O De Palestijnen: een blijvend vraagstuk? 'finale ZATERDAG 16 FEBRUARI 1991 PAGINA 33 gn oplossing voor de 'Palestijnse u/estie' lijkt verder weg dan ooit. iet hun massale steun voor de raakse verovering van Kuwayt en cialitl gejuich in de bezette gebieden iosf.[anneer Scud-raketten paniek in jraél veroorzaken, hebben de Pa- k istijnen hun laatste restje goodwill atie'\j de meest verzoenlijke Israëli's edeirspeeld. Met de hartstochtelijke 5f/fifdphelzingen waarmee hij zijn oep fiendschap met Saddam Husayn Westigde maakte PLO-leider Yas- -lentL ^rafat zich persona non grata 3nze[j de Arabische leiders die zich, in opportunistische of politieke idenen, of wellicht uit overtui- |ng, aan de kant van de geallieer- bn schaarden. S et zoals Irak onder het motto 'de vij- idenld van mijn vijand is mijn vriend' foni-p°r U°st en West werd volgestouwd iet wapens, omdat het religieus fanatis- S aeje waardoor Iran werd beheerst als nog iezeliger werd beschouwd, klampen nu eel Palestijnen zich vast aan Saddam js laatste strohalm. Dat getuigt minder inzean politiek inzicht dan van pure wan- datp0P- Want de schreeuwende aanklach- jn tegen het 'zionistisch imperialisme' jenen er al ruim veertig jaar vooral toe in de gigantische onderlinge conflicten innen de Arabische wereld zelf toe te 'en.èkken. zijnlok nu weer gebruikt een Arabische dic- |tor de Palestijnse zaak als politiek iddel om er eigen doelen mee te ver- |ezenlijken. Met zijn raketten probeert addam Husayn Israël bij het conflict te etrekken. Hij rekent op een vergel- jngsactie en verwacht dat dan mini- aal een aantal Arabische landen, en iaarschijn 1 ijk ook aartsvijand Iran, zijn nde zullen kiezen. Met sympathie voor nen p Palestijnen heeft het allemaal weinig maken. ofd iezet gebied eze addam Husayn legde tien dagen na zijn ival in Kuwayt, op 12 augustus 1990, erband met de bezetting door Israël an Palestijnse gebieden. Een oplossing por de Golfcrisis was, gaf hij te kennen, |leen mogelijk wanneer ook de Pale- (ijnse kwestie zou worden opgelost. En |en de Veiligheidsraad van de Verenig- p Naties in diverse resoluties de Iraakse pzetting van Kuwayt veroordeelden 62 tees hij op het feit dat Israël nimmer phoor had gegeven aan resoluties om de jzetting van Palestijns gebied op te hef- Daarin hebben de VN echter ook recht van Israel vastgesteld om 'bin- bn veilige en erkende grenzen' te leven, at tot nu toe slechts door Egypte wordt rkend. let de 'door Israël bezette Palestijnse ebieden' worden de Westelijke Jordaan- bver en de Gazastrook bedoeld. De be- ïtting dateert van 1967, toen de Egypti- :he president Gamal Abdul Nasser een esperate poging deed om Israël van de -fereldkaart te vagen. Op zijn bevel trok fN-secretaris-generaal Óe Thant de VN- •oepen terug uit de Sinaï-woestijn, waar e sinds de Suez-crisis van 1956 gelegerd 'aren om Israël en Egypte uit elkaar te puden. Hij sloot de toegang af tot de bor Israël onmisbare havenstad Eilat an de Golf van Aqaba. Op 5 juni brak p oorlog uit. Zes dagen later had Israël e Sinai, de Gazastrook, de Westelijke prdaanoever en de Golan-hoogvlakte eroverd. 'nzeker bestaan 1 vierduizend jaar wonen er joden in jet gebied tussen Eufraat en Nijl. Na de jiittocht uit Egypte', ca. 1220 v. Chr., ichtten de 'twaalf stammen' in Ka- aan, het gebied tussen Jordaan en Mid- ellandse Zee, een joodse staat, die ech- [r een uiterst onzeker bestaan tegemoet jng. De bijbelse geschiedenis beschrijft i\ van conflicten, veldslagen en oorlo- pn. Toen Jezus Christus werd geboren pgeerde er de Romeinse keizer Augus ts. Een opstand tegen de Romeinen lormde de inleiding voor de verwoes- ing van de tempel in Jeruzalem in het iar 70. Daarmee begon hun verstrooi- fig over de gehele wereld, al bleven er Jtijd joden wonen in het gebied dat nu fcraél heet. foortdurend ging het gebied in andere landen over. De Perzen, de Arabieren, Ie Kruisvaarders, de Moren en de Tur in wisselden elkaar af. Begin 1800 laakte Palestina deel uit van het Otto- laanse rijk. Er woonden toen naar :hatting 250.000 islamieten, 25.000 iristenen en 10.000 joden redelijk eedzaam naast elkaar op een verarmd verwaarloosd gebied waar niemand de wereld belangstelling voor toonde, 'at veranderde toen in 1869 het Suezka- laal werd geopend. Palestina bleek zich ilotseling op het kruispunt van drie we- elddelen te bevinden. De belangstelling lerleefde. Lang voordat er van 'zionis- tie' sprake was begonnen joden terug te eren naar het Heilige Land. Pogroms in usland veroorzaakten in 1882 de eerste :hte emigratiestroom. ationalisme lan het eind van de vorige eeuw ont- tonden, zowel onder de Arabieren als lij de joden, nationalistische stromin- en. Het Turkse gezag brokkelde af. Ara- lische groepen in Syrië, Libanon en Pa- fcstina zagen kansen voor onafhankelijk- leid. Tegelijk stelde de joodse journalist [heodor Herzl vast dat het antisemitis- ne, waaraan de joden in de diaspora al (euwen blootstonden en dat zich toen jpnieuw verhevigde, als een 'menselijke iigenschap' moest worden gezien. Het |ad dan ook geen zin zich daartegen te •erweren. De enige oplossing zou zijn, b concludeerde het eerste Zionistisch tongres dat in 1897 op zijn initiatief in fasel bijeenkwam, „een pubiekrechtelijk jewaarborgde woonplaats voor het jood- fe volk in Palestina". Pe Eerste Wereldoorlog, waarin Turkije jan de kant van Duitsland tegen Groot- frittanniè vocht, maakte een einde aan let Ottomaanse rijk. De Engelsen maak- en gebruik van het Arabische onafhan- telijkheidsstreven en beloofden de |root-sjarif van Mekka, Husayn ibn-Ali, Inafhankelijkheid als hij tegen de Tur- opstand zou komen. Dat gebeur- in 1916. Tegelijk deden de Britten Tien dagen na de bezetting van Kuwayt door zijn leger gaf de Iraakse leider Saddam Husayn aan dat een oplossing van de Golfcrisis alleen mogelijk zou zijn wanneer tegelijk de Palestijnse kwestie zou worden opgelost. De 'koppeling' was geboren. Israël was, tegen zijn wil in, bij het conflict betrokken. De Palestijnen, dolgelukkig dat er weer een Arabische leider was die het voor hen opnam, keurden en masse de bezetting van een andere staat goed en stelden zich op achter een dictator die bij het verdelgen van zijn vijanden in binnen- en buitenland geen enkel middel had geschuwd. Ze juichten toen Iraakse Scud-raketten in be woonde gebieden van Israël terechtkwamen. Ze lijken nog steeds vol vertrouwen in de eindoverwinning. Maar als Sad dam verliest heeft niemand reden de Palestijnen dank te zeggen. Waarschijnlijk zullen zij na afloop van het conflict nog erger in de steek worden gelaten dan ooit tevoren het geval was. Boven: Op 2 augustus vorig jaar heeft de PLO een kans op mondiale erkenning laten liggen. Door zijn onverholen steun aan een wrede dictator bevestigt PLO-leider Arafat nu alleen zijn hoop op de uiteindelijke vernietiging van .aan de zionistische beweging de belofte behulpzaam te zullen zijn bij de vesti ging van een 'Joods Nationaal Tehuis'; een eigen staat in Palestina. Het Arabi sche leiderschap verklaarde zich daar mee, met het zicht op de eigen onafhan kelijkheid, akkoord. In 1919 sloten Chaim Weizman, de leider van de We reld Zionistenorganisatie, en emir Feisal, zoon van Husayn ibn-Ali, in Versailles een overeenkomst waarin Palestina als afzonderlijke joodse eenheid werd er kend. Maar van een Arabische onafhankelijk heid was geen sprake. Na de oorlog bleek dat Engeland en Frankrijk de in vloedssferen in het Midden-Oosten on derling hadden verdeeld. De Fransen na men bezit van Syrië en stichtten in het westen, waar veel christenen woonden, een aparte staat, Libanon. Palestina, Transjordanië en Irak kwamen onder Brits bestuur; Egypte was dat al sinds 1882. Met een 'verdeel-en-heers-politiek' wisten de Britten steeds weer oplaaiende onrust te bedwingen. Palestina De Arabische bevolking in Palestina zag intussen steeds meer zionistische pio niers binnentrekken, al was er ook spra ke van een omvangrijke Arabische im migratiestroom. Er volgden onlusten in 1920, stakingen in 1925 en ernstige bot singen in 1929, die echter steeds door middel van kleine concessies konden worden beëindigd. Een opstand die in 1936 begon zou echter drie jaar duren. Hij startte met een algemene staking, die een half jaar werd volgehouden. De zio nisten steunden de Britten, omdat ze vreesden dat een overwinning van de Palestijnen het einde zou betekenen van hun streven naar een joodse staat. Maar toen de opstand was neergeslagen stond de Tweede Wereldoorlog voor de deur. De Britten wilden voorkomen dat de Arabische landen de kant van de Duitsers zouden kiezen. Terwijl in Euro pa de jodenvervolging onmiskenbaar was begonnen, bepaalden zij dat de joodse immigratie beperkt zou moeten blijven tot maximaal 15.000 mensen per jaar. Tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen Hitier besloot tot een 'eindoplossing' voor het 'joodse vraagstuk', kwam de emigratie van joden naar Palestina vrij wel tot stilstand. En toen de oorlog was afgelopen werden de overlevenden van de Holocaust er door de Britten tegenge houden. Bizar was het avontuur in 1947 van het immigrantenschip 'Exodus', waarop duizenden joden Israël trachtten te bereiken. De Britten wisten hun lan ding met machinegeweervuur te voorko men en brachten ze naar Hamburg waarna ze in Lübeck in een kamp werden opgesloten. Desondanks wisten Links: De intifadah: de machteloze strijd waarin jeugdige Palestijnse stenengooiers het opnemen tegen goed bewapende Israëlische soldaten. FOTO'S: AP grote groepen joodse immigranten Pales tina illegaal binnen te komen. De positie van Engeland in Palestina werd steeds moeilijker. In 1947 wendde Londen zich tot de Verenigde Naties, die in november met een verdelingsplan voor Palestina kwamen in een joods en een Arabisch deel, met Jeruzalem als in ternationaal gebied. De Arabische lan den protesteerden. Er begon een guerril la-oorlog tussen bewapende zionistische en Arabische groepen. Wederzijds wer den oorlogsmisdaden gepleegd, weerloze burgers met opzet vermoord. Veel Pales tijnen vluchtten, al dan niet daartoe aan gemoedigd door de Arabische buurlan den. Op 14 mei 1948 legden de Britten hun mandaat over Palestina neer en procla meerde David Ben Goerion de onafhan kelijke joodse staat Israël. Op 15 mei trokken legers van Egypte, Libanon, Sy rië, Irak en Saudi-Arabië vanuit het noorden, oosten en zuiden het land bin nen. Met dezelfde overtuigingskracht als nu Saddam Husayn kondigde Azzam Pasja, secretaris-generaal van de Arabi sche Liga, aan: „Dit zal een uitroeiings oorlog worden en een geweldige slach ting zijn, te vergelijken met de Mongool se slachtingen en de kruistochten". Israël bleef met moeite op de been; op merkelijk genoeg vooral dank zij wapen leveranties uit de Oostblokstaten. Op 20 juli 1949 werd het laatste wapenstil standsverdrag gesloten, met Syrië. Een belangrijk deel van het Palestijnse ge bied ten westen van de Jordaan werd na een geheime overeenkomst met Ben Goerion geannexeerd door emir Abdul lah van Transjordanië, de grootvader van de huidige koning Husayn - in 1951 werd hij vanwege dit 'verraad' in de Al Aqsa-moskee in Jeruzalem door een Palestijn vermoord. De Gazastrook kwam onder Egyptisch bestuur. In 1947 en 1948 ontvluchtten zo'n 700.000 Palestijnen Israël; rond 160.000 bleven er wonen. De vluchtelingen wer den opgevangen in kampen in de buur landen; het merendeel op de Westelijke Jordaanoever. Intussen maakten veel Arabische staten het leven zuur voor joodse onderdanen die al eeuwenlang op hun grondgebied woonden. Meer dan 800.000 Arabische joden werden verdre ven of pakten vrijwillig hun biezen. Nasser Veel landen in het Midden-Oosten leg den zich neer bij de situatie. Vooral de feodale regimes van Irak, Jordanië, Sau di-Arabië en Libanon waren volstrekt af hankelijk geworden van het Westen. Ze wensten hun handen niet meer vuil te maken aan een oplossing voor het Pale stijnse vluchtelingenprobleem. Het in standhouden van de 'schrijnende gevol gen van het zionistisch imperialisme' was goedkoper en leverde meer politiek krediet op dan het brengen van verbete ring in hun situatie. Tegen Israël werd alleen maar ferme taal gesproken. De vluchtelingen kregen weer hoop toen in Egypte Gamal Abdul Nasser de macht greep. Hij stelde zich op achter de onaf- hankelijksstrijd van Algerije tegen Frankrijk, beval de Britten zijn troepen uit het gebied rond het Suezkanaal terug te trekken en stelde zich verder zeer anti-Israëlisch op. Hij lokte daarmee de Suez-oorlog van 1956 uit, waarin Egypte door Frankrijk, Engeland en Israël mili tair werd verslagen. Maar toen de Sov jetunie tussenbeide dreigde te komen trokken zij zich onder Amerikaanse druk terug, zodat de oorlog voor de Egyptische leider een klinkende diplo matieke overwinning werd. Nasser werd daardoor in het gehele Mid den-Oosten gezien als de krachtfiguur die eindelijk de Arabische eenheid tot stand zou brengen, om daarna het geha te Israël de genadeklap toe te dienen. Het eveneens militante Syrië zette de eerste stap en sloot een unie met Egypte. Op 1 februari 1958 werd de Verenigde Arabische Republiek geproclameerd, die het echter slechts drie jaar uithield en aan wederzijdse irritaties ten gronde ging. De Zesdaagse Oorlog van 1967 maakte tenslotte een einde aan alle Palestijnse il lusies. Israël leek onoverwinnelijk. Grote gebieden werden bezet, waaronder de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoe ver. Het merendeel van de Palestijnen dat er nog in kampen woonde moest zich voortaan door Israël de wet laten voorschrijven. Oost-Jeruzalem, waar het joodse heiligdom de Klaagmuur negen tien jaar onbereikbaar was geweest - maar ook een islamitische heilige plaats omdat de profeet Mohammed vanaf de Tempelberg ten hemel zou zijn gevaren - werd geannexeerd. Driemaal neen Israël verklaarde onmiddellijk na de Zesdaagse Oorlog bereid te zijn de bezet ting van Palestijnse gebieden op te hef fen, in ruil voor erkenning van de joodse staat. Maar. de Arabische Liga, die in au gustus in de Sudanese hoofdstad Char- toem bijeenkwam, antwoordde met 'driemaal neen'; „Neen tegen vrede met Israël, neen tegen erkenning van Israëf neen tegen onderhandelingen met Is raël". Mede daardoor is niets terechtgekomen van uitvoering van resolutie 242 van de Veiligheidsraad, die werd aangenomen op 22 november 1967. Daarin werd „te rugtrekking van Israëlische strijdkrach ten uit gebieden die tijdens het jongste conflict zijn bezet" geëist. Maar ook werd gevraagd om „respect voor en er kenning van de soevereiniteit, territoria- Ie integriteit en politieke onafhankelijk heid van alle staten in het betrokken ge bied en van hun recht in vrede te leven binnen veilige en erkende grenzen, vrij van bedreigingen of daden van geweld". Alleen Egypte is, dertien jaar en weer een oorlog later, in 1979 tot die erken ning overgegaan. Het land kreeg vervol gens de Sinai terug en kon - wat onge twijfeld nog belangrijker was - het Suez kanaal weer openen. Radicalisering De bezetting duurt nu al 24 jaar voort en heeft beide partijen steeds verder ge radicaliseerd. De Palestijnse bevrijdings organisatie PLO ontwikkelde zich tot een terreurorganisatie die Israëlische sportlieden vermoordde in München en joden tot gijzelaar maakte in Entebbe. Na.de Yom-Kippoeroorlog van 1974 eis ten de Arabische olielanden erkenning van de PLO in ruil voor een ongestoor de olieleverantie. PLO-leider Yassir Ara fat sprak de Verenigde Naties toe. De PLO leek oppermachtig, maar de Arabi sche wereld heeft intussen meermalen duidelijk gemaakt de organisatie keihard te laten vallen wanneer eigen belangen in gevaar komen. Voor Israël waren het allemaal redenen de PLO uit te sluiten als gesprekspart ner. Er traden steeds rechtsere regerin gen aan. Steeds minder werd gesproken van 'bezette'; steeds meer van 'bevrijde gebieden'. De aanduiding 'Westelijke Jordaanoever' werd vervangen door 'Ju- dea en Samaria'; de namen waarmee de streek in de bijbel wordt aangeduid. Steeds meer joodse kolonialisten vestig den zich temidden van vijandige Pales tijnen. De radicalisering luidde de intifa dah in; de machteloze strijd waarin jeug dige stenengooiers het opnemen tegen goed bewapende Israëlische soldaten. Kans Het blijft een onbewezen stelling dat de PLO op 2 augustus een qnieke kans op mondiale erkenning heeft laten glippen. Een principiële veroordeling van de be zetting van het ene land door het andere was consequent geweest, had het wester se optimisme over een constructievere houding van de PLO bevestigd en had de Palestijnen tot bondgenoot gemaakt in de brede anti-Iraakse coalitie. Door zijn onverholen steun aan een wrede dictator bevestigt de PLO nu alleen maar zijn gewelddadige karakter en zijn hoop op de uiteindelijke vernietiging van Israël. Intussen hebben de Iraakse Scud-raketen Israël alleen maar goodwill opgeleverd. Ze werden gezien als aanval op het be staansrecht van de joodse staat. De be trekkingen met de Verenigde Staten, driekwart jaar geleden op een ongekend dieptepunt beland, zijn nu hartelijker dan ooit. Defensieve, materiële en finan ciële hulp stroomt van alle kanten bin nen. Zelfs de benoeming in het Israëli sche kabinet van de ultrarechtse ex-gene raal Rehavam Zeevi, die de Palestijnen uit Judea en Samaria wil verdrijven, lokt nauwelijks discussie uit. Maar premier Shamir maakt ermee duidelijk dat hij voor de discussie over de Palestijnse kwestie, die na de oorlog onvermijdelijk los zal barsten, een onverzoenlijke stel ling heeft betrokken. ANDRÉ HORLINGS Ccidóc Gommit1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 33