finale Nr.21 Cryptogram w Oplossing vorige puzzel ÏJS JJUIJ a uiaaa ja jaa i3»a EI aan aas JQI3U ja Lia jaaa uaaaj Jjn.ia jaaau ja jaa aas jaa ja a jociaj a jnaaj |T.|g|E |B.iaiO|E L|G|E.|B.|N|I m De winnaars van de puzzel nr. 20 zijn: P. Pieterse, G. van dijkstraat 5, 2461 RV Langeraar. S.C. Lagerberg, Arendshorst 156, 2317 CZ Leiden. Zij krijgen hun prijs binnen drie weken per cheque toegestuurd Oplossingen onder vermelding van puzzel nr. 21 moeten uiterlijk woensdagmiddag in bezit zijn van: HORIZONTAAL: 1. Verachtelijk sein (8). 9. Dat hoop ik mee te maken als ik naar die Engelse rivier kijk! (8). 10. Daardoor glijdt dat voertuig minder goed! (4). 11. Wortel voor een vrouwelijk rund (7). 12. Bazige vrouw aan de waterkant (4). 13. Wapen voor puncties? (6). 14. Gevangenisgeur? (8). 15. Minimale buit van een dief (7), 16. Dat is het resultaat bij de ondergang van een tak van nijverheid! (7). 20. Kleine feestelijke hoeveelheid (8). 22. Aanvoerder die met hem vocht (6). 23. Ook van achteren bekeken blijft het vreemd! (4). 25. Ongewenste gast (7). 26. Er is nog hoop als men telefoneert! (4). 27. Gesloten plaats op een tentoonstelling (8). 28. Wapen uit de rijksstad. (8). VERTICAAL: 2. Zo beroemd dat u stiller wordt (8). 3. Verleidelijk dit op een wondje te doen! (12). 4. De vrouw telefoneert je via deze verbinding (8). 5. Bij nader inzien niet ver weg (7). 6. Doet hij veel werk dat uiteindelijk niets oplevert? (6). 7. De rechten tussen Frankrijk en Naam Adres Postcode Woonplaats Zwitserland (4). 8. De schoenmaker gebruikte hem om vooral vermetel te worden (8). 12. Ontnuchterende verfrissing (12). 15. Kunstwerk van een opsteker (8). 17. Hier bij de post werkt een stoker (8). 18. De rode boekdrukinkt gaat kaal worden (8). 19. De arbeiders missen de paardeslee al! (4). 21. Vrucht die grootmoeder nuttigde na de thee (6). 24. Reeds om de stand te vinden (4). Brinktoernooi Het van 11 tot en met 19 mei in Zwart sluis en omgeving gespeelde Brinktoer nooi is in een overwinning geëindigd voor de jeugdwereldkampioen Kolfman. Weliswaar moest hij de eerste plaats aanvankelijk delen met Valneris, Koe- perman en Autar, maar in de sneldam- partijen die toen de beslissing moesten brengen was de naar Israël geëmigreerde Russische jeugdspeler uiteindelijk de sterkste. <- Het toernooi had een geheel eigen for mule. Begonnen werd met twee groepen van zes spelers. Na vijf ronden werden daar drie groepen van vier van gemaakt: de beiden nrs. 1 en 2 moesten om de uiteindelijke plaat sen 1 t/m 4 strijden, de nrs. 3 en 4 om de plaatsen 5 t/m 8 en de nrs. 5 en 6 tenslotte om de plaatsen 9 t/m 12. Die tussenstand na vijf ronden zag er als volgt uit: Groep 1Kolfman 8, 2. Autar 7, 3. en 4. Vatoetin en Van der Wal 6, 5. Schouten 2 en 6. Karmi 1. Deze laatste twee speelsters stonden aan- vankeijk niet op de deelnemerslijst: zij vielen respectievelijk in voor de Neder landse titelhoudster Van Lith, die om studieredenen moest afzeggen en de we reldkampioene Lewina die naar het schijnt geen uitreisvisum heeft kunnen krijgen. In groep 2 was de tussenstand: 1. Valne- ris/8, 2. Koeperman 7, 3. en 4. Goloebje- va en Rigterink 5, 5. Galperin 4 en 6. Wanders 1. Daarna volgden dus in drie groepen in gelijkspel, zodat Kolfman, Autar, Koeperman en Valneris allen op een 3 uit 3 score uitkwamen. Sneldam- partijen moesten toen uitkomst brengen, met het reeds vermelde resultaat: winst voor Kolfman. De tweede groep werd gewonnen door de oud-wereldkampioe ne Goloebjeva, een resultaat dat vooral toe te schrijven is aan haar verrassende winst op Van der Wal. De eindstand hier: 5. Goloebjeva 4; 6 en 7. Rigterink en Vatoetin 3 en 8. Van der Wal 2. En de eindstnd van de derde groep luidt ten slotte: 9. Galperin 6; 10. Wanders 4; 11. en 12. Schouten en Karmi 1. Toemooiwinnaar Kolfman bleef onge slagen, en won in de voorronden van Van der Wal (blunder in tijdnood) en Schouten en Karmi. Hier de beslissing- brengende sneldakpartij uit de barrage. I. KOEPERMAN-I. KOLFMAN Brinktoernooi 1990. 1.32-28 19-23 2.28x19 14x23 3.37-32 10- 14 4.41-37 14-19 5.46-41 5-10 6.32-28 23x32 7.37x28 9-14 8.41-37 16-21 9.37- 32. Wit speelt het voorzichtig en kiest voor klassiek spel. Desondanks zal hij later toch in moeilijkheden komen. 21-26 10.34-30 26x37 11.42x31 4-9 12.30-25 20-24 13.40-34 18-23 14.34-29 23x34 15.39x30 12-18 16.44-40 7-12 17.40-34 1-7 18.50-44 17-21 19.47-42 11-16 20.44- 40 18-23 21.34-29 23x34 22.40x20 15x24 23.43-39 12-18 24.39-34 7-12 25.31-26 18-23 26.26x17 12x21 27.36-31 8-12 28.31-27 12-18 29.34-29 23x34 30.30x39 2-8 31.42-37 18-23 32.45-40 13-18 33.40- 34 9-13 34.48-43 8-12 35.34-30 3-8 36.39-34 23-29! 37.34x23 18x29. Er leek misschien nog niet zo veel aan de hand, maar met deze zeer sterke Ge- hestem - doorstoot maakt zwart duide lijk dat wit er slecht voor staat. 38.28-22 12-18 39.33-28 18-23 40.49-44 6-11 41.43-39 21-26 42-39-33 10-15 43.44-40 15-20 44.40-34. Moet noodge dwongen materiaal inleveren. 29x40 45.35x44 24x35 46.44-39 20-24 47.39-34 8-12 48.34-30 12-18 49.27-21 26x17 en wit g 1 op. De Rus Valneris, evenals zijn landge noot Vatoetin deelnemer aan het ko mende wereldkampioenschap, speelde een goed toernooi. Zijn beste prestatie leverde hij in zijn partij tegen de plaatse lijke favoriet Rigterink. G. VALERNIS-J. RIGTERINK Brinktoernooi 1990. I.33-29 17-22 2.39-33 11-17 3.44-39 6-11 4.50-44 1-6 5.31-26 16-21 6.32-28 19-23 7.28x19 14x23 8.29-24 20x29 9.33x24. Eén van de vele mogelijkheden in de Keilervariant. 10-14 10.34-30 13-19 II.24x13 8x19 12.40-20 17.25x14 10x19 18.46-41 7-11 19.45-40 5-10 20.40-34 10- 14 21.34-29 23x34 22.39x30 2-8 23.44- 40 3-9 24.30-25 19-24 25.43-39 18-23 26.48-43 13-19. Zie het diagram. .w S; I 1 i I I i ii n .m 27.36-31! Een mooie zet. Omdat 27.21- 27 28.32x21 16x36 niet mag vanwege 29.35-30 24x33 30.38x16 niet mag van wege 29.35-30 24x33 30.38x16, krijgt wit greep op de zwarte stelling. 12-18 28.39- 33 8-13 29.31-27! 22x31 30.41-36. Dwingt zo een korte vleugel opsluiting af. 23-29 31.36x27 19-23 32.43-39 24-30 33.35x24 29x20 34.39-34 13-19 35.33-29 19-24 36.38-33 9-13 37.47-41 14-19 38.25x14 19x10 39.29x20 15x24 40.41- 36 10-14 41.49-43 14-20 45.34x25 23-29 46.42-38 19-23 47.33-28 18-22 48.28x30 22-28 49.32x34 21x41. Zwart is er nog wel in geslaagd door te breken, maar het eindspel staat zeer slecht. 50.30-24 16-21 51.234-20 21-27 52.31x22 17x28, 53.20-15 41-46 54.34-29 28-33 55.39x28 46x45 56.15-10 11-17 57.10-5 45-29 58.38-32 6-11 59.5-10 29-1 60.32-28 1-18 61.10-4 18-29 62.4-36 29-1 63.25-2 1-6 64.26-21 17x26 65.28-23 11- 17 66.36-4 6-1 67.23-19 1-29 68.20-15 29-47 69.15-10 en zwart gaf op. Oud-wereldkampioen Van der Wal, on langs nog tweede in het kampioenschap van Nederland, was in dit toernooi alles behalve op dreef. Nadat hij in de eerste ronde door een foutzet misschien al van Schouten had moeten verliezen, (omdat Nederlands tweede speelster de fout niet opmerkte werd de partij door Van der Wal gewonnen), blunderde hij tegen Kolfman opnieuw, en die profiteerde wel. Daardoor kwam hij in de tweede fi- nalegroep terecht, maar ook hier kreeg hij een nederlaag te incasseren: toen hij na twee remises beslist van Goloebjeva wilde winnen, ondervond hij hoe sterk de oud-wereldkampioene wel niet speelt: J. VAN DER WAL-S. GOLOEBJEVA Brinktoernooi 1990. 1.34-29 19-23 2.32-28 23x34 3.40x29 14- 19 4.37-32 10-14 5.45-40 5-10 6.39-34 20-24 7.29x20 15x24 8.44-39 18-23, 9.41-37 12-18 10.50-45 10-15 11.46-41 7- 12 12.49-44 2-7 13.34-29 23x34 14.40x20 15x24 15.44-40 4-10 16.39-34 10-15 16.34-29 ,18-23 17.29x20 15x24 18.43-39 12-18 19 39-34 7-12 20.34-29 23x34 21.40x20 14x25 22.45-40 1-7 23.40-34 9-14 24.33-29 3-9 25.48-43 17- 21 26.38-33 18-23! 27.29-18 12x23 28.31-27 21-26 29.35-30 7-12 30.36-31 14-20 31.41-36 12-18 32.34-29 23x34 33.30x39 25-30. Wit wordt overspeeld. 34.42-38 18-23 35.28-22 11-17 36.22x1 1 16x7 37.33-28 20-24 38.38-33 30-35 39.28-22 35-40 40.32-28 7-11 41.39-33 24-29 42.33x24 19x30 43.28x19 13x24 44.43-39 40-45 45.32-28 8-12 46.28-23 45-50 47.23-18 50x17 48.18x16 17-33 en wit gaf op. Uitgesproken acties (slot) De afgelopen weken hebben we spe ciaal ten behoeve van nog niet zo ver gevorderden (en dat is ca. 80% van de Nederlandse bridgewereld en daarmee ook van de lezers!) een aantal biedsi- tuaties bij de kop genomen waarin één van beide partners in de eerste of tweede biedronde door middel van een bod aangeeft dat het bieden wat hem betreft over is: een sans-opening of -herbieding, een geconstateerde (en geboden) fit. Aangezien de hand daar tegenover nog niet de kans heeft gehad aan te geven in welke krachtsector hij zich bevindt, is die hand automatisch gepromoveerd tot kapitein op het schip der biedingen. WEST NOORD OOST ZUID West heeft 12-14 en oost kan 10-26 hebben. Dit is een biedserie die vaak aanleiding geeft tot misverstanden. Wat betekent nu 3 klaver? Of 3 schop pen? Iets van Crowhurst heb je in deze situatie niet nodig. Het is dus een goeie afspraak om 3 klaver als eind bod te spelen. Zo'n hand heb je zo vaak: 8-9 punten met 6 of meer kla vers. Dan wil je geen 2 SA spelen, maar uitsluitend 3 klaver. Alle andere biedingen onder het mancheniveau zijn forcing en hier gaat het vaak mis: WEST NOORD OOST ZUID Het is voor nog niet zo ver gevorderde bridgers moeilijk te bevatten dat dit laatste bod (3 schoppen) 100% forcing is. „Het kan toch limit zijn?" Dat is natuurlijk onzin: een limit bied je niet met een omweg, die bied je direct: WEST NOORD OOST ZUID 1 Sch pas 3 Sch In zo'n situatie ga je de tegenpartij niet wijzer maken dan ze al is. Van daar dat deze 3 schoppen in tweede instantie mancheforcing is. Het spel kan nog wel in slem eindigen! Oost houdt daar in ieder geval rekening mee, want hij biedt niet zo: WEST NOORD OOST ZUID pas a-P- Oost geeft nu aan dat-ie een opening heeft (12-14). Met 3 Sch in deze situa tie geeft-ie aan dat-ie meer heeft of een aantrekkelijke verdeling (10 mooie zwarte kaarten of zo). West is nu ver plicht om te cuen. 4 schoppen biedt oost in tweede instantie met b.v.: H B 6 V A 4 V 3 VB! 3 2 waarmee hij meteen aangeeft dat-ie minder dan 7 verliezers heeft (6 in dit geval). Deze gevallen moet je leggen naast de volgende: A V 4 3 2 H B 2 10 2 B 3 2 Partner opent 1 harten, wij 1 schop- pen, partner 2 ruiten. En nu? Nu komen we er pas achter dat er een hartenfit is. In de eerste biedronde kon partner nog een 4-kaart harten hebben! Wanneer we nu 3 harten bie den, is dat een limit: WEST NOORD OOST ZUID Zodra je dit soort biedverschillen on der de knie hebt - en je partner ook en het bieden van standaardsituaties van een leien dakje gaat, zal het aantal gescoorde punten - of het nu een pa ren- of een viertallenwedstrijd betreft met sprongen omhoog gaan. Er blijven voldoende echt moeilijke biedsituaties over, waar improvisatie en intuïtie noodzakelijk zijn. Ook die situaties worden door gevorderden beter en gemspireerder opgelost dan door be ginners. Door praktijkervaring (lees: je neus stoten) krijg je daar op een gege ven moment ook gevoel voor. Hei kardinale punt blijft: het verschil we ten tussen wat forcing is en wat niel (meer) forcing is. Op een gegeven mo ment ben je uitgesproken. Je partner is de eerste die dat hoort te weten! Voor volgende week een speelprobleempje: NOORD A 9 5 A V 9 A H 8 7 9 5 4 ZUID V 6 2 V H B 10 7 6 5 10 6 3 2 - Zuid eindigt (parenwedstrijd!) na een zwakke 2 in harten in 4 harten en wesi start met klaveraas: 1. klaveraas getroefd. 2. harten voor het aas. 3. klaver 5 getroefd. 4. harten naar de vrouw (oost en wes bekennen). 5. klaver 9 getroefd. 6. ruiten naar het aas. 7. ruitenheer. 8. ruiten na voor oosts vrouw. NOORD A 9 5 9 7 - ZUID V 6 2 H 10 - De finale! Oost vervolgt met schoppen 10. Hoe doen we dat? Oplossing vol gende week. Correspondentie: p/a. Leharstr. 10. 2162 AC Lisse. Yasser Seirawan Zo'n tien jaar geleden leek de piepjonge Yasser Seirawan de opvolger van Bobby Fischer te worden. Hij bereikte zeer snel de wereldtop en was op weg naar het uit dagerschap van de wereldkampioen. De precieze oorzaken ken ik niet, maar in eens werden .zijn resultaten wisselvallig, waardoor hij een val op de'wereldrang lijst maakte. Enigszins teleurgesteld deed hij vervolgens een gooi naar één of an dere official-functie. Ook dit mislukte, waarna hij een schaaktijdschrift begon (Inside Chess). Voor de wereldtop leek hij niet meer in aanmerking te komen. Na het toernooi in het Zweedse Haninge van vorige maand, moeten we deze me ning herzien. Met 8V2 uit 11 won Seira wan dit toernooi overtuigend, voor o.a. Karpov, Ehlvest, Poloegajevsky en An- dersson. Zijn scherpe positionele stijl was hij getrouw gebleven, maar door meer zelfvertrouwen won hij nu de bete re stellingen en maakte de moeilijke po sities remise. Hiermee wordt van een goede grootmeester een topgrootmeester gemaakt. Belangrijk voor zijn prachtige resultaat was de volgende fraaie overwinning op Karpov, in de beginfase van het toer nooi. Y. SEIRAWAN-A. KARPOV Engels. I.c4 e5 2.g3 g6 3.d4 d6 4.dxe5 dxe5 5.Dxd8+ Kxd8 6.Pc3 c6. In de theorie wordt deze variant niet voor wit aanbevolen. De gelijke pion- nenstructuur maakt de remisemarge erg groot. Veel spelers zouden daarmee te vreden zijn, maar Karpov is juist op zijn best in stellingen die remise lijken. Seira wan blijkt een betere taktiek te hebben. 7.f4! Le6?» Na 7...Lxf4 8.Lxf4 heeft zwart kleine problemen met zijn koning, maar die waren te prefereren boven de moeilijk heden die nu komen. 8.PD Lxc4 9.Lh3! Fraai gespeeld. Karpov had alleen reke ning gehouden met 9.Pxe5 Le6, waarna zwart niet slechter staat. De dreiging 10.Pxe5 kan nu moeilijk tegengegaan worden met 10...Lg7, vanwege ll.Pxe5 Lxe5 Ï2.fxe5 Le6 13.Lxe6 fxeó 14.Lg5+ gevolgd door 15.0-0 met groot voordeel voor wit. Zwart moet daarom zijn stel ling verder verzwakken. 9...f5 10.b3 Lb4 ll.Lb2 Ld5. 12.e4! De enige manier om het initiatief vast te houden. Na 12.0-0-0 Lxc3! 13.Lxc3 Pf6 14.Lxe5 TfB heeft zwart het ergste ge had. 12...fxe4 13.0-0-0! Lxc3 14.Lxc3 exf3. Kost een kwaliteit, maar na 14...Pf6 15.Pg5 Ke7 16.fxe5 Ph5 17.Lb4+ Ke8 18.e6 is de dreiging 19.Pf7 beslissend. 15.Lxe5 Pd7 16.Lxh8 Pe7 17.Thfl Pf5 18.Ld4 h5 19.g4 hxg4 20.Lxg4 20...Ph4 21.Lf2 Pg2 22.Lgl. De pion op f3 maakt het wit moeilijk zijn kwaliteit te verzilveren. Wit moet voorzichtig manoeuvreren om zijn stuk ken aktief te maken. 22...Ph4 23.h3 Kc7 24.Lh2 Pf6 25.f5+ Kb6 26.fxg6 Pxg4 27.hxg4 Tg8 28.Td4 a5. 28...Txg6 29.Tb4+ Ka6 30.Ta4+ Kb6 31.Lgl+ c5 32.b4! kost een pion. 29.g5 Pxg6 30.Kd2 Tf8 31.Lgl Ka6 32.Lf2 Tf5 33.Tg4 Pe5 34.Tg3 Pg6 35.Thl Te5 36.Tel Tf5. Bij het uitvoeren van deze zet viel de vlag van Karpov. Ook zonder dat zou wit gewonnen hebben, want na 37.Te8 met het plan Td8-d6-f6 is de zwarte ver dediging gebroken. Tegen de Tsjech Ftacnik liet Seirawan een fraaie overbelastingscombinatie zien. Het is het type combinatie dat sim pel is bij de uitvoering, irjar in de voor uitberekening wordt het snel overzien. Zelfs een sterke grootmeester als Ftac nik, die niet in tijdnood zat, miste het. L. FTACNIK-Y. SEIRAWAN Stelling na de 16e zet van zwart. In zijn plannen had Ftacnik de volgende zet al bedacht, hij „vergat" deze daarom te controleren. De beste zet was hier 17.Lb6 om zwart's sterke loper te ruilen. 17.Tcl? Pe3! 18.fxe3 Lxe3+ 19.Khl Lxcl. Het paard op a4 blijft hangen; wit ver liest zonder compensatie een pion. 20.Pb6 Dxc7 21.Pxa8 Dcó 22.Dxcl Dxa8 23.Pd4 Te8 24.Dc5 Db7 25.b3 Kh8 26.h3 Df7 27.Kh2 Dh5 28.Dc3 Ld7 29.Tel Te5 30.PT3 Txel 31.Dxel?! 31...Lxh3! 32.Pd4 Lxg2. Wit gaf het op. Corr. adres, Leo Hofland, C. Fockstraat 113. 2613 DE Delft. Postzegel beleefde 150 jaar geleden moeilijke bevalling De dit jaar 150-jarige postzegel is met veel moeite ontstaan. Eigenlijk wilde het geboorteland van de zegel, Engeland, er helemaal niet aan. Jaren is tevergeefs ge streden voor uniforme tarieven en voor uitbetaling van het posttarief en daar mee - om de betaling aan te geven - de postzegel. Onder de druk van de publie ke opinie lukte het de Britse parlementa riër Roland Hill echter om zijn troetel kind er door te krijgen, hetgeen resul teerde in de Penny Black uit 1840, de eerste postzegel ter wereld. Engeland hanteerde net als de omringen de landen diverse posttarieven. Eigenlijk was er geen touw aan vast te knopen. Elk bedrijfje hanteerde zijn eigen regels en bepaalde tevens het tarief. Volgens Hill kon het allemaal veel goedkoper. Hij rekende uit dat de prijs zeker tien maal te hoog lag voor een gewone brief. Als er maar in het vervolg vooruit be taald zou worden. Vóór 1840 betaalde vooral de geadresseerde de kosten. Las tig omdat die maar bereid gevonden moest worden om de gepresenteerde (ge peperde) rekening te betalen. Als die ge adresseerde tenminste thuis was. Weinig efficiënt zo'n systeem, en zeker publiek- sonvriendelijk, oordeelde Hill. Hij schreef een petitie voor de invoering van bedrukte enveloppen met een een heidstarief. Dat haalde het echter niet in politiek Engeland van die tijd. Net als de huidige politici zocht Hill steun op straat, oftewel bij de bevolking. Via pos ters en bijeenkomsten in de bekende ro kerige achterzaaltjes kwam een heuse campagne op gang die zo sterk was dat de politiek onder druk van de publieke opinie besloot tot posthervorming met als belangrijkste onderdeel de vooruitbe taling van het postverkeer. Toen ontstond het volgende probleem: hoe ziet een postzegel (dat woord was er toen nog niet) er uit? De Britse regering kwam er niet uit, zoals valt af te leiden uit een oproep in de krant waarin ge vraagd wordt om ontwerpen op te stu ren. Ze hebben het geweten. Meer dan 2600 inzendingen kwamen binnen. Van de meest ingewikkelde en met veel ver sierselen voorziene barokachtige kunst werken tot zeer eenvoudige schetsen die zeer veel lijken op iets dat er al wel was, een stempel. Willen sommige ontwerpen goed uitko men dan zou de grootte van een envelop zeker het minimum zijn. Die kunste naars hadden allemaal pech. De postze gel moest klein zijn, heel klein, tenslotte zou het een massa-artikel moeten wor den dat tegen zo'n goedkoop mogelijke prijs verkocht moest worden. Vier in zenders kregen een prijs (100 pond, een flinke som voor die tijd) omdat hun ont werp geschikt geacht werd als basismo del voor de echte postzegel. In de eerste maanden van 1840 rolden de contouren van de latere Penny Black uit de handen van de ontwerper. De maanden erna werd stapje voor stapje het ontwerp verder ontwikkeld. Een lijn tje erbij, een iets andere kleurtint en nog minder tekst. Andere landen begonnen drie jaar later met het uitgeven van postzegels. De Britse Penny Black blijkt daarbij in bijna alle gevallen als voorbeeld te hebben ge diend. De meeste zegels kregen hetzelfde formaat, zonder tandjes en vaak net als de Engelse eersteling met een portret van het staatshoofd. Zo ook Nederland dat - overigens pas 12 jaar later - met de kop van Willem III op een ongetan de zegel kwam. Overigens kreeg Roward Hill ook nog andere waardering voor zijn bemoeienissen voor de postzegel. In drie jaar werden er 63 miljoen Penny- Blackzegels verkocht. Een vroeg schetsontwerp van de Penny Black. ËeidóctBouuuit'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 46