Tijd van yoghurt en zemelen is voorbij BEROEP VAN DIËTIST LIJDT AAN ONDERWAARDERING Diëtisten Mary Stottelaar en Ton Bruining: „Ons beroep wordt onderschat" Tussen de ontdekking van een aantal belangrijke vitamines in 1900 en de lawine van al of niet wetenschappelijke onderzoekjes over voeding anno 19nu is veel gebeurd. De belangstelling voor gezonde en verantwoorde voeding mondde uit in de oprichting van 's lands eerste diëtistenopleiding in Amsterdam (1935) en de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD) zes jaar later Toch constateren de diëtisten Mary Stottelaar en Ton Bruining dat hun professie 50 jaar na dato lijdt aan schromelijke onderwaardering. De pinnige dame die yoghurt met zemelen voorschrijft is uit de tijd, als ze al heeft bestaan. Van de 4.000 diëtisten die ons land telt zijn er 2.300 lid van de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD) die dit jaar 50 jaar bestaat. Het jubileum wordt gevierd met drie themaperioden (over preventie, horeca en gezondheidszorg in relatie tot diëtetiek) en de Dag van de Diëtist op 19 september 1991. Op die dag houden alle leden van de NVD open huis over hun werk en de ontwikkelingen in het vakgebied. Toen de diëtisten in 1941 hun eerste schreden in de wereld van artsen en ziekenhuizen zetten, moesten ze nog dertig jaar wachten op de offi ciële erkenning van hun vak. En zo is het offi cieus eigenlijk gebleven. Nog maar al te vaak wordt de diëtist afge schilderd als een soort 'vermageringsspecialist'. Artsen zijn niet zelden meer overtuigd van ei gen kundigheid. Ze spie ken dikwijls met een scheef oog bij de diëtist. Winstpunt van de afgelopen Iaren is de aanzienlijke uit- ireiding van het werkterrein van de diëtist. Mary Stotte laar (27) wijst in dit verband op de gegroeide belangstel ling voor voeding, gezond heid in combinatie met sport, commercie en onderzoek. „Diëtisten zaten lange tijd als het ware verstopt in zieken huizen. Zo bleef het beeld in stand van de dame die een vezeldieet voorschrijft en al leen bezig is met calorieën. Nu nemen diëtisten een kijk je buiten het ziekenhuis". Vijf jaar geleden behaalde ze haar diploma diëtetiek, ging in een ziekenhuis aan de slag en legde zich nu toe op com municatie. Nu zit ze in de re dactie van het Nederlands Tijdschrift voor Diëtisten en is testkookster van AllerHan- de. De keuzemogelijkheden voor afgestudeerde studenten aan de opleiding diëtetiek zijn ruim: de voedingsmiddelen industrie, sportcentra, onder zoeksinstituten als het Cen traal Instituut voor Voeding (CIVO) in Zeist, keurings diensten van waren, voor- lichtings- en preventiebu reaus en niet te vergeten de horeca. Ton Bruining (34) is, na ruim zeven jaar als diëtist in het kruiswerk te hebben gezeten nu werkzaam als opleidings functionaris in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven. Hij ziet vooral de horeca als gro te afnemer van diëtisten. „Ziekenhuizen en bedrijven hebben meer aandacht voor verantwoord eten in hun kantines. Het mag niet alle maal meer croquetten en op lossoep zijn wat de pot schaft". Wachttijden Het kruiswerk en de zieken huizen blijven het meest in trek. Diëtisten in deze secto ren hebben het razend druk en kampen voortdurend met almaar aanzwellende wacht lijsten. „De wachttijd varieert van een maand tot een jaar in een stad als Amsterdam. Een diabetespatiënt, wordt snel geholpen maar mensen met eetproblemen moeten langer geduld hebben. Diëtis ten zijn natuurlijk afhanke lijk van het verwijsbriefje van de arts. Een ziekenhuis is een beperkende omgeving, diëtisten zitten er in een krap jasje". Om die laatste reden kiezen steeds meer diëtisten voor een zelfstandig bestaan. Op zijn standplaats bij het kruiswerk in Almere had Ton Bruining het betrekke lijk goed, getroffen. ..Daar heb je een diëtist op 35.000 inwoners terwijl er kruisver enigingen zijn waar dat cijfer 1 op 80.000 is. Ik had vol doende tijd om aan voorlich ting te doen". Mary Stottelaar en Ton Brui ning concluderen enigszins teleurgesteld dat hun beroep na vijftig jaar nog altijd niet de erkenning heeft die het verdient. „Artsen en ver pleegkundigen denken vaak dat ze alles van voeding af weten. Maar als je kijkt naar hun opleiding dan komt daar niet zo heel veel voedingsleer aan te pas". Miskenning Een andere miskenning be treft de standaard dieetlijstjes die in omloop zijn. Met daar op alles wat mag en vooral wat niet mag. Diabetici, 'lij- ners' en hartpatiënten krij gen van het medisch perso neel dezelfde recepten voor geschreven. Mary Stottelaar: „Zo werkt een diëtist niet. Wij richten ons op één individu en stem men op hem of haar een -apart dieet af. Tegelijk bege leiden we zo iemand ook om een ander voedingspatroon aan te leren. Wij geven aan wat iemand wel mag eten en ook hoe je praktisch en crea tief met die produkten kunt omspringen. Een zak zeme len in de yoghurt gooien is geen kunst. Maar er zijn zat variaties op zemelen te be denken". Een gebrek aan eenduidige richtlijnen voor gezonde voe ding en voedingsadviezen zit de beide diëtisten ook danig dwars. De aloude Schijf van Vijf is vervangen door de Maaltijdschijf waarmee het accent verschoof naar een matig gebruik van zout en vet. De markt van voedings middelen is nog niet verza digd en nieuwe onderzoeken scheppen soms eerder ver warring dan dat ze klaarheid brengen. „Daarbij komt dat cliënten vaak adviezen krij gen die elkaar tegenspreken zodat ze er geen wijs meer uit worden". Bovendien zouden FOTO: PIERRE VAN DE MEULENHOF dergelijke richtlijnen houvast I geven aan diëtisten in hun S poging het vak meer bekend- heid te geven". Voorlichting Een gebied waar nog veel te I doen valt is de voedingsvoor- I lichting. Ondanks de light- produkten en alle anti-vetre- clame eet Nederland behoor- I lijk ongezond, vinden Stotte- laar en Bruining. „We bewe- I gen minder, doen minder I zwaar werk terwijl er een a ontzettende hoop kant-en- klare sauzen, snacks en fast- I foodmaaltijden te koop zijn. I Mensen weten iets over I kleurstoffen en additieven nu het milieu zo in de aan dacht staat. Maar ze weten niet hoe een evenwichtig en daarom gezond eetpatroon er uit kan zien". ANNE MARIE VAN DER KOLK UIT THUIS CekUeComatit maandag i januari 1991 pagh '1* 1 Het jaar is gloednieuw. H nog kaal, niet bekleed, ni ingekleed. Het heeft nauwelijks vorm en al st£ menige agenda allerlei al ingevuld...gemaékt moet allemaal nog worden. Als kind heb ik geleerd, vermoedelijk als vele onci ons, aan het begin van ee nieuw jaar goede voornei te maken. Koeien met gc horens beloofde je jezelf: voorbeeldig kind zijn bij ouders, van plicht vervuil leerling op school. Vermoedelijk beloofde ik nog eens opnieuw, want eerder deden we het aan begin van het schooljaar, dag naar de schoolmis te j Ik ben nu zoveel ouder ei beloof ik niet meer. De ti zijn veranderd... ra Maar toch, goede voorneriiv maken ligt ook nu nog biig mijn horizon. Moet ik het opbiechten? Ik zal geduld zijn voor wie mijn aandac vragen; ik zal proberen w B meer tijd vrii te maken o il echt eens te bidden of te mediteren; ik wil in elk g jj ervoor ijveren dat ik ook een beetje aan mezelf toekom.... En wie weet of er van komt: dat nieuwe Dl schrijven, dat al zo lang ii ei mijn hoofd en hart woont Misschien is het echter vocu lezer(es) van mijn column, groter belang te vernemei wat voor goede voornemei heb gemaakt ten aanzien 0 mijn overpeinzingen aan i?r rand van de krant. Ik belo 0 in alle ernst dat ik in elk g h gedurende de hele maand e januari op deze plaats zal jl reppen van positieve n, gebeurtenissen; gebeurtenis eventueel, in ons landje, ii e mijn onmiddellijke omgev f Dan moeten de groten dei a aarde natuurlijk intussen dwars gaan liggen. Saddaii* Husayn zal zich in het golfconflict positiever dan B voorheen moeten gedrage 1' dienen te voorkomen dat g een oorlog losbarst. In de 1 e moet de paus zich geduldi ia pastoraal bewogen opstelli c ten opzichte van allen die w niet kunnen verenigen m< sommige van zijn opvattin V Als ons dat alles beschore i£ zal het mij lukken over die goede dingen des levens tl I berichten. >t In het naaste verleden hel f er mijn lezers toe aangesp* de kleine wonderen om 011< heen met aandacht te v beschouwen. Zoals het ver 11 van de spin, die op zijn ei spuug, dansend van de en >1 tak, over een gapende afgr >1 naar de andere, zijn draad li vasthecht, opdat hij aan zi n weefwerk kan beginnen. t hebben we ons ook samen gebogen over kiwi en n katechese en vastgesteld d de verwondering voor de q schoonheid die een (opengesneden) kiwi verto 1 een prachtige basis is om kinderkatechese op te boui Niet lang geleden was er 0 televisie een natuurprogramma waarin - aandacht werd besteed aan waarschijnlijk allerkleinst! 1! vogeltje: het goudhaantje, was perplex toen ik verna dat het beestje vijf gram weegt. Een héél vogeltje, 11 te verstaan; vijf gram, als compleet lichaamsgewicht. Wie kan dat geloven? Ma< het verhaal was nog niet 1 Als het vogeltje zich, aan einde van de zomer, opma voor de trek naar het zuid moet het zorgen voor leefti onderweg. Daarom verzarr het vet. En als het daar go voor heeft gezorgd kan he vertrekken voor een lanj tocht. Dan weegt het zes gram... „Sta je er even bij stil", vi mijn echtgenoot terloops, de brief die je vanmiddag 1 de post hebt gebracht, net geen twintig gram woog...' Wevende spinnen, groeien kiwi's, vliegende en vet- verzamelende goudhaantje Geschapen voor wie ze ma wil zien. Telkens een klein in de schepping. Misschien geschapen om mensenkinderen te doen geloven dat de wonderen wereld nog niet uit zijn. A opnieuw zijn ze te ontdekl „Ik, zegt Hij, ga iets nieuw beginnen het is al begonnen, merk je het nie Welk nieuws? Allerlei niei Soms een goudhaantje, een nietigheidje in een mensenhand. Gewicht: vijl Wie vroeger rouwde hulde zich geheel in het zwart en bruidjes gaan nog steeds ge kleed in stralend wit. De laatste woorden van Goethe waren „Meer licht" en even later was hij dood. Licht is het symbool van liefde, het levfen zelf. Donker is dood en de schut- kleur van de Mach ten der Duisternis. Wie een sombere bui heeft is niet be paald 1 het zonnetje in huis. Maar kan het ook andersom? Heeft daglicht invloed op onze gezondheid? Kun je ie mands donkere gedachten verdrijven door hem bloot te stellen aan 'meer licht'? De laatste tijd heeft men steeds meer het idee dat dit inder daad kan. „Nachtdienst", zo stond er een half jaar terug in het Amerikaanse artsen blad de 'New England Jour nal of Medicine', „is een be langrijk risico voor de ge zondheid." Van de nacht een dag maken doe je niet onge straft. Je loopt, aldus de Journal, een grotere kans op ziekten aan hart en vaten, op ziekten van de darmen, er is meer kans op onvruchtbaar heid en slapen gaat ook al slechter. Wennen doe je aan die wisselende diensten bijna nooit, want de biologische klok laat zich niet zo gemak kelijk verzetten en blijft ook bij nachtdienst nog lang in het oude ritme voorttikken. Tot op heden weet men niet goed hoe de biologische klok wordt verzet en waardoor. Tot voor kort overheerste de mening dat het waak- en slaapritme toevallig parallel loopt met de echte klok van dag en nacht. Dat 's avonds tegen een uur of elf, twaalf het klokje van gehoorzaam heid tikt en dat we dan over mand door slaap het bed op zoeken, zou een kwestie van gewoonte zijn. Zouden we consequent van de dag een nacht maken dan zou de bio logische klok vanzelf gehoor zaam volgen. Dat nu wordt weersproken door de Ameri kaanse slaaponderzoeker Charles Czeisler. We krijgen 's nachts geen slaap omdat we dat nu eenmaal gewend zijn, maar omdat het donker is. Daglicht maakt ons wak ker en het duister van de nacht maakt ons slaperig. De biologische klok volgt dus nauwgezet het ritme van dag en nacht. Tot dat inzicht kwam hij door een klein on derzoek bij mensen die in de nachtdienst werkten. Een aantal mensen liet hij nacht dienst draaien bij licht van 7000 tot 12000 Lux, zo'n zes tig keer meer licht dan nor maal en vergelijkbaar met de hoeveelheid licht kort na Lekker inpakken tegen januarikou Hoe ziet het weerbericht voor ja nuari eruit? Doorgaans niet veel soeps met weinig zon. De weer man voorspelt voor deze maand meestal wind, kou en vooral ook regen. Door het monsterverbond tussen laaghangende wolken, ijzi ge straten en gladde wegen is het zaak maar wat toe te geven aan kleumerigheid en je lekker in te pakken tegen de kou. Gelukkig zijn er meters dunne, soepele materialen voor handen om warm, zwierig en zelfs als men dat wil voyant de noordenwind te trotseren. De stijl voor de kou varieert. Voor jong en oud is er de mogelijkheid vele lagen over elkaar aan te trekken onder het mom van 'combineren'. En ondertussen een prettig behagelijke lichaamstempe ratuur op te bouwen. Heel vrouwelijk en mooi zijn de vele swaggers in de oude, hernieuwd gelanceerde A-lijn verkrijgbaar in een uitgebreid kleursca- la: zeer subtiel geel, winterzon oranje, warm bruin, diep paars, bloemig rose en Kleurexplosie in de wintermantels. Limegroene jas in 75% wol en 25% polyester met zeer ruime mouwinzet, blinde sluiting en royale ronde kraag (250 gulden). Het vestje in gewassen denim heeft matelassé delen (69 gulden). Erover gaat een enorme In diaanse doek in plaid uitvoering (C A-wintercollectie). FOTO: PR Meer licht beter dan meer pillen FOTO: PR nevelig blauw tot koelblauw, groen en zwart. De swagger is een prima kledingstuk. Hij gaat net zo gemakkelijk over een heup- of taillejasje in wollen velours als over een blouson op een lange broek. Een soepele plaidshawl rond de schou ders gedrapeerd en wie doet je wat? Wie liever een lange jas draagt, gaat z'n (of •Swagger (3/4 en 7/8) in de swingende A-lijn en flinke shawl kraag. ('Canda': 250 gulden). Hij draagt een combinatie van Angelo Litrico, colbert in wol/polyester (225 gulden) en een winterkatoenen broek met kleine omslag (115 gulden) winter collectie '90/'91 C A. FOTO: PR zonsopgang. Slapen moesten ze in een volstrekt verduis terde slaapkamer. Kortom, hij maakte van de nacht een dag en andersom, en de ge volgen waren direct merk baar. Vergeleken met men sen die in een 'gewone' nachtdienst werken, voelden ze zich beter, sliepen ze lan ger en konden 's nachts hun gedachten veel beter bij hun werk houden. Dat de biologi sche klok inderdaad verzet was bleek uit de lichaams temperatuur. Normaal is die 's ochtends het laagst en blijft dat ook bij 'gewone' nachtdienst. Maar bij deze groep bleek na vier dagen het punt van de laag ste temperatuur twaalf uur verschoven te zijn. Onder de druk van heel veel licht en heel veel duisternis was de biologische klok inderdaad verzet. Bedrijven die vol- continu draaien zouden hier mee hun voordeel kunnen doen. Dat zal nog wel even duren, maar werknemers kunnen hierop alvast een voorschot nemen door in hun slaapkamer het zonlicht ge heel te weren. Iets anders, maar eigenlijk hetzelfde, is het volgende. In 1984 kreeg de psychiater Ro senthal een 29-jarige patiënte op bezoek die al jaren lang leed aan depressies in herfst en winter. Toevallig ging ze in de winter op vakantie in het zonnige zuiden, en kijk, de depressie verdween als bij toverslag. Zou zonlicht daar iets mee te maken kunnen hebben? Rosenthal besloot de patiënte bij een volgende keer te bestralen met sterk kunstlicht, en inderdaad, de klachten verdwenen volle dig. Rosenthal publiceerde daarover, en sindsdien is men over de hele wereld aan het uitzoeken of men zogehe ten 'winterdepressies' met sterk kunstlicht kan wegstra- len. Ook in Nederland. Op 22 december 1990 stond er in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde een arti kel waarin een Gronings team meldde dat „de behan deling met licht leidt tot aan zienlijke en vaak volledige verbetering". Maar vele vra gen zijn nog onbeantwoord, zo haast het team hieraan toe te voegen, en er zijn beper kingen. Een winterdepressie, zo heeft men internationaal afgesproken, is een depressie die uitsluitend in de donkere seizoenen optreedt, niet ver oorzaakt wordt door een de primerend voorval, en als sneeuw voor de zon in de zo mer verdwijnt. Hoe vaak het voorkomt weet men niet, maar bij een telefonische en quête bleek tegen de 10 pro cent van de ondervraagden elke winter door een diep en somber dal te gaan. Er zijn tientallen theorieën die het verschijnsel zouden moeten verklaren, kortom, men weet niet precies wat de oorzaak er van is. Het Groningse team (met als opvallendste lid de psychiater prof dr R H van den Hoofdakker, buiten de medische beroepsgroep hopelijk beter bekend als de dichter Rutger Kopland) pro beerde enkele onduidelijke punten op te helderen. Het belangrijkste punt van on derzoek was of het gunstige effect berustte op inbeelding of niet. Dat deden ze als volgt. Een groepje winterdepressieven werd drie dagen elke och tend drie uur met sterk kunstlicht van 2500 Lux be straald en een ander groepje werd gesuggereerd dat ze met sterk licht behandeld werden. Hoe kun je dat nou- suggereren? Heel simpel. On der hypnose kregen de leden van de tweede groep inge prent dat ze niet onder een gewone lamp zaten, maar on der een intense lichtbron. Met psychologische testen mat men 18 dagen lang het psychische welbevinden van beide groepen, en hoera! Bei de groepen voeren drie da gen lang wonderwel, maar terwijl de depressie bij de hypnosegroep weer toe sloeg, voelden de echt behandelde groep zich ook na die drie dagen steeds beter. Op het onderzoek is wel wat aan te merken. De groepen waren klein en bovendien had men in de 'neplichtgroep' alle pa tiënten gezet die buitenge woon gevoelig waren voor hypnose en mogelijk psy chisch anders in elkaar zaten. Maar nieuw, nog niet gepu bliceerd onderzoek, bevestigt de eerdere resultaten. Een bemoedigende conclusie, want meer licht is beter dan meer pillen. De capuchon, gevoerd of afgezet met imitatiebont is terug. haar) gang maar. Er zijn jassen die bijna tot de enkel reiken en daardoor de be nen beschutten tegen een eventuele snijdende winterwind. Heel aanvaardbaar zijn dit soort jassen in camel of imitiatie camel. Dat zijn warme wollen of gemixte stoffen als 95% scheerwol en 5% polyamide (P C). Er kan een-knievrije rok onder en meestal zijn dit soort jassen voorzien van epauletten, diepe zakken en veel knoopwerk. Ze zijn praktisch, altijd goed en vele ja ren draagbaar, omdat ze klassiek zijn. Met of zonder ceintuur is de aanschaf van een dergelijke kledingstuk een pri ma investering. Wijdklokkende broek rokken, wintershorts en zijden bloezes met gedrapeerde kragen vormen ook goede combinatiemogelijkheden met een warme dikke jas. Wie het rustig wil houden, kiest daar voor zachte poeder- of ijspastels als kleuraccent. Maar krachtiger kleurcon trasten doen het net zo goed. Een felle of intense tint in een overigens zachtge- kleurde lagen-outfit staat heel span nend. De kleurrijke dekens van de Ca nadese Indianen bewijzen in januari, fe bruari en ook nog wel in maart geweldi ge diensten. De ruitdessins zijn robuust. Samen met een noest houthakkers- hemd, waarin het kraagje even zicht baar is, vormt het onder het bijpassende maar effen dekenjasje een behagelijk warme uitmonstering. Zogenaamde 'Double-facejassen', afgewerkt met een dekensteek in combinatie met corduroy broek of jeans in paars en bruin zitten prettig, evenals stoere mantels gevoerd met matelassé of imitatiebont. TINY FRANCIS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1991 | | pagina 10