Kilkenny, historisch
gezicht van Ierland
Düsseldorf, tussen
allure en pretenties
door CATHERINE VAN DER LINDEN
Er valt volgens hem weinig
plezier te beleven. En
inderdaad, de dakloze zwerver
heeft gelijk: Düsseldorfers.
lachen niet. Aan de andere
kant: van de agressie die naar
zijn zeggen op straat zichtbaar
is, valt geen spoor te
bekennen. Düsseldorf,
hoofdstad van de deelstaat
Nordrhein-Westfalen, stad
van winkels en banken, van
conferenties en cultuur. Stad
van allure en vooral
pretenties.
Uit een flinke stapel VVV-brochures
blijkt dat de stad 'overgoten' is met
historische gebouwen, parken, bier
brouwerijen en typisch Duitse kas-
seien-straatjes. De stad roemt zich
zelf als geboorteplaats van Heinrich
Heine. De naam van de dichter keert
dan ook overal in de oude binnenstad
terug.
Pracht en praal is volgens de VVV-
gids te vinden in de onbetwist mooi
ste straat van heel Düsseldorf: de Kö-
nigsallee. In het hart van de metro
pool bevindt zich de 85 meter brede
boulevard die wordt onderbroken
door een gracht. Aan de éne kant be
vinden zich de banken, aan de ande
re zijde zijn de winkels waar men ziet
en gezien wil worden.
Alles ademt de sfeer van geld uit.
Geld dat wordt verdiend en geld dat
wordt uitgegeven. Een bedelaar zon
der woning en sociale steun accentu
eert die indruk. Niemand schenkt
hem aandacht. Het 'beschaafde' pu
bliek passeert. Er wordt niet luid ge
sproken, gelachen, gefloten of gezon
gen. Alleen het ruisen van platanen
en kastanjes en het geluid van voet
stappen is te horen.
In de Kö Galerie etaleert duur Düs
seldorf zich. Het is een toonbeeld van
welvaart, rijkdom en glamour. Smet
teloos marmer, veel spiegels en aan
wijzingen in gouden letters. De lift
onder een glazen koepel is een kooi
van goud. Mensen maken foto's. Het
steriele klimaat brengt minder ver
koeling dan de buitenlucht.
Gezelligheid
Echt 'gewone' gezelligheid is meer te
vinden in de oude binnenstad van
Düsseldorf. Daar vertoeft het deel
van Düsseldorf dat niet per se gezien
hoeft te worden op terrassen en aan
Terrassen op de
Königsallee in
Düsseldorf.
de staande tafels van bierbrouwerij
en. Er rijdt geen druk verkeer door
de kasseien straten, en ook de vaal
gele trammetjes rijden maar tot aan
de rand van dit stadsdeel.
Het fraaie stadspark op een steen
worp afstand, de Hofgarten die in
1770 door 700 werklozen en armen is
gebouwd, is ook een rustpunt voor
velen. Eenden en zwanen worden
overvloedig gevoed. Van de Hofgar
ten naar de Rijn is niet zo ver lopen.
Aan de Burgplatz, langs de rivier
raast het verkeer stinkend voorbij.
Momenteel is begonnen met de aan
leg van een tunnehvan twee niveaus
onder het wegdek. Tussen de im
mense Rheinkniebrücke en de op
zienbarende Oberkasseier brug
wordt een promenade voor voetgan
gers aangelegd. Het plan moet eind
1994 uitgevoerd zijn.
De 'mollen-route', zoals een vriende
lijke passant de tunnel beschrijft, be
gint als het ware onder aan de voet
van basiliek St. Lambertus. De kerk
staat er al zolang er sprake is' van
Düsseldorf. De naam Düsseldorf
komt in 1132 voor het eerst in de kro
nieken voor. Zo'n 150 jaar later krijgt
de plaats zijn stadsrechten.
'Reibekuchen'
Om overdag te honger te stillen, zijn
er diverse steakhouses, pizzeria's en
fastfood-eetgelegenheden rondom
de oude binnenstad. Dorst wordt
meestal staande gelest aan de bars
van de eeuwenoude bierbrouwerij
en. Liefhebbers van visgerechtec
meer exclusieve restaurants mo«
hun heil zoeken in de Bergerstri
in het oude centrum of in de d
Köningsallee.
Aan de lekkere trek kan worden v
daan in de bakkerijen die lonken n
hun zoetige lekkernijen. Dat de I
woners van Düsseldorf ook van i
liaans ijs houden, blijkt wel uit
klandizie die de talrijke ijssalons ei
na houden. Op de markt, de Ka
platz, wordt 'Reibekuchen' verkoc
een soort vettige pannekoek waar
stad bekend om zou staan.
Dat Düsseldorf zo'n geweldige w
kelstad zou zijn, lijkt wat overd
ven. Inderdaad, er zijn mooie vi
kels en prachtige boutiques, m
voor de prijzen hoeft de Nederlam
niet te komen en het assortimeni
niet van een wereldniveau dat lai
genoten koste wat kost naar Düss
dorf moeten.
Voor verdere informatie ot
Düsseldorf kan men terecht
het Duits/Reis en informatie!
reau, Trade Park Zuidoost, Hoi
oorddreef 76, 1101 BG Amst
dam, tel.(020 978066.
Het Rothe House
in het
historische
Kilkenny.
door PETER LOUWERSE
De toerist die door de smalle
straatjes van de Ierse stad
Kilkenny loopt, kan zich
onophoudelijk vergapen aan
de historie. Kerken en abdijen
zijn er in overvloed en het
kasteel is een markante
blikvanger in deze
betrekkelijk kleine stad, die
de Middeleeuwse hoofdstad
van Ierland wordt genoemd.
In die stemming van
bewondering en nostalgie is
het niet goed voor te stellen
dat het in de zeventiende eeuw
maar weinig heeft gescheeld
of er was van al dat moois
helemaal niets overgebleven.
In 1650 belegerde de Engelse macht
hebber Cromwell de Ierse stad Kil
kenny. De calvinist Cromwell had
net in Engeland de burgeroorlog van
de katholieke koning Charles I ge
wonnen, en was naar Ierland geko
men om de katholieke Ieren te straf
fen voor het feit dat zij de Engelse
burgeroorlog hadden aangegrepen
om in opstand te komen.
Cromwell was meedogenloos tegen
de Ieren. Met zijn overmacht aan
manschappen kostte het hem weinig
moeite om Kilkenny in te nemen.
Net als hij in Engeland had gedaan,
liet hij in Kilkenny het interieur van
de roomse kerkgebouwen en kloos
ters verwoesten. Van de gebrand
schilderde ramen, Mariabeelden en
altaren uit die tijd is dan ook niets
meer over St. Canice Cathedral
werd een paardestal.
En eigenlijk wilde Cromwell verder
gaan. Het was oorspronkelijk de be
doeling om de hele stad te verwoes
ten. Dat zou de Ieren wel leren om
opstandig te zijn, zo redeneerde hij.
Maar uiteindelijk ging zijn plan niet
door. Na lange onderhandelingen
tussen de burgers van Kilkenny en
het Engelse leger bleef de stad ge
spaard.
leert spelenderwijs veel over de his
torie van Ierland. Kilkenny, ge
noemd naar een klooster uit de zesde
eeuw, is als het ware het historische
gezicht van het land.
Ieren staan, sinds St. Patrick hen in
de vijfde eeuw tot het christendom
bekeerde, bekend als een bijzonder
vroom volk. De Ierse monniken wa
ren in Europa bekend om hun bijbel
kennis en beheersing van Grieks en
Latijn. En al leven de Ieren tegen
woordig dan niet meer in kloosters,
maar in steden, ze hebben het katho
licisme nooit laten varen. Rome mag
Ierland tot de trouwste kerkprovin-
cies rekenen: 95 procent van de Ieren
is katholiek. Geen wonder dat het
Ierse nationaal elftal tijdens de laat
ste WK Voetbal voltallig op audiën
tie ging bij de Paus.
De rooms-katholieke kerk heeft in
Ierland nog steeds de touwtjes in
handen. Abortus en echtscheiding
zijn er nog steeds taboe. Anti-concep-
tie-middelen zijn niet legaal te krij
gen. Het geweldige geboorte-over
schot dat hiervan het gevolg is, heeft
niet geresulteerd in een bevolkings
groei. Veel Ieren emigreren naar
Amerika, omdat in eigen land weinig
kansen zijn op werk. Ierland is met
3,5 miljoen inwoners het dunst be
volkte EG-land.
Gaelic
Steden bestonden in het Ierland van
de vroege Middeleeuwen nog niet.
Pas onder invloed van de Anglo-
Normandische kolonisten ontston
den er in Ierland de eerste steden, en
toen het eenmaal zover was, hadden
de Ieren in eigen land niet veel meer
te vertellen. In Kilkenny werd dat in
1366 duidelijk bevestigd door de zo
geheten 'Statutes of Kilkenny', opge
steld door de Engelsen die inmiddels
de dienst uitmaakten op het eiland.
Om de macht van Engeland te ver
dedigen werd in deze Statutes be
paald dat Engelsen niet met Ieren
mochten trouwen. De Ierse taal Gae
lic werd officieel verboden, net als
het traditionele spel hurling.
Het spel heeft deze maatregel over
leefd, en wordt tegenwoordig met
overgave gespeeld. Met het Gaelic
verliep het minder voorspoedig.
Hoewel het sinds de afscheiding van
Ierland in 1937 de officiële landstaal
is, moet je de Ieren die het nog spre
ken met een lantaarntje zoeken. Ie
dereen spreekt Engels.
Wie Kilkenny goed wil leren ken
nen, kan zich het beste wenden tot de
Tourist Office in het historische pand
Shee Alms House aan de Rose Inn
Street. Daar staat de unieke maquet
te Cityscope Exhibition opgesteld die
met licht- en geluidseffecten een in
druk geeft van hoe Kilkenny er in de
Middeleeuwen uitzag. Veel van het
huidige stratenpatroon is in de ma
quette te herkennen. Van de vesting
muren is tegenwoordig nauwelijks
nog iets over. De enige poort die nog
rest is te vinden bij St. Canice Cathe
dral.
Vanuit Shee Alms House vertrekt
ook de stadswandeling onder leiding
van Pat Tynan. Deze Ier is duidelijk
zeer trots op zijn stad, die van 1642 tot
1648 hoofdstad van Ierland was. Pat
beschouwt zichzelf niet alleen als in
formatie-verstrekker, maar ook als
entertainer. Zijn droge humor slaat
niet bij alle toeristen goed aan. Zo
stelt hij na een korte inleiding met
wat historische feiten voor: „We
kunnen twee dingen doen. Doorgaan
met de rondleiding of met zijn allen
de kroeg in". Het tweede alternatief
klinkt voor sommige mensen aan
lokkelijk, maar ze durven niet toe te
happen omdat ze niet weten of het
gemeend is. Pat glimlacht dan wat.
Hij is op zijn best als hij anekdotes uit
de rijke historie van Kilkenny ten
beste kan geven. Het verhaal over
Dame Alice Kyteler spant daarbij de
kroon. Deze dame, die in de veertien
de eeuw vier echtgenoten (alle vier
bankiers) versleet, werd in 1325 tot
de brandstapel veroordeeld. Niet al
leen omdat ze nogal veel baat had bij
het verscheiden van haar welvaren
de wederhelften en dus wel erg de
schijn tegenhad, maar ook omdat ze
bekend stond als een woekeraarster,
die geld leende. Dat druiste in tegen
de christelijke gewoonten van die
tijd.
Er kwam in 1325 speciaal uit Enge
land een bisschop om de handel en
wandel van Alice te onderzoeken.
De kerkvorst liet zich echter beetne
men en werd door Dame Kyteler in
de donjon opgesloten. Toen dit de
rechters- ter ore kwam, werd het
vuur van de brandstapel alvast
warmgemaakt. De bevolking van
Kilkenny maakte zich al op voor de
feestelijke executie van deze vrouw
die van hekserij en vergiftiging werd
beschuldigd. Zover kwam het echter
niet, want Alice Kyteler ontkwam op
geheimzinnige wijze. De bloeddorst
van de bevolking moest echter ge
stild worden, en Alice's dienstmeid
Petronella werd daar het slachtoffer
van. In plaats van haar meesteres
werd zij verbrand. „En", voegt Pat
daaraan toe met een verwijzing naar
een voetbalwedstrijd die het Ierse
nationaal elftal die avond speelt, „als
we winnen is er niets aan de hand.
Maar als we verliezen, moet u er niet
van staan te kijken dat er vanavond
enkele dames verbrand zullen wor
den. Dan zou ik, als ik u was, maar
binnenblijven".
Echt fijnzinnig was het leven in de
Middeleeuwen niet. Dat blijkt ook
uit de anekdote over de Kilkenny-
katten, waaraan de stad een zekere
roem ontleent. Het verhaal wil dat de
Engelse soldaten in 1650 een wreed
spel hadden verzonnen met twee
katten, die aan eikaars staarten wer
den vastgebonden. De beesten wer
den daar zo agressief van dat ze el
kaar doodvochten. De Engelse offi
cier verbood dit wrede spel, maar de
soldaten gingen er stiekem mee door.
Toen ze hun meerdere hoorden aan
komen, sneden ze uit angst voor be
trapping de staarten van de katten
los. De staartloze dieren zochten een
goed heenkomen. De soldaten maak
ten de officier wijs dat de katten zo
hard gevochten hadden dat alleen de
staarten waren overgebleven. Door
dit verhaal is de kat het symbool van
Kilkenny geworden. In de winkels,
zijn allerlei versies van de Kilkenny
Cats te koop en er is een rijmpje aan
het voorval gewijd. En bij St. Canice
Cathedral staat een huis dat met twee
enorme katten is beschilderd.
Kasteel
Wie een bezoek aan Kilkenny
brengt, mag zeker het kasteel niet
overslaan, al was het alleen maar
voor de prachtige tuin en de indruk
wekkende Long Gallery. Wie Kil
kenny Castle zegt, zegt Butler, want
deze familie heeft de burcht bijna
vijfeneenhalve eeuw in haar bezit
gehad. Toen James Butler, Earl of
Ormond, het kasteel aan het eind
van de veertiende eeuw kocht, had
de familie groot aanzien in Ierland.
Van dat prestige heeft de stad door de
eeuwen heen meegeprofiteerd.
De Butlers stonden goed aangeschre
ven bij het Engelse hof. Daardoor
wist Theobald Walter, een verre
voorouder van James, in 1185 de ti
tels 'Senior Toastmaster' en 'Chief
Butler of Ireland' te bemachtigen. De
familie mocht op elke geïmporteerde
liter wijn tien procent belasting hef
fen, en daarom ging het de BuÜers
voor de wind. Hun geschiedenis is
sterk verweven met het Engelse ko
ningshuis en met de strijd tussen pro
testanten en katholieken.
Ging het goed met de Tudors, de Stu
arts en de Plantagenets, dan ging het
goed met de Ierse wijn-mopopolis-
ten. Maar toen koning Charles I
werd onthoofd door Cromwell,
moest James Butler, de twaalfde
Earl, naar het buitenland vluchten.
De geschiedenis van het kasteel loopt
hiermee parallel. In de vette jaren
werd er veel aan het gebouw vertim
merd en vernieuwd. In tijden van te
genspoed werd het verwaarloosd.
Van een primitieve vesting voor
Normandische ridders veranderde
het via de stadia Chateau en Victori
an Country House in het gerestau
reerde monument van nu.
Net als veel andere adellijke families
kostte het de Butlers gaandeweg
steeds meer moeite om het enorme
gebouw te onderhouden. In de 19e
eeuw werd het verval duidelijk
merkbaar. De losbol Walter Butler
moest, om zijn extravagante leventje
in Londen voort te zetten, het recht
op wijnbelasting verkopen. Hij kreeg
er 216.000 pond voor, wat voor die
tijd een enorm bedrag was. Ondanks
dat verlies aan status, was de Butler
familie nog sjiek genoeg om het En
gelse koningspaar rond de eeuwwis
seling te ontvangen.
Maar de wereld veranderde in de
twintigste eeuw snel. De burgeroor
log brak uit, en daaraan konden ook
de Butlers niet ontkomen. In de
vroege morgen van 2 mei 1922 werd
er, zo meldt het dagboek van de toen
malige bewoner Lord Ossory, 'op het
onredelijke tijdstip van half vijf 's
ochtends' op de deur van zijn slaap
kamer geklopt. Het was de bediende
die zei: „Het spijt me dat ik Uw
Lordship stoor, maar de Republikei
nen hebben het kasteel ingenomen".
Die bezetters gingen later wel weer
weg, maar voor de Butlers was de lol
eraf. Ze verlieten hun kasteel in
Kilkenny Cai?
als een robul
herinnering?'
vroeger tijdi
1933. In 1967 schonk Arthur I
vierentwintigste Earl, het gebouj
de tuin aan Castle Restoration 4
mittee voor het symbolische bet
van 50 pond. De Butlers rakenjg
alleen het kasteel kwijt, maarjs
hun titel Earl, want de laatste nafe
een 92-jarige man, woont in Chife
en laat geen zonen na. Maarfc
naam zal altijd voortleven in del£
halen over de geschiedenis van[]
kenny.
Samenzang
Niet alleen voor liefhebbers vaih
schiedenis is de stad interessant
toeristische folder over de stad li
het in mooie bewoordingen: eenjt
die van haar verleden een vitaal
standdeel van haar heden heef(<
maakt. Heden ten dage is Kilkee
een levendige plaats met 18.0CR
woners. De stad heeft een repu
als winkelcentrum, maar staat
al ook bekend om de vele pubs: 6
precies te zijn.
In de Ierse pubs is het goed to<
De inrichting en het bier zijn dot t
Engelse smaak bepaald. Verder
les er Iers. De Ieren praten en
ken veel, en als het laat wordt,
sten zij uit in samenzang, meesta
geleid door muzikanten op bloki
accordeon en viool. 'Sweet Mary
lone' en 'It's a long way to Tipper i
zijn steeds terugkerende successe
De pubs zijn net als de Engelse vi
dicht. Na elf uur wordt er niets n
geschonken, al zijn er pubs waar
personeel daarvoor een oplos
heeft gevonden. Als de politie
half twaalf het controle-rondje d
gaat het licht uit, kijkt iedereen
kaar samenzweerderig aan en fl
tert 'Sssst'. Na dit verplichte numj
gaat alles verder alsof er niets aai
hand is.
En de Ieren zijn gemakkelijk in
omgang. Ze maken gauw een pra
met een vreemdeling. Tegelijkei
is de Ier een verstokte nationa
Als het Ierse volkslied ter afslui
van de avond wordt gezongen, f
iedereen staan. Een buitenlander
in een pub zegt, dat hij Sean, Liar
Seamus zo'n leuke naam vindt, n
niet raar staan kijken als er tien
ren opstaan die allemaal heel t
zeggen: „Ik heet zo".
Jaarlijks bezoeken 46.000 Nederlanders Ierland. Ze gaan om
uiteenlopende redenen: de mooie natuur, de historie of de
mogelijkheid om te vissen, of te golfen. Een van de
reisorganisaties die autoreizen naar Ierland organiseert, is
Vrij Uit, een dochter van de ANWB. Het Europa Exclusief-
programma voert langs verschillende Minotels en laat de
keuze tussen een eigen auto of huurauto. Een reis met de
auto is te prefereren boven het openbaar vervoer, dat in
Ierland niet goed ontwikkeld is. Er zijn weinig spoorwegen
en de busdiensten op het platteland gaan soms slechts één
keer per dag. De grote schare lifters weet daar alles van.
De automobilist in Ierland moet echter ook niet te veel
haast hebben. Snelwegen zijn er niet, en de bewegwijzering
laat zeer te wensen over. Wie naar Ierland op vakantie gaat,
doet er goed aan een oud Iers gezegde in zijn oren te
knopen: „Toen God de tijd schiep, maakte hij er ruim
voldoende van".
Algemene informatie over het eiland is aan te vragen bij het
Iers Nationaal Bureau voor toerisme, Leidsestraat 32, 1017
PB Amsterdam, tel. (020) 223101.