond je alleen in de studio. We hebben elkaar toen niet gezien. Later hebben we samen een duet gedaan". De vermetele poging voet aan wal te krijgen in Engeland en, wie weet, Ameri ka weet Liesbeth List zich ook nog wel voor de geest te halen. „Ik wist dat dat niet zou lukken. Eerst moest je toch een agent hebben die voor zo'n vijftigdui zend gulden voor je gaat werken. Dat geld had ik niet. Er is toen nog wel spra ke geweest van een vijfjarig contract voor de show 'Brei is well, alive and li ving in Paris', maar vond ik me te jong voor. Vijf jaar op het toneel staan, dan kon ik Nederland en de rest wel verge ten, dacht ik. Achteraf gezien was het misschien toch niet zo gek geweest. Je krijgt voet aan de grond en ik was na tuurlijk wééreldberoemd geworden". Liesbeth List hoort thuis in het kleine rijtje arties ten dat het etiket 'onbeperkt houdbaar' draagt. Haar erelijst is indrukwekkend: in de jaren zestig en zeventig maakte zij furore met Ramses Shaffy, zij was goed voor duetten met Rod McKuen en Charles Aznavour, was vertolkster van Jacques Brei en de Griekse componist Mikis Theodorakis, zij maakte drie speelfilms, veel gouden en een paar platina lp's. Momenteel toert de chansonnière door het land met haar tweede theaterprogramma 'List en Omstreken'. De binnen de Amsterdamse grach tengordel wonende artieste wordt dit jaar vijftig. Hoogste tijd voor een terugblik en enkele kritische noten. Solo Wereldberoemd is ze niet geworden, maar in de Lage Landen heeft L.L. een reputatie van formaat opgebouwd. De laatste drie jaar brengt ze soloprogram ma's in het theater, eerst 'List Nu' en nu Liesbeth List: „Ik trek een lied helemaal naar me toe". FOTO: DIJKSTRA 'List en Omstreken'. De veronderstelling dat hier sprake is van een verantwoorde artistieke ontwikkeling waarbij duo's hebben plaatsgemaakt voor solo's blijkt onjuist. „Het was gewoon bittere nood zaak. Ramses ging weer naar het toneel en het combineren van artiesten is te genwoordig te duur". Te grof De golf vrouwelijke solisten heeft ook geen rol gespeeld. „Het lijkt erop dat Jasperina en Adèle het hebben ontdekt, maar ik stond tussen de bedrijven door ook altijd alleen op het toneel. Met Louis van Dijk, met Thijs van Leer. Dat waren echter programma's waarin ik al leen maar zong". In 'List en Omstreken' krijgt het publiek niet alleen zang maar ook conférences en monologen voorgeschoteld. Liesbeth List laat, begeleid door Rob van Dijk, haar persoonlijke keuze horen uit het werk van auteurs als Coot van Does- burgh. Peter van Straaten en Freek de Jonge. „Je kent elkaar door de iaren heen. We traden allebei in eenzelfde programma op toen Freek tegen me zei: ik heb een mooi lied voor je. Het was de vertaling van een Brel-liea dat 'De volgende' heet te. Het ging over een hoer die tijdens haar werk steeds dacht: de volgende. Als Freek zoiets doet, kan het. Aangezien ik een lied helemaal naar me toetrek, wordt het te pijnlijk. Het was te grof voor mij. Toen heeft hij mij teksten laten zien die ik mocht gebruiken". De bewondering voor De Jonge is enorm. „Ik vind hem verreweg de beste. Hij heeft een hele school opgericht: Youp van 't Hek, Jack Spijkerman. Die snelle stijl, dat vele praten, Mies zeggen. Dat is Freek. Hij is een absoluut genie. Op een gegeven moment moet iemand zijn top hebben maar elke keer als ik weer naar een nieuwe show ben geweest, kom ik verbijsterd terug". V erschrikkelijk Het publiek dat Liesbeth List in tiental len jaren aan zich gebonden heeft, on dergaat per generatie een veijongings- kuur. „Je bouwt in Nederland een vrien denkring op. Dat is het hele rare: nu ko men ook de kinderen van mijn fans. Eens even kijken waar papa en mama het altijd over hebben. Ik vraag ze wei eens waarom ze nu naar mij toekomen. Tja, mijn vader en mijn moeder, zo be gint het dan". Eén keer op tv is voor de naamsbekend heid overigens beter dan vele familietra dities. Liesbeth List: „Dat klopt, maar het is verschrikkelijk voor ons soort ar tiesten dat we niet meer op het scherm komen". Tot welk soort behoort ze dan? „Het be tere. Vroeger had ik twee tv-shows per Huk jaar. Dat is voorbij. Als je maar in een rleg] Engels zingende meidengroep zit of zan- lie p ger van het levenslied bent. Waar zien ,we Lenny Kuhr, Conny Vandenbos Liesbeth List? Daar is geen plaats meert voor. Soms zit je eens in zoiets all AVRO's Service Salon, maar een echt showprogramma Het gevolg van deze miskenning. „Als ^rj. het betere Nederlandse lied niet op hel,, scherm wordt geëxposeerd, dan komt er ook gedh plaat. Of je moet er een ton te genaan gooien en zendtijd kopen". kle Vervelend De toekomst wordt tot april volgend jaar artistiek gezien bepaald door 'List en Omstreken'. Van Groningen tol Maastricht. „Het is je beroep en je kunl nu eenmaal niet altijd in Amsterdam staan. Optreden en thuiskomen, zo gaal het". „Ik ben lekker onder dak tot volgeni jaar. Je bent nog echt bezig met zo'r produkt. Het is veel zwaarder dan mf zijn tweeën. Dan wordt de verantwoi ding gedeeld. Nu moet je ook veel mr tekst uit je hoofd kennen". Toch houdt de zangeres zich aanbevoli voor nieuwe uitdagingen. „Je weet h nooit in dit land. Stel dat iemand hl idee krijgt: we willen List in een Vuurtoren Talloze malen is ze in de loop der jarei geïnterviewd. „Vroeger ging het altijt over de vuurtoren. Dat is gelukkig ove De afdeling Privé vraagt altijd naar m' kind en de betere krant vraagt naar hl vak". Ze vraagt zichzelf op het ogenblik één ding af. „Hoe ik toch in vredesnaam gg aan die migraine kom. Sinds gisteren heb ik er weer last van. Het laatste jaar^l heb ik het af en toe. Zijn dat toch ouder- domsverschij nselen?" joop offringaN' Lei ■CfiidóöGouwrit- fl en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 32