Haagse Salon omvangrijke,
maar brave expositie
I,
Ontspannen concer Cooder
Scenariowedstrijd over
tien jaar Nederlandse film
A kUNST/RTV
CeidMOowumt
DINSDAG 3 JULI 1990 PAGINA 15
Grafisch ontwerper Jurriaan Schrofer overleden Beveiligingsbedrijf niet verantwoordelijk voor diefstal Van Goghs
AMSTERDAM De gra
fisch ontwerper Jurriaan
Schrofer is het afgelopen
weekeinde op 64-jarige
leeftijd overleden.
BZO$Schrofer was voor zijn pensio-
P°enering onder meer voorzitter
u. Mvan de Federatie van Kunste-
ri°<jnaarsverenigingen en direc-
-rd#teur van de Arnhemse Acade-
v^mie voor Beeldende Kunst en
'poryormgeving, de huidige Hoge-
defcchool voor de Kunsten.
3- ;Schrofer won nogal wat prij-
1> diZen, ook nog vrij recent. In
ni*l987 namelijk kreeg hij de
K°nBührmann-Ubbens Papierpriis
vsivoor „Onvolmaakt geheugen
tkid
)vei
een labyrinth van papier,
licht, beelden, teksten en
stemmen. Hij won verder
tweemaal de Hendrik Werk-
man-priis van het Amsterdam
se Fonds voor de Kunst: in
1956 en 1961.
Schrofer heeft zich vanaf on
geveer 1950 bezig gehouden
met grafisch ontwerpen. Hij
deed dat in de jaren zeventig
onder meer als partner/direc
teur van het Amsterdamse
ontwerpbureau Total Design.
Die functie gaf hij in 1979 op
toen hij naar Arnhem vertrok,
waar hij vijf jaar directeur van
de Academie bleef.
In die tijd heeft hij volgens de
huidige adjunct-directeur J.
van Snippenberg duidelijk zijn
stempel op deze school ge
drukt en er veel aandacht ge
vraagd voor de toegepaste
kunsten. Toch gaf hij tegelij
kertijd door te delegeren meer
vrijheid aan de verschillende
afdelingen.
Naast het voorzitterschap van
de Federatie van Kunstenaars
verenigingen bekleede Schro
fer in de loop der jaar nog veel
meer bestuurlijke functies. Zo
was hij onder meer lid van de
Raad voor de Kunst, van de
Boekmanstichting en van de
Raad voor Industriële Vorm
geving. Ook zat hij een tijd in
de redactie van „Forum".
DEN BOSCH De directie van het
Noordbrabants Museum in Den
Bosch gaat er niet van uit dat het
beveiligingsbedrijf dat de alarmin
stallatie in het museum beheert ver
antwoordelijk zal worden gesteld
voor de schade die ontstaat als de
drie gestolen schilderijen van Van
Gogh niet meer boven water ko-
Volgens waarnemend directeur P. Veen-
land ligt dit niet voor de hand. Het re
cherchebijstandsteam van de politie dat de
diefstal onderzoekt is er vrijwel zeker van
dat de alarminstallatie in de zaal waar de
schilderijen hingen niet goed werkte ten
gevolge van een technisch mankement.
Het onderzoek hoe dat mankement is ont
staan is overigens nog niet afgerond. Vol
gens een woordvoerder van de politie
heeft het onderzoek nog niet veel concre
te gegevens opgeleverd. Het uit 25 man
bestaande bijstandsteam is vooral druk
doende met het natrekken van de vele
tips die inmiddels zijn binnengekomen.
Om hoeveel tips het precies gaat kon de
woordvoerder overigens niet zeggen.
Bruikleen
De Rijksdienst Beeldende Kunst heeft be
sloten dat de 82 kunstwerken die in
bruikleen zijn afgestaan aan het Noord
brabants Museum in Den Bosch weer mo
gen worden geëxposeerd. Dat is gebeurd
nadat de directie van het museum de
Rijksdienst heeft verzekerd dat er inmid
dels stringente veiligheidsmaatregelen
zijn getroffen. De Rijksdienst heeft daags
na de roof van drie schilderijen van Vin
cent van Gogh de museumdirectie te ver
staan gegeven dat alle 82 bruiklenen uit
de vaste opstelling moesten worden ver
wijderd. Twee van de drie verdwenen
schilderijen zijn afkomstig uit het bezit
van de Rijksdienst Beeldende Kunst.
Volgens de zegsman van de dienst waren
er ernstige twijfels gerezen over de deug
delijkheid van de beveiliging in het
Noordbrabants Museum. Maandag is de
beslissing ingetrokken nadat de museum
directie had laten weten dat er aanvullen
de voorzieningen zijn getroffen. Welke
die zijn wil geen van de betrokkenen zeg
gen.
-kJURY TELEURGESTELD OVER KWALITEIT INZENDINGEN
XPOSITIES
t De Nieuwe Haagse Salon, expositie
in Pulchri Studio, Haagee Kunst-
ns® kring, Arti et Industriae en galerie
>en Inkt II. Geopend van dinsdag tot en
heb met zaterdag van 11.00 uur tot 17.00
2t uur. Zondags van 13.00 uur tot 17.00
u.| uur. Tot en met 6 augustus.
lit jHoe het eindoordeel over
polode Haagse Salon '90 ook
ineimag luiden, een ding is
ni^ zeker: de organisatie van
dit evenement dwingt res-
'peet af. De stichting is er
I opnieuw in geslaagd de
zaak logistiek en finan
cieel rond te krijgen, dat
moet een helse klus zijn
geweest.
Ook de presentatie van het
evenement ziet er goed uit met
ni,r onder andere een verzorgde
1 catalogus waarin lokale ex-
>de P61"15 J°hn Sillevis, Victor
l| Freijser, Flip Bool en Nico
f .iBrederoo - kort ingaan op de
^'j Haagse dimensies van de vier
disciplines die in de Salon '90
,V1 vertegenwoordigd zijn: beel-
1 f dende kunst, architectuur, gra-
C11 fische vormgeving en film. De
organisatie doet daarmee een
f poging de manifestatie een in-
r houdelijk fundament te geven.
,i Alle zalen van Inkt, Pulchri,
rs f Arti en de Kunstkring hangen
vol met beeldende-kunstuitin-
gen van Haagse bodem. Meer
Vanitas van Reinhardt, tijdens de Nieuwe Haagse Salon be
kroond met de Esso-prijs.
dan de vorige keer is gepro
beerd de expositie echt in te
richten en niet zomaar in een
willekeurige volgorde de doe
ken op te hangen. Er bevinden
zich nu werken in eikaars na
bijheid die elkaar verdragen
en soms zelfs prachtig comple
teren. In de Kunstkring en in
de grote zaal van Pulchri is die
poging nog het beste geslaagd.
Het lijkt alsof er bij het inrich
ten op het laatst een reeks
werken overbleef waar nog
snel een plek voor moest wor
den gevonden. Zo hangen de
muren langs de trap in Pulchri
vol met schilderijen die daar
nauwelijks tot hun recht ko
men. Daaruit blijkt dat de
Haagse Salon in laatste instan
tie toch een uitstalkast is met
al het moois wat Haagse
kunstenaars in huis hebben.
Hier hangen de werken waar
van de makers vinden dat het
hun beste produkten zijn, ze
hebben tenslotte zelf de eerste
keuze gemaakt.
Meerwaarde
De vraag is wat De Nieuwe
Haagse Salon uittilt boven zo
maar een - kwantitatief welis
waar indrukwekkende - expo
sitie van de kunstproduktie
anno 1990 in Den Haag. In po
tentie is die meerwaarde aan
wezig, het competitie-element
zou daar onder andere voor
kunnen zorgen. Een 'deskun
dige' jury kiest uit het over
stelpende aanbod, een aantal
werken die het beste, het ver
rassendste of het meest veelbe
lovend zijn, of welke andere
kwalificatie van toepassing is.
Uiteraard motiveert de jury
haar keuze en die twee samen
- keuze en motivatie - brengen
leven in de Salon: naast het
objectieve overzicht is er dan
ook nog een subjectieve selec
tie. Een interessante keuze is
altijd omstreden en leidt in het
beste geval tot stevige discus
sie en polemiek.
Maar wat schrijft de Salon
jury onder leiding van direc
teur Dorothée Cannegieter
van het Twents Museum, in
haar iury-rapport: „Bij de uit
eindelijke keuze van het werk
heeft de jury in het algemeen
de opmerking dat het te beoor
delen werk naar haar mening
niet hoog van kwaliteit was.
Enige tijd is gesproken over de
mogelijkheid de prijzen niet of
maar gedeeltelijk toe te ken
nen, maar de overweging dat
het voor kunstenaars in het al
gemeen een ongunstig prece
dent schept prijzen niet toe te
kennen, heeft haar daar van
doen afzien".
Het eerste deel van dit citaat is
nog redelijk duidelijk: de kwa
liteit viel tegen. De jury laat
echter wel in het midden of
hiermee wordt bedoeld de
kwaliteit in de breedte: al het
werk was van bedenkelijk
laag niveau of stelde een groot
deel van de inzendingen te
leur, terwijl er toch uitschie
ters waren en daarom ook
prijswinnaars. De rest van het
citaat is erg cryptisch. De sug
gestie wordt gewekt dat de
winnaars de prijzen krijgen
omdat er nu eenmaal prijzen
moesten worden uitgedeeld:
onder de slechte inzenders zijn
zij dan nog het minst slecht.
De jury doet niets om die sug
gestie weg te nemen en somt
alleen de namen van de win
naars op zonder haar overwe
gingen te expliceren. Het is te
leurstellend dat de jury zich er
zo gemakkelijk van afmaakt:
ze velt een hard oordeel, maar
kent desondanks prijzen toe,
zonder daarvoor in beide ge
vallen een argumentatie te ge
ven.
De keuze van de jury is wel
enigszins navolgbaar. Men
koos mooie, maar niet erg ver
rassende werken. Het oeuvre
van Anton Martineau bijvoor
beeld is van omomstreden
kwaliteit. Zijn fragmentarische
stillevens die paradoxaal ge
noeg vol beweging en onrust
zijn, behoren tot het beste wat
de Salon te bieden heeft. Ook
tijdens de Salon '88 was hij een
van de prijswinnaars en dit
jaar wint hij naast de Voor-
hout-prijs ook nog de Pers
prijs. Er is nauwelijks een re
den te bedenken waarom hij
over twee jaar niet weer zal
winnen, zijn werk is immers
van constante kwaliteit. Mis
schien is het aardiger de prijs
winnaars van nu over twee
jaar een aparte plek te geven
waar ze een overzicht van hun
recente werk kunnen tonen.
De tweejaarlijkse prijzenregen
krijgt dan een follow-up, want
waar is bijvoorbeeld Prudence
Lovell gebleven die in 1988
twee prijzen in de wacht sleep
te en dit jaar niet eens op de
expositie is vertegenwoordigd?
Het met de Esso-prijs bekroon
de schilderij van Reinhardt is
schitterend van kleur en zijn
benadering van het aloude
vanitas-motief overtuigt. De
bekroning van Michael van de
Besselaar met de werken Red
Angel en Defender of Truth is
heel wat minder vanzelfspre
kend. Het zijn technisch knap
pe werkstukken, maar compo
sitorisch en inhoudelijk oogt
het erg triviaal. De omwente
lingen in Oost-Europa hebben
hier een artistieke vertaling
gekregen, althans te oordelen
naar de sovjet-symboliek, ge
plaatst naast all-american star
Monroe. Het ziet er gekunsteld
uit, maar de jury heeft dat
kennelijk anders gezien. Hoe
de jury het zag, dat blijft een
raadsel.
Naast het competitielement is
er nog een invalshoek waar
door de Salon meer kan zijn
dan een uitstalkast met hon
derden kunstwerken Hier
wordt de mogelijkheid gebo
den te ontdekken wat typisch
Haagse kunst is. Zijn er ten-
denzen, stromingen, accenten
of lacunes te ontdekken in dit
overzicht van Haagse kunst.
John Sillevis probeert in de
catalogus te definiëren wat
Haagse Kunst zou kunnen zijn
en begint ermee te zeggen dat
het niet bestaat. Later schetst
hij voorzichtig de sfeer waarin
kunstenaars hier werkten en
misschien nog werken. Hij
waagt zich niet aan harde uit
spraken. Misschien mag toch
worden gezegd dat Haagse
kunstenaars niet de confronta
tie zoeken en het experiment
niet tot het uiterste doorvoe
ren. Oude vormen verdwijnen
in Den Haag niet om plaats te
maken voor nieuwe vormen;
hier wordt geprobeerd een in
tegratie tot stand te brengen.
Verder heeft de Haagse kun
stenaar de kijker lief en doet
graag een handreiking naar
het publiek; hij zal niet snel
shockeren, alleen als het echt
niet anders kan.
Stromingen of een 'Nieuwe
Haagse School' vallen er op de
Salon '90 niet constateren. De
stelling - twee maanden gele
den in Inkt met verve gepo
neerd - dat Den Haag relatief
veel abstract-geometrisch wer
kende kunstenaars telt, wordt
hier gelogenstraft. Er hangen
er slechts een paar.
Wat opvalt bij veel kunste
naars is de drang naar schoon
heid en esthetiek; dat lijkt
vanzelfsperkend voor de
kunst, maar dat is het niet.
Weinig kunstenaars stellen
een andere dan een schilder
kunstige of esthetische vraag
aan de orde. Het definitieve
einde van het modernisme en
de avant-garde en het grote
schildersdilemma dat daarop
volgde, is aan Den Haag voor
bij gegaan. Hier schildert men
rustig verder en waarom ook
niet?
HANS OERLEMANS
Concert Ry Cooder David Lindley.
Carré, Amsterdam. Gisteravond.
Herhalingen: Morgen in Carré, za
terdag in Torhout (België) en zon
dag in Werchter (België).
De indruk dat ze aan het werk
waren, gaven Ry Cooder en
David Lindley gisteravond
niet, zo ontspannen zaten de
twee Amerikaanse gitaristen
op het podium van een uitver
kocht Carré in Amsterdam.
Het plezier straalde uit de
klankkasten van de losjes op
het bovenbeen geplaatste in:
strumenten en het publiek ge-
noot mee.
Cooder en Lindley blijken als
duo prima bij elkaar te passen.
Hoewel gewaagde gitaarduels
uitbleven en Lindley veelal
tweede viool speelde, was zijn
rol naast Cooder alles behalve
I onbelangrijk. Als multi-instru-
mentalist gaf hij het materiaal
veelal zijn extra accenten. Ei-
genlijk complimenteerde het
i tweetal elkaar constant, wat
muzikaal gesproken tot fraaie
uitvoeringen leidde van zoveel
Cooders' werk als het blik co
vers dat tijdens het concert
werd opengetrokken. Hoewel
Lindley, ooit tweede gitarist
bij Jackson Browne, te boek
staat als een humorist was het
vooral Ry Cooder die de grap
pen maakte. Als vegetariër
heeft hij het niet gemakkelijk
onderweg aangezien alle hotel
menu's vlees bevatten. 'Tou-
ren is dus goed voor de lijn', zo
liet hij weten.
Ry, met blauwe haarband en
op blote voeten in slippers,
kent David al jaren. Het was
vooral de liefde voor dezelfde
(soms obscure) muziek die het
tweetal samenbracht. Ook
componeerden ze tien jaar ge
leden de filmmuziek van 'The
Long Riders' (over Jesse Ja
mes), waaruit ze gisteravond
een aantal (instrumentale)
stukken speelden. Het onder
streepte nog eens de diversiteit
waarmee Cooder en Lindley
het publiek tegemoet traden.
En die afwisseling werd uitge
balanceerd over het voetlicht
gebracht en leidde tot een in
tiem concert. Omringd door
een enorme batterij gitaren
waaruit het tweetal bij elk
nummer een zorgvuldige keu
ze deed, werd blues afgewis-
sëld met musica nortena, een
neiging tot wat boogie onder
drukt door vederlichte Ha-
waiiaanse gitaarklanken en
gospel en folkmuziek naadloos
aaneengeregen. Lindley, die af
en toe zong, speelde veel slide-
gitaar, maar zorgde ook voor
melancholieke invullingen
met zijn viool of kwam juist
rondborstig tevoorschijn op
zijn trommel. Op die grondto
nen kon Cooder naar hartelust
soleren. Nadat hij de fotogra
fen op subtiele wijze uit de
zaal had gewerkt ('dat geklik
haalt mij uit mijn concentratie)
ging hij helemaal op in zijn
spel. Hoewel Cooder hier en
daar een steekje liet vallen,
klonk hij uiterst emotioneel en
gedreven, maar kwam hij ook
uiterst vrolijk uit de hoek. Hij
combineerde wat voor de hand
liggend werk als 'Crazy 'bout
an automobile', gestoken in
een dik 'meerij-ritme', met een
bluesy versie van het van The
Stones bekende 'It's all over
now'. En die verrassingen
werkten verfrissend.
Ry Cooder en David Lindley
kwamen voor één toegift te
rug, maar niet voordat ze on
der het motto 'je hebt betaald,
dus je mag zingen' en 'zingen
is gezond' de hele zaal hadden
meegesleept in het refrein van
'Wooly bully'. Uiteindelijk ein
digden ze na twee uur en een
kwartier met een passionele
versie van 'Goodnight Irene'.
Of de intimiteit van de zaal
straks ook op het Belgische
dubbelfestival Torhout-
/Werchter is te vinden, valt te
betwijfelen. Wil het tweetal
daar overeind blijven, dan is
een materiaal-aanpassing bijna
noodzakelijk. Aangezien Coo
der en Lindley genoeg achter
de hand hebben, moet dat
geen probleem zijn. Die ver
schuiving zou in elk geval een
extra bonus zijn voor de Ne
derlandse fans die naar België
afreizen. En dat is nooit weg.
HANS PIET
Oostbloklanden
lid van EBU
GENÈVE Drie tot voor kort
communistisch geregeerde
landen in Oost-Europa zijn ge
associeerd lid geworden van
de Europese omroeporganisa-
j tie (EBU). Het zijn Hongarije,
Polen en Tsjechoslowakije. De
overkoepelende organisatie.
van Westeuropese omroepor
ganisaties heeft verder beslo
ten de samenwerking op te
j voeren met Intervisie, haar
Oosteuropese evenknie. Het
doel is op den duur te komen
tot de vorming van één orga-
j nisatie.
BIJLAGE BIJ UW KRANT MET
INFORMATIE OVER FILMS, MUZIEK
THEATER, RECREATIE. EXPOSITIES
EN EEN COMPLETE AGENDA
Kinder
expositie
In het Kindermu
seum TM-junior
in het Amster
damse Tropen-
museaum is van
af zondag de kin
dertentoonstel
ling Kokobo Ko-
koto te zien. Kin
deren kunnen in
deze doe-het-
zelf-tentoonstel-
ling kenis maken
met het leven van
hun leeftijdsge
nootjes in Sene
gal. Het huis en
erf van de familie
Sagna in het zui
den van Senegal
is hier nage
bouwd. Ook kan
men zelf rijst
stampen.
FOTO: ANP
Aardewerk
Vanaf 1972 heeft de archeologische dienst van
de gemeente Amsterdam honderdduizenden
voorwerpen opgegraven, waaronder dit aarde
werk. Het serviesgoed is van 9 juli tot en met 30
september te zien op de tentoonstelling „Uit
Amsterdamse bodem: Italiaanse en Nederland
se witte faience 1600-1700" in het Amsterdam
se Historisch Museum. Op de foto links het Itali
aanse, rechts het Nederlandse aardewerk.
FOTO: ANP
UTRECHT De Stich
ting Nederlandse Filmda
gen heeft ter gelegenheid
van het tweede lustrum
besloten een scenariowed
strijd te organiseren voor
een documentaire met het
thema „10 jaar Nederland
se film". De documentaire
moet alle facetten van de
Nederlandse filmindustrie
belichten, aldus een be
kendmaking van de stich
ting.
Filmmakers en scenarioschrij
vers worden uitgenodigd voor
1 september een synopsis van
ten hoogste vier pagina's in te
dienen, waaruit een jury met
Jan Blokker, Martijn Sanders,
Jean van der Velde, Cees
Spaan, Hans Hylkema en Jos
Stelling een winnaar zal selec
teren. Deze zal bij het Produc
tiefonds voor Nederlandse
Films en het Fonds voor de
Nederlandse Film worden
voorgedragen voor een realise-
ringsbijdrage. Het is de bedoe
ling dat het resultaat van dit
initiatief tijdens de Nederland
se Filmdagen 1991 zijn premiè
re beleeft.
Ket Productiefonds maakte
onlangs bekend dat er voor de
ontwikkeling van scenario's
een extra bijdrage beschikbaar
zal worden gesteld „indien
zulks kan leiden tot een kwali
teitsverhoging van het bewus
te scenarioproject". Via de
Vereniging van Letterkundi
gen heeft het bestuur een op
roep gedaan aan schrijvers een
idee voor een scenario voor te
leggen aan een adviescommis
sie met onder meer Cox Hab-
bema, Joost Sternberg en
Frans Weisz. Voor de begelei
ding van veelbelovende scena
rio's „door iemand die ver
trouwd is met de specifieke ei
sen die het medium stelt",
wordt gezorgd, aldus het Pro
ductiefonds.
Het fonds is van mening dat er
zich de laatste jaren in bijna
alle fasen van het filmproduc
tieproces een verheugende
professionalisering heeft vol
trokken. De scenariofase is
daarbii echter duidelijk ach
tergebleven, zo motiveert het
fonds het initiatief.
PI $?§iÉ
door René de Cocq
Jonge Helden
Je zou mogen verwachten dat
die typisch Twentse vorm van
achteloze humor na het
wereldsucces van Herman
Finkers nu ook in de Randstad
wel bekend is. Maar de
makers van het programma
'Het wijde blik' lieten
zondagavond toch aardig de
kachel met zich aanmaken
tijdens het behandelen van de
recordpoging hooivorkwerpen,
die zich afspeelde in Espelo.
Op onmiskenbare Finkers-
toon ging de spelleider in op
de vragen van de VPRO-
interviewer, deed net of het
hier ging om een klassiek
evenement dat zijn oorsprong
in de Achterhoek vond en al
eeuwenlang werd beoefend.
Maar de Gooise reporter had
de dubbele bodem niet door en
bedoelde met de reportage een
ironiserend portretje van weer
zo'n maf boerengebeuren op
dat rare platteland.
Dat was de enige misser
trouwens in het
programmaatje waarmee de
VPRO nog eer kan inleggen
deze zomer. De formule is
simpel: de makers rijden met
een geleende Amerikaanse
slee (dat Amerikaanse blik is
inderdaad behoorlijk wijd)
over de weg, stoppen als ze
iets gewaar worden dat hun
aandacht trekt en richten daar
dan camera en microfoon op.
Ook nemen ze lifters mee, die
in de wagen mogen vertellen
vanwaar ze komen en
waarheen ze gaan, en die
worden dan ook nog 's thuis
afgeleverd en in huis gefilmd.
Dit alles is goed voor bijzonder
aardig kijkvoer, waarbij eens
te meer duidelijk wordt dat
iemands buitenkant lang niet
maatgevend is voor het
binnenwerk.
Wat te zeggen immers van die
twee vervaarlijke
motorrijders, met baarden en
snorren en lange haren, zo te
zien ergens tussen Easy Rider
en de Heli's Angels, die op
weg bleken te zijn naar een
expositie van in glazen flessen
aangebrachte
zeilschipmodellen, u weet wel.
Dat is toch, op z'n minst,
verrassend, en ondergraaft
maar weer eens het zoveelste
vooroordeel.
In 'Het wijde blik' herleeft de
frisse nieuwsgierigheid van
het betreurde VPRO-
jongerenmagazine 'Jonge
helden'. Dat is aardig, zeker
als ze met die grote zwarte
wagen uit de buurt weten te
blijven van de clubhuizen en
repetitielokalen waar zich de
Nederlandse punkbandjes
ophouden. Dat was destijds het
enige probleem met 'Jonge
helden': dat er altijd van dat
onappetijtelijke geschreeuw en
gejengel in moest.
De VPRO begon zondag nog
een serie, die veel belooft: 'The
wonder years' (bij BRT-kijkers
al langer bekend natuurlijk).
Op innemende, afstandelijke
manier wordt een beeld
geschetst van het leven in een
gemiddeld Amerikaans gezin
in een gemiddelde
Amerikaanse buitenwijk in
een bijzondere tijd: eind jaren
zestig. Een periode dat de
wereld werd getekend door
zaken als de cumulatie van de
Vietnam-oorlog en
studentenoproer. Die hebben
ook hun weerslag in die
Amerikaanse buitenwijk,
gezien door de ogen van een
twaalfjarig knulletje dat zelf
druk doende is zijn plaats in
zijn gemeenschap (gezin,
buurt, school) te bevechten.
Via ironisch commentaar van
datzelfde jongetje op
volwassen leeftijd, door het
hoorbaar maken van zijn
gedachten (vaak in flagrante
tegenspraak met wat hij zegt),
met het inmonteren van
stukjes amateurfilm, krijgt het
verhaal een aantal intelligent
aangebrachte lagen. En dit
alles wordt, 'als is het een
comedy, gepresenteerd zonder
een 'live studio audience', het
klappend en lachend publiek
dus, waarop alle andere
Amerikaanse comedies juist zo
trots zijn. En alleen daarom al
is 'The wonder years' een
verademing.
Tenslotte toch nog even een
stukje sport (nee, schrik niet,
geen voetbal). De taalprijs gaat
deze week naar de pikeur van
dat mooie grijze paard die het
in zijn interviewtje met de
gevreesde Hans Eijsvogel had
over 'een eindschot dat
dodelijk is'. Dat haal je de
koekoek, zou ik zeggen. Er
werd trouwens helemaal niet
geschoten tijdens de race, en
het grijze paard werd derde,
het liep dus allemaal goed af.
Het ging om zoiets als 'De
gouden zweep', en die zweep
schijnt iets te zijn dat
onontbeerlijk is in de
paardenwereld. Kan de
Dierenbescherming daar niét
's wat aan doen?