Haagse Salon omvangrijke, maar brave expositie I, Ontspannen concer Cooder Scenariowedstrijd over tien jaar Nederlandse film A kUNST/RTV CeidMOowumt DINSDAG 3 JULI 1990 PAGINA 15 Grafisch ontwerper Jurriaan Schrofer overleden Beveiligingsbedrijf niet verantwoordelijk voor diefstal Van Goghs AMSTERDAM De gra fisch ontwerper Jurriaan Schrofer is het afgelopen weekeinde op 64-jarige leeftijd overleden. BZO$Schrofer was voor zijn pensio- P°enering onder meer voorzitter u. Mvan de Federatie van Kunste- ri°<jnaarsverenigingen en direc- -rd#teur van de Arnhemse Acade- v^mie voor Beeldende Kunst en 'poryormgeving, de huidige Hoge- defcchool voor de Kunsten. 3- ;Schrofer won nogal wat prij- 1> diZen, ook nog vrij recent. In ni*l987 namelijk kreeg hij de K°nBührmann-Ubbens Papierpriis vsivoor „Onvolmaakt geheugen tkid )vei een labyrinth van papier, licht, beelden, teksten en stemmen. Hij won verder tweemaal de Hendrik Werk- man-priis van het Amsterdam se Fonds voor de Kunst: in 1956 en 1961. Schrofer heeft zich vanaf on geveer 1950 bezig gehouden met grafisch ontwerpen. Hij deed dat in de jaren zeventig onder meer als partner/direc teur van het Amsterdamse ontwerpbureau Total Design. Die functie gaf hij in 1979 op toen hij naar Arnhem vertrok, waar hij vijf jaar directeur van de Academie bleef. In die tijd heeft hij volgens de huidige adjunct-directeur J. van Snippenberg duidelijk zijn stempel op deze school ge drukt en er veel aandacht ge vraagd voor de toegepaste kunsten. Toch gaf hij tegelij kertijd door te delegeren meer vrijheid aan de verschillende afdelingen. Naast het voorzitterschap van de Federatie van Kunstenaars verenigingen bekleede Schro fer in de loop der jaar nog veel meer bestuurlijke functies. Zo was hij onder meer lid van de Raad voor de Kunst, van de Boekmanstichting en van de Raad voor Industriële Vorm geving. Ook zat hij een tijd in de redactie van „Forum". DEN BOSCH De directie van het Noordbrabants Museum in Den Bosch gaat er niet van uit dat het beveiligingsbedrijf dat de alarmin stallatie in het museum beheert ver antwoordelijk zal worden gesteld voor de schade die ontstaat als de drie gestolen schilderijen van Van Gogh niet meer boven water ko- Volgens waarnemend directeur P. Veen- land ligt dit niet voor de hand. Het re cherchebijstandsteam van de politie dat de diefstal onderzoekt is er vrijwel zeker van dat de alarminstallatie in de zaal waar de schilderijen hingen niet goed werkte ten gevolge van een technisch mankement. Het onderzoek hoe dat mankement is ont staan is overigens nog niet afgerond. Vol gens een woordvoerder van de politie heeft het onderzoek nog niet veel concre te gegevens opgeleverd. Het uit 25 man bestaande bijstandsteam is vooral druk doende met het natrekken van de vele tips die inmiddels zijn binnengekomen. Om hoeveel tips het precies gaat kon de woordvoerder overigens niet zeggen. Bruikleen De Rijksdienst Beeldende Kunst heeft be sloten dat de 82 kunstwerken die in bruikleen zijn afgestaan aan het Noord brabants Museum in Den Bosch weer mo gen worden geëxposeerd. Dat is gebeurd nadat de directie van het museum de Rijksdienst heeft verzekerd dat er inmid dels stringente veiligheidsmaatregelen zijn getroffen. De Rijksdienst heeft daags na de roof van drie schilderijen van Vin cent van Gogh de museumdirectie te ver staan gegeven dat alle 82 bruiklenen uit de vaste opstelling moesten worden ver wijderd. Twee van de drie verdwenen schilderijen zijn afkomstig uit het bezit van de Rijksdienst Beeldende Kunst. Volgens de zegsman van de dienst waren er ernstige twijfels gerezen over de deug delijkheid van de beveiliging in het Noordbrabants Museum. Maandag is de beslissing ingetrokken nadat de museum directie had laten weten dat er aanvullen de voorzieningen zijn getroffen. Welke die zijn wil geen van de betrokkenen zeg gen. -kJURY TELEURGESTELD OVER KWALITEIT INZENDINGEN XPOSITIES t De Nieuwe Haagse Salon, expositie in Pulchri Studio, Haagee Kunst- ns® kring, Arti et Industriae en galerie >en Inkt II. Geopend van dinsdag tot en heb met zaterdag van 11.00 uur tot 17.00 2t uur. Zondags van 13.00 uur tot 17.00 u.| uur. Tot en met 6 augustus. lit jHoe het eindoordeel over polode Haagse Salon '90 ook ineimag luiden, een ding is ni^ zeker: de organisatie van dit evenement dwingt res- 'peet af. De stichting is er I opnieuw in geslaagd de zaak logistiek en finan cieel rond te krijgen, dat moet een helse klus zijn geweest. Ook de presentatie van het evenement ziet er goed uit met ni,r onder andere een verzorgde 1 catalogus waarin lokale ex- >de P61"15 J°hn Sillevis, Victor l| Freijser, Flip Bool en Nico f .iBrederoo - kort ingaan op de ^'j Haagse dimensies van de vier disciplines die in de Salon '90 ,V1 vertegenwoordigd zijn: beel- 1 f dende kunst, architectuur, gra- C11 fische vormgeving en film. De organisatie doet daarmee een f poging de manifestatie een in- r houdelijk fundament te geven. ,i Alle zalen van Inkt, Pulchri, rs f Arti en de Kunstkring hangen vol met beeldende-kunstuitin- gen van Haagse bodem. Meer Vanitas van Reinhardt, tijdens de Nieuwe Haagse Salon be kroond met de Esso-prijs. dan de vorige keer is gepro beerd de expositie echt in te richten en niet zomaar in een willekeurige volgorde de doe ken op te hangen. Er bevinden zich nu werken in eikaars na bijheid die elkaar verdragen en soms zelfs prachtig comple teren. In de Kunstkring en in de grote zaal van Pulchri is die poging nog het beste geslaagd. Het lijkt alsof er bij het inrich ten op het laatst een reeks werken overbleef waar nog snel een plek voor moest wor den gevonden. Zo hangen de muren langs de trap in Pulchri vol met schilderijen die daar nauwelijks tot hun recht ko men. Daaruit blijkt dat de Haagse Salon in laatste instan tie toch een uitstalkast is met al het moois wat Haagse kunstenaars in huis hebben. Hier hangen de werken waar van de makers vinden dat het hun beste produkten zijn, ze hebben tenslotte zelf de eerste keuze gemaakt. Meerwaarde De vraag is wat De Nieuwe Haagse Salon uittilt boven zo maar een - kwantitatief welis waar indrukwekkende - expo sitie van de kunstproduktie anno 1990 in Den Haag. In po tentie is die meerwaarde aan wezig, het competitie-element zou daar onder andere voor kunnen zorgen. Een 'deskun dige' jury kiest uit het over stelpende aanbod, een aantal werken die het beste, het ver rassendste of het meest veelbe lovend zijn, of welke andere kwalificatie van toepassing is. Uiteraard motiveert de jury haar keuze en die twee samen - keuze en motivatie - brengen leven in de Salon: naast het objectieve overzicht is er dan ook nog een subjectieve selec tie. Een interessante keuze is altijd omstreden en leidt in het beste geval tot stevige discus sie en polemiek. Maar wat schrijft de Salon jury onder leiding van direc teur Dorothée Cannegieter van het Twents Museum, in haar iury-rapport: „Bij de uit eindelijke keuze van het werk heeft de jury in het algemeen de opmerking dat het te beoor delen werk naar haar mening niet hoog van kwaliteit was. Enige tijd is gesproken over de mogelijkheid de prijzen niet of maar gedeeltelijk toe te ken nen, maar de overweging dat het voor kunstenaars in het al gemeen een ongunstig prece dent schept prijzen niet toe te kennen, heeft haar daar van doen afzien". Het eerste deel van dit citaat is nog redelijk duidelijk: de kwa liteit viel tegen. De jury laat echter wel in het midden of hiermee wordt bedoeld de kwaliteit in de breedte: al het werk was van bedenkelijk laag niveau of stelde een groot deel van de inzendingen te leur, terwijl er toch uitschie ters waren en daarom ook prijswinnaars. De rest van het citaat is erg cryptisch. De sug gestie wordt gewekt dat de winnaars de prijzen krijgen omdat er nu eenmaal prijzen moesten worden uitgedeeld: onder de slechte inzenders zijn zij dan nog het minst slecht. De jury doet niets om die sug gestie weg te nemen en somt alleen de namen van de win naars op zonder haar overwe gingen te expliceren. Het is te leurstellend dat de jury zich er zo gemakkelijk van afmaakt: ze velt een hard oordeel, maar kent desondanks prijzen toe, zonder daarvoor in beide ge vallen een argumentatie te ge ven. De keuze van de jury is wel enigszins navolgbaar. Men koos mooie, maar niet erg ver rassende werken. Het oeuvre van Anton Martineau bijvoor beeld is van omomstreden kwaliteit. Zijn fragmentarische stillevens die paradoxaal ge noeg vol beweging en onrust zijn, behoren tot het beste wat de Salon te bieden heeft. Ook tijdens de Salon '88 was hij een van de prijswinnaars en dit jaar wint hij naast de Voor- hout-prijs ook nog de Pers prijs. Er is nauwelijks een re den te bedenken waarom hij over twee jaar niet weer zal winnen, zijn werk is immers van constante kwaliteit. Mis schien is het aardiger de prijs winnaars van nu over twee jaar een aparte plek te geven waar ze een overzicht van hun recente werk kunnen tonen. De tweejaarlijkse prijzenregen krijgt dan een follow-up, want waar is bijvoorbeeld Prudence Lovell gebleven die in 1988 twee prijzen in de wacht sleep te en dit jaar niet eens op de expositie is vertegenwoordigd? Het met de Esso-prijs bekroon de schilderij van Reinhardt is schitterend van kleur en zijn benadering van het aloude vanitas-motief overtuigt. De bekroning van Michael van de Besselaar met de werken Red Angel en Defender of Truth is heel wat minder vanzelfspre kend. Het zijn technisch knap pe werkstukken, maar compo sitorisch en inhoudelijk oogt het erg triviaal. De omwente lingen in Oost-Europa hebben hier een artistieke vertaling gekregen, althans te oordelen naar de sovjet-symboliek, ge plaatst naast all-american star Monroe. Het ziet er gekunsteld uit, maar de jury heeft dat kennelijk anders gezien. Hoe de jury het zag, dat blijft een raadsel. Naast het competitielement is er nog een invalshoek waar door de Salon meer kan zijn dan een uitstalkast met hon derden kunstwerken Hier wordt de mogelijkheid gebo den te ontdekken wat typisch Haagse kunst is. Zijn er ten- denzen, stromingen, accenten of lacunes te ontdekken in dit overzicht van Haagse kunst. John Sillevis probeert in de catalogus te definiëren wat Haagse Kunst zou kunnen zijn en begint ermee te zeggen dat het niet bestaat. Later schetst hij voorzichtig de sfeer waarin kunstenaars hier werkten en misschien nog werken. Hij waagt zich niet aan harde uit spraken. Misschien mag toch worden gezegd dat Haagse kunstenaars niet de confronta tie zoeken en het experiment niet tot het uiterste doorvoe ren. Oude vormen verdwijnen in Den Haag niet om plaats te maken voor nieuwe vormen; hier wordt geprobeerd een in tegratie tot stand te brengen. Verder heeft de Haagse kun stenaar de kijker lief en doet graag een handreiking naar het publiek; hij zal niet snel shockeren, alleen als het echt niet anders kan. Stromingen of een 'Nieuwe Haagse School' vallen er op de Salon '90 niet constateren. De stelling - twee maanden gele den in Inkt met verve gepo neerd - dat Den Haag relatief veel abstract-geometrisch wer kende kunstenaars telt, wordt hier gelogenstraft. Er hangen er slechts een paar. Wat opvalt bij veel kunste naars is de drang naar schoon heid en esthetiek; dat lijkt vanzelfsperkend voor de kunst, maar dat is het niet. Weinig kunstenaars stellen een andere dan een schilder kunstige of esthetische vraag aan de orde. Het definitieve einde van het modernisme en de avant-garde en het grote schildersdilemma dat daarop volgde, is aan Den Haag voor bij gegaan. Hier schildert men rustig verder en waarom ook niet? HANS OERLEMANS Concert Ry Cooder David Lindley. Carré, Amsterdam. Gisteravond. Herhalingen: Morgen in Carré, za terdag in Torhout (België) en zon dag in Werchter (België). De indruk dat ze aan het werk waren, gaven Ry Cooder en David Lindley gisteravond niet, zo ontspannen zaten de twee Amerikaanse gitaristen op het podium van een uitver kocht Carré in Amsterdam. Het plezier straalde uit de klankkasten van de losjes op het bovenbeen geplaatste in: strumenten en het publiek ge- noot mee. Cooder en Lindley blijken als duo prima bij elkaar te passen. Hoewel gewaagde gitaarduels uitbleven en Lindley veelal tweede viool speelde, was zijn rol naast Cooder alles behalve I onbelangrijk. Als multi-instru- mentalist gaf hij het materiaal veelal zijn extra accenten. Ei- genlijk complimenteerde het i tweetal elkaar constant, wat muzikaal gesproken tot fraaie uitvoeringen leidde van zoveel Cooders' werk als het blik co vers dat tijdens het concert werd opengetrokken. Hoewel Lindley, ooit tweede gitarist bij Jackson Browne, te boek staat als een humorist was het vooral Ry Cooder die de grap pen maakte. Als vegetariër heeft hij het niet gemakkelijk onderweg aangezien alle hotel menu's vlees bevatten. 'Tou- ren is dus goed voor de lijn', zo liet hij weten. Ry, met blauwe haarband en op blote voeten in slippers, kent David al jaren. Het was vooral de liefde voor dezelfde (soms obscure) muziek die het tweetal samenbracht. Ook componeerden ze tien jaar ge leden de filmmuziek van 'The Long Riders' (over Jesse Ja mes), waaruit ze gisteravond een aantal (instrumentale) stukken speelden. Het onder streepte nog eens de diversiteit waarmee Cooder en Lindley het publiek tegemoet traden. En die afwisseling werd uitge balanceerd over het voetlicht gebracht en leidde tot een in tiem concert. Omringd door een enorme batterij gitaren waaruit het tweetal bij elk nummer een zorgvuldige keu ze deed, werd blues afgewis- sëld met musica nortena, een neiging tot wat boogie onder drukt door vederlichte Ha- waiiaanse gitaarklanken en gospel en folkmuziek naadloos aaneengeregen. Lindley, die af en toe zong, speelde veel slide- gitaar, maar zorgde ook voor melancholieke invullingen met zijn viool of kwam juist rondborstig tevoorschijn op zijn trommel. Op die grondto nen kon Cooder naar hartelust soleren. Nadat hij de fotogra fen op subtiele wijze uit de zaal had gewerkt ('dat geklik haalt mij uit mijn concentratie) ging hij helemaal op in zijn spel. Hoewel Cooder hier en daar een steekje liet vallen, klonk hij uiterst emotioneel en gedreven, maar kwam hij ook uiterst vrolijk uit de hoek. Hij combineerde wat voor de hand liggend werk als 'Crazy 'bout an automobile', gestoken in een dik 'meerij-ritme', met een bluesy versie van het van The Stones bekende 'It's all over now'. En die verrassingen werkten verfrissend. Ry Cooder en David Lindley kwamen voor één toegift te rug, maar niet voordat ze on der het motto 'je hebt betaald, dus je mag zingen' en 'zingen is gezond' de hele zaal hadden meegesleept in het refrein van 'Wooly bully'. Uiteindelijk ein digden ze na twee uur en een kwartier met een passionele versie van 'Goodnight Irene'. Of de intimiteit van de zaal straks ook op het Belgische dubbelfestival Torhout- /Werchter is te vinden, valt te betwijfelen. Wil het tweetal daar overeind blijven, dan is een materiaal-aanpassing bijna noodzakelijk. Aangezien Coo der en Lindley genoeg achter de hand hebben, moet dat geen probleem zijn. Die ver schuiving zou in elk geval een extra bonus zijn voor de Ne derlandse fans die naar België afreizen. En dat is nooit weg. HANS PIET Oostbloklanden lid van EBU GENÈVE Drie tot voor kort communistisch geregeerde landen in Oost-Europa zijn ge associeerd lid geworden van de Europese omroeporganisa- j tie (EBU). Het zijn Hongarije, Polen en Tsjechoslowakije. De overkoepelende organisatie. van Westeuropese omroepor ganisaties heeft verder beslo ten de samenwerking op te j voeren met Intervisie, haar Oosteuropese evenknie. Het doel is op den duur te komen tot de vorming van één orga- j nisatie. BIJLAGE BIJ UW KRANT MET INFORMATIE OVER FILMS, MUZIEK THEATER, RECREATIE. EXPOSITIES EN EEN COMPLETE AGENDA Kinder expositie In het Kindermu seum TM-junior in het Amster damse Tropen- museaum is van af zondag de kin dertentoonstel ling Kokobo Ko- koto te zien. Kin deren kunnen in deze doe-het- zelf-tentoonstel- ling kenis maken met het leven van hun leeftijdsge nootjes in Sene gal. Het huis en erf van de familie Sagna in het zui den van Senegal is hier nage bouwd. Ook kan men zelf rijst stampen. FOTO: ANP Aardewerk Vanaf 1972 heeft de archeologische dienst van de gemeente Amsterdam honderdduizenden voorwerpen opgegraven, waaronder dit aarde werk. Het serviesgoed is van 9 juli tot en met 30 september te zien op de tentoonstelling „Uit Amsterdamse bodem: Italiaanse en Nederland se witte faience 1600-1700" in het Amsterdam se Historisch Museum. Op de foto links het Itali aanse, rechts het Nederlandse aardewerk. FOTO: ANP UTRECHT De Stich ting Nederlandse Filmda gen heeft ter gelegenheid van het tweede lustrum besloten een scenariowed strijd te organiseren voor een documentaire met het thema „10 jaar Nederland se film". De documentaire moet alle facetten van de Nederlandse filmindustrie belichten, aldus een be kendmaking van de stich ting. Filmmakers en scenarioschrij vers worden uitgenodigd voor 1 september een synopsis van ten hoogste vier pagina's in te dienen, waaruit een jury met Jan Blokker, Martijn Sanders, Jean van der Velde, Cees Spaan, Hans Hylkema en Jos Stelling een winnaar zal selec teren. Deze zal bij het Produc tiefonds voor Nederlandse Films en het Fonds voor de Nederlandse Film worden voorgedragen voor een realise- ringsbijdrage. Het is de bedoe ling dat het resultaat van dit initiatief tijdens de Nederland se Filmdagen 1991 zijn premiè re beleeft. Ket Productiefonds maakte onlangs bekend dat er voor de ontwikkeling van scenario's een extra bijdrage beschikbaar zal worden gesteld „indien zulks kan leiden tot een kwali teitsverhoging van het bewus te scenarioproject". Via de Vereniging van Letterkundi gen heeft het bestuur een op roep gedaan aan schrijvers een idee voor een scenario voor te leggen aan een adviescommis sie met onder meer Cox Hab- bema, Joost Sternberg en Frans Weisz. Voor de begelei ding van veelbelovende scena rio's „door iemand die ver trouwd is met de specifieke ei sen die het medium stelt", wordt gezorgd, aldus het Pro ductiefonds. Het fonds is van mening dat er zich de laatste jaren in bijna alle fasen van het filmproduc tieproces een verheugende professionalisering heeft vol trokken. De scenariofase is daarbii echter duidelijk ach tergebleven, zo motiveert het fonds het initiatief. PI $?§iÉ door René de Cocq Jonge Helden Je zou mogen verwachten dat die typisch Twentse vorm van achteloze humor na het wereldsucces van Herman Finkers nu ook in de Randstad wel bekend is. Maar de makers van het programma 'Het wijde blik' lieten zondagavond toch aardig de kachel met zich aanmaken tijdens het behandelen van de recordpoging hooivorkwerpen, die zich afspeelde in Espelo. Op onmiskenbare Finkers- toon ging de spelleider in op de vragen van de VPRO- interviewer, deed net of het hier ging om een klassiek evenement dat zijn oorsprong in de Achterhoek vond en al eeuwenlang werd beoefend. Maar de Gooise reporter had de dubbele bodem niet door en bedoelde met de reportage een ironiserend portretje van weer zo'n maf boerengebeuren op dat rare platteland. Dat was de enige misser trouwens in het programmaatje waarmee de VPRO nog eer kan inleggen deze zomer. De formule is simpel: de makers rijden met een geleende Amerikaanse slee (dat Amerikaanse blik is inderdaad behoorlijk wijd) over de weg, stoppen als ze iets gewaar worden dat hun aandacht trekt en richten daar dan camera en microfoon op. Ook nemen ze lifters mee, die in de wagen mogen vertellen vanwaar ze komen en waarheen ze gaan, en die worden dan ook nog 's thuis afgeleverd en in huis gefilmd. Dit alles is goed voor bijzonder aardig kijkvoer, waarbij eens te meer duidelijk wordt dat iemands buitenkant lang niet maatgevend is voor het binnenwerk. Wat te zeggen immers van die twee vervaarlijke motorrijders, met baarden en snorren en lange haren, zo te zien ergens tussen Easy Rider en de Heli's Angels, die op weg bleken te zijn naar een expositie van in glazen flessen aangebrachte zeilschipmodellen, u weet wel. Dat is toch, op z'n minst, verrassend, en ondergraaft maar weer eens het zoveelste vooroordeel. In 'Het wijde blik' herleeft de frisse nieuwsgierigheid van het betreurde VPRO- jongerenmagazine 'Jonge helden'. Dat is aardig, zeker als ze met die grote zwarte wagen uit de buurt weten te blijven van de clubhuizen en repetitielokalen waar zich de Nederlandse punkbandjes ophouden. Dat was destijds het enige probleem met 'Jonge helden': dat er altijd van dat onappetijtelijke geschreeuw en gejengel in moest. De VPRO begon zondag nog een serie, die veel belooft: 'The wonder years' (bij BRT-kijkers al langer bekend natuurlijk). Op innemende, afstandelijke manier wordt een beeld geschetst van het leven in een gemiddeld Amerikaans gezin in een gemiddelde Amerikaanse buitenwijk in een bijzondere tijd: eind jaren zestig. Een periode dat de wereld werd getekend door zaken als de cumulatie van de Vietnam-oorlog en studentenoproer. Die hebben ook hun weerslag in die Amerikaanse buitenwijk, gezien door de ogen van een twaalfjarig knulletje dat zelf druk doende is zijn plaats in zijn gemeenschap (gezin, buurt, school) te bevechten. Via ironisch commentaar van datzelfde jongetje op volwassen leeftijd, door het hoorbaar maken van zijn gedachten (vaak in flagrante tegenspraak met wat hij zegt), met het inmonteren van stukjes amateurfilm, krijgt het verhaal een aantal intelligent aangebrachte lagen. En dit alles wordt, 'als is het een comedy, gepresenteerd zonder een 'live studio audience', het klappend en lachend publiek dus, waarop alle andere Amerikaanse comedies juist zo trots zijn. En alleen daarom al is 'The wonder years' een verademing. Tenslotte toch nog even een stukje sport (nee, schrik niet, geen voetbal). De taalprijs gaat deze week naar de pikeur van dat mooie grijze paard die het in zijn interviewtje met de gevreesde Hans Eijsvogel had over 'een eindschot dat dodelijk is'. Dat haal je de koekoek, zou ik zeggen. Er werd trouwens helemaal niet geschoten tijdens de race, en het grijze paard werd derde, het liep dus allemaal goed af. Het ging om zoiets als 'De gouden zweep', en die zweep schijnt iets te zijn dat onontbeerlijk is in de paardenwereld. Kan de Dierenbescherming daar niét 's wat aan doen?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 15