finale
Nr.21
Cryptogram
w
Oplossing vorige puzzel
ÏJS JJUIJ a uiaaa ja
jaa i3»a EI aan aas
JQI3U ja Lia jaaa
uaaaj Jjn.ia jaaau
ja jaa aas jaa ja
a jociaj a jnaaj
|T.|g|E |B.iaiO|E
L|G|E.|B.|N|I m
De winnaars van de puzzel nr. 20 zijn:
P. Pieterse, G. van dijkstraat 5, 2461 RV
Langeraar.
S.C. Lagerberg, Arendshorst 156,
2317 CZ Leiden.
Zij krijgen hun prijs binnen drie weken
per cheque toegestuurd
Oplossingen onder vermelding van
puzzel nr. 21 moeten uiterlijk
woensdagmiddag in bezit zijn van:
HORIZONTAAL:
1. Verachtelijk sein (8).
9. Dat hoop ik mee te maken als ik
naar die Engelse rivier kijk! (8).
10. Daardoor glijdt dat voertuig
minder goed! (4).
11. Wortel voor een vrouwelijk rund
(7).
12. Bazige vrouw aan de waterkant
(4).
13. Wapen voor puncties? (6).
14. Gevangenisgeur? (8).
15. Minimale buit van een dief (7),
16. Dat is het resultaat bij de
ondergang van een tak van
nijverheid! (7).
20. Kleine feestelijke hoeveelheid (8).
22. Aanvoerder die met hem vocht
(6).
23. Ook van achteren bekeken blijft
het vreemd! (4).
25. Ongewenste gast (7).
26. Er is nog hoop als men
telefoneert! (4).
27. Gesloten plaats op een
tentoonstelling (8).
28. Wapen uit de rijksstad. (8).
VERTICAAL:
2. Zo beroemd dat u stiller wordt
(8).
3. Verleidelijk dit op een wondje te
doen! (12).
4. De vrouw telefoneert je via deze
verbinding (8).
5. Bij nader inzien niet ver weg (7).
6. Doet hij veel werk dat uiteindelijk
niets oplevert? (6).
7. De rechten tussen Frankrijk en
Naam
Adres
Postcode Woonplaats
Zwitserland (4).
8. De schoenmaker gebruikte hem
om vooral vermetel te worden (8).
12. Ontnuchterende verfrissing (12).
15. Kunstwerk van een opsteker (8).
17. Hier bij de post werkt een stoker
(8).
18. De rode boekdrukinkt gaat kaal
worden (8).
19. De arbeiders missen de paardeslee
al! (4).
21. Vrucht die grootmoeder nuttigde
na de thee (6).
24. Reeds om de stand te vinden (4).
Brinktoernooi
Het van 11 tot en met 19 mei in Zwart
sluis en omgeving gespeelde Brinktoer
nooi is in een overwinning geëindigd
voor de jeugdwereldkampioen Kolfman.
Weliswaar moest hij de eerste plaats
aanvankelijk delen met Valneris, Koe-
perman en Autar, maar in de sneldam-
partijen die toen de beslissing moesten
brengen was de naar Israël geëmigreerde
Russische jeugdspeler uiteindelijk de
sterkste. <-
Het toernooi had een geheel eigen for
mule. Begonnen werd met twee groepen
van zes spelers.
Na vijf ronden werden daar drie groepen
van vier van gemaakt: de beiden nrs. 1
en 2 moesten om de uiteindelijke plaat
sen 1 t/m 4 strijden, de nrs. 3 en 4 om
de plaatsen 5 t/m 8 en de nrs. 5 en 6
tenslotte om de plaatsen 9 t/m 12. Die
tussenstand na vijf ronden zag er als
volgt uit: Groep 1Kolfman 8, 2. Autar
7, 3. en 4. Vatoetin en Van der Wal 6, 5.
Schouten 2 en 6. Karmi 1.
Deze laatste twee speelsters stonden aan-
vankeijk niet op de deelnemerslijst: zij
vielen respectievelijk in voor de Neder
landse titelhoudster Van Lith, die om
studieredenen moest afzeggen en de we
reldkampioene Lewina die naar het
schijnt geen uitreisvisum heeft kunnen
krijgen.
In groep 2 was de tussenstand: 1. Valne-
ris/8, 2. Koeperman 7, 3. en 4. Goloebje-
va en Rigterink 5, 5. Galperin 4 en 6.
Wanders 1. Daarna volgden dus in drie
groepen in gelijkspel, zodat Kolfman,
Autar, Koeperman en Valneris allen op
een 3 uit 3 score uitkwamen. Sneldam-
partijen moesten toen uitkomst brengen,
met het reeds vermelde resultaat: winst
voor Kolfman. De tweede groep werd
gewonnen door de oud-wereldkampioe
ne Goloebjeva, een resultaat dat vooral
toe te schrijven is aan haar verrassende
winst op Van der Wal. De eindstand
hier: 5. Goloebjeva 4; 6 en 7. Rigterink
en Vatoetin 3 en 8. Van der Wal 2. En
de eindstnd van de derde groep luidt ten
slotte: 9. Galperin 6; 10. Wanders 4; 11.
en 12. Schouten en Karmi 1.
Toemooiwinnaar Kolfman bleef onge
slagen, en won in de voorronden van
Van der Wal (blunder in tijdnood) en
Schouten en Karmi. Hier de beslissing-
brengende sneldakpartij uit de barrage.
I. KOEPERMAN-I. KOLFMAN
Brinktoernooi 1990.
1.32-28 19-23 2.28x19 14x23 3.37-32 10-
14 4.41-37 14-19 5.46-41 5-10 6.32-28
23x32 7.37x28 9-14 8.41-37 16-21 9.37-
32.
Wit speelt het voorzichtig en kiest voor
klassiek spel. Desondanks zal hij later
toch in moeilijkheden komen. 21-26
10.34-30 26x37 11.42x31 4-9 12.30-25
20-24 13.40-34 18-23 14.34-29 23x34
15.39x30 12-18 16.44-40 7-12 17.40-34
1-7 18.50-44 17-21 19.47-42 11-16 20.44-
40 18-23 21.34-29 23x34 22.40x20 15x24
23.43-39 12-18 24.39-34 7-12 25.31-26
18-23 26.26x17 12x21 27.36-31 8-12
28.31-27 12-18 29.34-29 23x34 30.30x39
2-8 31.42-37 18-23 32.45-40 13-18 33.40-
34 9-13 34.48-43 8-12 35.34-30 3-8
36.39-34 23-29! 37.34x23 18x29.
Er leek misschien nog niet zo veel aan
de hand, maar met deze zeer sterke Ge-
hestem - doorstoot maakt zwart duide
lijk dat wit er slecht voor staat.
38.28-22 12-18 39.33-28 18-23 40.49-44
6-11 41.43-39 21-26 42-39-33 10-15
43.44-40 15-20 44.40-34. Moet noodge
dwongen materiaal inleveren. 29x40
45.35x44 24x35 46.44-39 20-24 47.39-34
8-12 48.34-30 12-18 49.27-21 26x17 en
wit g
1 op.
De Rus Valneris, evenals zijn landge
noot Vatoetin deelnemer aan het ko
mende wereldkampioenschap, speelde
een goed toernooi. Zijn beste prestatie
leverde hij in zijn partij tegen de plaatse
lijke favoriet Rigterink.
G. VALERNIS-J. RIGTERINK
Brinktoernooi 1990.
I.33-29 17-22 2.39-33 11-17 3.44-39 6-11
4.50-44 1-6 5.31-26 16-21 6.32-28 19-23
7.28x19 14x23 8.29-24 20x29 9.33x24.
Eén van de vele mogelijkheden in de
Keilervariant. 10-14 10.34-30 13-19
II.24x13 8x19 12.40-20 17.25x14 10x19
18.46-41 7-11 19.45-40 5-10 20.40-34 10-
14 21.34-29 23x34 22.39x30 2-8 23.44-
40 3-9 24.30-25 19-24 25.43-39 18-23
26.48-43 13-19. Zie het diagram.
.w S;
I 1 i I I
i ii n .m
27.36-31! Een mooie zet. Omdat 27.21-
27 28.32x21 16x36 niet mag vanwege
29.35-30 24x33 30.38x16 niet mag van
wege 29.35-30 24x33 30.38x16, krijgt wit
greep op de zwarte stelling. 12-18 28.39-
33 8-13 29.31-27! 22x31 30.41-36.
Dwingt zo een korte vleugel opsluiting
af. 23-29 31.36x27 19-23 32.43-39 24-30
33.35x24 29x20 34.39-34 13-19 35.33-29
19-24 36.38-33 9-13 37.47-41 14-19
38.25x14 19x10 39.29x20 15x24 40.41-
36 10-14 41.49-43 14-20 45.34x25 23-29
46.42-38 19-23 47.33-28 18-22 48.28x30
22-28 49.32x34 21x41. Zwart is er nog
wel in geslaagd door te breken, maar het
eindspel staat zeer slecht.
50.30-24 16-21 51.234-20 21-27
52.31x22 17x28, 53.20-15 41-46 54.34-29
28-33 55.39x28 46x45 56.15-10 11-17
57.10-5 45-29 58.38-32 6-11 59.5-10 29-1
60.32-28 1-18 61.10-4 18-29 62.4-36 29-1
63.25-2 1-6 64.26-21 17x26 65.28-23 11-
17 66.36-4 6-1 67.23-19 1-29 68.20-15
29-47 69.15-10 en zwart gaf op.
Oud-wereldkampioen Van der Wal, on
langs nog tweede in het kampioenschap
van Nederland, was in dit toernooi alles
behalve op dreef. Nadat hij in de eerste
ronde door een foutzet misschien al van
Schouten had moeten verliezen, (omdat
Nederlands tweede speelster de fout niet
opmerkte werd de partij door Van der
Wal gewonnen), blunderde hij tegen
Kolfman opnieuw, en die profiteerde
wel. Daardoor kwam hij in de tweede fi-
nalegroep terecht, maar ook hier kreeg
hij een nederlaag te incasseren: toen hij
na twee remises beslist van Goloebjeva
wilde winnen, ondervond hij hoe sterk
de oud-wereldkampioene wel niet speelt:
J. VAN DER WAL-S. GOLOEBJEVA
Brinktoernooi 1990.
1.34-29 19-23 2.32-28 23x34 3.40x29 14-
19 4.37-32 10-14 5.45-40 5-10 6.39-34
20-24 7.29x20 15x24 8.44-39 18-23,
9.41-37 12-18 10.50-45 10-15 11.46-41 7-
12 12.49-44 2-7 13.34-29 23x34
14.40x20 15x24 15.44-40 4-10 16.39-34
10-15 16.34-29 ,18-23 17.29x20 15x24
18.43-39 12-18 19 39-34 7-12 20.34-29
23x34 21.40x20 14x25 22.45-40 1-7
23.40-34 9-14 24.33-29 3-9 25.48-43 17-
21 26.38-33 18-23! 27.29-18 12x23
28.31-27 21-26 29.35-30 7-12 30.36-31
14-20 31.41-36 12-18 32.34-29 23x34
33.30x39 25-30. Wit wordt overspeeld.
34.42-38 18-23 35.28-22 11-17 36.22x1 1
16x7 37.33-28 20-24 38.38-33 30-35
39.28-22 35-40 40.32-28 7-11 41.39-33
24-29 42.33x24 19x30 43.28x19 13x24
44.43-39 40-45 45.32-28 8-12 46.28-23
45-50 47.23-18 50x17 48.18x16 17-33 en
wit gaf op.
Uitgesproken acties (slot)
De afgelopen weken hebben we spe
ciaal ten behoeve van nog niet zo ver
gevorderden (en dat is ca. 80% van de
Nederlandse bridgewereld en daarmee
ook van de lezers!) een aantal biedsi-
tuaties bij de kop genomen waarin één
van beide partners in de eerste of
tweede biedronde door middel van
een bod aangeeft dat het bieden wat
hem betreft over is: een sans-opening
of -herbieding, een geconstateerde (en
geboden) fit. Aangezien de hand daar
tegenover nog niet de kans heeft gehad
aan te geven in welke krachtsector hij
zich bevindt, is die hand automatisch
gepromoveerd tot kapitein op het
schip der biedingen.
WEST NOORD OOST ZUID
West heeft 12-14 en oost kan 10-26
hebben. Dit is een biedserie die vaak
aanleiding geeft tot misverstanden.
Wat betekent nu 3 klaver? Of 3 schop
pen? Iets van Crowhurst heb je in
deze situatie niet nodig. Het is dus een
goeie afspraak om 3 klaver als eind
bod te spelen. Zo'n hand heb je zo
vaak: 8-9 punten met 6 of meer kla
vers. Dan wil je geen 2 SA spelen,
maar uitsluitend 3 klaver. Alle andere
biedingen onder het mancheniveau
zijn forcing en hier gaat het vaak mis:
WEST NOORD OOST ZUID
Het is voor nog niet zo ver gevorderde
bridgers moeilijk te bevatten dat dit
laatste bod (3 schoppen) 100% forcing
is. „Het kan toch limit zijn?" Dat is
natuurlijk onzin: een limit bied je niet
met een omweg, die bied je direct:
WEST NOORD OOST ZUID
1 Sch
pas
3 Sch
In zo'n situatie ga je de tegenpartij
niet wijzer maken dan ze al is. Van
daar dat deze 3 schoppen in tweede
instantie mancheforcing is. Het spel
kan nog wel in slem eindigen! Oost
houdt daar in ieder geval rekening
mee, want hij biedt niet zo:
WEST NOORD OOST ZUID
pas
a-P-
Oost geeft nu aan dat-ie een opening
heeft (12-14). Met 3 Sch in deze situa
tie geeft-ie aan dat-ie meer heeft of een
aantrekkelijke verdeling (10 mooie
zwarte kaarten of zo). West is nu ver
plicht om te cuen. 4 schoppen biedt
oost in tweede instantie met b.v.:
H B
6
V A 4
V 3
VB!
3 2
waarmee hij meteen aangeeft dat-ie
minder dan 7 verliezers heeft (6 in dit
geval).
Deze gevallen moet je leggen naast de
volgende:
A V 4 3 2
H B 2
10 2
B 3 2
Partner opent 1 harten, wij 1 schop-
pen, partner 2 ruiten. En nu?
Nu komen we er pas achter dat er een
hartenfit is. In de eerste biedronde
kon partner nog een 4-kaart harten
hebben! Wanneer we nu 3 harten bie
den, is dat een limit:
WEST NOORD OOST ZUID
Zodra je dit soort biedverschillen on
der de knie hebt - en je partner ook
en het bieden van standaardsituaties
van een leien dakje gaat, zal het aantal
gescoorde punten - of het nu een pa
ren- of een viertallenwedstrijd betreft
met sprongen omhoog gaan. Er blijven
voldoende echt moeilijke biedsituaties
over, waar improvisatie en intuïtie
noodzakelijk zijn. Ook die situaties
worden door gevorderden beter en
gemspireerder opgelost dan door be
ginners. Door praktijkervaring (lees: je
neus stoten) krijg je daar op een gege
ven moment ook gevoel voor. Hei
kardinale punt blijft: het verschil we
ten tussen wat forcing is en wat niel
(meer) forcing is. Op een gegeven mo
ment ben je uitgesproken. Je partner is
de eerste die dat hoort te weten! Voor
volgende week een speelprobleempje:
NOORD
A 9 5
A V 9
A H 8 7
9 5 4
ZUID
V 6 2
V H B 10 7 6 5
10 6 3 2
-
Zuid eindigt (parenwedstrijd!) na een
zwakke 2 in harten in 4 harten en wesi
start met klaveraas:
1. klaveraas getroefd.
2. harten voor het aas.
3. klaver 5 getroefd.
4. harten naar de vrouw (oost en wes
bekennen).
5. klaver 9 getroefd.
6. ruiten naar het aas.
7. ruitenheer.
8. ruiten na voor oosts vrouw.
NOORD
A 9 5
9
7
-
ZUID
V 6 2
H
10
-
De finale! Oost vervolgt met schoppen
10. Hoe doen we dat? Oplossing vol
gende week.
Correspondentie: p/a. Leharstr. 10.
2162 AC Lisse.
Yasser Seirawan
Zo'n tien jaar geleden leek de piepjonge
Yasser Seirawan de opvolger van Bobby
Fischer te worden. Hij bereikte zeer snel
de wereldtop en was op weg naar het uit
dagerschap van de wereldkampioen. De
precieze oorzaken ken ik niet, maar in
eens werden .zijn resultaten wisselvallig,
waardoor hij een val op de'wereldrang
lijst maakte. Enigszins teleurgesteld deed
hij vervolgens een gooi naar één of an
dere official-functie. Ook dit mislukte,
waarna hij een schaaktijdschrift begon
(Inside Chess). Voor de wereldtop leek
hij niet meer in aanmerking te komen.
Na het toernooi in het Zweedse Haninge
van vorige maand, moeten we deze me
ning herzien. Met 8V2 uit 11 won Seira
wan dit toernooi overtuigend, voor o.a.
Karpov, Ehlvest, Poloegajevsky en An-
dersson. Zijn scherpe positionele stijl
was hij getrouw gebleven, maar door
meer zelfvertrouwen won hij nu de bete
re stellingen en maakte de moeilijke po
sities remise. Hiermee wordt van een
goede grootmeester een topgrootmeester
gemaakt.
Belangrijk voor zijn prachtige resultaat
was de volgende fraaie overwinning op
Karpov, in de beginfase van het toer
nooi.
Y. SEIRAWAN-A. KARPOV
Engels.
I.c4 e5 2.g3 g6 3.d4 d6 4.dxe5 dxe5
5.Dxd8+ Kxd8 6.Pc3 c6.
In de theorie wordt deze variant niet
voor wit aanbevolen. De gelijke pion-
nenstructuur maakt de remisemarge erg
groot. Veel spelers zouden daarmee te
vreden zijn, maar Karpov is juist op zijn
best in stellingen die remise lijken. Seira
wan blijkt een betere taktiek te hebben.
7.f4! Le6?»
Na 7...Lxf4 8.Lxf4 heeft zwart kleine
problemen met zijn koning, maar die
waren te prefereren boven de moeilijk
heden die nu komen.
8.PD Lxc4 9.Lh3!
Fraai gespeeld. Karpov had alleen reke
ning gehouden met 9.Pxe5 Le6, waarna
zwart niet slechter staat. De dreiging
10.Pxe5 kan nu moeilijk tegengegaan
worden met 10...Lg7, vanwege ll.Pxe5
Lxe5 Ï2.fxe5 Le6 13.Lxe6 fxeó 14.Lg5+
gevolgd door 15.0-0 met groot voordeel
voor wit. Zwart moet daarom zijn stel
ling verder verzwakken.
9...f5 10.b3 Lb4 ll.Lb2 Ld5.
12.e4!
De enige manier om het initiatief vast te
houden. Na 12.0-0-0 Lxc3! 13.Lxc3 Pf6
14.Lxe5 TfB heeft zwart het ergste ge
had.
12...fxe4 13.0-0-0! Lxc3 14.Lxc3 exf3.
Kost een kwaliteit, maar na 14...Pf6
15.Pg5 Ke7 16.fxe5 Ph5 17.Lb4+ Ke8
18.e6 is de dreiging 19.Pf7 beslissend.
15.Lxe5 Pd7 16.Lxh8 Pe7 17.Thfl Pf5
18.Ld4 h5 19.g4 hxg4 20.Lxg4 20...Ph4
21.Lf2 Pg2 22.Lgl.
De pion op f3 maakt het wit moeilijk
zijn kwaliteit te verzilveren. Wit moet
voorzichtig manoeuvreren om zijn stuk
ken aktief te maken.
22...Ph4 23.h3 Kc7 24.Lh2 Pf6 25.f5+
Kb6 26.fxg6 Pxg4 27.hxg4 Tg8 28.Td4
a5.
28...Txg6 29.Tb4+ Ka6 30.Ta4+ Kb6
31.Lgl+ c5 32.b4! kost een pion.
29.g5 Pxg6 30.Kd2 Tf8 31.Lgl Ka6
32.Lf2 Tf5 33.Tg4 Pe5 34.Tg3 Pg6
35.Thl Te5 36.Tel Tf5.
Bij het uitvoeren van deze zet viel de
vlag van Karpov. Ook zonder dat zou
wit gewonnen hebben, want na 37.Te8
met het plan Td8-d6-f6 is de zwarte ver
dediging gebroken.
Tegen de Tsjech Ftacnik liet Seirawan
een fraaie overbelastingscombinatie
zien. Het is het type combinatie dat sim
pel is bij de uitvoering, irjar in de voor
uitberekening wordt het snel overzien.
Zelfs een sterke grootmeester als Ftac
nik, die niet in tijdnood zat, miste het.
L. FTACNIK-Y. SEIRAWAN
Stelling na de 16e zet van zwart.
In zijn plannen had Ftacnik de volgende
zet al bedacht, hij „vergat" deze daarom
te controleren. De beste zet was hier
17.Lb6 om zwart's sterke loper te ruilen.
17.Tcl? Pe3! 18.fxe3 Lxe3+ 19.Khl
Lxcl.
Het paard op a4 blijft hangen; wit ver
liest zonder compensatie een pion.
20.Pb6 Dxc7 21.Pxa8 Dcó 22.Dxcl
Dxa8 23.Pd4 Te8 24.Dc5 Db7 25.b3
Kh8 26.h3 Df7 27.Kh2 Dh5 28.Dc3 Ld7
29.Tel Te5 30.PT3 Txel 31.Dxel?!
31...Lxh3! 32.Pd4 Lxg2.
Wit gaf het op.
Corr. adres, Leo Hofland, C. Fockstraat
113. 2613 DE Delft.
Postzegel beleefde 150 jaar
geleden moeilijke bevalling
De dit jaar 150-jarige postzegel is met
veel moeite ontstaan. Eigenlijk wilde het
geboorteland van de zegel, Engeland, er
helemaal niet aan. Jaren is tevergeefs ge
streden voor uniforme tarieven en voor
uitbetaling van het posttarief en daar
mee - om de betaling aan te geven - de
postzegel. Onder de druk van de publie
ke opinie lukte het de Britse parlementa
riër Roland Hill echter om zijn troetel
kind er door te krijgen, hetgeen resul
teerde in de Penny Black uit 1840, de
eerste postzegel ter wereld.
Engeland hanteerde net als de omringen
de landen diverse posttarieven. Eigenlijk
was er geen touw aan vast te knopen.
Elk bedrijfje hanteerde zijn eigen regels
en bepaalde tevens het tarief. Volgens
Hill kon het allemaal veel goedkoper.
Hij rekende uit dat de prijs zeker tien
maal te hoog lag voor een gewone brief.
Als er maar in het vervolg vooruit be
taald zou worden. Vóór 1840 betaalde
vooral de geadresseerde de kosten. Las
tig omdat die maar bereid gevonden
moest worden om de gepresenteerde (ge
peperde) rekening te betalen. Als die ge
adresseerde tenminste thuis was. Weinig
efficiënt zo'n systeem, en zeker publiek-
sonvriendelijk, oordeelde Hill.
Hij schreef een petitie voor de invoering
van bedrukte enveloppen met een een
heidstarief. Dat haalde het echter niet in
politiek Engeland van die tijd. Net als de
huidige politici zocht Hill steun op
straat, oftewel bij de bevolking. Via pos
ters en bijeenkomsten in de bekende ro
kerige achterzaaltjes kwam een heuse
campagne op gang die zo sterk was dat
de politiek onder druk van de publieke
opinie besloot tot posthervorming met
als belangrijkste onderdeel de vooruitbe
taling van het postverkeer.
Toen ontstond het volgende probleem:
hoe ziet een postzegel (dat woord was er
toen nog niet) er uit? De Britse regering
kwam er niet uit, zoals valt af te leiden
uit een oproep in de krant waarin ge
vraagd wordt om ontwerpen op te stu
ren. Ze hebben het geweten. Meer dan
2600 inzendingen kwamen binnen. Van
de meest ingewikkelde en met veel ver
sierselen voorziene barokachtige kunst
werken tot zeer eenvoudige schetsen die
zeer veel lijken op iets dat er al wel was,
een stempel.
Willen sommige ontwerpen goed uitko
men dan zou de grootte van een envelop
zeker het minimum zijn. Die kunste
naars hadden allemaal pech. De postze
gel moest klein zijn, heel klein, tenslotte
zou het een massa-artikel moeten wor
den dat tegen zo'n goedkoop mogelijke
prijs verkocht moest worden. Vier in
zenders kregen een prijs (100 pond, een
flinke som voor die tijd) omdat hun ont
werp geschikt geacht werd als basismo
del voor de echte postzegel.
In de eerste maanden van 1840 rolden
de contouren van de latere Penny Black
uit de handen van de ontwerper. De
maanden erna werd stapje voor stapje
het ontwerp verder ontwikkeld. Een lijn
tje erbij, een iets andere kleurtint en nog
minder tekst.
Andere landen begonnen drie jaar later
met het uitgeven van postzegels. De
Britse Penny Black blijkt daarbij in bijna
alle gevallen als voorbeeld te hebben ge
diend. De meeste zegels kregen hetzelfde
formaat, zonder tandjes en vaak net als
de Engelse eersteling met een portret
van het staatshoofd. Zo ook Nederland
dat - overigens pas 12 jaar later - met
de kop van Willem III op een ongetan
de zegel kwam. Overigens kreeg Roward
Hill ook nog andere waardering voor
zijn bemoeienissen voor de postzegel. In
drie jaar werden er 63 miljoen Penny-
Blackzegels verkocht.
Een vroeg schetsontwerp van de Penny Black.
ËeidóctBouuuit'